Zoals gisteren gezegd werd het vandaag een niet zo zware etappe. Na enkele klimmetjes werd het dalen ingezet. Stuart kon weer niet goed volgen. Hij had weer last van zijn knieën. Zelfs door niet te snel te wandelen waren Ana en ik al om 11 uur in Triacastela. Na wat rondkijken kozen we voor albergue Aitzenea, één van de vele albergues hier. De stadjes hebben nu veel meer albergues en ook grotere, en de reden daarvoor is simpel: Sinds Burgos en Leon zijn er een heel leger mensen gestart voor de camino, en vooral voor de laatste honderd kilometer komen er nog een pak bij: Het is nu eenmaal zo dat iedereen die de laatste honder km tot Santiago te voet doet en dat kan aantonen met stempels een "Compostella" krijgt, een bewijs van pelgrim naar Santiago de Compostella. Het wordt allemaal nog drukker als ook de camino del Norte en andere camino´s zoals deze uit Portugal erbij komen. Maar ja, we zitten toch maar in de laatste dagen hé.
Vanmiddag heeft Ana haar eigen potje gekookt (zij zit wat krap bij kas), en ik ben nog maar eens een biefstukske gaan eten. Vanavond wil Ana voor ons beiden koken, en voor mij is dat OK, maar ik betaal wel mijn deel van de kosten. Gelukkig is Japans eten niet zo gekruid als Koreaans.
Ondertussen is Stuart al een dorp verder gewandeld, op het vlakke lukt het hem wel goed. We halen hem morgen zeker in. Giin zit ook in Triacastela, maar in een andere albergue, we gaan straks samen iets drinken. Zoals ik al zei zijn er nu meer en meer pelgrims op de weg en dat gaat dus alleen maar drukker worden. Druk in de morgen bij het vertrek en druk op de slaapplaatsen, maar onderweg valt dat allemaal wel mee.
Morgen weer een relatief korte etappe: naar Sarria.
O ja, ik heb het gastenboek ontdekt, Kim had dat gemeld maar ik wist niet waar ik het moest zoeken. Merci aan al de schrijvers, heel leuk om dat te lezen.
|