8/3 OLVrouw van Zaro aan Simona:
Ik zag onze Moeder geheel in het wit gekleed, met een kroon van twaalf sterren op haar hoofd en een witte mantel die ook haar schouders bedekte en reikte tot aan haar blote voeten, die op de wereld rustten. Onze Moeder had haar armen geopend als teken van welkom en in haar rechterhand had ze een lange H. Rozenkrans, gemaakt van licht.
Moge Jezus Christus geprezen worden.
Mijn lieve kinderen, ik hou van jullie en ik dank jullie dat je gehoor hebt gegeven aan mijn oproep. Kinderen, ik vraag jullie opnieuw om gebed: krachtig en voortdurend gebed. Dochter, bid met mij.
Ik bad met moeder, waarna zij de boodschap hervatte.
Mijn kinderen, hoeveel haat, hoeveel pijn, hoeveel lijden, hoeveel oorlog is er in deze wereld, en toch zouden jullie kunnen leven alsof je in een paradijs was, als je elkaar maar liefhad, als je God maar liefhad. Mijn kinderen, maak van jullie leven een voortdurend gebed. Kinderen, heb lief en laat jezelf liefhebben; laat de Heer binnenkomen om een deel van je leven te worden. Ik hou van jullie, kinderen, ik hou van jullie. Nu geef ik je mijn heilige zegen. Bedankt dat je je naar mij toe hebt gehaast bent.
8/3 OLVrouw van Zaro aan Angela:
Vanavond verscheen de H. Maagd Maria geheel in het wit gekleed. Haar brede mantel, die haar hoofd bedekte, was ook Ze droeg een kroon van twaalf stralende sterren. Haar handen waren in gebed gevouwen en op haar borst had ze een hart van vlees, gekroond met doornen. In haar handen had ze een lange H. Rozenkrans, wit als licht, die bijna tot aan haar blote voeten reikte.
Ze stond op de draaiende aardbol, die was omgeven door een grote grijze wolk. Op sommige delen van de wereld zag ik grote donkere vlekken. Haar gezicht was erg verdrietig. Ze had haar hoofd gebogen, en haar ogen waren vol tranen die over haar wangen liepen, maar toen haar tranen de aarde raakten, verdwenen de donkere vlekken. Moge Jezus Christus geprezen worden.
Lieve kinderen, dit is een tijd voor stilte en gebed. Dit is een tijd van genade. Kinderen, bekeer je alsjeblieft en keer terug naar God. Kinderen, de prins van deze wereld zal proberen jullie van mijn liefde te scheiden door te proberen jullie gedachten te verwarren, maar wees niet bang, wees sterk en volhard in gebed. Versterk jezelf met de H. Sacramenten, met te vasten, met het bidden van de H. Rozenkrans en met werken van naastenliefde. Laat je leven gebed zijn. Bid veel tot de Heilige Geest en laat je door Hem leiden. Hij zal je hart openen en je bij elke stap begeleiden.
Kinderen, het doet pijn in mijn hart als ik zie hoeveel kwaad er in de wereld is. Bid veel voor vrede, die steeds meer wordt bedreigd door de machtigen van deze wereld. Bid veel voor mijn geliefde Kerk – niet alleen voor de universele Kerk maar ook voor de plaatselijke Kerk. Bid voor de Plaatsvervanger van Christus. Zeer geliefde kinderen, bid tot Jezus, leg al je angsten op Hem; wees niet ontmoedigd en verlies nooit de hoop. Heb Jezus lief, bid tot Jezus, aanbid Jezus. Kniel en bid.
Toen Moeder zei: “Aanbid Jezus”, zag ik een groot licht, en rechts van de Maagd zag ik Jezus aan het Kruis. Onze Moeder zei tegen mij: Dochter, laten we samen aanbidden. Ze knielde neer voor het Kruis.
Jezus had de tekenen van het Lijden; Zijn lichaam was gewond, in veel delen van Zijn lichaam was Zijn vlees gescheurd (alsof het ontbrak). De Maagd Maria huilde en keek Hem zwijgend aan. Jezus keek met een onbeschrijfelijke liefde naar Zijn Moeder terwijl hun blikken elkaar ontmoetten. Ik heb geen woorden om te beschrijven wat ik zag. Jezus was volledig bedekt met bloed, Zijn hoofd was doorboord door de doornenkroon, Zijn gezicht was misvormd, maar toch bracht het liefde en schoonheid over, ondanks dat Zijn gezicht vol bloed was. Dit moment leek mij eindeloos.
Ik bad in stilte en vertrouwde alles en iedereen die zichzelf aan mijn gebeden had toevertrouwd aan Jezus toe, maar ik bad vooral voor de Kerk en voor de Priesters.
Toen hervatte de Maagd Maria de boodschap.
Lieve kinderen, waak met mij, bid met mij; wees niet bang, ik laat je niet alleen, ik ben op elk moment van de dag naast je en ik omhul je in mijn mantel; laat jezelf liefhebben.
Tenslotte zegende zij iedereen. In de naam van de Vader, van de Zoon en van de Heilige Geest. Amen.
|