10.1. Een modern en merkwaardig voorbeeld van schouwspel vinden we in "Catulli Carmina", een werk van Carl Orff (1895-1982). In dit "scenisch spel" uit 1943, op teksten van C. Valerius Catullus (ca. 84-54 v. Chr.), voert de componist twee groepen jonge mensen ("iuvenes" en "iuvenculae") ten tonele. Als het stuk begint, zingen ze dat ze erg verliefd zijn op elkaar en zweren ze elkaar voor altijd (in het Grieks : "eis aiona") trouw. Hun zang beantwoordt volledig aan de stijl die we van Orff gwoon zijn (Carmina Burana!), d.w.z. een zeer eenvoudige, maar sterk geritmeerde melodie.
10. 2. In bovenstaande video hoorden we, op het ogenblik dat de jongeren onder voortdurend "eis aiona"-geroep hun opperste geluk uitzongen, een spottende reactie van een groep oude mannen ("senes"). Om hun woorden kracht bij te zetten stellen ze voor de ongelukkige liefdesgeschiedenis van Catullus tot voorbeeld te nemen. Bij het beluisteren van zijn gedichten zal voldoende moeten blijken hoe broos en vergankelijk de liefde is, ook al was ze aanvankelijk nog zo sterk.
10. 3. Carmen 85
Odi et amo. Quare id faciam fortasse requiris. Nescio, sed fieri sentio et excrucior.
Vivamus, mea Lesbia, atque amemus, rumoresque senum severiorum omnes unius aestimemus assis.
Soles occidere et redire possunt : nobis cum semel occidit brevis lux, nox est perpetua una dormienda.
Da mi basia mille, deinde centum, dein mille altera, dein secunda centum, dein usque altera mille, deinde centum.
Dein, cum milia multa fecerimus, conturbabimus illa, ne sciamus, aut ne quis malus invidere possit, cum tantum sciat esse basiorum.
Voetnoten 3. as, assis : as (Romeinse munt van geringe waarde) 11. conturbare : in de war brengen; de tel kwijt raken
Addendum : Voor ontcijfering van de tekst aan de hand van "magistro iuvante vinces" (C. Van de Weerd) klik hier.
10. 5. Carmen 51
Ille mi par esse deo videtur, ille, si fas est, superare divos, qui sedens adversus identidem te spectat et audit
dulce ridentem, misero quod omnis eripit sensus mihi : nam simul te, Lesbia, aspexi, nihil est super mi vocis in ore,
lingua sed torpet, tenuis sub artus flamma demanat, sonitu suopte tintinant aures, gemina teguntur lumina nocte.
Otium, Catulle, tibi molestum est : otio exultas nimiumque gestis. Otium et reges prius et beatas perdidit urbes.
Voetnoten 1. omnis : acc. meervoud ! 6. simul : zodra 8. vocis in ore : dit vers ontbreekt in de manuscripten; het is door de Duitse uitgever Döring toegevoegd op grond van het Griekse gedicht van Sappho, dat Catullus hier vertaalt 9. torpere : verstijven / tenuis, is, e : fijn / artus, us : lidmaat 10 demanare : (hier) sijpelen / sonitu suopte : door een inwendig geruis 11. tintinare : suizen 14. exultare : uitgelaten zijn / gestire : hunkeren Addendum : Voor ontcijfering van de tekst aan de hand van "magistro iuvante vinces" (C. Van de Weerd) klik hier.
10. 6. Carmen 8
Miser Catulle, desinasineptire et quod vides perisse, perditum ducas. Fulsere quondam candidi tibi soles, cum ventitabas quo puella ducebat amata nobis quantum amabitur nulla. Ibi illa multa tum iocosa fiebant, quae tu volebas nec puella nolebat. Fulsere vere candidi tibi soles. Nunc iam illa non vult : tu quoque, impotens, noli, nec quae fugit sectare, nec miser vive, sed obstinata mente, perfer, obdura. Vale, puella! iam Catullus obdurat, nec te requiret nec rogabit invitam : at tu dolebis, cum rogaberis nulla. Scelesta, vae te! Quae tibi manet vita? Quis nunc te adibit? Cui videberis bella? Quem nunc amabis? Cuius esse diceris? Quem basiabis? Cui labella mordebis? At tu, Catulle, destinatus obdura.
Addendum : Voor ontcijfering van de tekst aan de hand van "magistro iuvante vinces" (C. Van de Weerd) klik hier. 10. 7. Na nog twee gedichten (Carmina 87 en 75) heeft het voorbeeld van de ongelukkige liefde van Catullus voor Lesbia geen effect. De jonge mensen geloven dat zij een dergelijke situatie niet te vrezen hebben. Na een ogenblik aarzelende stilte getuigen ze opnieuw van de onverbreekbaarheid van hun liefdesband : "Eis aiona! Tui sum!"