Waterfactuur is verdriedubbeld sinds 2000

De waterfactuur van een gemiddeld Vlaams gezin is in dertien jaar tijd met ruim een drievoud gestegen, van 109,33 tot 344,66 euro. Vooral de gemeentelijke bijdragen namen toe, zo blijkt uit een nieuw rapport van de Vlaamse Milieumaatschappij.
In de drinkwaterfactuur zijn drie kosten opgenomen: de prijs voor de productie en levering van het water, de bovengemeentelijke bijdrage voor de zuivering van het afvalwater en de gemeentelijke bijdrage voor afvoeren en inzamelen van gebruikt water.
Die laatste factor kostte de gezinnen in 2000 nog helemaal niets. Maar de voorbije jaren rekenen steeds meer gemeenten ze aan. In slechts één van de 308 Vlaamse gemeenten was dit vorig jaar nog niet het geval. «Bovendien passen meer gemeenten het maximale tarief toe», luidt het bij de Vlaamse Milieumaatschappij. De afgelopen vijf jaar steeg de bijdrage met gemiddeld een vijfde. Zo betaalt een gemiddeld gezin al 101,36 euro gemeentelijke bijdragen, goed voor 31% van de factuur.
In enkele gemeenten maken oppositiepartijen gewag van een asociaal belastingbeleid. Door het faillissement van de Gemeentelijke Holding, het kelderen van de aandelenkoers van Dexia, lagere belastingontvangsten en stevige (bouw)schulden hebben veel gemeenten het financieel moeilijk. (br.hln)
|