Ik hou van rijm of een gedicht,
Ik hou van rijm of een gedicht,
dus van spelen met het woord.
Niet al te zwaar en ook niet te licht,
misschien gaat u daarmee akkoord?
We luisterden geboeid naar Hilde
’t zat ver vanachter in ons hersenpan.
We kregen wat we al zolang wilden
want we kenden er haast niks meer van.
Een werkwoord, ja, dát ging nog wel,
en persoonsvorm viel ook nog te begrijpen.
Dat lijdend voorwerp leek ik nu zélf soms wel
en bij substantieven begon ik ‘m te knijpen.
Grammatica was ooit m’n marteling,
nu gaat het allemaal veel vlotter.
Dat ik de ene na de andere fout beging
maakten m’n schrijfsels soms wat zotter.
Het eindeloos geduld van Hilde wil ik roemen,
haast onverstoorbaar vervolgde zij haar pad.
Ik wil hier heus geen namen noemen
er zijn d’ er waar ze haar handen vol mee had.
Ons kofschip is weer opgepoetst,
zelfs de smurfenregel ging erin.
Met een dicteetje werd getoetst
hoeveel fouten maak je in één zin?
Dat leek al bij al nog wel te lukken ,
’t was slechts ‘n momentopname.
Nederlands heeft immers zo zijn nukken
dat zal eenieder hier beamen.
Onthou nu alles wat j’ hier hebt geleerd
voortaan zijn jullie schrijfsels wel okee.
Dan is er wel geen Hilde meer die scandeert:
“Lang leve de dt !”
Ludo Bisschops
Sint-Job-in-‘t-Goor, 16 december 2013
|