Woensdagnamiddag maakte ik iets raar mee.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Op TV volgde ik via villa politica het Vlaams parlement.
Elk zijn hobby nietwaar.
Daar zetelt ook een gehoorgestoorde dame in, met name Helga Stevens, dit voor de N-VA.
Zij wordt vooraan het katheder getolkt via gebarentaal.
Eigenlijk knap dat zoiets kan en aldus geregeld is.
Let op, die volksvertegenwoordigster is kordaat genoeg om ook het woord te vragen in het halfrond.
Dan uit ze zich via haar taal aan de vertolkster, die dan op haar beurt het verhaal kenbaar maakt aan de aanwezigen.
Maar wat zag ik ?
Mevrouw Stevens kwam aan het spreekgestoelte, bracht haar inbreng en
geloof het niet, de vertolkster was haar telkens zowat een seconde voor.
Niet dat ik voldoende de doventaal ken, maar liplezen kan ik toch een beetje.
Dus, als het parlementslid via gebarentaal
. er moet meer aandacht zijn voor
. zei, had de tolk dit reeds vooraf gezegd.
Natuurlijk obsedeerde me dit en vond ik de oplossing.
De tolk had een geschreven tekst gekregen van de speetch die zou voorgedragen worden.
Maar dan kreeg ik de bedenking waarom niet alle vragen op voorhand zijn beloop kunnen hebben, zodat de ministers zelfs schriftelijk zouden kunnen reageren.
Dan moeten de nu toch zo weinig aanwezige parlementariers ook niet meer komen.
Mag ik mijn gedacht zeggen ?
Een vragenuurtje onwaardig.
|