laatste deel van de boom.
In oktober als het goud triomfeert in zijn vacht, Heeft mijn voetstap mij weer, hoewel zwaar en vermoeid, Dikwijls op een lange pelgrimstocht gebracht. Naar die boom van de herfst waar de wind mee stoeit. Terwijl hij een reusachtig vuur van brandend lover toont, Staat hij rechtop, rustig onder het blauwe azuur, Naar het schijnt door miljoenen zielen bewoond Die zachtjes zingen in zijn bladeren van vuur. Ik liep naar hem toe met ogen die straalden. Ik raakte hem aan, met mijn vingers, mijn handen, Ik voelde zijn beven dat diep in de aarde daalde. Alsof een bovenmenselijke kracht hem overmande. e n in heb hem omhelsd, zo heftig, zo vurig, Met zoveel liefde, dat ik zijn ritme voelde, Dat mij doordrong en met zijn kracht gedurig mijn hart bereikte en in mijn aderen woelde. Ik hechte mij aan hem als een deel van het bos, Hij werd het voorbeeld waarnaar ik moest streven. Ik hield van de aarde, het water, het mos. De wijde vlakte waar de wolken passeren. Ik had nu kracht genoeg voor mijn vergezicht, Mijn armen wilden de ruimte beheren, Mijn spieren en zenuwen maakte mijn lichaam licht. En ik riep: heilig is deze macht. De mens moet zijn stempel drukken met volle kracht. Op al zijn roekeloze plannen om zich te bewijzen. Hij houdt de sleutels van de paradijzen En met zijn grote vuist doet hij de poorten springen En ik kuste de knoestige stam, nogal fervent. En toen de avond neerdaalde uit het firmament, Verloor ik mij weer tussen alle dode dingen. En liep rechtdoor, doelloos ,een beetje verward. Kreten slakend uit het diepst van mijn dwaze hart.
dat was het gedicht geschreven door Emile Verhaeren.
ik wens ieder een fijne week
. dit is de rest van een stam en weer leven voor andere dieren. een foto door mijn gemaakt
|