Bij een brand komt veel rook vrij. Als er brand bij je thuis uitbreekt, kan die rook niet naar buiten. Veel mensen denken dat ze wel wakker worden als ze de rook ruiken en dat ze wel op tijd weg kunnen komen of zelf de brand kunnen blussen. Dat is dus niet zo. Vaak is het zo dat de rook, die na het ontstaan van de brand vrij snel alle kamers opvult, verdovend werkt. Dat wil zeggen dat, als je ligt te slapen, je eerder nog dieper in slaap raakt dan dat je er wakker van zou worden.
Hier is iets voor uitgevonden: de rookmelder (1). De rookmelder is een klein, rond apparaat dat heel hard gaat piepen als er rook, en dus ook brand is. Het is de bedoeling dat je de rookmelder op het plafond aanbrengt Er zijn een paar plekken waar je in ieder geval geen rookmelder moet hangen. Dat zijn:
|
In de badkamer of in de keuken. Als je aan het koken of aan het douchen bent, komen er bepaalde stoffen vrij die bij de rookmelder voor 'vals alarm' zorgen. Denk maar aan de rook als je iets aan het bakken bent of de stoom van het hete water als je doucht. | |
 |
|
Bij een ventilatie-opening of een mechanische ventilator en verwarmingstoestellen en radiatoren. | |
 |
|
In de garage. De uitlaatgassen van een auto kunnen ook voor vals alarm zorgen. | |
|