Mijn maatje.
mijn maatje die spreekt alle talen
‘k weet niet waar ie ze uit blijft halen
soms is ’t blaffen, dan weer grommen
’t kan hem allemaal niet veel bommen
hij blaft naar grote, niet naar kleine
hij gromt naar lelijke, nooit naar fijne
’t liefst van al loopt m’n maatje los
door de wei of in een eindeloos bos
komt hij daar dan soortgenootjes tegen
is hij heel dapper en ook nooit verlegen
doet er één z’n poot omhoog
dan houdt hij het ook niet droog
Waldo is altijd vrolijk en goed gezind
Waldo is daarom ook allemans vriend
Ludo Bisschops, Kingstone 17 augustus 2017
|