Hele klas leert gebarentaal om te kunnen communiceren met doof vriendje

Toen Mirzana Coralic de lokale basisschool in haar wijk in de Bosnische hoofdstad Sarajevo vroeg of haar dove zoontje Zejd er mocht schoollopen, stemde het bestuur ermee in zonder er goed over na te denken. Maar deze toegewijde leerkrachten én leerlingen zorgden ervoor dat Zejd zich al snel thuis voelde.
De eerste dagen zat Zejd stilletjes aan zijn bank. Niemand in de school kende op dat ogenblik gebarentaal, ook de jongen zelf niet. Onderwijzeres Sanela Ljumanovic kwam er al snel achter dat het zo niet verder kon. Ze ontwikkelde zelf trucjes en gebaren om met Zejd te communiceren. Maar dan kwam een ouder van een medeleerling met een ander voorstel: waarom leerde de hele klas niet gewoon gebarentaal?
Drie maanden later hebben Zejd, zijn juf en de leerlingen van het eerste leerjaar de basis van gebarentaal onder de knie.
In 2003 nam Bosnië een wet aan die bepaalde dat kinderen met een gehandicap volledig geïntegreerd moesten worden in de maatschappij, inclusief in scholen. Volgens de wet zouden kinderen met een handicap een professionele assistent moeten hebben die naast hen zit in de klas en hen begeleidt. Maar Bosnië is een verarmd land en er is amper voldoende budget om de scholen draaien te houden. Kinderen met een handicap worden overgelaten aan de zorg van hun ouders en eventuele goeie wil van schoolpersoneel.
Zejd had geluk en volgens zijn leerkrachten heeft het zelfvertrouwen van de jongen een flinke boost gekregen sinds hij ziet hoeveel moeite zijn vriendjes doen om met hem te kunnen communiceren. "Hij kijkt ernaar uit om naar school te gaan," zegt zijn moeder, die al eerder had geprobeerd om haar zoontje gebarentaal te leren. Toen toonde hij er echter weinig interesse voor. "Nu is hij blij en gemotiveerd."
"Ik vind het tof om Zejds taal te leren, zodat ik kan praten met hem en andere dove mensen," zei Tarik, een van Zejds beste vrienden: "het is plezierig." "Ik hou van deze taal en ik denk dat het handig zal zijn als ik ouder ben," voegde klasgenootje Anesa eraan toe.
Ondertussen leren de kinderen zelfs hun ouders thuis gebarentaal.
Anisa Setkic-Sendic, de leerkracht die de leerlingen en leerkrachten van het schooltje les geeft in gebarentaal, zou voor haar werk moeten betaald worden door het Ministerie van Onderwijs, maar op dit ogenblik zijn er daarvoor gewoonweg geen middelen. Haar lessen worden daarom betaald door bijdragen van de ouders van de kinderen. Niet elk gezin kan zijn steentje bijdragen. Alleen de klastitularis weet wie er betaalt en hoeveel. "We vinden er wel iets op," zegt Setkic-Sendic. (br.hln)
|