In het lager onderwijs ging ik naar school bij de "Broeders van Liefde" , dat waren zwaar verslaafde druggebruikers. Ze waren de hele dag onder invloed van poeder, dat ze voortdurend opsnoven. Bij het minste dat we verkeerd deden was den duivel los,. Ze beschikten over een arsenaal van wapens in de vorm van latten en stokken, vooral de 'meter', een dikke stok was berucht. Wij waren ongewapende slaven en kwamen met schrik naar school. Eigenlijk was het een schending van de mensenrechten, maar dat bestond toen nog niet.(anno de veertiger jaren) In gedachten leefden we mee met de zwartjes in Congo, die werden ook zo gemarteld door de zogenaamde Koloniale Heersers. Die zwartjes werden later kannibaal en op wraak belust zouden ze wat graag een verse blanke koloniaal in de soep draaien. Dat werd ons toen in de lagere school niet verteld, maar ja, leugens en nog 's leugens werden ons voorgehouden, vandaag probeert men dat nog steeds, maar het lukt minder. Geloven moesten we, het geloof is een uitvinding van de mensheid, het is een manier om het volk onder de duim te houden. Iedereen betaalt in het instand houden van de kerk via belastingen, toch is de kerk maar 'n gebouw met een toren waar klokken in hangen en die luiden voor de ene mens langer dan voor de andere. Hypocrieten..............