Wanneer ik het repertoire eens bekijk dat ik gezongen heb, merk ik zeer verschillende periodes op. Deze stijlperiodes zijn niet zo duidelijk afgebakend. Als je een bepaald werk wil plaatsen in een periode, moet je dus weten dat er dikwijls een geleidelijke overgang is van stijlperiode. Ook is het begin en het einde van elke stijlperiode niet overal tegelijkertijd bv. de Middeleeuwen duren in Noord-Europa langer dan in Italië (al Renaissance in de 14e eeuw). Niet gemakkelijk dus. 1. Renaissance 1400/1500 - 1600 : Vanaf 1450 breekt de Renaissance door in de muziek. De relatie tekst-muziek wordt belangrijker. Het ritmische verloop wordt bepaald door de natuurlijke declamatie van de tekst. De tekst krijgt expressie. Josquin des Prés, Orlando di Lasso, Wiliam Byrd, Giovanni Pierluigi da Palestrina, Hans Leo Hassler, Michael Praetorius, Samuel Scheidt. Voorbeeld: "O crux ave." van G.P.da Palestrina 2.Barok 1600-1750 : Barok wordt gekenmerkt door een voorkeur voor pracht en praal, bv. in de opera. Er wordt uiting gegeven aan persoonlijke gevoelens en emoties, maar op een gestileerde manier volgens regels. Claudio Monteverdi, Jean-Baptiste Lully, Henry Purcell, Johann Sebastian Bach, Heinrich Schütz, Dietrich Buxtehude, Georg Philipp Telemann, Georg Friedrich Händel, Reinhard Keiser, Marc-Antoine Charpentier, André Campra. Voorbeeld: "Messiah." van Händel 3.Classicisme (de Weense Klassieken) 1750 - 1820 : Zij hebben gestructureerde vormen in hun muziek en bepaalde contrasten, maar vooral een voorkeur voor symmetrie. Wenen is hun centrale stad! Franz Joseph Haydn, Wolfgang Amadeus Mozart, Ludwig van Beethoven en TommasoTraetta Voorbeeld: "Requiem." van Mozart. 4. Romantiek 1820 - 1900 : Men wil weg uit de harde werkelijkheid en zoekt zijn toevlucht in buitenmuzikale onderwerpen. Men brengt zijn stemmingen, emoties echt tot uiting. Felix Bartholdy Mendelssohn, Johannes Brahms, Maurice Ravel Voorbeeld: "Elias." van Mendelssohn 5. Hedendaagse muziek 1900 - heden : Dit is de periode van de nieuwe, moderne, experimentele muziek. Er zijn hier heel wat verschillende stijlen en technieken gebruikt. De versnelde polsslag van het moderne leven, van zijn verwarrende en ook complexe indrukken komen hier aan bod. Ook wankelt soms de "verwachte" tonaliteit. Gustav Holst, Carl Orff, Francis Poulenc, Samuel Barber, Benjamin Britten, George Gershwin, Vic Nees, Jan Van Landeghem, Juliaan Wilmots, Andrew Lloyd Webber. Voorbeeld:" Rejoice the Lamb." van Britten
Zo dit was het dan voor vandaag. Tot volgende week!
Vanuit deze rijkelijke koorervaring groeide mijn kennis en tegelijkertijd m'n enthousiasme voor koormuziek. Ik zing de altpartij. Soms wordt de altpartij gesplitst bv. 1e alt en 2e alt. Ik behoor tot de 1e alt, die meestal iets hoger ligt dan de 2e alt. Zalig! In de volgende koren heb ik ook gezongen:Oltremonti (mijn eerste kamerkoor), Pizzicanto (mijn tweede kamerkoor, vnl. gespecialiseerd in Scandinavische muziek), het Kempisch Oratoriumkoor (groot koor met grote produkties bv. Die Jahreszeiten van Haydn). Nu zing ik al enkele jaren in Vocant. Dit kamerkoor verkent alle stijlperiodes. Je kan je voorstellen dat ik ook talrijke koorreizen heb mogen meemaken. Deze reizen zijn helemaal niet saai! Je leert je koorvrienden en -vriendinnen beter kennen. Je repeteert samen, maar verkent ook de streek, geniet van je vakantie om dan samen een prachtig concert te geven...Heel intens! Zo heb ik gezongen in Nederland, Duitsland, Denemarken, Frankrijk, Salzburg, Tsjechoslowakije, Hongarije en zelfs Japan. Volgende week zal ik je wat vertellen over: "Van renaissance tot hedendaags".
Eén van mijn hobby's is zingen in een kamerkoor. Nu zal je je misschien afvragen wat dit is. Daarom beschrijf ik dit even : Een kamerkoor wordt ook een vocaal ensemble genoemd. De groep bestaat uit een 20-tal zangers : sopranen, alten, tenoren en bassen. Wij zijn (bijna) allen amateurs met een passie voor koormuziek.
Achtergrond: Tijdens m'n kinderjaren werd ons (klassieke) muziek met "de paplepel" meegegeven. Mijn muzikale ouders kregen weer op hun beurt de muziek mee van hun ouders... Mijn moeder speelde piano en beiden zongen ze in een welbekend koor. Mijn vader zingt nu nog! Aldus ging ik (en mijn 4 broers) naar de muziekschool. Woensdag en zaterdag waren hiervoor de uitgelezen dagen om notenleer, muziekles te krijgen of samenspel te volgen. Zo klonk er eerst vooral blokfluit en dan geregeld gitaar, piano, dwarsfluit (ikzelf) en/of viool in ons huis. Wat een genot! Niet altijd echter, want soms waren er verschrikkelijk moeilijke "studies" die dan nog telkens tot vervelens toe moesten herhaald worden of klonk het thuis als een "kakafonie"... Enfin! Ik ben toch heel dankbaar want zo ben ik uiteindelijk ook gaan zingen. Mijn zangmicrobe begon aanvankelijk in het jeugdkoor van de muziekschool, dan het jeugdkoor van de parochie, dan het schoolkoor om dan uiteindelijk naar een echt volwaardig koor over te schakelen, nl. het Antwerps Bachkoor.
