"In gematigde klimaatzones, zoals Vlaanderen, stapelen amfibieën in de zomer energiereserves op in de vorm van vet", verduidelijkt Dominique Verbelen van Natuurpunt. "Dat vet vormt de noodzakelijke reserve om de winterslaap levend door te komen. Tijdens koude winters verloopt de stofwisseling heel traag en worden die reserves slechts langzaam opgebruikt. Milde winters zorgen echter voor een hogere stofwisseling, waardoor de vetvoorraad sneller wordt verbrand."
Verzwakken of sterven
Natuurpunt wijst erop dat zachte winters vaak grillig zijn. Telkens een amfibie ontwaakt tijdens een "warmtegolf", verbruikt ze een deel van haar vetvoorraad. "Bij de volgende winterprik gaat ze opnieuw in winterslaap met een resterende vetvoorraad die te klein is om de rest van die winterslaap door te komen. Sommigen halen dan het voorjaar niet meer. Zij die wel overleven, hebben vaak een zwakke lichaamsconditie. Die zorgt er ook voor dat het aantal en de kwaliteit van de afgezette eitjes lager is. De vrees bestaat dat de negatieve invloed van milde winters op de overleving van amfibieën structureel is geworden."
Het fenomeen van de "wakkere winterslapers" blijft dit jaar niet beperkt tot amfibieën. In december werden ook zonnende hazelwormen gemeld, egels, dagvlinders en enkele libellen. Opmerkelijk, de laatste dagen werden ook enkele nachtvlinders gezien die in het voorjaar pas opduiken. Voor vogels is de zachte winter alvast een meevaller, trekvogels uit het noorden hoeven minder zuidwaarts te zakken en vogels die ter plaatse blijven, vinden makkelijker voedsel.