Coalitiepartners boos op N-VA na 'lek' in commissie radicalisering
Eens te meer profileert NVA zich als een onbetrouwbare, opportunistische partner die het pure eigenbelang van haar mandatarissen voorop stelt. Walgelijk.
Dit is een klucht van een regeering ik word daar maar echt misselijk van
NVA totaal onbekwaam
CD&V en Open Vld zijn boos op Nadia Sminate (N-VA), voorzitster van de Vlaamse parlementscommissie voor de bestrijding van gewelddadige radicalisering. De bedoeling was dat de commissie voor Pasen met een resolutie over de aanpak van de radicalisering zou komen, over de grenzen van meerderheid en oppositie heen. Sminate trok echter naar de kranten van Mediahuis met haar eigen conclusies na vier weken van hoorzittingen.
"Dit is ongepast en ongezien", zegt Jo De Ro van Open Vld. "We zitten in een zeer moeilijke fase in de onderhandelingen, die enkel kan lukken als het gesprek in een sereen klimaat verloopt."
Ook Ward Kennes van CD&V is boos op Sminate. "Er was gisteren afgesproken dat we niet zouden communiceren en enkele weken in de luwte aan een gedragen tekst zouden werken", zegt hij. "Dit is zo'n gevoelig thema, waarin de politici zich als grote mensen moeten gedragen. De voorzitster zou een voorbeeldfunctie moeten hebben."
"Carrière lanceren"
Bij de oppositiepartijen valt de demarche van Sminate evenmin in goede aarde. "Dit is een schot voor de boeg en dan nog een slecht schot ook. Van een voorzitter mag je toch terughoudendheid verwachten en geen politieke profilering", zegt Elisabeth Meuleman van Groen, ondervoorzitster van de commissie. "Blijkbaar heeft de commissie radicalisering voor N-VA als belangrijkste bedoeling de carrière van Sminate te lanceren", stelt Vlaams Belang.
Toch hopen CD&V en Open Vld dat het belang van het thema de politieke commotie zal overstijgen en dat er nog een door iedereen gedragen resolutie kan worden opgesteld. "Ik geloof dat het nog mogelijk is", zegt Jo De Ro. "70 tot 80 procent van de aanbevelingen worden gedragen door het hele parlement. De oppositie begrijpt dat het onderscheid met de meerderheid op dit moment ondergeschikt is."
De commissie hoopt nog voor Pasen met een gezamenlijk voorstel voor de bestrijding van de radicalisering naar buiten te komen.
|