5.4 Andere afstammelingen van Carel Martens
5.4.1 Eugenie Martens(1808-1845) en Pieter Josef De Schuyter
Eugenie Martens werd op 18 maart 1808 geboren op Goed ter Elst te Hansbeke als oudste dochter van Carel en Maria Rosa Sutterman. Zij was 29 jaar oud en ongehuwd toen haar vader overleed. Op 8 november 1843 voor de wet en op 15 november voor de kerk trouwde Eugenie met de 3 jaar jongere Pieter Josef De Schuyter, de op 12 mei 1811 te Hansbeke geboren zoon van Carolus en Petronilla Wille. Zij waren verwant in de 3de graad zijdelings. Zij woonden op de wijk Reybroeck.
Personen in parenteel van Carolus De SCHUYTER
´
I.1 M De SCHUYTER, Carolus
I.2 V WILLE, Pieternella Rosa
II.1 M De SCHUYTER, Pieter Josef 12-05-1811 Hansbeke 01-04-1885 Hansbeke
II.2 V MARTENS, Eugenie 18-03-1808 Hansbeke 14-08-1845 Hansbeke
III.2 V De SCHUYTER, Marie Clemence 02-1844
III.1 M BRUGGHEMAN, Carolus
IV.1 M BRUGGHEMAN, René 15-07-1875 Ursel 24-03-1959 Ursel
IV.2 M BRUGGHEMAN, Georges Ursel
IV.3 V Van POUCKE, Margareta
V.1 M BRUGGHEMAN, Charles 19-09-1922 Ursel 31-01-1997 Assebroek
V.2 V BRUGGHEMAN, Suzanne 11-01-1928 Ursel
III.3 V De SCHUYTER, Eugenie
II.3 V LAMBRECHT, Francisca 10-03-1822 Hansbeke 18-12-1869 Hansbeke
III.4 M De SCHUYTER, Henri 11-04-1855 Hansbeke 16-01-1909 Hansbeke
III.5 V De SCHUYTER, Leontine xx-xx-1861 21-04-1931 Hansbeke
Eugenie Martens was reeds 6 maanden zwanger toen zij in het huwelijk trad. Op 15 februari 1844 baarde zij een dochtertje Marie Clemence. Anderhalf jaar later, op 14 augustus 1845, overleed Eugenie, slechts 37 jaar oud. Haar dochter Marie Clemence De Schuyter, kleindochter van Carel Martens en erfgename van 50% van de bezittingen van haar grootvader Carel, trouwde op 16 september 1872 met Carolus Bruggheman uit Ursel. Hierdoor legde zij de schakel in de verwantschap tussen de families Martens en De Schuyter enerzijds en de families Bruggheman uit Ursel en Van Overbeke uit Hansbeke anderzijds.
Na het overlijden van Eugenie hertrouwde Pieter Josef De Schuyter te Hansbeke voor pastoor Bullens op woensdag 26 mei 1847 met de 27-jarige aanverwante Francisca Lambrecht, dochter van Judocus en Maria Anna Martens, kleindochter van Jacobus Martens. Zij kregen samen acht kinderen en woonden in de Dorpstraat te Hansbeke, in een woning tegenover de pastorij, waar in de XXe eeuw bakkerij De Cocker gevestigd werd. Door beide huwelijken van Pieter Josef De Schuyter ontstond verwantschap met de stam Martens, en in het bijzonder met het echtpaar Joannes Martens en Maria Francisca De Brauwer.
Joannes Martens x Maria Francisca De Brauwer
(1719-1801) (1724-1806)
Carel Martens x Marie Rosa Sutterman Jacobus J Martens x Livina Maenhout
(1766-1837) (1771-1850) (1748-1794) (1751-1834)
Joos Lambrecht x Maria Anna Martens
(1779-1843) (1786-1947)
Eugenie Martens 1x Pieter Josef De Schuyter 2x Francisca Lambrecht
(1808-1845) (1811-1885) (1822-1869)
Charles Bruggheman x Marie Clem De Schuyter Henri De Schuyter
De tweede schoonmoeder van Pieter De Schuyter, Maria Anna Martens, was een nicht van zijn eerste vrouw. Zijn tweede vrouw Francisca Lambrecht was de zus van Monica Lambrecht, echtgenote van Charles-Jean Deseille.
Door huwelijken van kinderen De Schuyter ontstond aanverwantschap tussen de families Martens en Lambrecht enerzijds en de familie Claerhout uit Lotenhulle anderzijds. René Van Vynckt (1884-1949), zoon van Serafien en Maria Martens (1864-1950) trouwde op 3 augustus 1911 immers met Louise Claerhout (1889-1961) uit Lotenhulle, dochter van Henri Claerhout en Leonie De Schuyter.
Pieter Josef De Schuyter, en vooral zijn zoon Henri uit het huwelijk met Francesca Lambrecht, speelden een beduidende rol in de gemeentepolitiek. Pieter was van 1876 tot 1884 lid van de kerkraad. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 29 october 1878, waarbij voor het eerst kandidatenlijsten vooraf moesten ingediend worden, werd Pieter Josef verkozen met 121 van de 136 geldige stemmen. Pieter-Josef De Muynck werd toen tweede schepen in vervanging van August Hanssens en de olieslager August Van Der Plaetse werd niet verkozen. De eedaflegging gebeurde op 19 februari(31).
Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 19 october 1884 was de 73-jarige Pieter Josef De Schuyter niet langer kandidaat en ruimde hij de plaats voor zijn ongehuwde zoon Henri die verkozen werd met 99 van de 113 geldige stemmen. Henri had hunaniorastudies gevolgd aan het Sint-Vincentiuscollege te Eeklo en bleef ongehuwd Bij de gedeeltelijke vernieuwing van de gemeenteraad door de verkiezingen van 19 october behaalde Henri met 104 van de 131 geldige stemmen de hoogste score van alle kandidaten(32).
Na de invoering van het algemeen meervoudig stemrecht moesten te Hansbeke de gemeenteraadsverkiezingen van 17 november 1895 niet door gaan vermits op de twee ingediende lijsten maar evenveel namen als te begeven mandaten stonden. Grondeigenaar Henri De Schuyter was lijsttrekker voor lijst 1. Op de gemeenteraadszitting van 19 december 1895 greep hij bij een geheime stemming nipt naast een schepenmandaat dat naar Pieter Jan De Muynck ging(33). Voor zijn schepen-ambt moest Henri De Schuyter uiteindelijk wachten tot na de gemeenteraadszitting van 14 maart 1903(34).
Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 18 october 1903 behaalde Henri De Schuyter 269 stemmen, als lijsttrekker van een volledige lijst . Olieslager Leon Van Der Plaetse kwam op met een éénpersoonslijst en werd verkozen met een monsterscore van 383 stemmen. Henri De Schuyter werd opnieuw schepen verkozen tijdens de raadszitting op 5 januari 1904(35). Hij behield zijn ambt tot aan zijn overlijden op 16 januari 1909. Naast de ouderlijke woning liet hij een imposant herenhuis bouwen, maar hij overleed vooraleer de villa voltooid was. Dit huis werd gedurende decennia bewoond door zijn in 1931 overleden ongehuwde zus Leontine. Later werd dit gebouw het gemeentehuis van Hansbeke en het is nu een dienstencentrum van de gemeente Nevele.
De naam van Henri De Schuyter duikt ook op in verband met de Mariakapel op de wijk Zande, ook Zandekapel genoemd. Een eerste kapel was er gebouwd in 1763 door Pieter Sutterman, op een perceel dat toen nog een deel was van Goed ter Elst. In 1901 werd er een nieuwe kapel gebouwd door Monica Lambrecht, weduwe van Charles-Jean Deseille en tante van Henri De Schuyter. De grond behoorde toe aan de weeskinderen van Charles Bruggheman en Marie Clemence De Schuyter, halfzus van Henri. Henri was hun voogd en gaf zijn toestemming voor de bouw van Zandekapel. Nu is de kapel eigendom van de ongehuwde Suzanne Bruggheman, achterkleindochter van Pieter Josef De Schuyter en Eugenie Martens.
René Bruggheman , kleinzoon van Eugenie Martens en oom van de hogervermelde Suzanne Bruggheman, was ongehuwd en baatte een leerlooierij uit te Ursel, waar hij ook burgemeester werd.
Een andere verwantschap tussen de families Martens en De Schuyter kwam tot stand in 1911 door het huwelijk van René Van Vynckt, zoon van Maria Martens, met Louise Claerhout, dochter van Leonie De Schuyter.
Zandekapel omstreeks 1960
5.4.2 Joannes-Francies Martens(1814-1867) zv Carel
Joannes-Francies werd op 3 februari 1814 geboren op Goed ter Elst als vijfde en laatste kind van Carel en Marie Rosa Sutterman. Volgens het bevolkingsregister van Hansbeke woonde hij daar nog in 1847 bij zijn inmiddels 76- jarige moeder en de andere ongehuwde kinderen Regina en Petrus. Regina is er op 18 augustus 1850 ongehuwd overleden en moeder Marie Rosa Sutterman overleed op 14 september van hetzelfde jaar. De broers Petrus en Joannes bleven ongehuwd achter en Petrus vestigde zich op De Meren.
Bij verkaveling van 28 october 1850 erfde Jan-Francies Martens in het sterfhuis van zijn ouders het Goed ter Elst en 16 partijen zaailand met een totale oppervlakte van 17 ha 38a 30ca.
Op woensdag 7 mei 1851 huwde de 37-jarige Joannes te Oostakker voor de wet met de bijna 40-jarige Pauline Van Nieuwenhuyse(° Oostakker 11-10-1811 + Hansbeke 03-05-1886), dochter van Joseph en Maria Theresia Dossche. Het paar bleef op de ouderlijke hofstede Goed ter Elst. Zij kregen geen kinderen. Dat Joannes-Francies Martens kort na het overlijden van zijn vader huwt met een vrouw uit Oostakker is niet zo verrassend. Immers eind 1837 was haar 29-jarige zus Joanna-Maria getrouwd met Lieven-Bernard Moens uit Wondelgem. Zij hadden zich gevestigd op een landbouwbedrijf te Hansbeke, wijk Rho. Ook dat kan verklaard worden door familiebanden. Lieven-Bernard Moens, de vader van hogervermelde Lieven-Bernard, was te Hansbeke gehuwd met Maria-Theresia Sutterman, dochter van Boudewijn Sutterman. Daardoor was hij ook een schoonbroer van Carel Martens, echtgenoot van Maria Rosa Sutterman. De ongehuwde Joannes-Francies Martens kwam wellicht soms op bezoek bij zijn tante Maria-Theresia Sutterman te Wondelgem of bij zijn neef Lieven-Bernard Moens en diens echtgenote Joanna-Maria Van Nieuwenhuyse die sinds 1837 te Hansbeke woonden en waar hij Pauline Van Nieuwenhuyse,ongehuwde zus van Joanna-Maria, kon ontmoeten.
De complexe verwantschapsrelaties tussen de families Martens, Sutterman, Van Nieuwenhuyse, Moens en Onghena te Hansbeke, Wondelgem en Oostakker komen tot uiting in onderstaand schema.
Boudewijn Sutterman x Joanna De Pauw
(°Hansbeke)
Lieven-Bernard x Maria-Therese Carel x Maria Rosa
Moens Sutterman Martens Sutterman
(°Wondelgem) (°Hansbeke 1766) (1766-1827) (1771-1850)
Louis x Sofie Lieven-BernardxJoanna Joannes x Maria Petrus x Eugenie
Onghena Moens Moens Van Martens Van Martens Coddens
(°Wondelgem) Nieuwenhuyse Nieuwenhuyse
(1811-1867) (1808-1878) (1811-1886)
kinderen Onghena kinderen Moens kinderen Martens
(°Oostakker) (°Hansbeke) (°Hansbeke)
Joseph Van Nieuwenhuyse x Maria Theresia Dossche
(° Oostakker)
De naam van Pauline Van Nieuwenhuyse komt ook voor in de parochieregister van Hansbeke wanneer zij op 18 januari 1864 getuige is bij het kerkelijk huwelijk van haar schoonbroer Petrus Martens met Eugenie Coddens. Haar man Joannes-Francies kreeg gezondheidsproblemen. Bewust dat zijn einde naderde liet hij op 4 maart 1867, ziek zittend in een stoel, voor Paul Van Waesberghe notaris te Gent, zijn testament opmaken.Hij overleed kort daarna op 19 maart 1867 in de ouderdom van 53 jaar.
Zijn weduwe liet in de Kerkakkerwijk(nu Kerkakkerstraat 10) dicht bij het station en het dorp, een herenwoning bouwen waar zij rentenierde. De plaats is aangeduid met nr 9 op het uittreksel van de Popp-kaart met de dorpskern.Zij was bijna 75 jaar oud toen zij op 3 mei 1886 als rentenierster stierf. Na haar dood betrok koster Evarist Grijspeert het renteniershuis. Ook de volgende koster, de onderwijzer Snellaert, kwam er wonen tot midden de XXe eeuw.
Anderhalf jaar voor haar overlijden werd haar 46-jarige neef Pieter Moens(1838-1884),oudste zoon van haar zus Joanna-Maria Van Nieuwenhuyse, op 14 october 1884 vermoord aan de muur achter de pastorij, op de weg van de herberg Het wethuis tegenover de kerk naar het huis waar zijn tante Pauline Van Nieuwenhuyse woonde en waar hij wou overnachten. Het slachtoffer was op 12 mei 1881 verhuisd naar Mariakerke, samen met drie nog ongehuwde broers. Pieter was de dag van de moord teruggekeerd naar zijn geboortedorp Hansbeke om er kermis te vieren. In zijn publikatie «Moord te Hansbeke tijdens de grote kermis van 1884» brengt Albert Martens een uitvoerig relaas van het slachtoffer en zijn familie, de vijf verdachten, het proces en de uitspraak. De 18-jarige August Lievens en de 28-jarige Bruno Verhelst werden veroordeeld tot levenslange dwangarbeid. Eduard Hautekeete, 24 jaar, kreeg 20 jaar dwangarbeid en de 28-jarige Isidoor Lievens, broer van August, kreeg 10 jaar opsluiting wegens medeplichtigheid.
Sofie Moens, een zus van Lieven-Bernard Moens en dus een nicht van Petrus en Joannes Martens, huwde met de landbouwer Louis Onghena uit Oostakker. Uit de voorouderlijke verdelingsakte van de onroerende goederen van Petrus Martens, ondertekend op 14-9-1893, blijkt dat het echtpaar Onghena-Moens op 31 januari 1862 in een verkoopakte verleden voor notaris De Backere te Gent 3 percelen zaailand verkochten aan Petrus. Op 16 maart 1867 verkochten de kinderen van het inmiddels overleden echtpaar Onghena-Moens een schoon en groot woonhuis aan Petrus Martens, door een verkoopakte verleden voor notaris Buysse te Oostwinkel. Deze eigendommen waren gelegen te Hansbeke en maakten wellicht deel uit de erfenis van Boudewijn Sutterman, de gemeenschappelijke grootvader van Petrus Martens en Sofie Moens.
|