MET MIJN PLUIMSTAARTJE STA IK TE ZWIEREN VAN LINKS NAAR RECHTS.
JA BIJ ZOVEEL WIND,VOEL IK MIJ OPPERBEST.
IK DRAAI VAN WEST NAAR NOORD.
ZOALS HET HOORT.
IK STA IN DE TUIN OF HOOG OP EEN TOREN.
IK WEET WAAR DE WIND WAAIT,AL VAN TEVOREN.
IK DOE ALLE DAGEN MIJN BEST.
EN DE WIND DOET DE REST.
IK BEN ZO FIER ALS EEN ECHTE HAAN.
OMDAT IK HIER ZO HOOG MAG STAAN.
IK HEB ALTIJD IETS TE BELEVEN.
OMDAT IK DE STAND VAN DE WIND MAG GEVEN.
EN IK BEN ZO BLIJ.
IEDEREEN KIJKT NAAR MIJ.
MIA
|