Je kussen zijn als een roos, die door de wind tegen de ander wordt gedrukt. Je kussen zijn als een droom, een droom van een ander leven. Lobbyen met je waanzin azuur. Je kussen zijn als een storm. Naar de afgrond, tot chaos, op de hitte, bij de zondvloed.
Er is iets in haar dat schoonheid mooier is, dat niet spreekt met gevoelens, met een ziel. Er zit iets boven het hart van de absolute macht van aardse liefde en aardse genoegens. Als een zoete hart van herinnering. Als het zoete licht van je eigen ster, betovert een of andere manier. Aan haar voeten en onder haar bescherming. Wanneer je bij haar bent, droomt je onduidelijke, obscure meesteres tegen haar. Denk niet dat je, en je hart is vol van alleen maar mooie tegenwoordigheid. Daal je de weg af, met haar uit elkaar, in een verlaten hoekje van jou, je bent vol van de hele droom immens, je bent vol van het hele mysterieuze verlangen.
|