Zoeken in blog

Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
Foto
einstein

11-05-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DI-MACCIO

Gerard Di-Maccio is een schilder Frans , geboren in Algerije op Met 31 July 1938 een Italiaanse vader en een Spaanse moeder

1952 won hij de eerste prijs tekening van de Nationale School voor Schone Kunsten van Algiers , slechts 14 jaar oud en gaf toe met de leeftijd ontheffing .1964 werd hij lid van de Academie de la Grande Chaumière en de Academie Julian . 

Hij studeerde anatomie, meetkunde, technisch tekenen en schilderen en kunstgeschiedenis.1965 werd hij hoogleraar aan de École Nationale Supérieure des Beaux-Arts . Twee jaar later presenteerde hij zijn proefschriftmorphopsychology en wijdde zich aan het onderwijs.1978  Di-Maccio besloten te stoppen met het onderwijs om zich te wijden aan het schilderen en neemt deel aan tentoonstellingen in Parijs, Brussel en Osaka.1979: In maart, Herve SERANE, een vooraanstaande Parijse galerie, fotograaf en felle verdediger van visionaire techniek wordt aangetrokken door de schilderijen van Gerard Di-Maccio tentoongesteld in Parijs op de Salon des Indépendants.   Al snel kwamen zij overeen om samen te werken aan een tentoonstelling werd een groot succes.1980: Tweede solo tentoonstelling van de kunstenaar (juni-juli) aan de Ra galerie in Parijs.2 mei 1981: Binnenkort het magazine wijdt een tekst van 6 pagina Gerard Di-Maccio aan.1982: Nieuwe expositie in de galerie Ra en het kasteel Mishawaka. Persartikelen over de schilder worden dan steeds talrijker.1983-28 juni: Dubbele pagina in Le Figaro Magazine gewijd aan de kunstenaar. Van een boek onder redactie van Ra galerie gewijd aan de persoonlijke tentoonstelling van Di-Maccio (mei-juni-juli).1984: Een demonstratie werd gehouden buiten de ingang van het Grand Palace naar aanleiding van de weigering van de FIAC (International Contemporary Art Fair) om zijn schilderijen tentoon te stellen. Een groot deel van bijna een pagina in Liberation hekelt censuur als MC Hugonot in Le Quotidien de Paris.1985: Gerard Di-Maccio deel aan de tentoonstelling 'Visionary van het Ra gallery "op de beurs in Londen in januari, en die van Stockholm in maart. De koning toen merkte een van zijn schilderijen. In datzelfde jaar, creëert de kunstenaar de eerste holografie als een kunstwerk. Een Point of journalist schreef: "Dali's droom eindelijk gerealiseerd."1986 Art Review (Japan Art Publishing Firm) wijdt twee artikelen over zijn tentoonstelling in het Convention Center op de Internationale Biënnale.1987: van 3 juli tot 30 september Di-Maccio vertoont bij Rapin Museum in Villeneuve sur Lot. Het tweede kanaal van de Franse televisie wijdt een rapport wanneer informatie log.solotentoonstelling in de galerie Ra. De OMNI blad wijdt een aantal artikelen.

Di-Maccio ontvangt de Zilveren Cube voor de beste illustratie van alle tijdschriften in 1983.

Zilveren medaille van de Vereniging van Franse Kunstenaars (Grand Palais).

Benoemd tot kanselier van Verdienste Belgisch-Hispanic - Palme d'Or - Promotie Koningin Fabiola.

Eerste prijs op het Internationaal Festival van Saint-Germain-des-Prés.1988 Na een uitgebreide artikels gepubliceerd in de Verenigde Staten en Japan, Di-Maccio zet zijn persoonlijke tentoonstellingen in Japan, georganiseerd door Asahi Shimbun, augustus en december, de Umeda Daimaru Museum (Osaka), de stad Onomichi museum (Hiroshima) en Odakyu Grote Galerij (Tokyo).1989 van 15 april tot 7 mei persoonlijke tentoonstelling in Thionville. Persoonlijke tentoonstelling in het Ra galerie in Parijs.1991 Presentatie van een drieluik van 3 meter bij 10,50 meter aan de Ra galerie in Parijs.Veel tv-verslagen over de Franse zenders en artikelen.Eregast bij Saint-Sébastien-sur-Loire. TV verslag.1992: Oprichting van een doek van 2 meter bij 3,30 meter voor de tentoonstelling Art Visionary in de ruimte Pierre Cardin, Parijs.Van 18-20 mei, op de persoonlijke uitnodiging van Pierre Cardin, Gerard Di-Maccio deel aan de prestigieuze tentoonstelling van de visionaire kunst in de galerie Ra.Paris tentoonstelling op de beurs prestaties.Persoonlijke tentoonstelling in Japan door Asahi Shimbun augustus georganiseerd om mei in acht steden: Tokio, Osaka, Kyoto, Kobe, Okayama, Hiroshima, Fukuoka en Shimonoseki.1993: Solo-expositie in de galerie Ra. Persoonlijke tentoonstelling in de galerie De Griffioen (Antwerpen, België).1994: Solo-expositie in de galerie Elysées Montaigne, Parijs. Hetgeeft aan de pers het model van wat de grootste ster in de wereld gecreëerd door een enkele kunstenaar zou worden: 27 meter bij 9 meter.1995: Persoonlijke tentoonstelling in het Elysées Montaigne galerie. Persoonlijke tentoonstelling in Opera Gallery in Singapore.1996 Di-Maccio werken aan de realisatie van zijn monumentale werk waarvan de presentatie is gepland voor 1997.1997: Persoonlijke tentoonstelling in Galerie De Griffioen, Antwerpen, België. Persoonlijke tentoonstelling in CFM Gallery, New York.

Gerard Di-Maccio aanwezig om het internationale publiek op de EUROPART Show van Genève, zijn monumentale werk dat blijkt te zijn de grootste ster in de wereld te zijn. Het duurde drie jaar hard werken om dit fresco viering van de mensheid te voltooien.

Persoonlijke tentoonstelling in Cherif Fine Arts Gallery (Sidi Bou Said, Tunesië). Ondertussen heeft de minister van Cultuur van Tunesië is het sponsoren van de presentatie van het monumentale werk Acropolium (voorheen de kerk van St. Louis) Carthage. Deze presentatie zal een grote aandacht in de media toe te staan tijdens het festival Tunesië, Culturele Hoofdstad van de Middellandse Zee. Naar aanleiding van deze blootstelling, de president van Tunesië, Zine El Abidine Ben Ali , bekroond met de titel van ereburger Gerard Di-Maccio en gevraagd om deel te nemen aan de culturele ontwikkeling van zijn land. Di-Maccio opent een kunstacademie in Carthage.

Op 7 november 1997 werd Gerard Di-Maccio bekroond met een gouden medaille van president Ben Ali. Een grote media-impact Gouden medaille van de Academie voor Sociale Wetenschappen van de Verenigde Staten1e prijs van het Internationaal Festival van Saint-Germain-des-Prés New York prijzenGrand Frankrijk Humanitarian AwardMedal van de Society of aanmoediging om vooruitgang te boekenCommander met gouden palm Paris ReviewKanselier van de Belgisch-Spaanse verdient goud vinnen, het bevorderen van Koningin FabiolaGouden Medaille van het Île-de-France en de Seine-Saint-Denis  Secretaris van het zelfstandig wonen en Franse kunstenaars1998: Solo-expositie in e galerie Jardin des Arts in Parijs. Persoonlijke tentoonstelling in de galerie De Griffioen (België). Persoonlijke tentoonstelling in Gstaad (Zwitserland).1999: Opening van de Space Di-Maccio in Carthage. Opening van de Academie van Beeldende Kunsten Di-Maccio in Carthage.2001 Solo Expositie - Galerie Espace Di-Maccio (Sidi Bou Said, Tunesië). Zeer belangrijke tentoonstelling in het Matignon Gallery (Chicago) en Elliott Gamson Gallery (New York).Permanente tentoonstelling in de Oude St. Paul Gallery (Saint-Paul-de-Vence), de galerie Sainte Catherine (Honfleur), Alp gallery (Courchevel), Friends of the Arts (Parijs) galerij Elysées (Parijs).2004: Persoonlijke tentoonstelling in het Glaerie Bartoux (Champs -Elysées- Paris) Persoonlijke tentoonstelling in de Mona Lisa Gallery (Saint-Tropez - Frankrijk).2005: Persoonlijke tentoonstelling in de galerie Elysées (Champs Elysées, Parijs) van 14 april-29 mei Eerste solotentoonstelling in de galerie Grail (Agen) vanaf 23 juni - 13 augustus.2005: Persoonlijke tentoonstelling in West-Fries Museum (Hoorn - Nederland).2006: Solo-expositie in de galerie Grail (Toulouse - Frankrijk). Persoonlijke tentoonstelling in het Haras de Gassin (Saint-Tropez - Frankrijk). solotentoonstelling in de galerie Chem (Rijsel – Frankrijk2007: Solo tentoonstelling in de Galerie van Arts Earth (Parijs-Frankrijk). Persoonlijke tentoonstelling bij Galerie IDAG (Antwerpen-België). solotentoonstelling in de galerie Metamorphoses (Briançon - Frankrijk)  2008: Solo-expositie in de galerie Jardin des Arts (Parijs Frankrijk). Persoonlijke tentoonstelling in Cannes (Theoule Frankrijk) en Cafmeyer Gallery (Knokke - België). Persoonlijke tentoonstelling in Utrecht Open Art Fair - Celesta Kunst (Utrecht-Holland). Tentoonstelling "Dreamscape tentoonstelling" (Amsterdam - Nederland).

Di-Maccio creëerde twee beelden voor Elephant Parade (Antwerpen, België)  2009: Solo-expositie in de galerie Beeldkracht (Scheemda -Holland) blootstelling aan de galerie Hoche (Versailles-Frankrijk), solo tentoonstelling in de galerie Gilles Febvre (Lyon-Frankrijk) en de galerie Jardin des Arts (Parijs, Frankrijk)2010: Double solotentoonstelling in de galerie Grail (Agen-Toulouse - Frankrijk); solotentoonstelling in de galerie Ces'Art (Parijs Frankrijk)Opening van Di-Maccio museum in het noorden van Japan (Nikkappu-Japan)

 



















11-05-2016 om 10:16 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.permeke














11-05-2016 om 10:12 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.PERMEKE

Constant Permeke (Antwerpen31 juli 1886 — Oostende4 januari 1952) was een Belgisch expressionistisch kunstschilder en beeldhouwer. Hij wordt gezien als belangrijkste vertegenwoordiger van het Vlaamse expressionis

Zijn vader Henri Permeke was een verdienstelijk landschapschilder. In 1891 koos de vader met zijn boot Artis Amor en zijn gezin het zeegat, om ten slotte in 1892 aan te leggen in Oostende en daar verder te blijven. In 1897 werd de vader er de eerste conservator van het Stedelijk Museum voor Schone Kunsten. De confrontatie met de Noordzee zou Constant Permeke aan de Vlaamse polders binden. Hij zou sterven in zijn huis "Vier Winden" teJabbeke waar hij en zijn gezin sinds 1930 woonden.

In zijn Oostendse jeugd liep Permeke van 1903 tot 1906 academie te Brugge, maar veel stak hij er niet op. Eén van zijn medeleerlingen was Achiel Van Sassenbrouck.

In 1906 verbleef hij te Gent, voor zijn militaire dienstplicht. Hij liet zich daar inschrijven aan de academie en werd ingedeeld bij de "Universitaire Compagnie", waarbij hij van een zekere vrijheid kon gebruikmaken, om vriendschap te sluiten met belangrijke figuren als Frits Van den Berghe,Gustave De SmetHenri PuvrezLéon De Smet, en de criticus Paul Gustaaf Van Hecke. Sterk onder de invloed van "de prins van het Vlaamse luminisme" Emile Claus, die te Astene verbleef, en aangetrokken door de bekendheid van de eerste Latemse kunstenaarskolonie, rond Albijn Van den Abeele, vestigde de groep vrienden zich te Sint-Martens-Latem.

In maart 1908 was Permeke soldaat af en keerde hij terug naar Oostende. Gust De Smet kwam ook naar Oostende, en het tweetal betrok samen een herbergkamer in de Kaaistraat. Geconfronteerd met het rauwe, harde vissersleven van die tijd, namen ze afstand van het lichte coloriet van de techniek van Claus, die ze niet toeliet hun emotioneel beleven op doek te brengen.

In de lente van 1909 trok Permeke weer naar de Latemse vrienden, maar hij leefde er eerder teruggetrokken en interesseerde zich vooral voor de zware en pasteuse toets van Albert Servaes, die hij al kende van zijn Gentse academietijd. Servaes kon toen al doorgaan als de "Vader van het Vlaamse expressionisme".

Op 27 juni 1912 trouwde Permeke met Maria Delaere uit Poperinge, zijn "Marietje". Het koppel vestigde zich in de Vuurtorenwijk te Oostende, te midden van het harde, maar sociaal aan mekaar gehechte vissersvolk. Hier kregen we de eerste doorbraak van het Permekiaanse expressionisme in al zijn emotionele geladenheid: dof gehouden tonaliteit, brutale vormgeving en gedurfde vervormingen, om zijn expressieve kracht te creëren.

Toen in 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbrak werd Permeke opgeroepen en ingezet bij de verdediging van Antwerpen. Te Duffel raakte hij zwaargewond. Hij werd overgebracht naar hetVerenigd Koninkrijk, naar een hospitaal te South Hillwood. Na zijn herstel vond hij zijn vrouw en zijn moeder terug in Folkestone. Hier werd zijn eerste zoon John geboren. Intussen ontstonden contacten met Belgische kunstvrienden als Edgard TytgatGustave van de WoestijneAloïs Boudry en Hippolyte Daeye. In maart 1916 vestigde hij zich in Chardstock (Devonshire). Hoewel hij nog steeds op krukken liep kreeg zijn schildersziel hem weer te pakken, en er ontstonden enkele meesterwerken als kleurenexplosies omheen het Engels pittoreske natuurgebeuren.

In april 1919 keerde het gezin Permeke, met intussen drie kinderen, terug naar België, naar het huis op de Oostendse Vuurtorenwijk. Na zijn levensroes van het Devonshirelandschap werd de kunstenaar nu geconfronteerd met een desolate, deels berooide visserswijk. In sombere kleuren en krachtige lijnen bracht hij virtuoos raak geobserveerde vissersfiguren, als hoofdthema, in beeld. Daarna trok hij naar de Langestraat in het visserskwartier (1921-1925) waar Gustave De Smet en Frits Van den Berghe hem vervoegden.

In 1921 bezorgden de Brusselse galerijhouders van "Sélection", P.G. Van Hecke en André de Ridder, Constant Permeke een opmerkelijke expositie in "Kunst van Heden" te Antwerpen. Ook te Parijs, in de galerij "La Licorne", in hetzelfde jaar, was het Franse onthaal een revelatie. Nu al toonde Permeke zich superieur aan zijn Latemse vrienden Frits Van den Berghe en Gustaaf De Smet. Tussen 1922 en 1924 trok Permeke regelmatig naar Astene, om er samen te werken met Frits Van den Berghe. In 1926 verbleef hij kort te Vevey (Zwitserland). Hij schilderde er enkele berglandschappen, die Albert Servaes interesseerden.

In 1930 betrok hij het huis "De Vier Winden" te Jabbeke. Meteen wijzigde zich zijn thematiek: wat eerst visser en zee betekende, werd nu gedomineerd door boer en akker. Hij ontplooide nu ten volle zijn barokke kracht in een enorme productiviteit, met meesterwerken als "Gouden Oogst" (1935), "De Grote Marine" (1935), "Moederschap" (1936), "Het Afscheid" (1948), "Dagelijks Brood" (1950).

Permeke ontpopte zich eerst in 1937 als beeldhouwer. Hierin zocht hij het isoleren van de menselijke figuur, alweer in een indrukwekkend monumentaal gebeuren. "De Zaaier" (1939), de grote "Niobe" (1946) en "De Drie Gratiën" (1949) gaven gestalte aan een beheerste monumentaliteit in een mythologische expressie. In 1934 kreeg hij de internationale erkenning ten volle, bij zijn deelname aan de "Biënnale van Venetië". Ook in 1926 al had hij België vertegenwoordigd, samen met zijn vrienden Frits Van den Berghe en Gust De Smet, in dezelfde stad, op de XVde Internationale Expositie.

De oorlogsperiode 1940-1944 werd voor Permeke, zowel menselijk als artistiek, een tragedie. Zijn zoon Paul werd door de Duitsers weggevoerd en hemzelf werd het schilderen verboden. Zijn kunst, zoals het hele expressionisme werd als "entartet" beschouwd. Verbitterd zocht hij te Brussel een tijdelijke verblijfplaats. Na de oorlog werd hij in december 1945 benoemd tot directeur van het Nationaal Hoger Instituut en de Koninklijke Academie te Antwerpen, als opvolger van Isidore Opsomer. Bij deze benoeming had hij echter zijn persoonlijke voorwaarden gesteld. Nog geen jaar later, in oktober 1946, nam hij al ontslag en gaf de toorts door aan zijn goede vriend Henri Puvrez. Intussen was zijn zoon uit het gevangenkamp teruggekeerd en vond Permeke zijn werkkracht terug in vernieuwde levensvreugde.

Het summum van zijn carrière bereikte Permeke op zijn retrospectieve expositie te Parijs, in 1947-1948. De feestelijke vreugde werd echter brutaal verdrongen door het overlijden van zijn echtgenote, op 3 mei 1948. Hij werd scherp getekend door het drama en, verzorgd door zijn dochter Thérèse, sukkelde hij met zijn gezondheid.

Moreel gesteund door Mevrouw d'Ydewalle hernam hij toch enigszins zijn creatieve activiteit, doch zijn impulsief expressieve kracht vertoonde nu een zekere verfijning in tekening en in kleur. Aldus ontstond "De dame met de rode handschoenen" (1951), naast andere portretten en een reeks Bretoense landschappen. Op voorstel van de Franse Fauvisme-schilder Maurice de Vlaminck maakte hij in de lente van 1951 een tiendaagse reis naar Bretagne, waarbij hij het bekende Pont-Aven van Paul Gauguin aandeed. Na deze reis begon ziekte zijn gezondheid kennelijk te ondermijnen. In november van dat jaar moest hij het bed houden.

Constant Permeke stierf kort na de jaarwisseling in 1952 op 65-jarige leeftijd in een ziekenhuis te Oostende. Op 8 januari werd hij te Jabbeke begraven, naast "Marietje". Op het graf had hij al een beeldhouwwerk van die andere Latemnaar Georges Minne laten plaatsen.

Permeke had als wens na zijn overlijden dat zijn woonhuis en atelier opengesteld zou worden voor het publiek als een museum.[1] In 1956 werd zijn huis met inboedel gekocht door deprovincie West-Vlaanderen, en in 1961 opengesteld als museum. Destijds bestond de boedel uit 121 werken van Permeke, maar deze is in de loop der jaren aangevuld met werk van onder andere Pierre DevosFrits van den Berghe en Floris Jespers. Het Permekemuseum is, samen met het Ensorhuis, een satellietmuseum van het Mu.ZEE in Oostende.

De Openbare bibliotheek in Antwerpen is genoemd naar Oscar Permeke (een volle neef van Constant) die een garage had in hetzelfde pand. Veel mensen denken echter ten onrechte dat de bibliotheek de naam kreeg van de beroemde schilder.Gedenkplaat aan het huis in de Langestraat in Oostende waar hij korte tijd woonde tijdens het interbellum Postzegels : emissies door de Belgische posterijen in 1957 (in de Culturele Reeks), in 1961 (Antitering 1961-1962) en in 1993 (thema "Hedendaagse Kunst"). Het laatste biljet van 1000 BEF was aan hem gewijd Dodenmasker door Constant Lambrecht in het Kunstmuseum aan Z

 

















11-05-2016 om 10:12 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
10-05-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.freud




10-05-2016 om 10:43 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.futuritisme






















10-05-2016 om 10:36 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FUTURITISME

Het futurisme (Italiaans futuro, "toekomst") is een van oorsprong Italiaanse beweging en kunststroming van 1909 tot 1914, ontstaan uit hetkubisme. Hoewel de futuristen het kubisme afwezen, was er een moeilijk te negeren correlatie tussen beide bewegingen.

Enkele kenmerken van het futurisme zijn snelheid, energie, agressie, krachtige lijnen, vooruitgang en nieuwe technologie. Samen met het opkomende nationalisme in alle Europese landen paste het futurisme in het oorlogsenthousiasme dat kenmerkend was voor veel intellectuele en artistieke kringen aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog 

De Italiaanse schrijver Filippo Marinetti stak met een eerste 'Futuristisch manifest' in de Franse krant Le Figaro op 20 februari 1909 de lont aan van het futurisme. Het was het begin van het algemeen literaire vlak. Het manifest beoogde een toekomst gedreven door strijd, aanval en beweging: "Wij willen de oorlog verheerlijken - enige hygiëne van de wereld -, militarisme, patriottisme, de verwoestende daden van deanarchisten, de mooie ideeën waarvoor men sterft, en de minachting voor de vrouw".

Tussen 1909 en 1920 verschenen meer van dergelijke manifesten. Op 11 februari 1910 ondertekenden Umberto BoccioniCarlo CarràGino SeveriniLuigi Russolo en Giacomo Balla het Manifesto dei pittori futuristi. Op 2 april van datzelfde jaar volgde het technisch manifest (La pittura futurista. Manifesto tecnico).

In 1911 presenteerde Marcel Duchamp te Puteaux zijn kubistische vrienden zijn ophefmakende Nu descendant l'escalier. In 1912 schreef Boccioni een Manifesto tecnico della scultura futurista, terwijl er in 1914 door de architect Antonio Sant'Elia een Manifesto dell'architettura futurista werd gepubliceerd. De beide geschriften omtrent de schilderkunst drongen enerzijds aan op het uitdrukken van de dynamische sensatie of de opeenvolgende fasen van een beweging of van het gevoelsleven en anderzijds op het simultaneïsme of het samenvatten in één moment van deze fasen.

In februari 1912 kregen de futuristen hun grote expositie te Parijs, gevolgd door een tweede in 1913. Beide werden herhaald in meerdere belangrijke centra van Europa.

De muzikale uiting van het futurisme noemt men het bruïtisme. De componist Balilla Pratella schreef verschillende manifesten op het gebied van futuristische muziek, te beginnen bij het Manifesto dei musicisti futuristi van 1910.

Het futurisme was een kort leven beschoren. Toen Italië in april 1915 bij de Eerste Wereldoorlog betrokken werd, en de oorlog helemaal niets groots bleek te zijn, viel de beweging uiteen.

Van 1912 tot midden jaren twintig van de 20e eeuw beleefde het futurisme een bloeiperiode in Rusland, met name op het terrein van de literatuur (poëzie). Het Russisch futurisme ontstond in het begin van de twintigste eeuw (gelijktijdig met het acmeïsme) als een reactie op de toen in Rusland dominante stroming van het symbolisme. De betekenis van het Russische futurisme ligt in het zich afzetten tegen alle geldende normen en conventies inzake woordvorming, syntaxis, spelling en ritmiek. Het poëtische woord moest weer centraal komen te staan, met willekeurige en afgeleide woorden.

Bekende Russische futuristen waren de dichters Igor SeverjaninClebnikovDavid Boerljoek en Majakovski. In de schilderkunst onderscheiden zich Filonov en Malevitsj. In Polen werden genoemde principes geïntroduceerd door Aleksander Wat.

Jules Schmalzigaug (1882-1917) was een van de weinige Belgen die het futuristische experiment beleefd heeft. Ook René Magritte heeft in zijn jonge jaren geëxperimenteerd met de futuristische schilderstijl.



















10-05-2016 om 10:35 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.fauvisme

Fauvisme is een uit Frankrijk afkomstige expressionistische stroming in de schilderkunst die begin 20e eeuw ontstond.

Het fauvisme kenmerkt zich door het gebruik van felle, nauwelijks gemengde kleuren. De stroming staat aan het begin van de moderne kunst en vond haar voortzetting in de schilderkunst van de 20e eeuw. Het hoogtepunt bereikte de stroming tussen 1898 en 1908.

Een van de voorlopers van het fauvisme was Paul Gauguin. Net zoals het impressionisme in 1874, dankt het fauvisme (fauve betekent 'wilden', wilde dieren) zijn naam aan het toeval. Het was de Franse journalist-criticus Louis Vauxcelles die de naam gaf aan deze schilderstijl. Op de Salon d'Automne van 1905 exposeerde een zekere beeldhouwer Marqué een Italianiserende Florentijnse torso, te midden van de brutaal opvallende werken van de vrienden van Henri Matisse. Verontwaardigd schreef de criticus: "La candeur de ce buste surprend au milieu de l'orgie des tons purs: Donatello parmi les fauves". De expositiezaal werd zelfs als de "Cage aux fauves" (kooi met wilde dieren) omschreven. Zo werd de beweging voortaan "fauvisme" genoemd en waren de adepten ervan "fauvisten".

Op de Salon van 1906 schreef dezelfde Vauxcelles nog over "een werkelijk vuurwerk", maar tijdens de Salon van 1907, waarop Paul Cézanne een retrospectief overzicht kreeg, ging de meeste belangstelling uit naar de gedempte blauwen en grijzen in de geometrisch kubistische werken van de nieuwere kunstuiting, het kubisme.

In 1906 sloten zich ook Georges BraqueAndré Derain en Kees van Dongen bij de fauvistische beweging aan. Het fauvisme was maar een kort leven beschoren. Henri Matisse en Raoul Dufybleven de beweging het langst trouw. Het fauvisme was samen met een groot aantal andere stromingen een positiebepaling ten opzichte van het fototoestel. Schilders moesten concurreren met de fotografie, waardoor ze in de kleur een manier zochten om de waarde van het schilderij te bepalen.

De Franse fauvisten gingen bij het gebruiken van hun onvermengde directe kleuren tot het uiterste. Zoals alle vernieuwers wilden ze hiermee hun vrijheid manifesteren. Het is duidelijk dat ze waren beïnvloed door de felle kleuren van Vincent van Gogh. In 1901 had er een Van Gogh-retrospectieve tentoonstelling plaatsgevonden in de Galerie Bernheim-Jeune, die een sterke invloed zou uitoefenen op de latere fauvisten. Bij fauvisme ging het niet om een coherente groep schilders; wat hen tijdelijk samenbond was een gemeenschappelijke interesse in het schilderen van vlakke patronen en 'wilde' kleuren. Matisse was de centrale figuur van de groep.

Marquet en Matisse schilderden al op deze manier in 1898, in de Académie Carrière, maar pas op de Salon d'Automne 1905, te Parijs, toonden een aantal geestverwanten gelijkaardig werk, zoals Maurice de VlaminckAndré DerainPierre LapradeRaoul DufyOthon Friesz en Georges Rouault.

De belangrijkste groepen die deel uitmaakten van deze beweging waren: Atelier Gustave Moreau, Académie Carrière (Marquet, Camoin, Manguin, Puy), de Châtou-groep (met Derrain en Vlaminck), en de Le Havre-groep (Braque, Dufy, Friesz).

In 1948 verenigde een aantal jonge expressionisten met gelijkgerichte ideeën zich in de Cobra groep. Deze op het expressionisme en het fauvisme voortbordurende stroming veroorzaakte een opleving van de moderne kunst in Nederland, België en Denemarken.

Tegenwoordig wordt de term "fauvisme" ook gebruikt om een bepaalde manier van schilderen aan te duiden. Kenmerken van deze schilderwijze zijn:

  • het gaat vooral om kleur en vorm
  • dikwijls is sprake van applicatie van ongemengde pigmenten
  • kleurpatronen, versimpelen, vlakheid, intens en niet-natuurgetrouw


















10-05-2016 om 10:31 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FAUVISME


















10-05-2016 om 10:26 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
09-05-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.primitivisme
























09-05-2016 om 09:02 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.PRIMITIVISME

Primitivisme is een stroming in de beeldende kunst waarbij kunstenaars (de primitivisten) er naar streven om terug te keren naar de tijd van voor de moderne beschaving, naar het primitieve, toen alles nog 'onbedorven eenvoudig en oorspronkelijk' was. Het spontane en het naïeve staan centraal. Vaak wordt dit gekenmerkt door gebrek aan perspectief en abstraheren van het onderwerp. Het primitivisme is verwant aan de naïeve kunst.

Primitivisme is nadrukkelijk niét de kunst van inheemse of prehistorische volkeren (Primitieve kunst). Het gaat primair over de westerse belangstelling voor primitieve kunst en het streven haar kenmerken terug te brengen in de hedendaagse kunst.

Tot aan de achttiende eeuw geloofden Westerse kunstenaars dat de kunst zich in grote lijnen lineair ontwikkelde: kunst kon steeds beter worden, was de gedachte. Er was een idee van voortdurende vooruitgang: vanaf de Middeleeuwen, via de Renaissance, hadden technieken en compositievormen zich voortdurend verder ontwikkeld.

In de negentiende eeuw kwam er meer en meer verzet tegen dit idee van voortdurende vooruitgang. Het begon in zekere zin met Jean-Jacques Rousseau, die het idee van de onbedorven primitieve mensen (de “nobele wilde”) verheerlijkte, maar ook in de beeldende kunst ging men, mede ook onder invloed van de opkomst van de fotografie, die de taak van een kunstschilder ingrijpend veranderde, steeds nadrukkelijker op zoek naar nieuwe manieren om zich uit te drukken.

Veel Westerse beeldende kunstenaars vonden die nieuwe uitdrukkingsvorm in primitieve culturen, waarmee ze in de negentiende eeuw steeds meer en makkelijker in aanraking kwamen, mede door de opkomst van wetenschappen zoals de etnografie, maar ook omdat het gemakkelijker werd om te reizen. Steeds vaker begonnen ze elementen over te nemen uit andere culturen. Eerste tendensen waren al merkbaar binnen hetoriëntalisme in de tweede helft van de negentiende eeuw, maar rond 1900 begonnen een aantal kunstenaars steeds bewuster te streven naar het 'weer primitief maken' van de kunst. Ze probeerden te schilderen vanuit eenzelfde soort gevoel als primitieve mensen. Dat hoefden niet per se mensen uit andere culturen en landen te zijn, maar kon bijvoorbeeld ook gevonden worden in volkskunst en achtergebleven boerengemeenschappen.

Het primitivisme verheerlijkte het spontane, onbedorvene, naïeve en intuïtieve van de 'primitieve kunstenaars' en stelden dat tegenover de academische, aan conventies gebonden westerse kunsttraditie. In plaats van het ontbreken van perspectief en realisme te zien als bewijs voor de lage ontwikkelingsgraad van de 'primitieve volkeren', bewonderden zij de schoonheid van de abstractie en namen die als leidraad voor hun eigen werk. Uiteindelijk ging het om het maken van kunst zonder enige kunstmatigheid of verfijning. Opvallend is het vaak felle, exotische, contrasterende kleurgebruik.

Tot de eerste kunstenaars die tot het primitivisme werden gerekend behoorde Paul Gauguin, die naar Tahiti reisde om daar zijn bekende naïef-primitieve schilderijen van de lokale gemeenschap te kunnen maken. In Rusland kan gewezen worden op Mikhail Larionov, die het primitieve vooral zocht in de eenvoud van de plattelandsbevolking. In het begin van de twintigste eeuw was vervolgens heel duidelijk een invloed van het primitivisme waarneembaar in de vroege modernistische kunst. Primitivistische invloeden zijn direct aanwijsbaar in de kunststromingen van die Brücke en der Blaue Reiter, met Wassily Kandinsky als belangrijkste voorman. Daarnaast zijn ook bij modernistische schilders als Henri MatisseAmedeo ModiglianiPablo PicassoHenri Rousseau en Paul Klee (en ook bij beeldhouwers als beeldhouwers als Constantin BrâncuiAlberto Giacometti en Henry Moore) elementen van het primitivisme herkenbaar, bijvoorbeeld in het gebruik van maskervormen.

In het begin van de twintigste eeuw had het primitivisme vooral een symbolistische inslag, vaak met abstracte elementen. Later werd het steeds meer expressionistisch. Na de tweede wereldoorlog was er nog een variant van het primitivisme waarneembaar die vooral de nadruk legde op het spontane, het naïeve en het gevoel, met de Cobra-groep en kunstenaars als belangrijkste voorbeeld. Ook zij gewezen op kunstenaars als Franz Kline en Adolph Gottlieb.

Tot een echte vastomlijnde beweging of stroming is het primitivisme uiteindelijk nooit uitgegroeid. Daarvoor werden de uitingsvormen uiteindelijk te divers. Als trend en invloed is het primitivisme echter nog steeds herkenbaar, hoewel de term als zodanig steeds minder houdbaar lijkt vanwege het steeds vanzelfsprekender in elkaar vloeien van primitieve- en niet-primitieve elementen in hedendaagse kunstuitingen.



















09-05-2016 om 09:01 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.naive kunst












09-05-2016 om 08:57 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.NAIVE KUNST

Naïeve kunst is een vorm van beeldende kunst, meestal schilderkunst, die gekarakteriseerd wordt door een naïeve en soms kinderlijk aandoende manier waarop het onderwerp wordt uitgebeeld en de technieken worden gebruikt. De term naïeve kunst was oorspronkelijk een neerbuigende term waarmee critici over deze stijl spraken. Tegenwoordig heeft het genre zijn plek veroverd, wordt het serieus genomen en zijn er opleidingen in te volgen

Naïeve kunst wordt toegepast vanaf de 18e eeuw en was in de aanvang een romantische reactie op wat door de beoefenaren werd ervaren als culturele decadentie en oververfijning. Voordien bleven de naïeve schilders vaak anoniem, al zijn de Prenten van Épinal wel bekend geworden. Het waren essayisten als Alfred JarryGuillaume ApollinairePaul Guillaume (1891–1934) of Ambroise Vollard die de aandacht wekten voor het werk van enkele van deze kunstschilders. De beoefenaren zijn soms autodidact, maar velen ook niet. Naïeve kunst wordt soms tot de Art Brut(Outsider Art of spontane kunst) gerekend.

De naïeve kunst kunst kreeg bekendheid met de expositie van het werk van Henri Rousseau op de Salon des Indépendants (georganiseerd door de Société des artistes indépendants, een vereniging die was opgericht in 1884). In 1937 kwam er meer bekendheid met de eerste grote expositie van Les maîtres populaires de la réalité in Parijs. Naast Rousseau exposeerden daar onder anderen Louis VivinCamille BomboisAndré BauchantMaurice UtrilloDominique-Paul PeyronnetSéraphine de SenlisJean EveRené Rimbert en Adolf Dietrich. Na deze tentoonstelling ontstond discussie over de naamgeving van de kunstvorm. Men noemde ze Les maîtres vanwege de hoge technische kwaliteit van de werken,populaires om de schijnbare eenvoud van voorstelling, de la réalité om de figuratie. Termen als zondagschildersmoderne primitievennaïeve schildersinstinctieve schilders of autodidactische schilders waren aan de orde.

























09-05-2016 om 08:57 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
08-05-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.ESCHER

Escher had een sterke voorkeur voor technieken waarbij men met een zwart vlak begint en zwart weghaalt. Escher gebruikte dan ook houtsnede,houtgravurelithografie en (in mindere mate) mezzotint. Tijdens zijn HBS-opleiding maakte hij ook enkele lino's.

Van Jessurun de Mesquita erfde Escher een voorliefde voor houtsnede op langshout, maar later (vanaf 1931) gebruikt Escher ook houtgravure (op kopshout), omdat men hiermee gedetailleerder kan werken. Houtsnede zou echter voor Escher een veelgebruikte techniek blijven.

In 1929 maakte Escher zijn eerste lithografie. Met lithografie kan men ook grijstinten gebruiken, maar het contrast is beperkt. In 1946 waagt Escher zich dan ook aan mezzotint, ook wel 'zwarte kunst' genoemd, omdat hiermee sterker contrast mogelijk is. Mezzotint vergde echter te veel geduld en Escher zou in totaal slechts zeven mezzotinten maken.

Escher bezat een grote technische vaardigheid. Een voorbeeld hiervan is de prent Draaikolken, waarin afbeeldingen van rode en groene vissen het vlak vullen. Beide kleuren werden afgedrukt met hetzelfde blok hout, maar bij het afdrukken van de ene kleur was het blok 180 graden gedraaid ten opzichte van de afdruk van de andere kleur.

In het begin was techniek belangrijk voor Escher (en dat zou ook zo blijven), maar op een gegeven ogenblik was technische vaardigheid niet meer het hoofddoel. Escher wil dan de wonderlijke ideeën in zijn hoofd uitdrukken in prenten, en techniek was hiervoor slechts een middel.

In Eschers vroegste werk vinden we vooral landschappen, waarvoor hij inspiratie vond in Italië, en ook wat stillevens en portretten. Pas vanaf zijn veertigste maakte Escher "Escheriaanse" prenten. Hieronder volgt een opdeling van de onderwerpen die typisch zijn voor Escher. De opdeling is artificieel, dekt niet alle prenten, heeft overlappingen en er zijn ook andere opdelingen gepubliceerd.

Met regelmatige vlakvulling bedoelt men een prent die volledig gevuld is met gelijkvormige figuurtjes die elkaar nergens overlappen. Escher inspireerde zich hiervoor op de Moorse kunstwerken zoals hij die zag in het Alhambra in Spanje. In de Moorse kunstwerken waren de figuurtjes abstract, maar bij Escher stellen ze herkenbare dingen voor (meestal diertjes zoals reptielen, vissen en vogels). Soms transformeren de figuurtjes (bijvoorbeeld van vissen in vogels) zoals in de prenten Metamorfose I (1937) en Metamorfose II (1939-1940, 4 meter lang), welke uiteindelijk samen werden verwerkt en uitgebreid tot de verlengde versie Metamorfose III (ontwerp 1968, voltooiing en onthulling 1969) die in het toenmalige hoofdpostkantoor vanDen Haag met behulp van een diaprojector en met de hulp van schoolkinderen en huisschilders op doek geschilderd werd. Dit doek heeft in totaal een spanwijdte die achtenveertig meter bedraagt. Door ingrijpende verbouwingen van het pand was er geen plaats meer voor. Het heeft sinds 7 januari 2008 een nieuwe bestemming gekregen in Lounge 4 van Schiphol

Andere voorbeelden van prenten waarin regelmatige vlakvulling wordt gebruikt zijn Lucht en water ILucht en water II en Dag en nacht. Escher maakte veel prenten met regelmatige vlakvulling en het bleef lange tijd een vruchtbare bron van inspiratie.

Een voorbeeld hiervan is de prent Tekenen. Enerzijds lijkt het alsof Escher een afbeelding heeft gemaakt van een eerste driedimensionale hand, die een tweede, tweedimensionale hand tekent, anderzijds lijkt het alsof de eerste hand juist tweedimensionaal is, en getekend wordt door de tweede hand, die driedimensionaal is. Een ander voorbeeld is Prentententoonstelling, waarop een man naar een prent kijkt waarop hij zelf afgebeeld is. Reptielen is een combinatie van regelmatige vlakvulling en de relatie twee dimensies - drie dimensies: Escher beeldt een openliggend schrift af, waarin een regelmatige vlakvulling getekend is, maar een van de reptieltjes in de regelmatige vlakvulling stapt uit het schrift en maakte een toertje op de tafel.

Een voorbeeld hiervan is Klimmen en dalen. Op deze prent lopen mensen op een soort wenteltrap met maar één wenteling, maar waarvan begin en einde aan elkaar zijn vastgemaakt, zodat de mensen steeds kunnen klimmen zonder ooit hoger te geraken. Andere voorbeeldjes zijn Belvedere, waarop een onmogelijke kubus wordt afgebeeld, en Waterval, waarop een onmogelijke driehoek wordt afgebeeld.

Escher had een voorkeur voor eigenaardige gezichtspunten. Een voorbeeld is Boven en onder, waarop eenzelfde tafereel vanuit twee verschillende gezichtspunten wordt bekeken.

Voorbeelden hiervan zijn Cirkellimiet III en III, en Vierkantlimiet. Deze voorbeelden zijn allemaal regelmatige vlakvullingen, maar aan de randen worden de afgebeelde figuurtjes steeds kleiner, zodat er uiteindelijk schijnbaar oneindig veel figuurtjes afgebeeld zijn. Ringslangen is een ander voorbeeld hiervan.

Een voorbeeld hiervan is de prent Drie werelden; de drie werelden zijn: de bomen die weerspiegeld worden in de vijver, de bladeren die op de vijver drijven, en de vis die erin zwemt. Escher was ook gefascineerd door spiegelingen. In het werk van Escher vinden we dus veel kleurcontrast, structuur, symmetrie en spiegelingen terug.

Het is soms niet duidelijk of iets juist dichtbij of ver weg is, zoals in het werk Hol en bol.

Zijn gravures verbeelden vaak onmogelijke constructies, studies van oneindigheid en in elkaar passende geometrische patronen die geleidelijk in volstrekt verschillende vormen veranderen. Vele van de werelden die hij tekende zijn ontworpen rond onmogelijke objecten zoals de Necker-kubus en de Penrose-driehoek. Escher ging vaak uit van regelmatige betegelingen vanveelhoeken die door uit- en instulpingen mensen, dieren en andere figuren voorstelden.

De kristallografe Caroline MacGillavry bracht Escher in contact met de wetenschappelijke wereld en organiseerde tentoonstellingen van zijn werk op wetenschappelijke congressen. Haar publicaties over Escher maakten hem bekend in de VS. De meetkundige Donald Coxeter maakte een studie van Eschers werk.

27 maart 1972 – In een speciaal tehuis voor bejaarde artiesten stierf een van ‘s werelds beroemdste grafici, M.C. Escher, op 73-jarige leeftijd.

 

























08-05-2016 om 10:05 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
07-05-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GAUDI














07-05-2016 om 10:38 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GAUDI


















07-05-2016 om 10:37 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GAUDI

Jeugd en studie

Gaudí werd in 1852 vermoedelijk in de Catalaanse stad Reus geboren, in een huis aan de Carrer de Sant Joan 4. Andere bronnen beweren dat hij in het nabijgelegen Riudoms is geboren. Zijn vader, Francesc Gaudí i Serra, was een onbemiddelde kopersmid. Sinds zijn kindertijd leed Gaudí aan reuma.

Op zijn zeventiende trok hij naar Barcelona om er architectuur te studeren aan de Escola Superior d´Arquitectura (Hogeschool voor de Architectuur). Om in zijn levensonderhoud te voorzien had hij bijbaantjes bij architecten in de stad. Gaudí was geen goede student maar viel op door zijn eigenzinnigheid. Zo tekende hij bij zijn afstudeerproject "voor de sfeer" een volstrekt irrelevante lijkwagen op een bouwtekening van een poortgebouw van een begraafplaats.

Tussen zijn twintigste en dertigste was Gaudí lid van de vrijmetselarij, maar na herontdekking van zijn katholieke geloof, distantieerde hij zich formeel van dit lidmaatschap, vanwege zowel het kerkelijk verbod op vrijmetselaarslidmaatschap als het sterk "antichristelijke karakter" van de Spaanse irreguliere tak van de vrijmetselarij. De internationale vrijmetselarij gebruikt Gaudí thans in haar schaarse public relations onterecht als illustratie van katholiek én maçonniek zijn.

Bij zijn diploma-uitreiking in 1878 zei de directeur Elie Rogent: "He aprobado a un loco o a un genio", Ik heb een dwaas of een genie laten slagen. Opvallend is dat Gaudí, die zich later altijd tamelijk sjofel kleedde, in deze tijd buitengewoon veel tijd aan zijn uiterlijk besteedde en aldus een dandy was. Niettemin leefde hij alleen voor zijn werk. Hij huwde nooit, hoewel hij volgens een gerucht rond 1884 verloofd was.

























07-05-2016 om 10:35 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
06-05-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.FREUD














06-05-2016 om 13:15 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
05-05-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DALI

Dalí werd geboren in Figueres, een klein stadje aan de voet van de Pyreneeën, zo'n 25 kilometer van de Franse grens, in CataloniëSpanje op 11 mei 1904. Hij had een zus, Anna Maria (1908-1989), die in 1949 een boek over haar broer schreef. Salvadors oudere broer, die ook Salvador heette, werd op 12 oktober 1901 geboren, maar overleed op 1 augustus 1903, negen maanden voor de geboorte van Salvador. Zijn eerste tekenonderwijs kreeg Dalí op tienjarige leeftijd van een vriend van zijn vader, de impressionistische kunstschilder Ramón Pichet (1872-1925). Zijn eerste tentoonstelling vond in 1918 plaats in het stadstheater van Figueres.

In zijn jonge jaren was Dalí geïnteresseerd in kunstschilders als El GrecoFrancisco GoyaMichelangelo en Diego Velázquez. Hij richtte zijn aandacht in die tijd op het impressionisme en het kubisme.

Salvador Dalí studeerde in Madrid van 1921 tot 1924. Al in die tijd was hij, waarschijnlijk om de aandacht op zich te richten, een excentriek figuur. In 1926 ging hij naar Parijs. Daar leerde hij Pablo Picasso en André Breton kennen. In 1929 werd hij verwelkomd door Breton en sloot hij zich aan bij het surrealisme. Hij werkte er samen met onder anderen de cineast Luis Buñuel.

In augustus 1929 bezochten Gala, haar echtgenoot Paul Éluard en enkele vrienden Dalí in Portlligat, vlakbij Cadaqués. Het was liefde op het eerste gezicht voor Dalí en Gala. Gala scheidde daarna van Éluard en huwde in 1934 voor de wet met Dalí. De Spaanse Republiek stond echtscheiding voor het eerst toe, en kende voor het eerst ook een burgerlijk huwelijk. Pas in 1958 werd hun kerkelijk huwelijk te Montrejic ingezegend, na de dood van Paul Éluard. Het gerucht ging dat Dalí een fobie voor vrouwelijke genitaliën bezat. Dalí was dan ook zeer waarschijnlijk nog maagd toen hij Gala in 1929 ontmoette. Nog voordat Dalí en Gala elkaar ontmoetten had hij een zeer innige vriendschap met de homoseksuelepoëet Federico García Lorca, die tweemaal vergeefs seksueel contact zocht met Dalí. Hun vriendschapsband eindigde echter nadat de film Un chien andalou van Luis Buñuel en Dalí uitkwam. García Lorca beschouwde deze film als een persoonlijke aanval op hem. In 1936 was het commentaar van Dalí op de dood van García Lorca in een nationalistische gevangenis: "Lorca is gestorven op een manier die bij hem past."

In de zomer 1940 vestigde hij zich in de Verenigde Staten na een vlucht uit Frankrijk dat door het Duitse Rijk werd bezet, waar hij 15 jaar zou wonen. In 1955 keerde hij terug naar Spanje. Deze periode staat bekend als zijn "klassieke" periode. Hierin uitte hij zijn gedachten over de wetenschappen en zijn diepe katholieke geloof. In deze tijd maakte Dalí een serie van 18 grote schilderijen. Ook maakte hij enkele kunstjuwelen.

Na de Tweede Wereldoorlog keerde hij met Gala uit zijn zelfverkozen ballingschap terug naar Europa; eerst in Portugal, later in Italië. In 1948 begon Salvador Dalí in Rome een samenwerking met de Italiaanse film- and theater-regisseur Luchino Visconti om een performance van William Shakespeare's pastorale komedie As You Like It te arrangeren. Dalí ontwierp hiervoor de decors en kostuums.

Hij had voor de oorlog de opstand van Francisco Franco en andere officieren gesteund, die leidde tot de Spaanse Burgeroorlog, hoewel Dalí Spanje lange tijd niet zou bezoeken, en feliciteerde met andere kunstenaars de generalissimo bij de overwinning van de Spaanse nationalisten in 1939. InNew York bad hij in de Sint-Patrickkathedraal in de jaren 40 herhaaldelijk publiekelijk voor de Caudillo en diens Spaanse staat.[3] In de VS werkte Dalí jarenlang als adviseur en tekenaar voor de beroemde Walt Disney.

Dalí werd later als aanhanger van de alfonsistische monarchisten – zelf noemde hij zich anarcho-monarchist[3] – door de Spaanse koning Juan Carlosin de adelstand verheven. Hij en Gala werden markies en markiezin de Dalí de Pubol. Eerder werd hij al opgenomen in de Orde van Isabella de Katholieke. De adellijke titel verdween met Dalí in het graf aangezien hij geen kinderen had. In 1981 werd hij met de Medalla d'Or de la Generalitat de Catalunya, de hoogste Catalaanse onderscheiding, gedecoreerd.

In 1982 overleed zijn vrouw en levenslange muze Elena Djakonova, 89 jaar oud.

Op 23 januari 1989 overleed Dalí aan een hartstilstand in de Galatea-toren van zijn museum in Figueres, waar hij de laatste jaren van zijn leven woonde. Hij werd daar ook begraven.

Op 29 december 2005 overleed de secretaris van Dalí, de Ier John Moore op 86-jarige leeftijd in Spanje. Hij werkte samen met Dalí aan projecten inHollywood en na het overlijden van Dalí in 1989 werd Moore ervan verdacht vervalste werken van Dalí te hebben verkocht.



















05-05-2016 om 10:46 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
04-05-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Escher

Maurits Cornelis Escher (Leeuwarden, 17 juni 1898 – Hilversum, 27 maart 1972) was een Nederlandse kunstenaar, die bekend is om zijnhoutsneden, houtgravures en lithografieën, waarin hij vaak speelde met wiskundige principes.
Zijn gravures verbeelden vaak onmogelijke constructies, studies van oneindigheid en in elkaar passende meetkundige patronen (vlakverdelingen) die geleidelijk in volstrekt verschillende vormen veranderen. Enkele zeer bekende voorstellingen die hij tekende zijn ontworpen rond onmogelijke objecten zoals de Penrose-driehoek en de Penrose-trap. Pas in de jaren vijftig van de vorige eeuw kreeg hij in bredere kring erkenning als kunstenaar, vooral in de VS. Kristallografen en wiskundigen ontdekten in zijn werk symmetrieën en thema's uit hun vakgebieden. Vanaf 1960 wordt Eschers grafische werk gebruikt in wetenschappelijke (leer)boeken.[1]
In de jaren zestig werd zijn werk – tot Eschers verbazing – vanwege de fantastische parallelle werelden omarmd door hippies en popsterren.





04-05-2016 om 14:53 geschreven door carlo


>> Reageer (0)
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Einstein

Albert Einstein werd op 14 maart 1897geboren in Ulm,
dit lag vroeger binnen het Duitse keizerrijk in het koningrijk
Hij was de zoon van Hermann en Pauline Einstein
(meisjesnaam Koch).
Zijn vader was beddenverkoper en later fabrikant
van elektrotechnische apparatuur voorelektriciteitscentrales en straatverlichting.
Einsteins ouders waren liberale joden en daarmee religieus tolerant.
Einstein kreeg les in de joodse godsdienst en leerde viool spelen.
In zijn latere leven speelde hij vaak viool voor de ontspanning,
terwijl hij tegelijkertijd wetenschappelijke problemen overdacht.
Rond 1884 kreeg Einstein zijn eerste kompas en was verbaasd door het wonder van de onzichtbare magnetische kracht.
hij was de beste van zijn klas op de lagere school en zeer geïnteresseerd in exacte wetenschap.
Als hobby bouwde hij modellen en mechanische apparaten.

 

04-05-2016 om 14:50 geschreven door carlo


>> Reageer (1)


Inhoud blog
  • ACHT EN TWINTIG
  • ACHT EN TWINTIG
  • VIJFENTWINTIG
  • VIJFENTWINTIG
  • DRIE EN TWINTIG
  • DRIE EN TWINTIG
  • TWEEENTWINTIGSTE
  • TWEEENTWINTIGSTE
  • 21ste
  • 21ste
  • DE TWINTIGSTE
  • DE TWINTIGSTE
  • DE NEGENTIENDE
  • DE NEGENTIENDE
  • DE ACHTIENDE
  • DE ACHTIENDE
  • DE ZEVENTIENDE
  • DE ZEVENTIENDE
  • KUBISME2
  • KUBISME2
  • KUBISME2
  • STRANDEN
  • STRANDEN
  • STRANDEN
  • STRANDEN
  • SCHAATSERS
  • SCHAATSERS
  • SCHAATSERS
  • KLUCHT
  • KLUCHT
  • NAAKTEN
  • NAAKTEN
  • NAAKTEN
  • 20e EEUW
  • 20e EEUW
  • 20e EEUW
  • BELGISCHE LANDSCHAPPEN
  • BELGISCHE LANDSCHAPPEN
  • BELGISCHE LANDSCHAPPEN
  • BELGISCHE LANDSCHAPPEN
  • ARMAND RASSENFOSSE
  • ARMAND RASSENFOSSE
  • ARMAND RASSENFOSSE
  • ERNST FUCHS
  • ERNST FUCHS
  • ERNST FUCHS
  • SPORT
  • SPORT
  • ERO
  • ERO
  • VERWARD
  • VERWARD
  • VERWARD
  • VERWARD
  • BALLET
  • BALLET
  • BALLET
  • BALLET
  • CLOWN
  • CLOWN
  • ONBEKENDE
  • ONBEKENDE
  • ONBEKENDE
  • NAIEVE
  • NAIEVE
  • NAIEVE
  • NAIEVE
  • ROMANTIEK II
  • ROMANTIEK II
  • ROMANTIEK II
  • EXTRAVAGANTE
  • EXTRAVAGANTE
  • EXTRAVAGANTE
  • BIJZONDERE
  • BIJZONDERE
  • BIJZONDERE
  • INDIA
  • INDIA
  • BIJBELSE KUNST V
  • BIJBELSE KUNST V
  • ART NATURE
  • ART NATURE
  • ART NATURE
  • EXTREEM
  • EXTREEM
  • EXTREEM
  • POSTMODERNISME
  • POSTMODERNISME
  • POSTMODERNISME
  • FRANZ VON STUCK
  • FRANZ VON STUCK
  • BIJBELSE KUNST IV
  • BIJBELSE KUNST IV
  • BIJBELSE KUNST IV
  • BIJBELSE KUNST III
  • BIJBELSE KUNST III
  • BIJBELSE KUNST II
  • BIJBELSE KUNST II
  • BIJBELSE KUNST II
  • BIJBELSE KUNST
  • BIJBELSE KUNST
  • BIJBELSE KUNSTWERKEN
  • BIJBELSE KUNSTWERKEN
  • COMPONISTEN
  • COMPONISTEN
  • UNKNOWN ARTIST
  • UNKNOWN ARTIST
  • UNKNOWN ARTIST
  • COLORS
  • COLORS
  • COLORS
  • EGON SCHIELE
  • EGON SCHIELE
  • ROME
  • ROME
  • NEW YORK
  • NEW YORK
  • NEW YORK
  • PARIS
  • PARIS
  • EROTISCH
  • EROTISCH
  • EROTISCH
  • BALINESE SCHILDERKUNST
  • BALINESE SCHILDERKUNST
  • BALINESE SCHILDERKUNST
  • POINTILLISME
  • POINTILLISME
  • BLOEMEN
  • BLOEMEN
  • AMAZING FANTASY
  • AMAZING FANTASY
  • JAN VAN DER SMISSEN
  • JAN VAN DER SMISSEN
  • SAM DRUKKER
  • SAM DRUKKER
  • PRENTKAARTEN
  • PRENTKAARTEN
  • PRENTKAARTEN
  • PRENTKAARTEN
  • LOVE
  • LOVE
  • CARICATUREN
  • CARICATUREN
  • CARICATUREN
  • CARICATUREN
  • CARICATUREN
  • CARICATUREN
  • FRESCO
  • FRESCO
  • FRESCO
  • INDIAN PAINTING
  • ITALIE
  • HINDELOOPER
  • HINDELOOPER
  • SAINTE MARIE
  • EROTIEK
  • EROTIEK
  • STILLEVEN
  • STILLEVEN
  • VREDE
  • VREDE
  • OORLOG
  • OORLOG
  • OORLOG
  • OORLOG
  • NAAKT
  • NAAKT
  • GRAFITI
  • GRAFITI
  • GRAFITI
  • GRIEKS
  • GRIEKS
  • GRIEKS
  • CHINA
  • AUSTRALIE
  • AUSTRALIE
  • ZUID AMERIKA
  • ZUID AMERIKA
  • CONGOLEES
  • CONGOLEES
  • CONGOLEES
  • ETSEN
  • ETSEN
  • HOUTSKOOL
  • HOUTSKOOL
  • AQUARELLEN
  • AQUARELLEN
  • AQUARELLEN
  • klik op onderstaande foto voor " LEONARDO DA VINCI "
  • PENTEKENINGEN
  • PENTEKENINGEN
  • ABSTRACT
  • ABSTRACT
  • RELIEFSCHILDERIJEN
  • RELIEFSCHILDERIJEN
  • klik op onderstaande foto voor " BLANKENBERGSSTADSBEELD "
  • klik op onderstaande foto voor " STORM AAN HET MEER "
  • klik op onderstaande foto voor " ABC VAN HET DONKMEER "
  • JOZEF ISRAELS

    Startpagina !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!