1.MICHAËL1 VAN BUGGENHOUT overleed op17 augustus 1671 in Herzele.Hij trouwde (1) JOANNA VAN DER STRAETEN.[1]
Kinderen van MICHAËL VAN BUGGENHOUT en JOANNA VAN DER STRAETEN zijn:
i.NAAMLOOS2.
ii.ADRIANA VAN BUGGENHOUT, geb.9 september 1648, Herzele; geh. LIVINUS DE VIJDT, 3 juni 1693, Herzele.
Meer over ADRIANA VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: 9 september 1648, Herzele. De schrijfwijze in doopregister: Van Bugenout. Moeder: Jeanneken Van Der Straten.
2.iii.JAN VAN BUGGENHOUT, geb.21 april 1651, Herzele; overl. Herzele. Schrijfwijze naam: Van Buggenhout.
3.iv.JACOBUS VAN BUGGENHOUT, geb.2 juli 1653, Herzele.
v.JOANNA VAN BUGGENHOUT, geb.28 november 1655, Herzele; geh. JAN TIBBAUT, 14 april 1690, Herzele.
Meer over JOANNA VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: Herzele. Schrijfwijze naam: Van Bugenhout.
vi.PETRUS VAN BUGGENHOUT, geb.2 december 1660, Herzele. Schrijfwijze naam: Van Bugenout.
[1] Over de oorsprong van de Herzeelse stam Van Buggenhout tasten wij vooralsnog in het duister. Burgemeester M. De Buysscher in Eeuwenoude geslachten te Herzele, p. 96 97 schrijft: De eerste verschijning van een Van Buggenhout te Herzele dateert van 1616, datum waarop priester Pieter Van Buggenhout, tot pastoor werd benoemd , en er blijft tot bij zijn overlijden in 1646. Wij hebben een groot vermoeden dat hij afkomstig was uit Aaigem, waar Gillis en Kathijne reeds poorters van Geraardsbergen waren in 1396.
Leo Buggenhout (Verzetsstraat, 10, 1090, Jette-Brussel) beweert over bewijzen te beschikken dat priester Pieter Van Buggenhout afkomstig zou zijn vanMeldert bij Aalst. Hij is de zoon van Petrus en Andrea Claessens. Minstens één broer en één zus zouden zich eveneens gevestigd hebben te Herzele. De broer zou getrouwd zijn met een vrouw uit Ronse. Dit koppel zou aan de basis kunnen liggen van de stam Van Buggenhout te Herzele.
Uit een brief aan Maurits De Buysscher, burgemeester , schrijft dezelfde Leo Buggenhout: Op 25 augustus 1633 werd te Meldert geboren Petrus Buggenhout, zoon van Joannes en van Margaretha Van De Velde. Deze werd kapelaan van de kollegiale kerk van Sint-Faraïldis te Gent. De dooppeter was Petrus Buggenhout, pastoor te Herzele (dus 1633). Hij schrijf ook: Een Judocus Buggenhout 1618 22 november, pastoor te Herzele (in Manuale van bisschop Matthias Hovius ) ( Aartsbisdom Mechelen, Archief), fol.65 v..
In de kerkregisters van Meldert lezen wij: Buggenhout Jan (Francis) x Van de Velde Margaretha. Hun kinderen: Catharina, ° 21/10/1631( een Catharina overlijdt op 27/10/1631); Petrus, ° 25/8/1633; Judocus, ° 18/11/1635 ( een Joosken overlijdt op 1/12/1635); Catharina, ° 4/6/1637:Judocus, ° 6/7/1639; Petrus, ° 22/3/1641.
Afstammelingen van Karel Lodewijk Van Buggenhout en Amelia Marie Van Durme
14.CHARLES-LOUIS6 VAN BUGGENHOUT (JAN BAPTIST5, ERASMUS4, ROCHUS3, JAN2, MICHAËL1) werd geboren 10 mei 1802 in Herzele, en overleed op 14 juli 1874 in Herzele. Hij trouwde MARIE-AMELIA VAN DURME 22 april 1824 in Herzele, dochter van PHILIPPUS VAN DURME en MARIE-JUDOCA RENIER.
Meer over CHARLES-LOUIS VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: 10 mei 1802, Herzele: geboren 10 mei 10 uur verpertina de 11 gedoopt ejusdem, voorwaardelijk. Peter Jozef Van Büggenhoüt en Isabella Van Büggenhoüt.
Kinderen van CHARLES-LOUIS VAN BUGGENHOUT en MARIE-AMELIA VAN DURME zijn:
i. MARIE-THERESIA7 VAN BUGGENHOUT, geb.Herzele; overl. 15 februari 1837, Herzele.
Meer over MARIE-THERESIA VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: Herzele
ii. BERNARDIN (Bernardus doopsel- VAN BUGGENHOUT, geb.19 november 1826, Herzele; overl. 10 oktober 1867, Herzele.
Meer over BERNARDIN VAN BUGGENHOUT: geboren hora secunda matutina et cadem die gedoopt. Peter Bernardus Van Durme en meter Maria Catharina van de Velde.
Beroep: Kapitein 8ste Linieregiment
iii. MARIA VICTORIA VAN BUGGENHOUT, geb.17 augustus 1828, Herzele; overl. 20 november 1829, Herzele.
Meer over MARIA VICTORIA VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: 17 augustus 1828, Herzele: geboren hora octavo matutina et cadem die gedoopt. Peter Donatus Van Buggenhout; meter Brigitta Van Durme;
iv. VICTORIA VAN BUGGENHOUT, geb.15 september 1830, Herzele; geh. LEO DE KONINCK, 19 december 1855, Herzele; geb.29 juli 1828, Woubrechtegem.
Meer over VICTORIA VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: 15 september 1830, Herzele: geboren hora tertia promeridiam et cadem die gedoopt. Peter Alexander de Saedeleer en meter Amelia De Clercq.
Meer over LEO DE KONINCK:
Beroep: Landbouwer
v. ANGELUS VAN BUGGENHOUT, geb.17 april 1832, Herzele; overl. 7 februari 1836, Herzele.
Meer over ANGELUS VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: 17 april 1832, Herzele: geboren hora prima nocturna et cadem die gedoopt. Peter Angelus Van Durme en meter Constantia Van de Velde.
25. vi. ROSALIA VAN BUGGENHOUT, geb.27 juni 1834, Herzele; overl. 7 juni 1902, Herzele.
Meer over Rosalia Van Buggenhout: geboren hora quarto matutina et cadem die gedoopt. Peter Carolus Van Buggenhout en meter Rosalia Van Durme.
vii. MARIA THERESIA VAN BUGGENHOUT, geb.19 maart 1836, Herzele; overl. 18 april 1840, Herzele.
Meer over MARIA THERESIA VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: 20 maart 1836, Herzele: geboren hora 1e noctuna et postem gedoorpt. Peter Angelus Van Durme en meter Brigitta Van Durme.
viii. HYPOLIET VAN BUGGENHOUT, geb.21 maart 1838, Herzele; overl. 13 september 1866, Herzele.
Meer over HYPOLIET VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: Herzele
ix. MARIA-THERESIA VAN BUGGENHOUT, geb.25 januari 1840, Herzele; overl. Herzele.
Meer over MARIA-THERESIA VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: 25 januari 1840, Herzele: Peter Fernandus Van Buggenhout en meter Ameila De Clercq.
x. MARIA-AUGUSTA VAN BUGGENHOUT, geb.19 september 1841, Herzele.
Meer over MARIA-AUGUSTA VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: 20 september 1841, Herzele: Peter Bernardus Van Buggenhout en meter Maria Augusta De Saedeleer.
xi. ANGELUS VAN BUGGENHOUT, geb.27 september 1842, Herzele; geh. M NIVITE, 17 januari 1924, Schaarbeek.
Meer over ANGELUS VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: 27 september 1842, Herzele: Peter Bernardus Van Buggenhout en meter Maria-Augusta De Saedeleer.
xii. MARIA-AUGUSTA VAN BUGGENHOUT, geb.8 december 1845, Herzele.
Meer over MARIA-AUGUSTA VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: Herzele: Peter Antonius De Saedeleer en meter Maria-Victoria Van Buggenhout.
26. xiii. ?ANGELUS VAN BUGGENHOUT, geb.16 september 1848, Herzele. Geh. Op 17 januari 1914 in St. Serv.? te Schaarbeek met M. Ninite.[1]
Meer over Angelus Van Buggenhout:Peter Bernardus Van Buggenhout en meter Maria-Augusta De Saedeleer.
xiv. MARIA-SYLVIA VAN BUGGENHOUT[2], geb.14 februari 1849, Herzele; geh. JAN-BAPTIST RAMSDAM, 1 december 1869, Herzele; geb.23 juli 1846, Steenhuize-Wijnhuize.
Meer over MARIA-SYLVIA VAN BUGGENHOUT:
Doopsel: Herzele: Peter Antonius De Sadeleer en meter Rosalia Van Buggenhout.
Meer over JAN-BAPTIST RAMSDAM:
Doopsel: Steenhuize-Wijnhuize
Beroep: Zonder beroep bij huwelijk.
xv. JAN-BAPTIST VAN BUGGENHOUT, geb.25 september 1850, Herzele; overl. 21 mei 1853, Herzele.
Meer over JAN-BAPTIST VAN BUGGENHOUT: Peter Hypoliet Van Buggenhout en meter Victoria Van Buggenhout.
[1] Bron: parochieregister doopsel van 1837 1865 te Herzele.
Irma, geboren op19februari1885, Herzele, gestorven op27augustus1968, Steenhuize Wijnhuize (leeftijd bij overlijden: 83 jaar oud).
Alfons, geboren op20augustus1886, Herzele, gestorven op22juni1969, Herzele (leeftijd bij overlijden: 82 jaar oud).
Victor, geboren op10november1887, Herzele, gestorven op7september1967, Herzele (leeftijd bij overlijden: 79 jaar oud). Gehuwd met Celine De Vuyst, geboren op11september1889, Sint Lievens Esse, gestorven op18augustus1979, Herzele (leeftijd bij overlijden: 89 jaar oud), hieruit
Albert, geboren op16juli1917, Herzele, gestorven op20mei1983, Sint Lievens Houtem (leeftijd bij overlijden: 65 jaar oud).
Geschiedenis van de familie Temmerman te Erondegem
Eerste hoofdstuk.
HET STAMHUIS VAN DE FAMILIE TEMMERMAN :HET SCHAECK. (1)
In het tijdschrift « Het Land van Aalst » trok een artikel van W.L. Braeckman(2) mijn aandacht. Het handelde over de « muijte » van Erondegem. De « muijte » was de gevangenis van Erondegem..Deze werd ondergebracht in het huis « genamt het Schaeck, gestaen binnen de voirs. Prochie van Erondegem op (de) plaetse, oost Jan Triest, noort de straete loopende van het sandgat, westdherbaene van brussel naer gent, suyt een ander huys gecompeteerthebbende wijlent den voors. Dheer ende mr. Jan de Witte, nu sijne hoirs »(3)Een« lantman » van Erondegem verklaarde tijdens een proces, ingespannen in 1699 tegen de erfgenamen van Jan de Witte, dat « van alle immemoriale tijden heeft gestaen eene muijte ofte plaetse van vangenissen op den solder gemaeckt sijnde van dicke herte houte viercante rebben ende een ijsere slot met eenen grendel ». (4) De « muijte » van Erondegem had in de streek een bijna symbolische betekenis, zoals blijkt uit het getuigenis van Gillis Triest, een tachtigjarige inwoner van Ottergem. Als kinderen het al te bont maakten werden zij bedreigd « dat sij hem souden steken in de muijte ». (5)
In 1685 of 1686 werd de gevangenis uitgebroken en de olmen balken werdennaar Erpe gevoerd.Daar werden ze opnieuw gebruikt. (6) Dat afbreken en opnieuw gebruiken gebeurde blijkbaar onterecht. Vandaar het proces van 1699. (7) Totdaar enkele inlichtingen die wij ontlenen aan W.L. Braekman.
In het Rijksarchief te Beveren vond ik een merkwaardige brief van een van onze voorvaders, namelijk van Thomas Temmerman, zoonvan Petrus, (8) gericht aan « den seer edelen ende welgheboren heer mr. Charles Emmanuël vrij Baron De Norman ». (9)In deze brief vraagt Thomas Temmerman de toelating in zijn «huyse ende stede »een « herberghe ofte taverne » te mogen houden. (10)Wij laten hem zelf aan het woord :
« Suplierende (11) verthoont in alle oodmoedigheijd ende met alder diepste respect, Thomas Temmerman, zoon van Petrus U edelheyts insetenen der voorseyde prochie van Erondeghem dat den supliant ter causen van sijne huyseende stede ghestaen ende gheleghen binnen de selve p(ro)hie jeghens de plaetse vis avis den hooghen coor van de kercke, van oudys genaemt het Schaek abouterende (12)oost Jacobus Vanderheyden, suyt Jacobus Van Impe. West Joseph Schockaert, met een clijn deelken den voorseyde hofstede groottachentig roeden. Wesende eertijds leenvolg(en)s. Acte van ontlastinghe van huem ond(erteken)t Charles de Zuylen in daete 1 maart 1663 ten desen anne, belast is met het hauden van de muijte ofte gevangenisse in den voorseyden supliants huyse mits profiterende voor het sluyten ende ontsluyten van elcken ghevangenen tot twintigh stuijvers eens, ende gemerckt den supliant in den voorseyden huyse oock geerne soude hauden herberghe ofte taverne ende dat het selve niet en vermagh te gebeuren sonderU sijne edelheydts expres consentende permissie (13) is oorsaeke den supliant de vrijheydt neeelt van sigh te keeren tot sijn edelheyt.
Ootmoedelijck biddende believe ghedient te wesen aen de supliant te vergunnen consent ende permissie om in den voorseyden huyse te hauden herberghe ofte taverne tot gerief van het publicq. Belovende den supliant in den voorseyden sijne huyse te sullen doen maken ende erigere secure(14) plaetse tot het haudende muijte oftegevangenisse sodaenighe jemandt van officie weghe t sijcriminelijckofte civilijck gecollecqueert ende gedetineert wordende (15)aldaer met niemandt en sal connen gespreck ofte communicatie hauden nochte daer uyt evaderen « .(16)
Deze brief leert ons dat « het Schaek », waarin de « muijte » of de gevangenis van Erondegem en Ottergem werd ondergebracht, tegenover hethoogkoor van de kerk was gelegen.Die beschrijving laat ons toe, samen met andere gegeven, het gebouw te situeren. Nu zou men veeleer zeggen dat het huis stond « rechtover de Calvariberg » of « rechtover het kruis Onze Lieve Heer » ;het is het voorouderlijk huis van onze familie. Hiernaast een oude foto van het huis, toen bewoond door Dominiek Temmerman (17).
Heeft de smeekbrief van Thomas Temmerman resultaat geboekt ?Op 18 augustus 1780 ondertekent baron De Norman, op het kasteel te Audenhove , het volgende document : (18) « Het appointement (19) luidt als volght. Gesien het bij ons onderschreven het nevenstaende expositif ende gelet op den last van servertuyt van onderhaudene ende maecken eender muyte ofte gevangenisse aldaer, door ons voorsaeten den leen gronde daer mede ontlast volgens acte van de eersten aerte 1663, welcke acte met dese sal geregistreert worden ter greffie van Erondegem, constenterende voorts. Sonder prijsdicie van den last van te leveren ter provisiemuyte ofte vangenisse suffisant ende behoorlijck dat den suppliant sal mogen hauden herberghe ofte taverne voor soo veel als ons aengaet nochtans tot wederroepen t allen tijden dat het ons goet duncke sal. »
Het antwoord van baron De Norman leert ons dat Thomas Temmerman, zoon van Petrus, in het Schaek, naast de muijte ook « herberghe ofte taverne » mocht houden. Ook als de « muijte » slechts sporadisch werd gebruikt, moet deze erfdienstbaarheid op hethuishoudelijk leven van de familie Temmermaninvloedhebben gehad. Het moet daar meer dan behoorlijk druk zijn geweest. Naast de muyte was en nu de herberg of taveerne. Er werd ook aan landbouw gedaan (20).Daarnaast moest er ook nog een familiaal leven worden geleid.
Waarschijnlijk is er een verklaring voor het feit dat de « muyte » of de gevangenis in het Schaek werd ondergebracht. Onze familiegeschiedenis leert ons dat bij het aanleggen van desteenweg Brussel Gent overAalst was Pieter Teimmerman(21), zoon van Matthias(22), officier van Erondegem en Ottergem. (23)
Jan Te(i)mmerman was er meier . Op 29 juni 1742 legt dezelfde Jan de eed af als baljuw « der phie ende vrije heerlh. Van eerondeghem » (24).Hij bleef meier en baljuw tot zijn overlijden op 16 januarie 1755. (25) Na hem wordt zijn zoon Thomas Temmerman meier van Erondegem.Meer dan honderd jaar vervulden leden van onze familie Te(i)mmerman openbare functies uit (officier, meier, baljuw) enkregen zo wel meer te maken met het veilig opsluiten van gevangenen.
Voetnoten bij het eerste hoofdstuk.
1.Licht gewijzigde versie van een artikel dat verscheen in« Mededelingen van de HEEMKUNDIGE KRINGvan Erpe-Mere », jrg.
2.W.L. BRAEKMAN , De « muyte » of gevangenis in « Het Schaeck » te Erondegem, in Het Land van Aalst, grg 50, 1988, n° 4, p. 291 293.
9.R.A.B. G.O.A. n° 6 . Register tot officiële toelatingen, o.m . het houden van een herberg, enz. 1767 1792. Een herberg houden kon niet zonder uitdrukkelijke toelating van de plaatselijke Heer (of Vrouwe) en werd streng door Keizerlijke Plakkaten ( = wetten ) geregeld.
10.Suplieren = smeken. Hier : de vrager ; letterlijk : de smekeling.
11.Abouteren = grenzen aan.
12.Expres consent ende permissie = met uitdrukkelijke toestemming en toelating.
13.Erigeren secure plaetse = het oprichten van een veilige plaats.
14.Crimilijck ofte civilijck gecollecqueert ende gedetineert wordende =die op basis van criminele (strafrechterlijke) of burgerlijke rechtspraak worden opgesloten en vastgehouden.
15.Uyt evaderen = daaruit zouden ontvluchten.
16.Zie tweede hoofdstuk onderVIII.
17.R.A.B. G.O.A. n° 4. Resolutieboeken, 1699 1795, op datum van 18.08.1780.
18.Appointement =besluit, uitspraak.
19.R.A.B. G.O.A. n° 8. Veetelling, 1693, 1772 1786. Thomas Temmerman, zoon van Petrus, had in 1742 twee koeien, één vaars en twee kalveren.
20.DIRKDE BOECK,Onze wegen inhistorisch perspectief, inMededelingen van de HEEMKUNDIGE KRING van Erpe Mere, jrg. 38, p. 70.
21.R.A.B. -Kerkelijke Oud Archief ( = K.O.A.), n° 21. Testamenten, enz . , XVII XX eeuw.
24.Baljuw en meier Jan Te(i)mmerman overlijdt op 16 januari 1755, ongeveer negentig jaar oud. Hij werd in de kerk begraven..
NAAM OORSPRONG EN FAMILIETAKKEN
De meest kernachtige omschrijving van de naam Temmerman vinden wij bij Jules Herbillon [1] : Temmerman, Témmerman, Temmermans. Nom de métier : moyen néerl. : timmerman, temmerman, « charpentier ».
De Brabander [2] doet het wat meer uitgebreid en verstrekt verdere gegevens over de evolutie van de naam en zijn eerste vermeldingen :
Temmerman(s), zie Timmerman, en onder Timmerman, (de) ; de Temmerman(n)s, Timermans, Timberman, Tibermans. BrN (= beroepsnaam) 130 Everardi Temberman, Gent (GN 306), 1392 meestre Godeverte ten Temmerman van dat hij de valbrugge ter Doernicpoerte vermaercte = Godervert den Temmerman van de cappe vander Steenpoerte te vermaekenen ; Ihan van der Wede de temberman, Kortrijk ; 1398 Calle Temmemans, Aalbeke (Debr., 1958, 196, 1970, 438) ; Franchois Temperman, Demmel (DDV.) Mievin Temmermans fs Gilles (4 mei 1470 = Evergem).
Uit ons onderzoek blijkt dat onze familienaam oorspronkelijkals Timmerman werd geschreven. Later vinden wij afwisselend Timmerman en Temmerman. Tot het einde van de 18e eeuw de naam Temmerman(s) en Timmerman(s) afwisselend voor dezelfde personen gebruikt. Meestal treden veanderingen op in de schrijfwijze van de naam wanneer die in een andere parochie wordt gebruikt en/ of bij huwelijk en geboorte van kinderen wanneer de naam door een andere pastoor[3] of in burgerlijke akten[4] werd neergeschreven. Er bestonden toen geen schriftelijke persoonsbewijzen (identiteitskaart bijvoorbeeld !). Stabiliteit in de naam treedt pas op vanaf het Nieuwe Regime. Ook hierop bestaan er echter nog veel uitzonderingen. Zo bemerken wij in de verdelingsakte (opgemaakt door een notaris !) van Temmerman Ludovicus, gehuwd met Roelandt Rosalie, dat onze naam zowel als Temmerman, of als Timmerman kan gelezen worden.[5] In de parochieregisters van Erpe (vanaf 1802) vonden wij familieleden onder de naam de Temmerman.
OORSPRONG VAN DE [6]ONZE FAMILIE T(E)(I )MMERMAN(S)
Bij ons onderzoek gingen wij vanzelfsprekend uit van het idee dat onze familie een oude Erondegemse familie is. In de parochieregisters van Erondegem en Ottergem[7] vinden wij als eerste vermelding het koppel Jan Timmermans en Jenno De Mil(e)(Mül)[8]. In de burgerlijke archieven vinden wij reeds in 1661[9] dat Timmerman Pieter 190 roeden grond pacht rechterover het koor van de kerk. Nieuwsgierig gingen wij na of onze familie vermeld werd in de grondboeken van Erondegem en Ottergem. [10] Blijkbaar had onze familie geen gronden of was de oppervlakte te klein om vermeld te worden. Of ze kwamen van elders !
In de parochieregisters van Erpe[11]vonden wijdat Pieter Timmerman voor de tweede maal huwde met Joanna Van Impe. Mattheüs Timmerman was getuige. Uit verder onderzoek van dezelfde parochieregisters vonden wij deze Timmerman Mattheüs terug als peter van Mattheüs Huylenbroeck, zoon van Cornely en Timmermans Adriana. Maar inhet register staat dat de koster, Callebaut L,peter is in naam van Timmermans Mattheüs. In andere documenten vinden wij Mattheüs terug als vader van Pieter Timmerman[12]. Het was toen de gewoonte de kinderen zo vlug mogelijk te dopen, liefst op de geboortedag zelf. Als Pieter Timmerman niet aanwezig kon zijn bij het doopsel, betekent het dat hij niet op het grondgebied van Erpe woonde. Verder onderzoek vestigde mijn aandacht op feit dat het huwelijk van Adriana Timmermans met Cornely Huylenbroeck te Wichelen werd gesloten[13]. Mijn intuïtie werd bevestigd. Onze familie is niet oorspronkelijk van Erondegem, maar van Wichelen. Dat wordt eveneens bevestigd door het onderzoek van Edmond Lammens[14]. Omdat de resultaten van zijn onderzoek belangrijk zijn voor onze familiegeschiedenis, citeer ik hem hieronder uitvoerig.
Over de oorsprong van Temmermans / Timmermans te Schellebelle en omgeving schrijft hij het volgende[15] : « De eerste sporen van Temmermans te Schellebelle vinden wij in de « Vrijheerlijkheid van Ertbrugge », die zich uitstrekte over stukken van de prochies van Schellebelle, Wetteren en Serskamp. Cornelis (de) Temmerman is er in 1516 baljuw (vetjes door mezelf) van Ertbrugge en pachter van « het hof Ter Eertbrugge ». Later, in 1695, is Oliverus Temmerman pachter van datzelfde hof. In 1574 staat Jan Temmerman als pachter vermeld van het Klooster van Tussenbeke (vetjes van mezelf)[16]. Of er een relatie bestaat tussen deze Temmermans en Philip Temmermans fs Claes (1553) en Anna (Jenne) Temmerman fa Rogiers (1590) uit Wichelen is moeilijk af te leiden. Rogiers Temmerman kan een zoon zijn van Philip Temmerman. Hetzelfd geldt voor Jan Temmerman, pachter van het Klooster van Tussenbeke. Niets sluit echter uit dat hij een afstammeling zou zijn van Cornelis Temmerman uit Schellebelle. Het Klooster van Tussenbeke bevindt zich weliswaar op kort afstand van Wichelen (Graafschap Aalst), maar ligt op het grondgebied van Schellebelle in het Land van Dendermonde.
Vanaf 1600 zijn de verschillende stammen Temmerman beter te situeren, zowel wat de lokalisatie als de afkomst betreft. Zo kunnen wij in Schellebelle twee stammen identificeren die duidelijk afkomstig zijn uit Ertburg. In Wichelen is de oorsprong van Temmermans moeilijker te achterhalen. Pas vanaf 1639 worden er in de parochieregisters dopen vermeld van Temmermans en wel van kinderen van Mattheüs Temmerman en Petronella Van Hauwe (vetjes van mezelf). Deze Mattheüs is een zoon van Jan Temmerman[17]. We nemen aan dat Mattheüs geboren is ca 1615. Hij kan dus moeilijk een zoon zijn van Jan Temmerman pachter van het Klooster van Tussenbeke (1574). De precieze afkomst van Mattheus en ook van Zacharias die wij in Wichelen aantreffen is dus niet bekend. Ze zijn echter niet rechtstreeks uit Schellebelle afkomstig aangezien ze niet voorkome in de registers van deze parochie[18].
Anderzijs vinden wij in de parochieregisters van Schellebelle duidelijke sporen om Schellebelle aan te duiden als de bakermat van de meeste families Temmerman uit de streek. In Schellebelle worden er nl. 144 dopen geregistreerd van 1621 tot 1753, tegenover 45 inWetteren en geen enkele in Serskamp. In Wanzelen dat in deze periode één geheel uyitmaakt met Schellebelle, worden van 1602 tot 1637 zeven kinderen gedoopt, waarvan drie in het gezin van Bernardus Temmerman en Gerarda Moens ( 1602 1605)en tussen 1627 en 1637 vier in het gezin Joannes x Elisabeth Claus (gehuwd te Schellebelle op 4 september 1628). Van dit laatste gezin wordt in 1633 ook een kind gedoopt in Impe.
Vergelijking van het aantal huwelijken dat in de parochieregisters worden vermeld, leiden tot hetzelfde besluit. Inderdaad van de 27 inWetteren vermelde huwelijken van een Temmerman verwijzen de eerste drie duidelijk naar een Schellebelse stam, nl. dze van Oliverius. Het eerste geregistreerde huwelijk is dit van Olivier Temmerman en Catharina en Anna De Moerloose in 1611, gevolgd door dit van Hans Temmerman en Catharina Bockstaels in 1622. Het jaar daarna, in 1623, huwt er Judocus Temmerman met Pierinke Verneert, die wij daarna terugvinden in Schellebelle. Verder is er Laureyns Temmerman die er in 1629 in het huwelijk treedt met Geerintke Raes en tenslotten Joannes Temmerman die op 19 oktober 1632 trouwt met Jonkvrouw Leonora Triest. In Schellebelle worden vanaf 1619n en in een gelijkaardige periode, 73 huwelijken geregistreerd, d.w ;z. bijna driemaal zoveel als in Wetteren. De eerste vijf (van 1619 tot 1627 ) betreffen vrouwen. Ze woonden dan ook vermoedelijk in Schellebelle, en gezien de korte periode waarin deze huwelijken plaatsvonden, behoorden ze waarschijnlijk ook tot meer dan één familie. De eerste mannelijke telg huwt er in 1628. Het gaat hier op het huwelijk van Joannes Timmermans met Elisbeth Claus, waarvan de kinderen later in Wanzele worden gedoopt. In Serskamp en Wanzele wordt in elk van de respectievelijke parochieregisters slechts één huwelijk geregistreerd.
Daar tegenover staat Wichelen waar er54 kineren gedoopt worden vanaf 1647 tot 1753. InLede zijn er dit 33 vanaf 1744. InOudegem duurt eht tot 1713 vooraleer er een kind wordt gekerstend. Een eerste huwelijk van een Temmerman te Wichelen vinden we pas vanaf 1647, nl. dit van Mattheus Temmerman met Catharina Ghijs, met dispensatie te Lede. Deze cijfers duiden eveneens op een uitwijking, ditmaal vanuit wichelen, ze is echter recenter van oorsprong.
Een nog duidelijker beeld van de bakermat van de Temmermans uit de streek krijgen wij door de beperking van de analyse tot de huwelijken vanaf het begin van de parochieregisters tot 1650 : Schellebelle, 29 ; Wetteren, 5 ; Wanzele 1 ; Wichelen, 1 ; Serskamp, 0. Het zwaartepunt blijkt hierbij in Schellebelle te liggen. » Edmond Lammens bespreekt dan eerst de Schellebelse stammen, nl. de stam Olivier (° ca 1665) ; de stam Judocus Temmerman ( ° ca 1570). Bij de Wichelse stammen, nemen wij weer de draad op.
« Hieronder worden de stammen vermeld waarbj de eerste bron refereert naar een Wichelse woonplaats.
1.2.2.1. Stam Jan Temmerman ( ° ca. 1585).
Matheus fs Jan verkoopt in 1643 [19] een stuk land dat vermoedelijk afkomstig is uit de erfenis van zijn echtgenote Petronilla Van Hauwe. Zij vader is Jan Temmerman. Kinderen uit dit huwelijk vinden wij vanaf 1642 vermeld in de parochieregisters van Wichelen. Bij een gemiddelde generatie van 30 jaar en met het nodig voorbehoud moeten wij de geboorte van Jan situeren rond 1585 en deze van Mattheus rond 1615.
Afstammelingen van deze stam treffen wij vooral aan in Wichelen, maar Mattheus zou ook de oorsprong zijn van de stam Temmerman uit Erondegem[20].
1.2.2.2. Stam Zacharias Temmerman (° ca 1627).
Zacharias Temmerman huwt te Schellebelle op 20 december 1654 met Marie Bauwens. In de huwelijksbelofte staat vermeld dat hij afkomstig is van Wichelen[21].Getuigen bij de huwelijksbelofte zijn Lanslotus Temmerman en Judoca De Smet[22].Lanslotus is vermoedelijk zijn broer. De vader van zacharius noemt waarschijnlijk Joannes, aangezien de eerste twee mannelijke nakomelingen van Zacharias als doopnaam Joannes meekregen[23]. Zijn derde zoon Lanslotus werd genoemd naar zjn peter Lanslotus Maes. De getuige Lanslotus Temmerman is dus waarschijnlijk zijn broer.
Zacharius heeft ergoederen te Wanzele, waaronder één naast dhoirs ( = erfgenamen) van jan Temmerman [24]. Wij gaan er van uit dat deze Jan de vader is van Matheus Temmerman (zie hoger). Anderzijds zijn bij het overlijden van Zacharias in 1653 dhoirs van Jan Temmerman nog in overdeeldhied, zodat Jan, de vader van Zacharias, niet noodzakelijk dezelfde is als Jan Temmerman, de vader van Matthias. Wij vinden immers Zacharias en Matthias niet terug als peters, of hun echtgenoten als meters, van hun respectievelijke kinderen. Het feitechter dat ze waarschijnlijk naast elkaar gelegen gronden (erfgronden ?) bezitten, sluit in dat ze zo niet broers, dan toch eventueel neven zijn. Zacharias heeft ook een erfgoed een erfgoed te Schellebelle, nl. een meersch in de Bellam, dus over de Schelde. Het zwaartepunt van zijn goederen ligt echter te Wanzele, palend aan Schellebelle (Bruibeke), en Wichelen. Dit is ook de plaats waar zich het Klooster van Tussenbeke bevindt.Alles pleit ervoor dat de afstaming van Zachras en dus ook Matthias in die richting moet gezocht worden.
De afstammelingen van Zacharias treft men vooral aan te Schellebelle, maar ook te Wichelen.
1.2.3 Recente immigratie : Stam Petrus Temmerman.
In Schellebelle is er voornamelijke immigratie vanuit Wetteren, waar de belangrijkste stam deze is van Petrus Temmerman. Petrus is gehuwd en overleden te Erpe en is waarschijnlijk een afstammeling van Petrus Temmerman, een in onze genealogie niet vermelde zoon van Mattheas Temmerman uit Wichelen [25].
In Wichelen kennen wij enige immigratie vanuit Oudegem en Gijsegem, en in het Nieuwe Regime ook uit verder gelegen streken, o.a. uit Steenhuize Wijnhuize. »
Tot hier een lang citaat uit het onderzoek van Edmond Lammens.
Zijn bevindingen tonen belangrijk parallellen met ons onderzoek. Uit de Staten van Goed, opgemaakt na het overlijden van Cornelis van Gijseghem en Josyne Lippens[26] en uit andere documenten [27], blijkt dat Pieter Timmermans banden had met de parochie en de baronie van Erpe. Zoals wij reeds aantoonden is niet afkomstig van Erpe noch van Erondegem, maar uit Wichelen. Hoe is hij te Erpe terecht gekomen ? Mijn hypothese is de volgende : Het Kloosten van Tussenbeke, vermeld in het citaat van Edmonde Lammens, had te Erpe eigendommen[28]. Als wij even veronderstellen dat de vader van Mattheus inderdaad Joannes is[29] en pachter van het Klooster van Tussenbeke, dan zouden wij kunnen stellen dat Mattheus naar Erpe werd gestuurd om de gronden van het klooster en het beheer ervan, laten wij zeggen, te inspecteren of de pacht op te halen. Wij hebben vooralsnog geen enkel gegeven om deze hypothese te onderbouwen, tenzij de parallellen uit ons onderzoek en dat van Edmond Lammens. Om een of andere reden is hij daar gebleven. Ook zijn zuster of dochter Adriana Timmermans werd inwoner van de parochie Erpe[30].
Wij weten dat hij reeds in 1661 in Erondegem verblijft[31] en dat hij bij de aanleg van steenweg Brussel- Aalst Gent officier was te Erondegem[32].
Wij kunnen dus besluiten dat de oorsprong van onze familiestam in Wichelen (Schellebelle Serskamp) ligt en dat de stamvader van de Erondegemse tak over Erpe in Erondegem is terechtgekomen. Pieter Timmerman werd uiteindelijk officier van Erondegem. Zijn zoon Jan Timmerman werd er meier en daarna meier en baljuw. En een zoon van Jan, nl. Thomas Temmerman, werd op zijn beurt meier. Bijna heel de 18e eeuw oefende onze familiestamvaders openbare functies uit in de parochie en vrije heerlijkheid van Erondegem en Ottergem
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 2/5 - (8 Stemmen)