+Poëzie.
Drie kusjes en de tijd bleef staan ...
Ik houd niet, ik klaag niet, niet jaloers. In de vroege ochtend bij het licht van de dageraad. Drie bloemen delicate drie kussen. Je gaf me onbaatzuchtig. De eerste was als een kamillebloem. onopvallend licht, timide. Ze renden over de huid in kippenvel, en op de wangen was de dageraad pijnlijk. En de tweede was heet als een roos, een bloeiende hete knop. Plots klonk de prozatekst, de telefoon versterkte de nachtegaal. De derde was blauw vergeet-mij-nietje, ik geloofde in je gevoelens. Het bleek dat alles een grap was. Kussen zijn geen teken van liefde. Drie bloemen, drie verschillende kussen. Je gaf me een afscheid. Op deze dag besefte ik dat ik van roeien en varen houd en ervan hou.
De stille stem van mijn ziel vertelt me: "Je haast je om te leven. Wees niet verdrietig en wees niet depressief, het leven is gegeven en je neemt het. Je neemt het dit warme licht.
Ergens daar het is gewoon niet daar. Jij vang en deze heldere straal. Zelfs als het vanwege de wolken. Het geritsel van bladeren en de kinderkreet. Je neemt en houdt jezelf in. Zomerregen gewichtloze sneeuw.
Je neemt rustig huilen en lachen. En de liefde die je werd gegeven. Je drinkt het helemaal tot op de bodem. Zelfs als er problemen komen. Je neemt het niet voor altijd. Ik zal mijn ziel vragen: "Misschien zit je stil?" Glimlach is niet slecht, ze. "Meer zal zijn we hebben stilte."
|