'Meertaligheid moet de dominantie van het Engels in evenwicht brengen', schrijft Luc Devoldere, hoofdredacteur van de lage landen naar aanleiding van de Europese Dag van de Talen.
https://www.knack.be/nieuws/belgie/we-moeten-zo-meertalig-mogelijk-worden/article-opinion-1513653.html
Ik stuurde volgende reactie naar de heer Devoldere en Knack.
***************************************************************************************************************************
Geachte heer Devoldere,
In We moeten zo meertalig mogelijk worden, houdt u een warm pleidooi voor meertaligheid als tegengif voor de dominantie van het Engels.
Graag enkele bedenkingen hierbij.
De voorbije week las ik meerdere artikels en zag ik meerdere TV-programma's (o.a. De Afspraak met filosoof Maarten Boudry) waarin men stelt dat onze studenten logisch-kritisch denken moet bijgebracht worden. Maar, wat heb je aan logisch-kritisch denken als je het niet wilt of durft toepassen? Ik geef een praktisch voorbeeld wat het talenbeleid betreft.
In Europa met zijn 24 officiële talen is het officiële taalbeleid: 'meertaligheid als norm' (MaN) en het officieuze: 'Engels als lingua franca' (ELF),
Een pientere knaap/meid uit het middelbaar onderwijs, die logisch-kritisch redeneert, begrijpt echter dat:
- MaN 1/ niet haalbaar is voor iedereen en dus discriminerend: het bevoordeelt een intellectueel-sociaal-economische (*) minderheid, en 2/ het Europees (en mondiaal) communicatieprobleem niet oplost.
- ELF ondemocratisch want discriminerend is: 1/ omdat het een intellectueel-sociaal-economische (*) minderheid bevoordeelt en 2/ omdat het leidt tot een duale maatschappij: Native English Speakers (NESsy's) als eersterangsburgers (Übermenschen) – communicatief gehandicapten als tweederangsburgers (Untermenschen)
(*)Met intellectueel-sociaal-economisch bedoel ik: verstandige kinderen uit een bevoorrecht milieu (b.v. beide ouders met universitaire opleiding) waarvan de ouders voldoende kapitaalkrachtig zijn om hun kinderen naar dure buitenlandse scholen of taalstages te sturen (b.v.: de koninklijke familie)
Diezelfde pientere meid/knaap uit het middelbaar onderwijs, die logisch-kritisch redeneert, begrijpt ook dat de eenvoudigste, eerlijkste, efficiëntste en meest economische oplossing een gemeenschappelijke tweede taal is. Zij zijn zelfs zo snugger dat ze beseffen dat, gezien de aangehaalde bezwaren, die gemeenschappelijke taal alleen een eenvoudige en neutrale taal kan zijn, m.a.w.: een Gemeenschappelijke, Eenvoudige, Neutrale, Tweede (G.E.N.T.) taal, zoals het Esperanto.
Daar ik mij niet kan inbeelden dat universitair opgeleiden dit niet begrijpen, moet ik wel besluiten dat hier sprake is van onwil die, volgens mij, gebaseerd is op hypocrisie en arrogantie. Men beseft wel dat MaN niet haalbaar en ELF niet aanvaardbaar zijn, maar toch stelt men intellectueel prestige (zoveel malen man als je talen spreken kan) boven intellectuele eenvoud.
Ik kan mij trouwens ook niet inbeelden dat universitair opgeleiden niet inzien dat ELF en G.E.N.T perfect complementair kunnen zijn!
Bovendien: Esperanto is niet alleen een volwaardig communicatief model, het is ook een waardevol innovatief-alternatief pedagogisch project. Verschillende studies hebben uitgewezen dat Esperanto als eerst geleerde vreemde taal:
- de leertijd voor andere talen tot 30 % verkort;
- het logisch-kritisch-structureel denken bevordert, niet onbelangrijk voor wiskunde en wetenschappen. Wat het Latijn voor de (intellectueel-sociaal-economische) elite is, is Esperanto voor iedereen.
- het taalbewustzijn vergroot en tot meer inzicht in de moedertaal leidt;
- de creativiteit stimuleert: Esperanto functioneert zoals het lego-systeem: met woordstammen uit Germaanse, Romaanse, Slavische talen en voor-en achtervoegsels kan het kind zelf woorden maken.
- het leerplezier verhoogt: kinderen leren spelenderwijs;
- het zelfvertrouwen opkrikt ten gevolge van de snelle succeservaring: hoera, ik kan iets;
- motiveert om andere talen te leren: via de woordstammen uit de andere talen komt het kind in contact met andere talen;
- het kind reeds op jonge leeftijd interesse voor andere culturen bijbrengt: individueel en/of klassikaal contact met leeftijdsgenoten uit andere taal- en cultuurgebieden leidt tot meer wederzijds begrip.
Het synthesemodel dat wij voorstellen is dus: Esperanto als taalbasis en basistaal, als ideale voorbereiding op meertaligheid voor wie daartoe gemotiveerd is op basis van interesse en/of noodzaak.
Denkt u niet dat men door logisch-kritisch denken meerdere vliegen in een klap kan vangen? Het vergt alleen maar wat intellectuele moed om de platgetreden paden te verlaten.
Vriendelijke groet,
Dan Van Herpe
Wouwerstraat 160
2300 Turnhout
|