De voorbeelden uit het archief van iex gaven mij stof tot nog een paar leidraden :
Niemand weet hoe het jaar 2050 eruit zal zien.
Het menselijk zicht is beperkt tot wat vlak voor de mens staat. Hoe verder iets in de toekomst verwijderd is, hoe groter de foutenmarge.
Iedereen denkt te weten hoe morgen eruit zal zien.
Omgekeerd mag een poll ook niet de onmiddellijke toekomst bevragen (enkele dagen tot een week). De mens is immers (te) zeker hoe die eruit zal zien.
Een poll mag geen appelen met citroenen vergelijken.
Een poll mag geen keuzemogelijkheid geven tussen dingen die van een andere orde zijn (bv individuele aandelen en indexen).
De massa zit er nooit totaal naast ! (en als dat toch het geval is kan jij de plof niet voorspellen)
Natuurlijk bestaan er zeepbellen en wat ik onterecht concensuspessimisme zou noemen, als je goed bent kan je dat zelfs 'aanvoelen', maar het is onmogelijk systematisch te voorspellen wanneer die kuddegeest ongelijk zal krijgen. Neem als stelregel dus gewoon aan dat de massa er nooit helemaal naast zal zitten.
|