1.
Er is een prinsesje geboren
Er is ons een kindje geboren
Een kindje met lachende mond
Met oogjes stralend vol leven
En krullekens, zijig en blond
Het is een klein vorstenkindje
Een telg uit een roemrijk geslacht
Het geeft ons een blijde ontroering
In t harte, dat stillekens lacht.
Er is ons een kindje geboren
En wie in ons binnenste las
Weet, dat we van t kindeke houden
Alsof het ons eigene was
Het is onze hoop, onze blijdschap
Het wordt er de trots van ons land
Het trekt naar het Huis van Oranje
Ons harte, naar daloude trant
Er is een prinsesje geboren
Heel Neerland jubelt van vreugd
Het wenst het klein vorstenkindje
Een blijde, een zorgloze jeugd
God geve deeztelg van Oranje
Een leven vol zonnige schijn
En ook, dat t in de toekomst
De lievling van t volk moge zijn
-0-0-0-0-0-
2.
De keukenmeid
Mijn zusje heeft een keukentje
Daar is van alles in
Een schoorsteen om te roken
Een potje om te koken
En ook een kleine koekenpan
Waarin zij koeken bakken kan
t Is alles even net ja, ja
t Is alles even net
Mijn zusje speelt er dikwijls mee
Dan is ze keukenmeid
Eerst gaat ze groente halen
Dan moet ze koffie malen
Het water giet ze in de kan
Het eten doet ze in de pan
Dan heeft mijn zusje pret, ja, ja
Dan heeft mijn zusje pret.
-0-0-0-0-0-
3.
Wij dansen
Zeven boerenmeisjes
Dansten op een rij
Wiegden met hun rompjes
Kletsten met hun klompjes
Van hopsasa, heisasa, hopsasa, hei
Van hopsasa, heisasa, hopsasa, hei
Van hopsasa hei!
Zeven stadse meisjes
Dansten op een rij
Knikten met hun kopjes
Draaiden met hun rokjes
Van tralala, tralala, tralala la
Van tralala, trala, van tralala la
Van tralalala
Zeven oude vrouwtjes
Dansten op een rij.
Met rimpelige snoetjes
En met onvaste voetjes
Van ene, twee, drie Hoplala hop
Van ene, twee drie Hoplala hop!
Van ene, twee drie, Oef!!
-0-0-0-0-0-
4.
In het bad
Alle weken tweemaal
Mag ik in het bad
Jongens, wat een leuke, leuke pret is dat
k Tuimel vierkant tot mijn kin
Zo pardoes de badkuip in
k Tuimel vierkant tot mijn kin
Zo pardoes de badkuip in
Truitje Treuzel stipt eerst
Bang een teen er in
Doopt er dan voorzichtig
t Halve beentje in
Staat te huilen bij het bad
Hi, hi, hi het is zo nat
Staat te huilen bij het bad
Hi, hi, hi het is zo nat
-0-0-0-0-0-
5.
De domme Hazenkindertjes
Twee haasjes speelden op het land
Ze hadden dolle pret
Door moedertje werd aan de kant
Terdege opgelet
Haar snuffelneusje in de lucht
Zag zij hun springen aan
Gereed om bij het minst gerucht
Snel op de vlucht te gaan
Snel op de vlucht te gaan
Twee haasjes liepen samen weg
En keken niet meer om
Ze kropen door een dichte heg
Dat was verbazend dom
Daar achter stond een heel groot paard
Dat keek het tweetal aan
Twee haasjes zijn toen met een vaart
Naar moesje terug gegaan
Naar moesje terug gegaan
-0-0-0-0-0-
6.
Schommelen
Op de schommel zit een kindje
Lustig gaat het heen en weer
Door haar haren waait een windje
Hoger, hoger keer op keer
Zie het kindje vrolijk zwieren
t Houdt de touwen stevig vast
Boven piepen de scharnieren
Zachtjes bij haar lichte last.
Op de schommel zit het meisje
Eindelijk wat moe geraakt
En zij heeft haar luchtig reisje
Na een poostje weer gestaakt.
-0-0-0-0-0-
|