Pieter Jan de Smet (geboren te Dendermonde 1801) was een vermaard Jezuïet, ontdekkingsreiziger en pionier. In 1821 verliet hij zijn geboortestad en vertrok naar Amerika, waar hij tot priester werd gewijd.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
De Indianen gaven hem de naam de "Grote Zwartrok",
wat ook de titel werd van een aan hem gewijd stripverhaal.
Pater de Smet beleefde een stormachtige periode in de USA. Hij zag zijn standplaats de stad Saint Louis razendsnel uitgroeien tot de Poort naar het Westen. De daarmee gepaard gaande toenemende welvaart ging echter ten kosten van de Indianen, die steeds verder werden verdreven. De Smet bemiddelde herhaaldelijk tussen de Amerikaanse regering en de in het nauw gebrachte Indianen.Door de aanhoudende massale emigratiegolven van de kolonisten met hun huifkarren ontstonden er steeds nieuwe problemen, die dan weer leidden tot ware oorlogen tussen de kolonisten en de Indianen die daar al vanouds woonden.
Pater de Smet maakte zich ernstig zorgen over deze situatie en hij probeerde steeds weer te bemiddelen tussen de partijen. Hij was natuurlijk niet de enige missionaris in die toen zo roerige gebieden.
Naast hem waren daar vele Jezuïetenpaters werkzaam. Pater De Smet was een van hun boegbeelden.Hij had ondermeer ontmoetingen met president Abraham Lincoln en het Indianenopperhoofd Sitting Bull. Pater De Smet overleed in 1873.
In 1932 zakte een delegatie Sioux-Indianen af naar onze stad. Ze poseerden voor het standbeeld van Pater De Smet, 'de Grote Zwartrok'. de Indianen waren in ons land op tournee met een circus.
|