Dag 60:
Slapen in ijzeren bedden. Amaai. Iedere keer dat men zich omdraait piepen die bedden . Veel wakker geworden. Wilde wat vroeg vertrekken en in 1 keer naar Léon stappen. 37 km verder.
Indien niet te warm kan dit zonder problemen. De benen voelen goed aan, geen melkzuur of krampen en de voeten doen het prima. Alleen wat getintel aan de tenen. Is normaal na 2000 km stappen. Had ik vroeger ook aan de vingers toen ik lange afstanden fietste. Na een weekje rust is dit verdwenen? No problem.
Tegen mijn pricipes in toch maar gestart in het donker. Om 6u45 en zeer lange eentonige stukken vlak land. Ik loop in het midden van de weg op de witte streep en heb mijn lampje niet nodig. Er is geen verkeer en als er een auto komt zie en hoor je hem van ver en kan je opzij gaan staan. De dageraad met al zijn rode kleuren is prachtig. Het is wat frisjes maar ik stap door, en heb geen koud. Het eerste dorp pas na 12 km en gestopt voor een koffie, en een paar chocolade broodjes.
Alle pelgrims die ik tegenkom en of voorbij steek zijn nieuw. Soms zie ik een bekende die ik al meerdere keren heb gepasseerd. De anderen zitten 1 dag of meer achter me.
Ik kom aan in een voorstad van Léon en heb honger. Een biertje en een paella om te starten en dan een schijf varkenshesp a la plancha met frieten. Een citroenmousse om af te sluiten. Een Expresso en op zoek naar de Albuerge vlak bij de kathedraal.
Wat een een pracht van een kerk maar ik ga niet binnen. De file is te lang en wil geen uur aanschuiven.
Ik slenter nog wat rond en ga de herberg in en koop een slaapplaats voor 5 €. Proper en met 4 mannen op de kamer. Canadees, Litauwen, Duitser en den dezen.
Na 20 u nog eens de stad in. Massa volk en nog 21 graden. Alle bars en restaurants vol. Om 22 u gaan slapen.
|