Advocaat Jan Buelens: “We moeten het stakingsrecht nog versterken”
Werkgevers en regering trekken dezer dagen alle registers open in de aanval tegen de algemene staking van maandag 15 december en zelfs het stakingsrecht in het algemeen. We vroegen aan advocaat Jan Buelens (Progress Lawyers Network), onder meer gespecialiseerd in collectief arbeidsrecht: Zijn blokkades strafbaar? Moet het stakingsrecht beperkt worden? En hoe zit het met dat recht op werk?
“VBO wil stakingsrecht beperken”, “Werkgevers: ‘Blokkerende stakersposten zijn strafbaar’”, “Jambon onderzoekt of stakingsacties proportioneel verlopen zijn”, “Bart De Wever: ‘Maandag krijgen we een politieke staking’”… De koppen en straffe titels liegen er niet om. Het actieplan dat de vakbonden deze herfst ontplooien zint de werkgevers en de regering niet.
N-VA-voorzitter Bart De Wever heeft het over een politieke staking. De staking is gericht tegen de regering, maar omdat de meerderheid democratisch verkozen is, is de staking niet legitiem, zegt hij. Heeft hij gelijk?
Jan Buelens. Bart De Wever reduceert democratie tot verkiezingen: één keer om de vijf jaar stemmen en tussendoor zouden de mensen dan niks mogen zeggen. Hij ontkent dat mensen zich organiseren en ook na de verkiezingen het recht hebben om zich te verzetten tegen maatregelen waar men het niet mee eens is. En dat staat los van eventueel stemgedrag, dat ingegeven kan zijn door allerlei motieven
Maar er is nog een tweede aspect. Bart De Wever noemde het ABVV de gewapende arm van de PS. Alsof de vakbonden alleen maar actie voeren omdat sp.a en PS niet in de regering zitten. Dat is wel erg kort door de bocht. Er zijn genoeg dossiers zijn die aantonen dat dat absoluut niet het geval is. Kijk maar naar de kritiek van het ABVV op de Waalse regering die bestaat uit PS en cdH.
Waarom zegt De Wever dat dan?
Jan Buelens. De Wever wil, geheel in de lijn van Margaret Thatcher in de jaren 80 in Groot-Brittannië, stakingen beperken tot bedrijfsbelangen. Als er een probleem is met de werkgever, dan zou je nog mogenstaken, maar niet meer als het een staking is uit solidariteit met werknemers uit een ander bedrijf en zeker niet als het is uit onvrede over regeringsmaatregelen.
Men wil niet dat de vakbonden nog een stem hebben in het politieke debat. Men wil de vakbond laten terugplooien op de eigen bedrijfsbelangen, terwijl de vakbond een belangrijke actor is in het politieke debat. De vakbond is geen politieke partij, maar hij mag wel over alle maatregelen zijn mening zeggen en actie voeren, net zoals iedereen trouwens.
De vakbonden hebben drie miljoen leden. Bovendien zijn al die vakbondsafgevaardigden verkozen bij sociale verkiezingen. Om die realiteit te negeren en enkel de regering te zien als ultieme vorm van democratie, waarbij men dan nog zaken uitvoert die niet in de kiesprogramma’s stonden waarover de mensen dan ook vijf jaar lang hun mond moeten houden… Dat is natuurlijk grotesk.
De internationale verdragen rond mensenrechten zeggen ook duidelijk stakingsrecht ruimer is dan stakingen rond de eigen beroepsbelangen. Ook stakingen uit solidariteit en tegen het beleid van de regering zijn perfect legitiem. Met zijn uitspraak neemt De Wever dus ook een loopje met de mensenrechten. Zijn visie ondergraaft het stakingsrecht volledig.
De werkgevers hebben de mond vol over het recht op werken. Hoe zit het daarmee?
Jan Buelens. Wie staakt, komt in de eerste plaats op voor het behoud van jobs. Het recht op staken is dus complementair aan het recht op werken. Als men een bedrijfssluiting gewoon ondergaat, wordt iedereen ontslagen, maar als men zich verzet, is het mogelijk om jobs te behouden.
De werkgevers hebben het echter over een recht dat helemaal niet bestaat, met name over het feit dat iemand die wil werken, niet mag worden tegengehouden door een stakingspost. Zij ontkennen de echte definitie van recht op arbeid, namelijk het recht op een job, op billijke bevredigende arbeidsvoorwaarden en op bescherming tegen werkloosheid… Daar doen zij niks voor en ze gaan er geen afdwingbaar gevolg aan geven. Iemand die ontslagen wordt, of werkloos is, zal zich in hun definitie niet kunnen beroepen op het recht op arbeid.
Als je echt hun interpretatie doortrekt, dan heb je geen stakingsrecht meer. Als je zegt: iedereen moet kunnen werken en de economie moet zonder problemen kunnen draaien, dan heeft een staking geen doel en heb je ook geen stakingsrecht meer. Een staking heeft als doel om economische schade te veroorzaken. Werknemers zitten in een zwakkere positie. Het enige wat zij kunnen doen is het werk neerleggen om ervoor te zorgen dat er schade is bij de werkgever en bij de overheid. Pas dan zullen zij geneigd zijn tegemoet te komen aan de eisen van de werknemers.
Er moet dus schade zijn bij een staking?
Jan Buelens. Als men de staking volledig kan ontdoen van zijn effecten, van zijn doel en aard, dan kan elke werkgever en elke overheid best leven met een staking. Daarom moet er bij een staking voor gezorgd worden dat er ook geen andere mensen aan het werk gezet kunnen worden die de activiteit overnemen.
Vandaar de blokkades ook?
Jan Buelens. Een eerste doel van een blokkade is ervoor te zorgen dat mensen die willen staken, maar niet mogen, toch kunnen staken. Soms worden mensen onder druk gezet om niet te staken. Als economisch sterkere partij beschikt de werkgever over honderden-en-één technieken. Werknemers krijgen dan brieven of het bezoek van een leidinggevende om hen aan te sporen om te komen werken, niet-stakers krijgen premies als ze komen werken, en ga zo maar door. Door een blokkade wordt het individuele recht van eenieder om te staken verzekerd.
Een tweede doel van een blokkade is ervoor te zorgen dat men niet vervangen wordt door anderen. Soms worden immers stakingsbrekers ingezet – uitzendkrachten, of onderaannemers, of kaderpersoneel – om het werk over te nemen.
Een derde reden voor een blokkade, is om mensen die gebruikmaken van hun stakingsrecht te beschermen. Er waren al een aantal incidenten waarbij auto’s inreden op een stakingspost, omdat er maar een paar mensen stonden. Pas door een blokkade op te werpen vermijd je dat soort escalaties.
Er zijn dus zowel maatschappelijke als juridische redenen die ondersteunen dat het collectief actierecht moet primeren op het individuele recht om te gaan werken tijdens een staking.
Er wordt af en toe ook gedreigd met politie en deurwaarders.
Jan Buelens. De politie mag alleen tussenkomen als de openbare orde verstoord wordt. Een stakerspost aan een bedrijf, waarbij er een tijdelijke blokkade is, kan men niet opvatten als een probleem van openbare orde. De politie heeft daar dus niets te zoeken
De werkgevers schermen nu met artikel 406 van het Strafwetboek, dat stelt dat je de openbare weg niet kwaadwillig mag blokkeren. Maar als je gebruikmaakt van je fundamentele rechten, dan is daar geen kwaadwilligheid mee gemoeid. Men doet dat om zijn collectieve actierecht uit te oefenen.
In het verleden verschenen vaak deurwaarders aan de piketten zonder dat zij ook maar een opdracht hadden van de rechtbank. Pure intimidatie. Ze komen vaststellingen doen, maar soms gaan ze hun bevoegdheid te buiten en vragen ze om het piket op te heffen. Daar moet een staker in elk geval niet aan gehoorzamen.
Soms komt een deurwaarder met een eenzijdig verzoekschrift van de rechtbank.
Jan Buelens. Dat is eerst en vooral een volledig antidemocratisch instrument, omdat je als staker niet gehoord bent door de rechter. De rechter mag niet tussenkomen in collectieve conflicten. Maar zelfs als de deurwaarder daarmee afkomt, kun je als staker weigeren om je identiteitskaart te laten zien en dan is de uitspraak niet uitvoerbaar. Dan moet de deurwaarder een beroep doen op de politie, maar de politie mag alleen maar een identiteitskaart vragen in geval van verstoring van de openbare orde. Aangezien er geen probleem is van openbare orde, is er ook geen reden om je identiteitskaart te tonen aan de politie.
Als een deurwaarder of politie zich presenteert, begeven ze zich dus op losse grond
Minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon gaat laten onderzoeken of de stakingsacties wel proportioneel zijn. Op wat slaat dat? Wat kan hij doen?
Jan Buelens. Daarmee gaat hij volledig zijn boekje en zijn bevoegdheid te buiten. De definitie van proportionaliteit is zien of de acties in verhouding staan tot hun doel. Het is een van de meest fundamenteelste principes dat de werknemers en de vakbonden beslissen wélke acties ze voeren, op welke wijze en met welke inhoud. Het komt absoluut niet toe aan de overheid, in casu de minister van Binnenlandse Zaken, om zich daarin te mengen.
Opnieuw is dat een vorm van intimidatie. Mocht je alle uitspraken die de afgelopen weken en maanden gedaan zijn door politieke verantwoordelijken, voorleggen aan internationale expertencomités, ze zouden serieuze vragen hebben over de houding van de Belgische overheden ten aanzien van een van de meest fundamentele rechten van de werknemer, met name het stakingsrecht.
Jan Buelens. Dat is een inderdaad een klassieke eis, maar men goed beseffen dat een wettelijke regeling alleen maar een beperking van het stakingsrecht kan betekenen. Een wettelijke regeling zal niet tot doel hebben het stakingsrecht beter te beschermen.
Maar eigenlijk moeten we het stakingsrecht niet beperken, maar versterken en verbeteren! Het Europees Comité voor Sociale Rechten heeft België veroordeeld omdat rechters te gemakkelijk dwangsomvonnissen uitspreken en het stakingsrecht beperken zonder dat ze vaststellen dat er sprake is van geweld. Als er geen sprake is van geweld, dan mag men het stakingsrecht – inclusief blokkades en piketten – niet verbieden. Die dwangsomvonnissen komen er trouwens ook zonder dat de vakbond maar gehoord is. Dat is de 19de eeuw pur sang: toen bestond er ook een artikel dat de werkgever op zijn woord werd geloofd. Het VBO zou zich beter schikken naar die uitspraak van het Europees Comité voor Sociale Rechten, in plaats van een wettelijke regeling te eisen die daartegen indruist.
Enkele werkgevers rond de luchthaven van Charleroi hebben geprobeerd om via de rechtbank preventief een stakingspiket te laten verbieden. De rechter oordeelde dat er zonder stakingspiket geen staking mogelijk is.
Jan Buelens. Terecht, hè. Het stakingspiket is een integraal onderdeel van het stakingsrecht. Wat het VBO en de regering willen, is een staking die inhoudt dat je als staker in het beste geval nog mag thuis blijven, maar je zou niet meer aan andere werknemers mogen uitleggen waarom je staakt, laat staan dat je nog op straat zou mogen komen… Al die aspecten die inherent zijn aan het stakingsrecht, wil men verbieden, zodat de staking en het stakingsrecht volledig ontdaan worden van hun karakter en van hun doel.
Het is belangrijk vast te stellen dat sinds die veroordeling door het Europees Comité, rechters echt veel wantrouwiger staan tegenover de eisen van werkgevers om op te treden tegen stakers. De vakbonden hebben die eenzijdige verzoekschriften steevast aangevochten en uiteindelijk werden ze in behoorlijk wat gevallen herroepen omdat het verhaal van de werkgever uiteindelijk toch niet helemaal bleek te kloppen, en dan druk ik me zacht uit.
Donderdag liet het VBO voor de zoveelste keer weten dat er een wet moet komen over het stakingsrecht.
Jan Buelens. Dat is een inderdaad een klassieke eis, maar men goed beseffen dat een wettelijke regeling alleen maar een beperking van het stakingsrecht kan betekenen. Een wettelijke regeling zal niet tot doel hebben het stakingsrecht beter te beschermen.
|