*
De vraag is: waarom bestaat wat bestaat? Waarom is er iets en niet niets?
Het antwoord is:
iets bestaat omdat God het doet bestaan.
En God?
God is zelf de reden van zijn bestaan. Dit is een kwestie van geloven of niet geloven, van aanvaarden of niet aanvaarden, een kwestie van verklaarbaarheid der dingen, een kwestie van intuïtie, van genade, van logica.
Kort samengevat: de wereld waarvan ik deel uitmaak bestaat en zij is niet zelf de reden van haar bestaan. Er moet dus een werkelijkheid zijn die in zichzelf een reden van bestaan vindt. En die werkelijkheid noem ik God.
Conclusie na het lezen van het boek 'Confiteor', van Bernard Besret
|