De politie onderzocht de woning van Sogen Kato op vraag van enkele verantwoordelijken die de lijst van honderdjarigen bijwerkten in het kader van de Dag van het Respect voor de Ouderen in september. Kato werd op 22 juli 1899 geboren en zou vandaag 111 worden. Medewerkers van de Japanse sociale dienst probeerden al enkele keren om Kato te ontmoeten, maar werden telkens weggejaagd door familieleden. Die zeiden steeds dat Kato het goed stelde, maar niemand wilde zien. De autoriteiten kregen argwaan en drongen woensdag het huis van de oude man binnen. Ze troffen de dode in gemummificeerde toestand aan op zijn bed. De man had een pyjama aan en lag onder een deken. Volgens de kleindochter van de overledene sloot Kato zich dertig jaar geleden in zijn kamer op nadat hij had verklaard een levende boeddha te willen worden. De politie denkt dat de man kort daarop overleed. Er volgt nog een onderzoek aangezien de familie van Kato tot op de dag van de inval nog pensioengeld opstreek voor Kato en diens overleden vrouw. "De familie moet al die tijd hebben geweten dat Kato dood was, maar deed alsof er niets aan de hand was", aldus een medewerker van de sociale dienst, die de gebeurtenissen omschreef als "eng".