Aangekomen in de heuvels, 1300 meter boven zeespiegel. Blijkbaar is deze plek the place to be in het weekend of op feestdagen, voor de mensen van hier, hoop ik. 111 km van Visakhapatnam, 4 uur bus plezier, vergezeld met 14 400 claxon-stoten van het voertuig waar wij mochten instappen. Soms om brommer of Tuktuk weg te rammen, af en toe om haarspeldbochten te nemen. Pokkkendruk, hier, onderweg en op bestemming. En, ja, wij zijn voor één keertje eerst aan het feest : dus, van harte, een gezond 2024 aan alle blog bezoekers en ver daarbuiten. 😉
Onze laatste dag in deze grootstad aan zee. Bij gebrek aan restaurants eet je zelfs op straat. Tut tut, vroem vroem, één dosa met CO 2, hopelijk is de EPC-WAARDE van deze plaats OK. Aan zee vonden we een gestrand schip, een kandidate miss India, ¶ twee buffels op het strand ¶ en een doop in zee van een tiener meisje. Met de kabelbaan kom je dan weer op een heuvel en toeristische plek voor de inwoners van deze stad, tevens voor schoolreisjes met picknick. We eindigden onze dag met een strandwandeling langs de aller armste kant van de stad, een plek waar de zee eigenlijk een openbaar toilet is of gewoon een stortplaats.
Visakhapatnam is de grootste stad in Andhra Pradesh. Men geeft de stad de bijnaam het juweel van de oostkust. De stad en metropool telt 3 miljoen inwoners. Je kan vanuit deze plek met de bus uitstappen maken naar Bheemili en Totlakonda om tempels te bezoeken. Onze trouwe bezoekers hun vragen willen we graag beantwoorden. Blootvoets lopen is hier normaal, schoenen zijn hier uitzonderlijk. 80% van de mensen draagt hier sleffers of teensletsen. De grote schalen bij de dames in de vissershaven waren om een visje mee te krijgen.
De lange naam Visakhapatnam mag je afkorten naar VISAK ( klinkt als vies zak), we zijn dus aan zee, meer bepaald de Golf van Bengalen. Een strandwandeling, kuieren over de promenade, dat hoort toch bij de zee, nee. Veel beelden en enkele voorwerpen en musea versieren de promenade. Indiërs gaan volledig gekleed in zee en komen er dus geweekt uit, zelfs in het weekend. De promenade eindigt in de vissershaven, met geuren en kleuren, maar voornamelijk de geuren blijven me bij.
Eerst ziet U nog even het gewone leven van India. We hadden een trein geboekt in de vooravond, dus kon een gewone wandeling door de stad. Of wat bankieren, of naar de kapper ( kostprijs €2). We wisten wel dat we een snelle verbinding hadden, maar het werd met "den TGV" naar zee. Wat een verrassing, wat een luxe, tegen 130 km scheuren door India. Ongezien, en redelijk recent, te zien op de videobeelden op de schermen in de trein. We namen vroeger nog wel eens een trein in India : wat een revolutie is dit. Opgelet, de gewone treinen zijn er nog, deze rit was eerder uitzonderlijk, een prestigeproject, lijkt het ons. Dus straks onze voeten in de Golf van Bengalen.
Een nieuwe dag een nieuwe tempel, de Kakatiya Rudreshwara, erkend als werelderfgoed. Met de taxi er naar toe, nadat we onze koffie in de ochtend al met de priesters deelden. Nadien was er nog tijd voor het leven op het platteland, het fort van Warangal en weer een tempel. De man met trommel ging een begrafenisstoet voor, de overledene werd door de familie gedragen. En een tempel bezoek je ook op tweede kerstdag op je paasbest.
Het werd letterlijk een daguitstap van 7 uur in de ochtend tot 22 uur 's avonds. Op de boot zaten 4 keer zoveel mensen als er zitplaatsen waren, wat hallucinante beelden gaf bij het op en afstappen. De chauffeur van de bus reed dan weer in Verstappen-stijl en slalomde 280 km al toeterend iedereen van de baan. En de foto' s spreken voor zich, de eerste keer Boeddha, hoera, en prettig kerstfeest gewenst.