De Balkan
Inhoud blog
  • Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Een geschiedenis om te kennen
    06-01-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

     

    GEOGRAFIE VAN DE BALKAN

     

    Algemeen

    Het Balkanschiereiland is het meest oostelijk van de drie grote schiereilanden die Zuid-Europa rijk is.

    Het is over een grote breedte met het Europese continent verbonden, en gewoonlijk wordt het gebied ten zuiden van de Donau ( en deels dat van Save ) tot het Balkanschiereiland gerekend.

     

    Het Turkse woord “Balkan” betekent ‘beboste berg’. Alle beboste bergen kunnen: ‘Balkan’ genoemd worden, maar de Balkan is het indrukwekkende gebergte dat zich van oost naar west dwars door Bulgarije uitstrekt, bij Sofia afbuigt naar het Bulgaars-Roemeens-Servische drielandenpunt en ten noorden van de Donau overgaat in de Karpaten. Dit gebergte, dat de Grieken Emos noemen en de Slaven “Stara Planina” (Oud gebergte), gaf zijn naam aan het hele schiereiland.

     

    Geografisch wordt de Balkan in het noorden begrensd door de rivieren de Kupa, die ontspringt bij Rijeka aan de Dalmatische kust, de Sava en de Donau, die uitmondt in de Zwarte Zee.

     

    De andere grenzen zijn zeeën.

     

    Het karakter ( qua vorm en geleding ) van het schiereiland komt het meest tot uiting in het gedeelte dat Griekenland met Macedonië omvat. Om louter klimatologische redenen zouden de in het binnenland gelegen delen van Joegoslavië en Bulgarije meer tot het zuidoostelijk deel van continentaal Europa dan tot het Balkanschiereiland kunnen gerekend worden.

     

    Het Balkanschiereiland mist de compacte en gesloten vorm eigen aan het Iberische schiereiland, en in mindere mate aan het Apennijnse schiereiland.

    Het is integendeel naar het zuidoosten in toenemende mate sterk verbrokkeld in talrijke grote en kleine, schiereilanden en eilanden, tot het zich in het oosten oplost in de eilandenzwermen der Cycladen en Sporaden, allen resten van een oud vasteland.

     

    De kusten zijn bijgevolg sterk geleed en worden door talrijke eilanden begeleid.

     

    Het Balkanschiereiland wordt begrensd door de ADRIATISCHE, IONISCHE, EGEISCHE en ZWARTE ZEE, en door een laagvlakte. Deze was vroeger eveneens bedekt door water, maar droogde op. Een overblijfsel is het Balatonmeer in Hongarije.

     

    In het zuiden wordt het grote bergachtige schiereiland, de Peloponnesus, door de Golf van Patrai en de Golf van Korinthe zo drastisch van het vasteland gescheiden ( vooral na de doorgraving van de Istmus van Korinthe) dat het nauwelijks nog een schiereiland kan genoemd worden. Het vertakt zich naar het zuiden toe in een drietal kleinere, vingervormige schiereilandjes.

     

    Bij Macedonië sluit zich het schiereiland Chalcidice aan, dat zich op zijn beurt vertakt in een drietal kleine schiereilanden.

     

    Langs de hele kust dringen golven en baaien, diep het land binnen.

    Velen bieden ruimte aan voortreffelijke havens, die echter door de moeilijke toegankelijkheid en de geringe economische ontwikkeling van het achterland ( met uitzondering van Thessaloniki en Athene/Piraes ) slechts tot een bescheiden ontwikkeling kwamen.

     

    In tegenstelling tot het westen, is het oostelijk gedeelte veel beter toegankelijk, nl. door enkele ruime, uit heuvelland bestaande en naar zee toe, open bekkens waarin grote rivieren stromen ( Maritsa, Stroema, Vardar ).

     

    Op het Balkanschiereiland ligt het Europese deel van Turkije met Istanbul als miljoenenstad.

     

    Geopolitiek

    In geopolitieke zin is de Balkan het gebied dat gevormd wordt door de diverse staten in Europa, die ontstaan zijn uit de desintegratie van het Osmaanse Rijk.

     

    Dat gebied is veel groter dan de ‘geografische’ Balkan en strekt zich uit tot ver ten noorden van de Donau.

     

    Tot de ‘geopolitieke’ Balkan behoort ook Roemenië, dat ontstaan is uit drie Osmaanse vazalstaten, en de voormalige Sovjetrepubliek Moldavië, die een stuk is van één van die vazalstaten.

     

    De Balkanlanden zijn, in alfabetische volgorde, Albanië, Bulgarije, Griekenland, een deel van het voormalige Joegoslavië, met name de republieken Bosnië-Herzegovina, Macedonië, Montenegro en Servië - met zijn twee (eveneens voormalige) autonome gebieden Kosovo en de Vojvodina -, Moldavië, Roemenië en (Europees) Turkije.

    De ex-Joegoslavische republieken Kroatië en Slovenië behoren geopolitiek niet tot de Balkan: zij maakten deel uit van het Habsburgse rijk en behoren tot Centraal-Europa .

     

    Al deze staten en deelstaten beslaan (zonder Roemenië) een oppervlakte ter grootte van Frankrijk.

     

     

     

    Tot voor kort maakten zij deel uit van zeer verschillende politieke blokken: Bulgarije en Roemenië behoorden tot het Warschau-pact; Griekenland en Turkije tot de NAVO; Joegoslavië was de ‘primus inter pares’ binnen de organisatie van de niet-gebonden landen en Albanië was een haast legendarische “Einzelgänger”.

     

    Geologie

    Het Balkanschiereiland bestaat uit vier verschillende geologische eenheden:

    • de Dinarisch-Helleense ketens;
    • het Balkangebergte;
    • het massief van Rhodope;
    • de Oost-Karpaten.

     

    Het landschap van de Balkan wordt bijna geheel gedomineerd door bergen.

     

    De Dinarisch-Helleense ketens vormen de voortzetting van de zuidelijke tak van de Alpen en beslaan een groot deel van Joegoslavië, Albanië en Griekenland. Het is een alpien gebergte. De Dinarische Alpen zijn laag en steil. Zij bestaan hoofdzakelijk uit kalk of kalkhoudende gesteenten waardoor zij uiterst onvruchtbaar zijn.

    In het noorden, nabij Slovenië krijgt het landschap een typisch karakter van een minimale vegetatie door de aanwezigheid van een dunne laag grond op de kalksteenbodem. Het is een woest, bijna ondoordringbaar gebied dat slechts door een rivier doorkruist wordt.

    In de bergen zelf zijn er vlakten ontstaan die Poljana ( Polje = Zuidslavisch voor veld) genoemd worden en het gevolg zijn van het instorten van grotten. Sommige van deze, door bergketens ingesloten vlakten, zijn vruchtbaar.

     

    Het Balkangebergte is ongeveer 600 km lang en 21 tot 45 km breed.

    Het is een gebergtestelsel dat zich situeert in het Zuidoosten van Europa, grotendeels in Bulgarije gelegen, zich uitstrekkend tot de ijzeren poort in het westen en tot de Zwarte Zee in het oosten.

    Het is een hoog middelgebergte bestaande uit: westelijke Balkan, centrale of hoge Balkan en oostelijke of kleine Balkan.

    De oost-west richting komt overeen met een breuklijn.

    Het gebergte bezit weinig spitse toppen, wel brede gewelfde koppen ( hoogste top is de BOTEV met 2376 meter in de centrale Balkan ).

    Naar het westen en het oosten is het gebergte lager .

    De bergen zijn grotendeels met loofwouden en naaldbossen bedekt. Meren ontbreken. Dank zij de vele passen ( bv. Sjipka-pas op 1333 meter ) vormt het gebergte geen grote hindernis voor het verkeer.

    De Donau passeert dit gebergte in een nauwe, makkelijk af te sluiten doorgang.

    Zoals al vermeld, is het gebergte bebost en tevens vatbaar voor bebouwbaarheid. De gebergten zijn lager dan de Dinarische Alpen, en zijn van groot klimatologisch belang.

     

    Het Balkangebergte vormt nl. een klimatologische grens tussen het continentale Noord-Bulgarije en het onder mediterrane invloed staande Oost-Roemenië aan de zuidzijde.

    In de bergen zelf zijn de zomers warm en de winters erg bar.

     

    Het massief van Rhodope ( Zuid Bulgarije ), liggende ten oosten van de Dinarisch-Helleense ketens is een deel van een veel ouder gebergte. Naar het noorden verdwijnt dit massief onder het Pannonisch bekken in Hongarije.

     

    Er zijn op de Balkan weinig vlakke gebieden, van belang voor landbouw en fruitteelt ( sommigen in Kosovo, Albanië en uiteraard de Donauvlakte )

    De Rhodope wordt doorsneden door vele rivieren en beken, maar alleen de Donau is bevaarbaar.

    Van de weinige echt vlakke gebieden zijn sommige dan nog moerassig.

    Op vele plaatsen is het landschap beschadigd omwille van slechte landbouwmethoden bv. ontbossing voor het vrijmaken van landbouwgrond en omwille van het hout voor het bouwen van schepen.

    Er zijn veel heidegebieden voorhanden.

     

    Ten Noordoosten van het massief van Rhodope ligt de oostelijke uitloper van de Karpaten. Dit gebergte zet zich verder in het eigenlijke Balkangebergte en vormt het centrale bergland van Bulgarije.

     

    Wegennet

    Door de aard van het landschap is de aanleg van wegen uiterst moeilijk. Er zijn te weinig passen aanwezig in de gedeelten voorzien van bergketens.

     

    Sommige tracés dateren nog uit de tijd van de Romeinen.

    De constructie van wegen tijdens het Romeins imperium werd uitgevoerd door soldaten en had in de eerste plaats een militaire betekenis. Zij waren afgebakend met mijlpalen.

    De VIA EGNATIA was de oude Romeinse weg die aan de overkant van de Adriatische Zee, de VIA APPIA voortzette van Dyrrhachium ( Durazzo ) en Appolonia, door Macedonië ( over Thessalonika ) en Thracië naar Byzantium.

    Het was de voornaamste verkeersader naar het oosten.

     

    Het Balkangebied beschikt over een zwak uitgebouwd wegennet wat zeker niet gunstig is voor de economie. Dezelfde situatie doet zich voor i.v.m. het spoorwegennet.

     

    Historische en cultuurhistorische gevolgen van de geografie van de Balkan.

    Wegens het landschap bleef de invloed van het Westen beperkt tot de kustgebieden. De aanwezige bergketens zijn hier zeker niet vreemd aan.

    Alleen via de Donau konden westerse producten, druppelsgewijze het Balkangebied bereiken.

     

    De invloed vanuit het Oosten kon probleemloos geschieden gelet op de vele mogelijkheden van toegangswegen. ( zie later: de Osmaanse veroveringen )

     

    Ook vanuit Zuid-Rusland was het makkelijk om de Balkan binnen te komen.

     

    Menselijke aardrijkskunde/korte geschiedenis

    Belangrijk is dat de Balkan het toneel was van grote bevolkingsverhuizingen. (Het is het gebied bij uitstek voor dit soort verhuizingen )

    De grootste immigratie gebeurde door de Slaven. Dit was een vreedzame verhuis gelet op het feit dat er plaats genoeg was voor iedereen.

    De “bevolkingstransportaties” vanuit het Byzantijnse Rijk moeten zeker vermeld worden.

    Deze transportaties waren opgevat als strafmaatregel die vooral Armeniërs en Joden trof. Dit verklaart hun aanwezigheid op de Balkan.

     

    De oudste historische bewoners van het Balkangebied waren de Illyrërs in het westen, de Thraciërs in het oosten en de Grieken in het zuiden. Allen behoorden zij tot de Indo-europese familie. Zij hebben vermoedelijk een oerbevolking vervangen of geassimileerd.

    Ca. 200 v C. kwamen de Romeinen op het Balkanschiereiland. Zij veroverden het en stichten er koloniën, vooral langs de Adriatische kust.

    Zij legden de eerste wegen aan en hadden een belangrijke culturele invloed. Een deel van de inheemse bevolking werd naar taal en gewoonten geromaniseerd.

     

    In de tijd van de volksverhuizingen grepen invasies van Goten en Hunnen plaats.

     

    In de zesde eeuw nc. begonnen Slavische invallen, sinds 568 nc. samen met, en onder leiding van, de Turko-Tataarse Avaren.

    Begin van de zevende eeuw hadden de Slaven zich over het gehele schiereiland verspreid en waren tot het zuidpunt van de Peloponnesus en de Egëische Eilanden doorgedrongen.

    Zij assimileerden Illyriërs en Thraciërs, waarvan slechts resten als Vlachen ( Walachen ) Aromoenen e.a. voortleefden.

    De Albaniërs in het zuidwesten en de Roemenen in het noordoosten stammen van deze Illyrisch-Thracische bevolking af.

     

    In het zuiden, ongeveer binnen de grenzen van het huidige Griekenland, bleven de Grieken de dominante factor.

    Zij assimileerden de Slaven in het zuiden, binnen een periode van enkele eeuwen. In Macedonië begon de assimilatie pas door de immigratie d.w.z. bij het begin van vorige eeuw.

     

    Na de verdeling van het Romeinse Rijk werd het Balkanschiereiland, aanvankelijk, beheerst door het Byzantijnse Rijk dat er in slaagde de Slaven aan zich te onderwerpen.

     

    In de negende eeuw kwam het Bulgaarse Rijk opzetten, en vormde gedurende een eeuw een ernstige bedreiging voor het Byzantijnse Rijk. Het Bulgaarse Rijk werd in 1018 vernietigd.

     

    Sedert het einde van de 12de eeuw kwam het Byzantijnse Rijk meer en meer in verval, en een nieuw Bulgaars Rijk ontstond, dat van de Zwarte Zee tot aan de Adriatische Zee reikte.

    In de 14de eeuw werd deze Bulgaarse macht door de Serven gebroken. Onder het gezag van Stefanus Doesjan ( 1331-1355) bereikten zij een periode van grote bloei.

     

    Nieuwe heersers dienden zich echter aan nl. de Osmaanse Turken die in 1356 van Klein-Azië overstaken naar Gallipoli, in 1361 Adrianopel innamen en in 1389 Servië als het ware vernietigden.

     

    Na de val van Konstantinopel in 1453 stond hun niets meer in de weg.

     

    In de 17de eeuw bereikte het Osmaanse Rijk zijn grootste omvang. Aan het einde van deze eeuw kwam er echter een nieuwe macht opzetten nl. de Donaumonarchie van de Habsburgers die de Turken wist te weerstaan en zelfs terug te drijven.

     

    In de 18de eeuw ging Rusland zich met de Balkan bemoeien en sindsdien was het schiereiland ( althans tot voor kort ) het strijdtoneel tussen de drie machten, Oostenrijk, Rusland en Turkije.

     

    In de 19de eeuw begonnen ook Duitsland, (als bondgenoot van Oostenrijk) Engeland en Frankrijk, Balkanpolitiek te bedrijven.

     

    Kolonisatie

    De grootste kolonisatie vond plaats in de Ottomaanse periode. Om reden van militair-strategisch belang werden bevolkingsgroepen verplicht zich te vestigen in de grensgebieden. ( zie later “opkomst van het Osmaanse Rijk “)

     

    Andere migraties grepen plaats omwille van de gevoerde (Balkan)oorlogen. ( Bv. de grote Servische migraties )

     

    Naast grote massale migraties grepen er ook individuele migraties plaats, bv. mensen die uit het binnenland wegtrokken om zich langs de kust te vestigen.

     

    Nomadisme

    Vele groepen Balkanvolkeren bleven “nomadisch” en trokken met hun kudden door het berglandschap.

     

    TRANSHUMANCE (Vlacken/Walachen)

    De Walachijers en de Moldaviërs creëerden duurzame staten. De Walachen slaagden daar niet in. Na de invallen van de Slaven werden zij geslaviseerd, of trokken zich terug in de bergen en leidden er een nomadisch bestaan als herder of soldaten in Byzantijnse en later in Osmaanse dienst.

    Typerend voor de levenswijze van de Walachen was - en is nog steeds sporadisch in Griekenland - de TRANSHUMANCE.( vaste verblijfplaats in de winter, nomaden in de zomer ) Zij brengen de zomers door in het hooggebergte, in hutten, bij hun kudden en de winters in huizen, in de dorpen en de steden in de vlakte.

    Van de 12de tot de 14 de eeuw bloeiden machtige Walachenkolonies in Thessalië, Zuid Macedonië en in Epirus, met het karakter van echte staten. Het Walachse Moschopolis ( Voskopojë in Albanië ) was economisch en cultureel de derde stad op de Balkan, na Istanbul en Thessaloniki, tot zij op het einde van de 18de eeuw door de Albanezen werd geplunderd.

    Nadien vestigden veel Walachen zich, her en der, op de Balkan als handelaars, en losten meestal op in de numeriek talrijkste of sociaal dominerende bevolkingsgroep. De vergriekste bevolking in vele Balkansteden was van afkomst Walachs.

     

    PECALBA

    In het begin van de zomer trekken de mannen weg om ergens gastarbeid te verrichten. Bij het aanbreken van de winter komen zij terug.


     

    Recente vormen van migratie

    Er wordt vastgesteld dat de afgelopen decennia veel landbouwers het platteland verlieten om zich in de steden te vestigen. Zij gingen er werken in de daar aanwezige industrie.

     

    Andere vormen van migratie

    Het gaat hier om het, elders, stichten van nieuwe dorpen omwille van het feit dat de oude vestigingsplaats te groot werd zodat de omgeving niet langer kon blijven voorzien in de behoeften. ( bv. te weinig landbouwgronden voorhanden - bouwmogelijkheden beperkt.... enz.)

     

    Etnische zuiveringen

     

    Bevolkingsruil

    Soms werden als gevolg van afgesloten verdragen tussen staten, minderheden gewoon geruild.

     

    PJP – Eerste deel - 5-1-2006

    06-01-2006, 00:00 Geschreven door PJP
    Reageren (0)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (59 Stemmen)
    Archief per week
  • 02/01-08/01 2006

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!