Zij werd in Blankenberge geboren en heeft haar atelier in Knokke. De kunstenares onderwijst Nederlands en Engels en kreeg een beeldende opleiding aan de Academie van Brugge. Haar schilderijen zijn deels figuratief, deels refererend aan vlakken van kleur en ritmiek, aan een discrete lyrische abstractie. In tengere vlaktes verschijnen langgerekte personages als verticale lijnen bijna. Er heerst een vleugje poëzie in tal van haar doeken. Wij menen er de geest van een andere internationaal bekende Blankenbergenaar in te ontwaren, namelijk Rudi Pillen, vooral dan in het situeren van antropomorfe verticaliteit in een gevoelig veld van kleur en materie.

De personages in haar sculptuur die zij de naam Amedé en Josefien geeft, wat een anekdotische connotatie oproept, lijken zo uit haar doeken ontsnapt. Alle verhoudingen in acht genomen. Het is niet voor de hand liggend om de twee, schilderij en sculptuur, schilderes en beeldhouwster of maker van ruimtelijk werk, in functie van elkaar te beoordelen en te situeren. Het beeld dat al geruime tijd voor de start van de eigenlijke Beeldige Wandeling werd geplaatst komt eigenlijk via een zijweg in die beeldenwandeling terecht en maakt er thans wel deel van uit, maar niet in de tijdelijk betekenis van de rest van het beeldige verhaal. Het beeld is op tal van vlakken een eenzaat, een buitenmaatse prestatie, wat evenzeer verwijst naar de afmetingen als naar de sensibiliteit van het geheel. Het is in ruime mate, zoals haar schilderijen, de reflectie van een plastische bewogenheid waarbij de gedachte de vorm overstijgt.