JOOP ZOETEMELK
Joop Zoetemelk
De op 3 december 1946 in Rijpwetering geboren Joop Zoetemelk koos aanvankelijk het schaatsen als zijn favoriete sport uit. Pas in 1964 debuteerde hij als wielrenner en het ging hem direct goed af. Bij de nieuwelingen won hij talrijke wedstrijden en hij werd bovendien Nederlands kampioen veldrijden. Bij de amateurs behoorde Joop Zoetemelk tot de absolute wereldtop. Met het behalen van de Olympische titel in de ploegentijdrit stootte hij definitief door. Als amateur won hij verder nog onder meer de Tour de l'Avenir, het Circuit des Mines en de Ronde van Joegoslavië.
In 1970 debuteerde Zoetemelk als prof en hij zou zich al snel manifesteren als een uitmuntend ronderenner. De Tour de France loopt daarom als een rode draad door zijn loopbaan. In 1970 maakte hij met een tweede plaats zijn debuut..Zestien maal nam Zoetemelk deel aan de Tour en steeds reed hij de Ronde uit. Zesmaal bezette Zoetemelk de tweede plaats in de Tour om in 1980 zijn loopbaan te bekronen met de eindzege in de Ronde van Frankrijk.
In 1974 kwam Joop Zoetemelk zwaar ten val in de Midi Libre en er werd zelfs voor zijn leven gevreesd. Met enorm veel wilskracht maakte de Nederlander in 1975 een zeer geslaagde come-back. Hij won dat jaar twintig koersen, waaronder Parijs-Nice, een rit in de Tour, de Ronde van Nederland en Dwars door Lausanne. Zijn vierde plaats in de Tour van dat jaar nam de laatste twijfels weg. Zoetemelk, die gehuwd is met een Française, vestigde zich in Germiny-l'Evêque en hij reed ook veelal in Franse ploegen. Zoetemelk was niet alleen een goed ronderenner, maar hij kon zich ook in de klassiekers prima weren. Zo won hij in 1976 de Waalse Pijl, in 1977 en 1979 de Grote Herfstprijs en behaalde hij menige ereplaats in deze wedstrijden. Ook in de strijd om de wereldtitel speelde hij meermaals een hoofdrol. Tweemaal (in 1976 en 1982) legde hij op de vierde plaats beslag en hij eindigde in totaal negen maal bij de eerste tien.
Joop Zoetemelk zette in 1985 de kroon op zijn loopbaan door in Italië de wereldtitel te veroveren. Daarmee werd hij de oudste wereldkampioen uit de geschiedenis. Op de erelijst van Joop Zoetemelk komen nog heel wat meer opmerkelijke overwinningen voor, zoals de Ronde van Spanje, de Ronde van Romandië, het kampioenschap van Nederland, de Catalaanse Week, de Grote Prijs van Lugano, het Criterium der Azen, de Grand Prix Pino Cerami en nog talloze andere wedstrijden. Hoewel hij al jaren in Frankrijk woont, is zijn populariteit in Nederland immens. Zijn afscheid, eind 1987, werd één lange triomftocht door het land. Joop Zoetemelk volgt de wielersport nog steeds op de voet en fungeert als invaller-ploegleider bij de Rabobank-ploeg van Theo de Rooy.
In 1980 ging de 67e Tour de France van start op 26 juni in Frankfurt. Hij eindigde op 21 juli in Parijs. Er stonden 130 renners verdeeld over 13 ploegen aan de start. De Fransman Bernard Hinault begon als belangrijkste kanshebber op de eindwinst. Hij won meteen de proloog, en domineerde de koers. Maar een peesontsteking aan zijn knie verplichtte hem om uit de koers te stappen nog voor ze de Pyreneeen bereikten. De Nederlande Joop Zoetemelk nam de gele trui van hem over. Het was Zoetemelk's 10de deelname aan de Tour en nadat hij al vijf maal als 2de was geëindigd pakte hij als 2e Nederlander ooit de eindoverwinning.
Monument Joop Zoetemelk.
Hendrik Gerardus Joseph (Joop) Zoetemelk Rijpwetering, 3 december 1946 is een voormalig Nederlands wielrenner, die geldt als een van de beste Nederlandse ronderenners ooit. Hij won in 1980 de Ronde van Frankrijk en werd in 1985 wereldkampioen op maar liefst 38-jarige leeftijd. Zoetemelk woont tegenwoordig in Frankrijk.
Voordat hij in 1970 beroepsrenner werd, behaalde Zoetemelk een paar belangrijke overwinningen als amateur: goud op de Olympische Spelen in 1968 (100 km ploegentijdrit) en de eindzege in de Tour de LÁvenir (1969). Tijdens de Midi-Libre in 1974 kwam hij zwaar ten val. Er werd toen voor zijn carrière gevreesd, maar in 1975 kwam hij sterk terug.
Zoetemelk nam 16 maal deel aan de Ronde van Frankrijk, reed hem altijd uit (een recordaantal) en behaalde meestal een plek bij de eerste tien: achtste, vijfde, vierde (3 ×), tweede (6 ×; veelal achter Eddy Merckx; vandaar zijn bijnaam eeuwige tweede, die overigens gedeeld moet worden met (Raymond Poulidor), en eerste 1980. Na Jan Janssen (1968) was hij de tweede Nederlandse Tourwinnaar. Zoetemelk beschikte in 1980 over alle kwaliteiten die een Tourwinnaar nodig heeft: sterk zijn in tijdritten en in de bergetappes, en een goede ploeg (de ploeg-Post). In 1982 werd hij wederom tweede; in 1983 leek hij op weg naar een nieuwe zege toen een positieve dopingtest hem mentaal uitschakelde. Later kreeg hij eerherstel.
Tijdens het Gala ter gelegenheid van het 75-jarig bestaan van de KNWU werd Joop Zoetemelk verkozen tot beste Nederlandse renner aller tijden. Op dinsdag 31 mei 2005 onthulde hij in zijn geboorteplaats een standbeeld ter ere van zijn wielerprestaties.
JAN JANSSEN
Jan Janssen
De op 19 mei 1940 in Nootdorp geboren Jan Janssen maakte vooral geschiedenis door als eerste Nederlander de Tour de France te winnen. Janssen was een intelligent en temperamentvol renner, die op elk wieleronderdeel zijn mannetje stond. Al als amateur toonde de gebrilde Janssen zijn klasse. Hij won diverse Nederlandse amateurklassiekers en blonk uit in de Tour de l'Avenir. Jan Janssen bouwde zijn carrière grotendeels in Frankrijk uit, waar hij snel werd geaccepteerd als kopman.
Hij debuteerde met een ritzege in de Tour van 1963, maar moest na een zware val de strijd staken. In 1964 kende Jan Janssen zijn grote doorbraak. In het voorjaar won hij Parijs-Nice, later twee etappes en de groene trui in de Tour en als dessert veroverde hij in Sallanches ook nog de wereldtitel. Nadat Janssen in 1965 weer de groene trui had gewonnen, leek hij in 1966 op weg naar de eindzege in de Tour. Door een onoplettendheid verspeelde hij echter zijn gele trui aan de Fransman Lucien Aimar en Janssen moest genoegen nemen met de tweede plaats. Vanaf dat moment was Janssen er van overtuigd, dat hij de Tour kon winnen. In 1967 bleef hij nog op de vijfde plaats steken, maar hij won wel weer het puntenklassement. Met een zege in de Ronde van Spanje had hij toch een grote rittenkoers op zijn naam gebracht. In 1968 werd Jan Janssen dus de eerste Nederlandse Tourwinnaar. Deze Tourzege was voor Jan Janssen het hoogtepunt in zijn loopbaan, waarin hij een indrukwekkende erelijst bijeen fietste.
Hij behoorde ook in de klassiekers tot de toonaangevende figuren en schreef zijn naam op de erelijsten van Parijs-Roubaix (1967) en Bordeaux-Parijs (1966). Bovendien behaalde hij talloze ereplaatsen in diverse klassiekers. Ook op de piste sprak Jan Janssen een woordje mee. Hij won zes zesdaagsen, waarvan drie aan de zijde van Peter Post. In Parijs-Tours van 1970 tekende het einde van zijn loopbaan zich reeds af. Hij reed samen met de Duitser Tschan aan de leiding, maar kwam vijf kilometer voor de finish merkwaardig ten val. Hij moest een aantal dagen in het ziekenhuis blijven en kwam deze inzinking nooit meer te boven. Eind 1972 besloot Jan Janssen een indrukwekkende loopbaan en hij stortte zich op een maatschappelijke carrière. Hij bracht met succes een eigen fietsmerk op de markt. Sinds enkele jaren runnen zijn zonen de zaak en geniet Jan Janssen van zijn vrije tijd.
In 1968 ging de 55e Tour de France van start op 27 juni in Vittel. Hij eindigde op 21 Juli in Parijs. Er stonden 110 renners verdeeld over 11 ploegen aan de start. Tijdens deze Tour werd de groene leiderstrui geïntroduceerd voor de leider in het puntenklassement. Tot 1968 was de kleur van de leiderstrui voor dit klassement rood. De slotfase van deze ronde was ongemeen spannend: de Belg Herman van Springel begon de laatste etappe, een tijdrit, in de gele trui, maar verloor deze in de laatste kilometers aan Jan Janssen, met 38 seconden. Deze werd hierdoor de eerste Nederlandse Tourwinnaar in de geschiedenis. Overigens was de Tour van 1968 de eerste die op de Nederlandse Televisie werd uitgezonden.
WIM VAN EST
Nederlands eerste geletruidrager Wim van Est
In de gele trui maakte hij deel uit van een kopgroep tijdens de beklimming van de Tourmalet. Ook op de Aubisque ging hij goed mee, maar reed vlak voor de top lek. Het verwisselen van zijn band duurde drie minuten. Op dat moment kwam de Italiaan Fiorenzo Magni voorbij, een goed afdaler. Van Est kwam in het wiel van Magni en begon aan de afdaling. Van Est kon hem niet bijhouden en viel.
Na een glijpartij van dertig meter over het asfalt stond hij weer op, beklom de fiets en dook weer de diepte in. Bij het naderen van een scherpe bocht naar rechts, drie kilometer onder de top verloor Van Est de controle over zijn fiets toen hij een klapband kreeg. Zonder fiets vloog hij over de rand van het ravijn, maakte eeen duikvlucht van tien meter, raakte een groepje jonge bomen en stuiterde daarna nog eens zestig meter omlaag. Vlak voor een groep rotsblokken kwam hij tot stilstand. Van Est kwam er met een paar schrammen vanaf.
De tekst op het monument: "Hier viel tijdens de Tour de France op 17 juli 1951 Wim van Est 70 meter diep. Hij overleefde de val, maar verloor de gele trui. Wim van Est was de eerste Nederlandse drager van de gele trui in de Tour de France".
|