xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Vandaag, dinsdag 6 januari 2009, is het precies 125 jaar geleden dat op 6 januari 1884 de op 22 juli 1822 in Heinzendorf bei Odrau (Oostenrijks Silezië, tegenwoordig Vrané-Hynčice in Tsjechië) geboren Oostenrijkse Augustijn en grondlegger van de genetica Gregor Mendel op 61-jarige leeftijd in Brünn (Moravië in Oostenrijk-Hongarije, tegenwoordig Brno in Tsjechië) overleed.
Gregor Mendel
Hij ligt begraven op het centraal kerkhof van Brno waar o.a. ook de componist Leos Janacek (1854-1928) begraven ligt.
Graf van Gregor mendel
Mendel bestudeerde in het klooster door middel van kweekproeven de overerving van eigenschappen en stelde een theorie op over hoe eigenschappen zich gedragen bij overerving en kruising.
Om dit te bestuderen kweekte Mendel vele jaren erwten op de binnenplaats van het Augustijnenklooster van Sint-Thomas in Brno, waarbij hij nauwkeurig bijhield welke plant welke was, door te nummeren, en ook bijhield welke plant welke bestoof (hiertoe moest hij persoonlijk de stampers bestuiven met een penseel en de meeldraden wegknippen), en op die manier probeerde statistiek te kunnen bedrijven. Hij was door zijn abt minder belast met zielverzorgende taken, en kon zich hierdoor veel richten op zijn onderzoek.
Hij wordt vaak de vader van de genetica genoemd. De wetmatigheden die hij ontdekte bij de bestudering van de overerving, worden nu nog de Wetten van Mendel genoemd. Wanneer iets overerft op een manier zoals Mendel dat beschreef, wordt dat een Mendeliaanse overerving genoemd.
Toen hij in 1866 zijn ontdekkingen publiceerde onder de titel "Experiments on Plant Hybridization" trokken deze weinig aandacht.
In 1900 werd zijn werk echter herontdekt door de Nederlands bioloog Hugo de Vries (1848- 1935) en de Duitse bioloog Carl Correns (1864- 1933) en sinds die tijd zijn de Wetten van Mendel een begrip geworden in de genetica en de biologie.
|