Verlatingsangst of Bindingsangst
Verlatingsangst of Bindingsangst
Inhoud blog
  • Hechtingsstoornis
  • Diagnose
  • Brochures en Lezingen over Hechtingsproblemen
  • Kinderen met hechtingsstoornis
  • Sluit de baby opvang
    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Zoeken met Google


    Hoofdpunten blog verlatingsangst
  • Hechtingsstoornis
  • Diagnose
  • Brochures en Lezingen over Hechtingsproblemen
  • Kinderen met hechtingsstoornis
  • Sluit de baby opvang
    Zoeken in blog

    Startpagina !
    forum

    Druk op onderstaande knop om te reageren in mijn forum

    03-07-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hechtingsstoornis

    Hechtingstoornissen

    Ken je iemand in je omgeving die het heeft? Ooit een relatie of vriendschap op de klippen gelopen hierdoor?

    Hier een lijstje (van internet afgeplukt), mensen met een hechtingsstoornis zouden zich in bijna ieder regeltje moeten herkennen.

    • je durft je niet te binden of je kunt het helemaal niet.
    • je durft een ander niet te vertrouwen (ook als je het wel zou willen!)
    • je hebt grote angst een ander te verliezen
    • je niet kunnen inleven in een ander
    • je probeert veel te veel onder controle te houden
    • je bent weinig selectief of juist teveel selectief
    • je zorgt altijd voor anderen en verliest daarbij jezelf
    • je bent vaak boos of prikkelbaar om kleinigheden
    • Intens gevoel van leegte en eenzaamheid en het gevoel hebben dat niemand van je houdt.
    • Constant een strijdt voeren met aantrekken en afstoten van mensen die dichtbij komen.
    • Diep gewortelde angst om relaties aan te gaan. (hierbij horen ook vriendschappelijke en werkrelaties)
    • Angst en pijn als mensen weg gaan en het gevoel hebben dat ze niet terug zullen komen en daarbij een extreme verlatingsangst.
    • Moeilijk of helemaal geen vaste relatie kunnen aangaan.
    • Overlevingsmechanismen, dat zich uit in doorzettingsvermogen om koste wat het kost voor elkaar te krijgen wat je wilt.
    • Controledwang, je leven hoe dan ook onder controle willen houden.
    • Stemmingswisselingen, zeker meerdere keren per dag (van depressief, verdrietig, naar super vrolijk en andersom).
    • Piekergedachten en nervositeit, vooral voor het slapen gaan en uren achter elkaar.
    • Perfect willen zijn en hierbij steeds het gevoel hebben erin te zullen falen
    • Afwijzend tegenover meest nabije figuren (moeder/verzorger/ouders).
    • Extreem onnatuurlijk claimend gedrag.
    • Niet aangeraakt willen worden, en worden bij knuffel pogingen benauwd, angstig en/of agressief.
    • Voortdurend ruzie zoeken.
    • Bijna nooit spijt of berouw tonen.
    • Nooit een fout bekennen
    • Geniaal zijn in het ontdekken van kwetsbare plekken in hun onderlinge relaties.
    • Survivers  (overlevings)- gedrag en schijnaanpassing daar besteedt het kind onevenredig veel energie aan, die ten koste gaan van andere dingen.
    • Door negatieve faalangst niet beginnen aan dingen, al bijvoorbaat niet aan allerlei werkzaamheden, en wendt dan een soort onverschilligheid of schijn domheid voor.
    • Goed aanvoelen van wat mensen van hen verwachten dat het daar geniaal op inspelen.
    • Iets negatiefs over zichzelf wordt niet toegegeven; altijd onschuldig.
    • Er charmant en goed verzorgd uitzien; charmeren in de buitenwereld.
    • Egoïsme
    • Liegen en manipuleren in 't algemeen.
    • Vermijdingsgedrag thuis; bv. naar boven gaan als de ouders beneden zijn en omgekeerd.
    • Niet geborgen voelen en verbonden voelen.
    • Het gevoel hebben dat mensen iets van je verwachten en daarom vaak opgejaagd voelen
    • Fysiek en emotioneel veel ruimte in een relatie nodig hebben
    • Negatief denkbeeld
    • Twijfelen aan intenties van mensen als ze iets voor je doen
    • Houden zich nooit aan afspraken
    • Erkennen geen gezag hun wil is wet.
    • Vijandig
    • Veel kritiek op anderen
    • Gevoelig voor commentaar
    • Weinig medeleven
    • Steunt veel op de partner
    • Jaloers
    • Gevoelig voor afwijzing
    • De gewetensontwikkeling is niet opgang gekomen


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (16 Stemmen)

    Reacties (1)
    05-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Diagnose

    Diagnose

    ICD-10 Reactieve en ontremde hechtingsstoornis op kinderleefijd.
    De artikelen F94.1 (reactieve hechtingsstoornis) en F94.2 (ontremde hechtingsstoornis) zijn met schriftelijke toestemming overgenomen.
    ICD-10 Classificatie van Psychische Stoornissen en Gedragsstoornissen, Klinische beschrijvingen en diagnostische richtlijnen.
    Eindredactie Nederlandse vertaling: Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie prof. Dr. M.W. Hengeveld - ISBN 9026513305 - Uitg. SWETS & ZEITLINGER B.V.

    F94.1 Reactieve hechtingsstoornis op kinderleeftijd.
    Deze stoornis, die optreedt bij jonge kinderen, wordt gekenmerkt door blijvende afwijkingen in het patroon van sociale betrekkingen van het kind die samengaan met emotionele stoornissen en die ontstaan als reactie op veranderingen in zijn omstandigheden. Angst en overmatige waakzaamheid die niet reageren op troosten zijn kenmerkend, gebrekkige sociale relaties met leeftijdgenoten zijn typerend, agressie jegens zichzelf en anderen komt zeer vaak voor, verdriet is gebruikelijk, en in sommige gevallen treedt groeiachterstand op. Het syndroom ontstaat waarschijnlijk als gevolg van ernstige ouderlijke verwaarlozing of mishandeling. Het ontstaan van dit gedragspatroon wordt algemeen erkend en geaccepteerd, maar er blijft onzekerheid bestaan met betrekking tot de diagnostische criteria, de grenzen van het syndroom, en de vraag of het syndroom een valide nosologische entiteit vormt. De categorie is hier echter toch opgenomen, omdat het syndroom belangrijk is voor de gezondheidszorg, omdat er geen twijfel bestaat over haar bestaan, en omdat de gedragspatronen duidelijk niet passen bij de criteria van andere diagnostische categorieën.

    Diagnostische richtlijnen
    Het essentiële kenmerk is een afwijkend patroon van betrekkingen met verzorgers, dat is ontstaan voor de leeftijd van 5 jaar, waarbij sprake is van aanpassingsproblemen die gewoonlijk niet gezien worden bij normale kinderen, en dat aanhoudend is, maar toch reageert op voldoende duidelijke veranderingen in de opvoeding.

    Jonge kinderen met dit syndroom vertonen sterk tegen strijdige of ambivalente sociale reacties, die het meest duidelijk kunnen zijn bij het nemen van afscheid of bij herenigingen. Het jonge kind kan toenadering zoeken met een afgewende blik, duidelijk wegstaren terwijl het wordt vastgehouden, of op verzorgers reageren met een mengsel van toenadering en vermijding, en verzet tegen laten troosten. De emotionele stoornis kan duidelijk zijn door een klaarblijkelijk verdriet, een gebrek aan emotionele reactiviteit, teruggetrokken reacties op hun eigen of andermans verdriet. In sommige gevallen komen vreesachtigheid en hypervigilantie (soms beschreven als ‘bevroren waakzaamheid’) voor die niet verdwijnen na troosten. In de meeste gevallen tonen de kinderen belangstelling voor de sociale interactie met leeftijdgenoten, maar het sociale spel wordt belemmerd door negatieve emotionele reacties. De hechtingsstoornis kan ook samengaan met groeistoornis of groeiachterstand (wat gecodeerd dient te worden met behulp van de geëigende somatische categorie (R62)).

    Veel normale kinderen vertonen onzekerheid in het patroon van hun selectieve hechting aan de ene of ander ouder, maar dit dient niet verward te worden met de reactieve hechtingsstoornis die hier in verschillende, cruciale opzichten van verschilt. De stoornis wordt gekenmerkt door een afwijkende vorm van onzekerheid die aan het licht treedt door opvallende tegenstrijdige sociale reacties die gewoonlijk niet aangetroffen worden bij normale kinderen. De afwijkende reacties strekken zich uit over verschillende sociale situaties en zijn niet beperkt tot een tweezijdige relatie met een bepaalde verzorger; de reactie op troosten is gebrekkig; en er is sprake van een samengaande emotionele stoornis in de vorm van apathie, verdriet, of vreesachtigheid.

    Deze toestand kan aan de hand van vijf belangrijke kenmerken onderscheiden worden van pervasieve ontwikkelingsstoornissen. In de eerste plaats hebben kinderen met een reactieve hechtingsstoornis een normaal vermogen tot sociale wederkerigheid en reactiviteit, terwijl kinderen met een pervasieve ontwikkelingsstoornis dat niet hebben. In de tweede plaats is het afwijkende patroon van sociaal reageren bij een reactieve hechtingsstoornis aanvankelijk een algemeen kenmerk van het gedrag van het kind in een verscheidenheid van situaties, maar dit vermindert in een belangrijke mate indien het kind in een normale opvoedingssituatie wordt geplaatst, met een blijvende en goed op het kind reagerende verzorging. Dit treedt niet op bij pervasieve ontwikkelingsstoornissen. Ten derde kunnen kinderen met een reactieve hechtingsstoornis een achtergebleven taalontwikkeling vertonen (van het type dat beschreven is onder F80.1), maar zij vertonen niet de afwijkende kwaliteit van de communicatie die karakteristiek is voor autisme. In de vierde plaats gaat een reactieve hechtingsstoornis in tegenstelling tot autisme niet samen met aanhoudende en ernstige cognitieve gebreken, die niet goed merkbaar reageren op verandering in de omgeving. Ten vijfde zijn voortdurend beperkte, zich herhalende en stereotiepe gedragspatronen, interesses en bezigheden geen kenmerk van een reactieve hechtingsstoornis.

    Reactieve hechtingsstoornissen ontstaan bijna altijd in samenhang met een ernstige tekortschietende verzorging van het kind. Dit kan in de vorm zijn van psychische mishandeling of verwaarlozing (zoals blijkt uit hardvochtig straffen, een aanhoudend falen om in te gaan op de toenaderingspogingen van het kind, of duidelijke onbekwame ouderlijke zorg), of van lichamelijke mishandeling en verwaarlozing (zoals blijkt uit de aanhoudende veronachtzaming van de basale lichamelijke behoeften van het kind, herhaaldelijke opzettelijke verwonding, of tekortschietende voedselvoorziening). Omdat er niet genoeg bekend is in hoeverre tekortschietende verzorging van het kind en de stoornis samenhangen, is de aanwezigheid van een verstoorde omgeving en ellende en gebrek geen vereiste voor de diagnose. Het stellen van de diagnose in de afwezigheid van bewijs voor mishandeling of verwaarlozing dient echter voorzichtig te gebeuren. Andersom dient de diagnose niet automatisch gesteld te worden bij aanwezigheid van mishandeling en verwaarlozing: niet alle mishandelde of verwaarloosde kinderen vertonen deze stoornis.

    F94.2 Ontremde hechtingsstoornis op kinderleeftijd.
    Een bepaald patroon van abnormaal sociaal functioneren dat ontstaat tijdens de eerste vijf levensjaren en dat, nadat het eenmaal is ontstaan, blijvend neigt te zijn ondanks belangrijke veranderingen in de omstandigheden. Rond de leeftijd van twee jaar komt dit doorgaans tot uitdrukking in het zich vastklampen en diffuus, niet selectief gericht hechtingsgedrag. Op de leeftijd van vier jaar is het diffuse hechtingsgedrag nog steeds aanwezig, maar het vastklampen zal in het algemeen vervangen zijn door aandacht vragen ongenuanceerde vriendelijkheid. In de middelste en latere kindertijd kunnen betrokkenen al dan niet selectieve hechtingen hebben ontwikkeld, maar het vragen om aandacht houdt vaak aan, slechte aanpassing in de omgang met leeftijdgenoten is gebruikelijk; en afhankelijk van de omstandigheden kan er ook sprake zijn van emotionele stoornissen of gedragsstoornissen. Dit syndroom is het duidelijkst aangetoond bij kinderen die van jongs af aan in instellingen zijn opgevoed, maar treedt ook op in andere situaties; aangenomen wordt dat het gedeeltelijk teweeggebracht wordt door het voortdurend ontbreken van gelegenheid tot selectieve hechting als een gevolg van de zeer regelmatige veranderingen van verzorgers. De conceptuele eenheid van het syndroom bestaat uit een vroeg begin van diffuus hechtingsgedrag, blijvende slechte sociale interacties en een ontbreken van specificiteit in situaties waarin het optreedt.

    Diagnostische richtlijnen
    De diagnose dient gebaseerd te zijn op bewijs dat het kind een ongewone mate van diffuusheid vertoont bij de selectieve hechting in de eerste vijf jaar en dat deze samengaat met aanklampend gedrag in de eerste levensjaren en/of ongenuanceerd vriendelijk en aandachtzoekend gedrag in de vroeg of middelste kindertijd. Doorgaans bestaan er moeilijkheden bij het aangaan van hechte, vertrouwde relaties met leeftijdgenoten. Er kan al dan niet sprake zijn van samengaande emotionele stoornissen en gedragsstoornissen (dit is gedeeltelijk afhankelijk van de huidige omstandigheden waarin het kind verkeert). In de meeste gevallen zal er een duidelijke voorgeschiedenis zijn waarbij de opvoeding van het kind in de eerste jaren gekenmerkt werd door een opvallend gebrek aan continuïteit in de verzorgers of door talrijke veranderingen in gezinsplaatsing (zoals bij plaatsing in steeds andere pleeggezinnen).

    ICD-10
    De tiende editie van de International Classification of Diseases (ICD-10) is de internationale standaard voor het classificeren van ziekten, gebreken en andere gezondheidsproblemen, ontwilleld door de World Health Organization. Dit boek is de Nederlandse vertaling van een uitgebreide handleiding bij hoofdstuk V van de ICD-10 en bevat een classificatie van meer dan 300 psychische stoornissen en gedragsstoornissen. Het is bedoeld voor de algemene klinische praktijk, het onderwijs en de hulpverlening. Voor iedere stoornis worden de belangrijkste klinische symptomen beschreven, aangevuld met enkele minder specifieke kenmerken. Daarna volgen de diagnostische richtlijnen die een indruk geven van het aantal en de ernst van de symptomen, nodig voor een betrouwbare diagnose. Bij veel stoornissen wordt tevens kort ingegaan op de verschillen met andere, gelijksoortige stoornissen. Het boek bevat een uitgebreide alfabetische index en een bijlage met andere stoornissen uit de ICD-10, die vaak met een psychische en gedragsstoornissen worden geassocieerd.
    Dank zij de grote hoeveelheid internationaal onderzoek die aan deze publicaties vooraf is gegaan, vormt dit boek een goede afspiegeling van de opvattingen van de meeste tradities en scholen in de psychiatrie.
    Deze vertaling is tot stand gekomen in samenwerking met verschillende instanties: de World Health Organization (WHO), de Vaste Commissie voor Classificatie en Definities (WCC), de Nederlandse Werkgroep Classificatie en Documentatie in de Kinder- en Jeugdpsychiatrie en de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (eindredactie).


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)

    Reacties (0)
    31-03-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Brochures en Lezingen over Hechtingsproblemen
    Genoemde prijzen zijn inclusief verzend kosten.
    U kunt de informatie online aanvragen door de onderstaande lijst in te vullen en via de verzendknop te verzenden.

    Let op: want u ontvangt in uw mailbox een link om deze binnen 24 uur te bevestigen daarna wordt de lijst pas verzonden naar het mailadres van de Knoop.
    U kunt de gevraagde informatie betalen door middel van een eenmalige machtiging of via een eigen overschrijving en dan op rekening 62.47.31.154 t.n.v. De Knoop te Emmeloord, o.v.v. de bestelcode(s), uw volledige naam en adres.

    Zodra wij uw betaling met uw volledige gegevens en het bestelformulier hebben ontvangen sturen wij binnen 10 werkdagen u de gevraagde informatie toe.

    LET OP!
    Bestelling vanuit het buitenland binnen Europa kunt u wel online aanvragen maar dan zonder een machtiging u dient dit dan ook zelf over te maken en houd u er rekening mee dat extra portokosten bij komen:
    Verzending standard tot 250 gram € 1,50 Verzending standard tot 500 gram € 2,00 Verzending priority tot 250 gram € 2,00 Verzending priority tot 500 gram € 2,95 de verzending gaat op deze manier nog wel eens mis vandaar dat wij dit even met u willen overleggen.
    De informatie kan ook: aangetekend extra zeker worden verzonden alleen is dit kosten plaatje hoger.
    Wilt u voordat u de betaling gaat doen via uw bank eerst even met ons overleggen (dit kan per mail) op welke manier u de informatie per post vanuit het buitenland wilt ontvangen zodat wij met u kunnen afspreken wat dan de porto kosten worden voor uw bestelling.
    Zodra wij uw betaling met uw volledige gegevens en het bestelformulier hebben ontvangen sturen wij binnen 10 werkdagen u de gevraagde informatie toe.

    Klik op de bijgevoegde Link http://www.redege...php?lng=nl
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen)

    Reacties (0)
    10-11-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kinderen met hechtingsstoornis
    Kinderen met een hechtingsstoornis zijn niet in staat zich te hechten aan mensen in hun naaste omgeving. Het basisvertrouwen in anderen ontbreekt. Tot in de volwassenheid kunnen ze alleen oppervlakkige relaties aangaan. Kinderen met een hechtingsstoornis voelen zich doorgaans afgewezen en niet gewenst. Vaak stellen ze zich vernietigend en agressief op ten opzichte van hun naaste omgeving, met name naar hun moeder.
    Kinderen met een hechtingsstoornis kunnen in twee typen worden verdeeld: het passieve kind dat ogenschijnlijk alles accepteert maar extreem initiatiefloos blijft, en het agressieve, erg actieve kind.

    Hoe herkent u een hechtingsstoornis?

    Het kind heeft geen vertrouwen in volwassenen, is bang om relaties aan te gaan en stoot ouders (vaak de moeder) af;

    Het kind voelt zich anders dan de rest van het gezin; het kind voelt zich tekortschieten. Mede hierdoor wordt het kind eenzaam;

    Sommige kinderen isoleren zich van de buitenwereld: zij hebben geen echte vrienden bij leeftijdsgenoten;
    Het kind handelt zonder geweten, leert niet van zijn fouten en heeft een sterke vernietigingsdrang - gericht op zichzelf (automutilatie) én op anderen (vaak de moeder);

    Veelvoorkomend gedrag bij mensen met een hechtingstoornis: fysiek geweld, wreedheid jegens dieren, (dwangmatig) vreten, stelen, vernielen, slapeloosheid, provocerend seksueel gedrag en weglopen;

    Het kind heeft de neiging oppervlakkige, makkelijk inwisselbare contacten aan te gaan;

    Het kind is geniaal in het observeren, taxeren en manipuleren van de mensen om zich heen, en het lukt het kind regelmatig om de ouders tegen elkaar uit te spelen. Hierdoor is het eigenlijke (hechtings)probleem voor mensen buiten het gezin vaak onzichtbaar;

    Het kind heeft meestal een normaal of hoog IQ. Dit blijkt niet uit schoolresultaten: leerprestaties en creativiteit blijven vaak achter.

    Wat zijn de oorzaken van een hechtingsstoornis?

    Belemmering van de fysieke hechting door opname van het kind in een ziekenhuis, ernstige medische ingrepen en veel pijn;

    Afwezigheid van de ouder in de eerste levensjaren, door ziekte, postnatale depressie, echtscheiding of door overlijden van een van de ouders of andere gezinsleden;

    Prenatale stress, bijvoorbeeld wegens ziekte, depressie, drugs en/of alcoholverslaving van de (zwangere) moeder;

    Ernstige traumatische ervaringen in de eerste vier levensjaren. Denk aan verwaarlozing en lichamelijke en/of seksuele mishandeling.

    Wat zijn de gevolgen van een hechtingsstoornis?

    Kinderen van het passieve type kunnen eenzaam worden, voltooien moeizaam of nauwelijks enige opleiding en neigen tot depressie. Het agressieve, erg actieve kind is makkelijk beïnvloedbaar en komt snel in aanraking met negatieve contacten en activiteiten. Als volwassene komt het snel in de criminaliteit terecht.

    Hulp zoeken

    Bovenstaande informatie is niet volledig of bedoeld en/of geschikt om een diagnose te stellen. Als u de beschreven klachten herkent, neem dan contact op met uw huisarts. Deze kan u zo nodig doorverwijzen.
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (6 Stemmen)

    Reacties (0)
    03-06-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sluit de baby opvang

    Sluit de babyopvang

    Marilse Eerkens, 03-06-2010 14:22
     
    buiten_slapen_kinderdagverblijf_300
    Het wordt tijd dat er serieuze aandacht komt voor het probleem waar veel ouders mee worstelen: hoe kan ik mijn werk en het ouderschap zo combineren dat mijn kinderen daar niet het slachtoffer van worden?

    Recent onderzoek van orthopedagoog Esther Albers toont aan dat baby’s veel meer stress hebben in de crèche dan thuis – hou ze een jaar thuis, is haar advies. Acht jaar geleden wees hoogleraar Ontwikkelingspsychologie Marjan Riksen Walraven ook al op de kwetsbaarheid van het babybrein. Hoe lang moet het nog duren voor we maatregelen gaan nemen? De economie moet draaien, maar ten koste van wat?

    Agnes van Hoesel, de dagvoorzitter van het onlangs gehouden congres ‘Babyopvang kan beter’ windt er geen doekjes om. Jarenlang stelde ze ouders gerust die hun drie maanden oude (of jongere) baby aan haar kinderdagverblijf toevertrouwden: “voel je maar niet slecht, het is echt niet schadelijk voor je kind.” Nu ze zelf net oma is geworden durft ze dit niet tegen haar eigen dochter te zeggen. ‘Er is veel nieuwe kennis. Had ik dit maar eerder geweten.’

    Bewijs
    Toch is deze kennis niet nieuw. Het is eerder zo dat het bewijs steeds sterker wordt. Acht jaar geleden wees Marianne Riksen Walraven in haar inaugurele rede er al op dat er een duidelijk verband lijkt te bestaan tussen het aantal uren dat kinderen doorbrengen op de crèche en de kans dat ze op lange termijn te maken krijgen met sociaal-emotionele problemen. Dit verband lijkt des te sterker naarmate de kinderen op jongere leeftijd naar de crèche worden gebracht. Verder wees zij er toen al op dat baby’s voor hun ontwikkeling vastigheid en aandacht nodig hebben. Dus: veel één-op-één contact en de aanwezigheid van een sensitieve vaste leidster.

    Deze informatie viel helemaal niet in goede aarde. ‘Wilde Riksen Walraven vrouwen weer terug naar het aanrecht sturen?’ En daar bleef de discussie bij. (Dat mannen ook voor kinderen kunnen zorgen kwam in veel geëmancipeerde hoofden niet op.)

    Groei
    Ondertussen groeit het aantal kinderen dat gebruik maakt van babyopvang enorm. Nog steeds moet één leidster zorgen voor vier hele jonge kinderen. Nog steeds is er vanwege de vele parttimers en een hoog ziekteverzuimpercentage zelden sprake van een vaste leidster. En nog steeds ligt het accent op de fysieke verzorging en niet op ontwikkelingsstimulering – is het niet vanwege een gebrek aan kennis of sensitiviteit, dan is het wel vanwege een gebrek aan tijd.

    Nog steeds moet één leidster zorgen voor vier hele jonge kinderen

    De informatie voor ouders over deze ongunstige omstandigheden is gebrekkig. Het standaard commentaar is: voel je niet schuldig over de crèche, uit onderzoek blijkt dat een kind zich kan hechten aan meer dan één vaste verzorger. Dat is ook zo, maar dan hebben we het over één, hooguit twee verzorg(st)ers naast de vader en de moeder – en dat hebben de meeste crèches niet in de aanbieding. Bovendien is die hechting maar één van de vele aspecten waar je op moet letten, zoals nu weer duidelijk wordt.

    Ander veel gebezigd misverstand: ‘mijn kind heeft het heerlijk op de crèche, hij is zo rustig’. Maar nu blijkt uit onderzoek van Albers dat ook deze rustige kinderen verhoogde stresswaarden hebben. Het ene kind uit zijn gevoelens nou eenmaal anders dan het andere.

    Economen
    Maandagavond 31 mei is in de Rode Hoed gediscussieerd over de integratie van kinderopvang in het basisonderwijs. Alles wijst er op dat de kinderopvang er niet beter op gaat worden. Want wie zijn de belangrijkste deelnemers aan het debat? Drie hoogleraren economie, de jurist Ina Brouwer van de Taskforce kinderopvang, Pia Dijkstra van de Taskkforce ‘deeltijd plus’ en een aantal politici waaronder Sharon - ‘kinderopvang dat gun je ieder kind’- Dijksma. De ontwikkelingspsychologen en pedagogen schitteren weer eens door afwezigheid. Money rules!

    Het wordt tijd dat er serieuze aandacht komt voor het probleem waar veel ouders mee worstelen: hoe kan ik mijn werk en het ouderschap zo combineren dat mijn kinderen daar niet het slachtoffer van worden? Dat vraagt om een serieuze erkenning van dit onderwerp waar niemand zijn vingers aan wil branden – ‘babyopvang is een persoonlijke keuze’.

    En dat vraagt om het stimuleren van opvang die beter aansluit bij de ontwikkeling van jonge kinderen: oppas aan huis, kleinschalige opvang in een gastoudergezin of betere verlofregelingen voor ouders. Goede kans dat dit op de lange termijn meer vruchten afwerpt dan het mompelen van bezwerende mantra’s als ‘de kwaliteit van de kinderopvang moet omhoog’, het verlagen (!) van de gastouderbijdrage en verder alles bij het oude laten.

    Marilse Eerkens is psycholoog en vaste medewerker van het maandblad J/M ouders

    Sleutelwoorden bij dit artikel:

    babyopvang, marilse eerkens, creches

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)

    Reacties (0)
    16-05-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verlatingsangst
    Hechtingsstoornis

    In essentie betekent dit dat er geen wederkerigheid in de relatie verwacht mag worden. En relatie op affectie en aandacht heeft meestal geen kans van slagen. De noodzakelijke emotionele afstandelijkheid in relationeel opzicht is nodig. Er moet uitgegaan worden van een onnatuurlijke manier van omgaan met het kind. Het niet mogen verwachten van wederkerigheid duidt dan op het onnatuurlijk aspect van de relatie vorming.
    Hulpverleners moeten getraind worden in deze vorm van omgang met deze jongeren, juist omdat het zo onnatuurlijk is. Het gaat om het leren van een zakelijke aanpak waarbij je niet in de valkuil mag trappen van met extra aandacht, beloning of andere zaken te reageren op 'nestel gedrag' van de jongeren.
    Men mag als begeleider niets terug verwachten, je moet leren om met de jongeren om te gaan, zonder hen warmte te geven. Ze moeten leren dat het beeld dat de jongeren van zichzelf ophangen, niet overeenstemt met de werkelijkheid.
    Je zal hierdoor steeds in een conflict komen, je zal de hoop moeten los laten dat het deze keer wel zal lukken, dat er nu wel een aspect van wederkerigheid zal zijn.
    De uitdaging zal blijven om bij de afstandelijkheid die het vraagt, niet op de signalen van schijnbare affectieve relatie vorming in te gaan. Deze specifieke aanpak kan enkel bestaan wanneer er een zeer hecht team is, waarbinnen in alle eerlijkheid met elkaar gewerkt kan worden. Deze jongeren proberen zeker een split te drijven, om opvoeders tegen mekaar op te zetten.
    Openheid, op een lijn met elkaar samenwerken en vertrouwen in elkaar moet helpen.
    Het mag duidelijk zijn dat deze houding voor ouders bijzondere moeilijkheden oplevert.
    Want in een gezin zijn alle relaties juist gebaseerd op wederkerigheid.
    Voor de ouder gaapt de valkuil van het ingaan op de relationele signalen van het kind.
    Zij zullen er op ingaan met de verwachting, het tikkeltje hoop dat het nu anders zal zijn.
    Steeds meer totdat ze op zijn, uitgeblust.
    Ze voelen zich burn – out, maar ze kunnen het niet zijn want ze blijven steeds verantwoordelijk voor hun kind.
    Ouders staan hier voor de moeilijke taak hun kind niet te willen blijven vast houden.
    Althans niet in de klassieke betekenis.
    De eenzame en verbitterende strijd met het kind opdat het toch ooit zou inzien dat ze het beste met het kind voor hebben, moet men opgeven.

    Niemand is schuldig.
    Onderschatten van de ernst van de situatie.
    Knelpunt bij het zien van het probleem.
    Misschien niet alles een uiterlijk herkenbare handicap.
    Dus niet concentreren op het zichtbare.
    Attent zijn voor de manipulatie van het kind.
    Voorkomen dat (familie) relaties stuk gaan.
    Graag goede interpretatie van het verhaal ouder.
    Ouders blijven hopen, verder zoeken, telkens opnieuw proberen zelfs na plaatsing van het kind.
    Ouders kunnen verbitterd zijn t.a.v. de hulpverleners, familie, vrienden en buren.
    Hulpverleners moeten goed luisteren naar ouders en zich in kunnen leven in de ouder.
    Meestal richten ze hun onderzoek teveel op wat er mis gegaan is met de ouders.
    Ouders blijven met het probleem zitten hulpverleners onmachtig.
    Observatie periode van 6 weken zelfs 3 maanden is te kort.
    Het kind gedraagt zich bij familie, pleegouders, instelling ( bij de hulpverleners ) anders dan thuis.
    Als ouders de raad van familie, hulpverleners niet (kunnen) opvolgen, zijn zij de ouders, de 'slechte' (onbegrip, wanhoop, opgeven).

    Voorkomen nee.
    Rekening houden met de uitputtingstoestand van de ouders.
    Draagkracht verschilt van ouder(s) tot ouder(s).
    Draaglast verschilt volgens de graat van de handicap.
    Ouders niet vijandig, proberen telkens opnieuw, wel normale portie kwaadheid.
    Kind als manipuleren niet lukt worden ze agressief, dat kan uitgroeien naar vijandigheid.

    www.deknoop.org
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (3 Stemmen)

    Reacties (0)
    31-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen. Verlatingsangst: 'Help, waar is mama?'
    Hartverscheurend, je kindje dat met dikke tranen achter het raam naar je staat te roepen. Hij wil niet alleen gelaten worden en gaat al huilen als je in een andere kamer bent. Hoe deal je met de verlatingsangst van je uk?

    De meeste kindjes krijgen rond de twaalfde en veertiende maand last van verlatingsangst. Ze zijn bang om alleen gelaten te worden. De eerste tranen biggelen al over hun wangen als je uit het zicht verdwijnt. Je kindje gaat op deze leeftijd steeds meer ontdekken van de wereld om hem heen. Op zijn ontdekkingstocht raakt hij steeds meer weg uit zijn vertrouwde omgeving. De wereld blijkt dan ineens ook wel erg groot. Voor zijn gevoel ben jij het enige veilige toevluchtsoord dat hij heeft. Als jij er dan niet bent, heeft hij geen houvast meer.

    Geen aandacht
    Als je kindje bang is als je even het huis uit gaat of hem achterlaat bij de crèche is dat heel vervelend. Vaak nog erger voor jou dan voor je uk. Jij wilt hem het liefst troosten en meteen weer mee naar huis nemen. Alleen is dit niet de juiste aanpak. Het beste is om niet te veel aandacht en ruimte aan de verlatingsangst te geven. Als jij er een big deal van maakt, denkt je kindje dat er echt iets aan de hand is. Op deze manier versterk je zijn angstgevoel alleen maar.

    Wees duidelijk
    Barst je dreumes in huilen uit als je hem ergens achterlaat? Glip er dan niet zomaar tussen uit in de hoop dat hij het niet ziet. Zo geef je hem alleen nog maar meer reden om de grote boze buitenwereld niet te vertrouwen. Beter is om je kindje even op schoot te nemen. Troost hem en vertel duidelijk wat er gaat gebeuren en maak een afspraak met hem. Vertel hem bijvoorbeeld dat mama even weg gaat, maar dat hij lekker gaat spelen bij tante Marieke. Maak een afspraak zoals: ‘Mama komt je weer ophalen als de dvd is afgelopen’. Maak het begrijpelijk voor hem.

    Fantasie
    Je kunt je kindje ook helpen met het overwinnen van zijn angst door fantasie te gebruiken. Als jij er niet bent, beschermt zijn liefste knuffelbeer hem misschien wel. Of een liedje dat hem rustig maakt en waarna hij kan luisteren als hij bang is. Een foto van jullie samen op het oppasadres wil ook nog wel eens helpen. Spelletjes als kiekeboe en verstoppertje leert je uk ook dat mensen en dingen niet weg zijn als je ze niet meer ziet.

    Fase
    Hoelang de fase duurt is verschillende per kind. Rond het eerste levensjaar is het normaal dat kindjes deze angst ontwikkelen. Dit is natuurlijk een gemiddelde. Sommige kindjes krijgen het pas veel later, andere hebben er helemaal geen last van. Hoe lang de fase duurt varieert ook. Er zijn kindjes die er na een paar jaar lagere school nog last van hebben. Maar als het goed is, komt iedere uk deze angst vroeg of laat te boven.

    Bron: http://www.mamaenzo.nl/moederschap/ontwikkeling/artikel/verlatingsangst-help-waar-is-mama


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (2 Stemmen)

    Reacties (0)
    20-10-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2e Themabijeenkomst over: De vroege hechting van baby's

    LANDELIJKE Themabijeenkomst

     

    Woensdag 25 november 2009

     

    In de Martuskerk aan de Copernicusstraat 18 te Amersfoort.

     

     Drs. R. Verdult zal spreken over:

     

    De vroege hechting van baby’s

     

    Drs. R. Verdult is Psycholoog - Psychotherapeut en Babypsychotherapeut

     

    Inleiding

     

    In de klassieke hechtingstheorie wordt het begin van hechting gesitueerd in het vierde kwartaal van het eerste levensjaar. Er zijn echter steeds meer wetenschappelijke en klinische bevindingen die aantonen dat hechting veel vroeger begint, en wel vóór en tijdens de geboorte. Blauwdrukken voor latere hechtingspatronen worden tijdens het prenatale leven reeds gevormd. Het hechtingsgedrag dat zichtbaar wordt vanaf de bekende eenkennigheidsfase  heeft daarom een intense  voorgeschiedenis.  Onmiddellijk na de geboorte vertoont een baby  hechtingsgedrag;  hij verlangt naar het herstel van lichamelijk affectief contact  en hij is in staat signalen te geven om dit te bewerkstelligen.  De basis voor dit vroege hechtingsgedrag wordt gelegd in de prenatale relatie tot het lichaam en de psyche van de vrouw die hem  negen maanden gedragen heeft en met wie hij negen maanden in symbiose heeft samengeleefd . Het hechtingspatroon van de baby is herkenbaar aan zijn signalen, zoals hyper- of hypo arousal. Deze ‘arousal’-patronen, die samenhangen met de klassieke hechtingspatronen, kunnen in verband gebracht worden met de reacties van de baby op prenatale stress.

     

    In zijn praktijk van babypsychotherapie werkt Drs. R. Verdult met baby’s waarbij deze vroege hechting verstoord is geraakt tijdens de zwangerschap of tijdens de geboorte. Het is een vorm van lichaamsgerichte psychotherapie waarin de baby de kans krijgt om zijn ‘verhaal’ te vertellen. Zijn lichaam is een groot expressief instrument waarmee hij uitdrukking kan geven aan zijn emotionele belastingen. De behandeling bestaat uit het herbeleven van de zwangerschap en van de geboorte.

     

    In deze voordracht komen aan bod: de geschiedenis van vroege hechting, de hechtingssignalen van baby’s, verstoringen van hechting tijdens de zwangerschap door prenatale stress en tijdens de geboorte door medische interventies, babypsychotherapie als vorm van traumatherapie.

     

    Drs. R. Verdult  (°1953) studeerde ontwikkelingspsychologie aan de universiteit van Groningen. Hij volgde een opleiding cliëntgerichte psychotherapie. In begin negentiger jaren raakte hij geïnteresseerd in prenatale psychologie en met name de vroege hechtingsrelaties van foetussen en baby’s. In Zwitserland  volgde hij  een opleiding tot prenatale psychotherapeut voor volwassenen en baby’s bij William Emerson en Karlton Terry. Hij werkt samen met zijn partner Gaby Stroecken in zijn eigen psychotherapiepraktijk met volwassenen en baby’s van 1- 18 maanden. Hij is lid van de adviesraad van de ISPPM (International Society of Prenatal en perinatal Psychology and Medicine).

     

    PROGRAMMA

     

    18.30-19.15 uur            Ontvangst met koffie/thee

     

    19.15 uur                    Welkomstwoord

    door de heer G. van der Weide, voorzitter van De Knoop

     

    19.30 uur                      Inleiding door Drs. R. Verdult  

    ‘De vroege hechting van baby’s’

     

    20.30 uur                      Pauze

    Gelegenheid tot het opstellen van vragen en bezoek aan de informatiestand van ‘De Knoop’

     

    21.00 uur                      Beantwoorden van de vragen en mondelinge gedachtenwisseling

     

    ca. 22.00 uur                 Afsluiting

    door de heer G. van der Weide.

     

     

    Aanmelden

     

    U kunt zich tot vrijdag 20 november 2009 aanmelden door middel van het (bijgevoegde) inschrijfformulier.

     

    De toewijzing van aanmeldingen vindt plaats op volgorde van binnenkomst. Na ontvangst van zowel de betaling als het inschrijfformulier voor vrijdag 20 november 2009 ontvangt u uiterlijk maandag 23 november 2009 per email een bevestiging van inschrijving en tevens uw toegangskaart(en).

     

    Toegangsprijs

     

    De entree bedraagt € 12,50, inclusief koffie of thee.   

    Voor de leden van De Knoop is de toegang gratis.

     

    Locatieadres

     

    De landelijke thema-avond wordt gehouden in de: Martuskerk aan de Copernicusstraat 18 te Amersfoort. 

     

    Informatiestand

     

    De informatiestand van De Knoop waar brochures, lezingen en boeken te koop zijn tijdens de bijeenkomst.

     

    Routebeschrijving en parkeren

     

    Voor een route beschrijving kunt u ook terecht op: http://www.routenet.nl/

    Op de Leusderweg kunt u vrij parkeren bij de winkels. Ook is er parkeerruimte op het Juliana van Stolbergterrein,

     

    Openbaar vervoer

     

    Voor informatie over vertrek en aankomsttijden van het openbaar vervoer kunt u terecht op: http://www.9292ov.nl

     

    Wij hopen u op 25 november 2009 te mogen begroeten.

     

    Houdt U er wel rekening mee dat wij stipt op tijd beginnen.

     

    Wilt u zo vriendelijk zijn deze uitnodiging en het inschrijfformulier te verspreiden binnen uw organisatie.

     

    De uitnodiging en het inschrijfformulier kunt u ook vinden op de website: http://www.deknoop.org


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)

    Reacties (0)
    01-07-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'De vroege hechting van baby's'

    PERSBERICHT

     

     

    Betreft: Landelijke themabijeenkomst over de vroege hechting van baby’s op woensdagavond 28 oktober 2009

     

    Drs. R. Verdult zal spreken over: ‘ De vroege hechting van baby’s’

     

    De Knoop, op woensdag  28 oktober 2009  in de Martuskerk aan de Copernicusstraat 18  te Amersfoort

     

    De bijeenkomst is bedoeld voor een ieder die zich wil informeren en/of betrokken is bij hechtingsstoornis /problemen.

     

     

    Drs. R. Verdult is: Psycholoog – Psychotherapeut en Babypsychotherapeut

     

    Inleiding

     

    In de klassieke hechtingstheorie wordt het begin van hechting gesitueerd in het vierde kwartaal van het eerste levensjaar. Er zijn echter steeds meer wetenschappelijke en klinische bevindingen die aantonen dat hechting veel vroeger begint, en wel vóór en tijdens de geboorte. Blauwdrukken voor latere hechtingspatronen worden tijdens het prenatale leven reeds gevormd. Het hechtingsgedrag dat zichtbaar wordt vanaf de bekende eenkennigheidsfase  heeft daarom een intense  voorgeschiedenis.  Onmiddellijk na de geboorte vertoont een baby  hechtingsgedrag;  hij verlangt naar het herstel van lichamelijk affectief contact  en hij is in staat signalen te geven om dit te bewerkstelligen.  De basis voor dit vroege hechtingsgedrag wordt gelegd in de prenatale relatie tot het lichaam en de psyche van de vrouw die hem  negen maanden gedragen heeft en met wie hij negen maanden in symbiose heeft samengeleefd . Het hechtingspatroon van de baby is herkenbaar aan zijn signalen, zoals hyper- of hypo arousal. Deze ‘arousal’-patronen, die samenhangen met de klassieke hechtingspatronen, kunnen in verband gebracht worden met de reacties van de baby op prenatale stress.

     

    In zijn praktijk van babypsychotherapie werkt Drs. R. Verdult met baby’s waarbij deze vroege hechting verstoord is geraakt tijdens de zwangerschap of tijdens de geboorte. Het is een vorm van lichaamsgerichte psychotherapie waarin de baby de kans krijgt om zijn ‘verhaal’ te vertellen. Zijn lichaam is een groot expressief instrument waarmee hij uitdrukking kan geven aan zijn emotionele belastingen. De behandeling bestaat uit het herbeleven van de zwangerschap en van de geboorte.

     

    In deze voordracht komen aan bod: de geschiedenis van vroege hechting, de hechtingssignalen van baby’s, verstoringen van hechting tijdens de zwangerschap door prenatale stress en tijdens de geboorte door medische interventies, babypsychotherapie als vorm van traumatherapie.

     

     

    Over De Knoop:
    De Knoop is een algemene landelijke vereniging voor hechtingsstoornissen/Geen-Bodem-Syndroom(GBS).
    Kenmerkend voor de Knoop is dat ze zich inzet voor ondersteuning, preventie, herkenning en erkenning door middel van informatie, onderling contact en themabijeenkomsten. Doel is naast de ondersteuning van de leden om de problematiek van de hechtingsstoornis onder de aandacht te brengen en te houden bij de hulpverlening, de politiek en de media. Erkenning te krijgen voor hechtingsstoornissen bij specialisten en in wetenschappelijke kringen is bitter nodig om de theorie en de praktijk van de hulpverlening op een hoger peil te krijgen.


    De bijeenkomst wordt gehouden op woensdag 28 oktober 2009 aanstaande in de Martuskerk aan de Copernicusstraat 18, 3817 VJ te Amersfoort. De avond begint om 19.15 uur en zal duren tot +/- 22.00 uur, de zaal is open vanaf 18.30 uur.

    Tot vrijdag 21 oktober kunt u zich aanmelden, de toegang bedraagt € 12,50, voor de leden van de Knoop gratis. 

    Zie voor de uitnodiging, het inschrijfformulier en routebeschrijving op de website van De Knoop, www.deknoop.org of neem contact op met De Knoop, tel: 0527-614504

     

     

    Noot voor redactie:
    Wilt u een interview en/of een uitnodiging voor de landelijke themabijeenkomst ontvangen dan kunt u contact opnemen met: Secretariaat De Knoop, Rita Hendriks telefoon: 0527 – 614504 /  06-22475835 /email: info@deknoop.org

    Uitgebreide informatie is ook  te vinden op de website van de vereniging: http://www.deknoop.org / forum:
    www.hechtingsstoornis.nl


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)

    Reacties (0)
    17-05-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Veilige en onveilige hechting

    Sectie Schoolpsychologen/ Basis, Speciaal en Voortgezet Onderwijs     Vrijdag 14 januari 2005

     

    Verslag lezing drs. M. Güldner
    vrije universiteit Amsterdam en paedologisch instituut Duivendrecht

     

    Veilige en onveilige hechting

     

    Definities van hechting:

    -          Bowlby; ‘Lasting psychological connectedness between human beings’

    -          Ainsworth en Bell; ‘An effectional tie that one person or animal forms between himself and another specific one – a tie that binds them together in space and endures over time’.

    -          Klaus en Kenell; ‘crucial for survival and development of the infant’.

     

    Gehechtheid

    Hechtingsgedrag is een aangeboren behoefte bij iedere baby. Hechting is als baby belangrijk om te overleven.

    Complementair aan dit hechtingsgedrag is het (ver)zorgende en regulerende gedrag van de ouder(s).

    Sensitieve afstemming, 'affect-attunement’van de ouder(s) leidt bij de baby tot vertrouwen in de beschikbaarheid van de ouder(s)

    De aard van de gehechtheidrelatie is het resultaat van interactie tussen baby en ouder(s) tijdens het eerste levensjaar.

     

    Ontwikkeling in gehechtheid

    -          pre-hechtingsfase

    o    oriëntatie en signalen zonder onderscheid des persoons

    o    weinig discriminatie tussen of signalen voor een specifieke verzorger

    -          hechting in wording

    o    oriëntatie en signalen gericht op een of enkele specifieke personen

    o    ontwikkeling van (relatieve) voorkeur voor verzorger

    o    ontwikkeling van cognitieve vaardigheden die vereist zijn voor de hechting

    -          hechtingsgedrag wordt zichtbaar

    o    actief nabijheid zoeken

    o    motorische ontwikkeling

    o    angst voor vreemden neemt toe

    o    persoon permanentie

    -          hechting proper

    o    handhaven van nabijheid tot een specifieke verzorger door middel van beweging en signalen

    o    hechtingspersoon biedt veiligheid en troost

    o    separatie veroorzaakt heftig protest

    -          ‘goal-corrected partnership’ (peuterperiode)

    o    bewustwording dat hechtingspersoon eigen doelen, behoeften en wensen heeft

    o    mentale representatie(s) van gehechtheidrelatie(s)

    o    toegenomen autonomie vereist opnieuw ouderlijke bescherming

     

    Vaders

    Overeenkomstig hechtingsgedrag van het kind t.a.v vaders en moeders.
    Wel zijn verschillen te onderscheiden in de rollen tussen vader en moeder

    -          Vader is voor het kind de speelkameraad. Vaders zijn erg belangrijk bij de fase dat het kind zich kan “los maken”van de moeder.

    -          Moeder is voor het kind de trooster

     

    Gehechtheid een andere indeling

    -          non-attachment disorder

    o    emotioneel geremde, teruggetrokken type

    o    a-selectieve (indiscriminately social) type

    -          disordered attachment disorder

    o    met extreem aanklampend gedrag en geremdheid

    o    met te vrij exploratie en risicovol gedrag, zonder contact te houden met de verzorger

    o    met de neiging van het kind zich te bekommeren over het emotionele welbevinden van de verzorger

    -          disrupted attachment disorder

    o    verdriet en rouwreactie van het kind op het verlies van de verzorger

     

    Onveilige hechting en reactieve hechtingsstoornis

    -          Onveilige hechting is niet gelijk aan psychopathologie. 40 a 45% van de kinderen is onveilig gehecht. Onveilige hechting is een risicofactor voor het disfunctioneren van het individu

    -          Reactieve hechtingsstoornis verwijst naar mishandeling en/of verwaarlozing. Komt overeen met ‘non-attachment disorder’. Het is een extreme vorm van onveilige hechting.

     

    Etiologie

    -          Hechtingsstoornis; hierbij gaat het om heftige mishandeling/verwaarlozing vanaf jonge leeftijd; in de 1e levensjaren (0-2)

    Deze periode is cruciaal voor het ontwikkelen van een hechtingsstrategie.

    Het gaat hierbij om het ontbreken van een consistente en responsieve verzorger

    -          Er is geen lineair verband tussen de ernst van de verstoring van gehechtheid en de ernst van de reactieve hechtingsstoornis.

    -          Mishandelde kinderen hebben op alle leeftijden een grotere kan onveilig gehecht te zijn

    -          Psychische stoornissen bij ouders

    -          Aandachtstekort en hyperactiviteit komt voor bij hechtingsstoornissen. Dat bleek uit onderzoek in Australië.

     

    Onveilige gehechtheid

    Kan leiden tot structureel tekort in de ego-ontwikkeling.
    Bepaalde kenmerken zijn: snel overspoeld raken door gevoelens, gebrek aan interne veiligheid, lage frustratietolerantie, beperkte impulscontrole, verstoorde objectrelaties, kwetsbare zelfwaardering en problemen in het contact met leeftijdsgenoten.

     

    Prognose

    Vanuit het gehechtheidperspectief wordt gesteld dat: er een causale relatie is tussen aard van de gehechtheid en het vermogen om later affectieve bindingen aan te gaan en vol te houden.

    Dit kan leiden tot:

    -          prikkelbaarheid, agressie, rusteloosheid, afleidbaarheid, aandacht zoekend gedrag, woede depressie.

    -          Gedragsproblemen, problemen in de impulscontrole, conflict en strijd met ouders, problematische relaties met leeftijdsgenoten

    -          Huwelijksproblemen, disfunctioneel ouderschap, sociale problemen, persoonlijkheidsstoornissen

    De effecten in het cognitieve domein minder duidelijk.

     

    Strategieën van emotieregulatie bij:

    -          Vermijdende gehechtheid

    o    Gedrag van de ouder:

    §  De ouder negeert emoties van het kind

    §  De ouder staat afwijzend t.o.v het kind

    §  Kan beide meerdere oorzaken hebben

    o    Gedrag van het kind:

    §  Vermijden van expressie van emoties

    §  Overregulatie van emoties. Alle emoties moeten in toom gehouden kunnen worden. Kinderen kunnen hun emoties niet erg lang reguleren.

    §  Cognitieve communicatie staat voorop

    -          Ambivalente gehechtheid

    o    Gedrag van de ouder:

    §  Emotioneel onvoorspelbaar reageren op het kind

    §  Soms wel en soms niet bekrachtigen van dwingend en eisend gedrag van het kind

    o    Gedrag van het kind

    §  Zo veel mogelijk expressie van negatieve emoties

    §  Daarnaast ook ‘onderwerpend’ en ontwapenend gedrag

    §  Deze twee gedragingen worden erg afwisselend getoond

    §  Emotionele communicatie staat voorop

    -          Gedesorganiseerde gehechtheid

    o    Gedrag van ouder:

    §  De ouder is voor het kind op hetzelfde moment zowel bron van angst als de enige bij wie het kind troost kan halen

    o    Gedrag van het kind

    §  Het kind kan geen stabiele strategie vinden om de veiligheid en de aandacht van de ouder te verwerven. (-> in de groep van borderline)

    o    Kenmerken:

    §  Afwijkingen in het reguleren van emoties en impulsen.

    Hanteren van boosheid, destructief t.o.v. zichzelf, risicovol gedrag, door emoties van het moment gedreven

    §  Afwijkingen in de aandacht of het bewustzijn

    Dissociatieve momenten, depersonalisatie, alleen aandacht voor stimuli t.b.v. de bescherming van het zelf

    §  Somatiseren

    Buikpijn, hoofdpijn, bedplassen, broekpoepen

    §  Afwijkingen in de zelfwaardering

    Incompetent voelen, teveel schuld- en schaamtegevoelens, een houding van ‘niemand begrijpt me’

    §  Afwijkingen in de waarneming van de ouder

    Idealiseren van de ouder, preoccupatie met de mishandelde ouder. Vaak denkbeelden als; ‘liever een mishandelende ouder dan geen ouder’.

    §  Afwijkingen in de relaties met anderen

    Niet in staat zijn de ander te vertrouwen, zich zo gedragen dat het kind opnieuw slachtoffer wordt

    §  Afwijkingen in betekenisgeving

    Wanhoop en een gevoel van hopeloosheid, aan niks en niemand meer houvast beleven

     

    Intergenerationele overdracht

    Kind:                                                            Ouder:

    - Veilig gehecht                                           - Autonoom gehecht

    - Angstig vermijdend gehecht  - vermijdend gehecht

    - angstig ambivalent gehecht   - gepreoccupeerd gehecht (vaak met eigen ouders)

    - gedesorganiseerd gehecht       - gedesorganiseerd gehecht.

    Uit afnames van autobiografisch interview bleek een correlatie van 0.65-0.75 tussen de hechtingstrategieën van kind en ouder(s).

    De strategie van beide ouders zijn hierbij van belang.

     

    Interne werkmodellen

    Interne werkmodellen zijn mentale representaties die een kind heeft ontwikkeld van zichzelf in relatie tot de ouder(s)

    Interne werkmodellen worden gevormd als gevolg van interactieve ervaringen in de primaire hechtingsrelatie(s)

    Interne werkmodellen zijn gidsen in het anticiperen op en het aangaan of vermijden van het contact met de ander

    Interne werkmodellen kleuren latere ervaringen, waarnemingen en interpretaties van gebeurtenissen.

     

    Emoties en gehechtheid

    Cognitie helpt emotie te structureren. Emoties moeten erkend worden.

    -          Veilige gehechtheid. Expressie van behoefte aan veiligheid en troost

    -           Vermijdende gehechtheid. Beperken expressie van behoefte aan veiligheid en troost.

    -          Afwerende/ambivalente gehechtheid. Overdrijven expressie van behoefte aan veiligheid en troost (ook bij vreemden).

    -          Gedesorganiseerde gehechtheid. Ontbreken van consistente expressie van behoefte aan veiligheid en troost.

     

    Veilige gehechtheid door experiment; ‘strange situation’.

    -          Hierbij wordt moeder gebruikt als veilige basis voor exploratie

    -          Kinderen tonen vrij hun behoefte aan bescherming en troost

    -          Delen van affect met moeder bij vertrek en terugkeer

    -          Gerichtheid op hernieuwd exploratie.

    Het kind weet adequate reacties aan de verzorger te ontlokken waardoor het eigen gedrag als effectief wordt beleefd.

    Hechting; resultaat interactie kind – verzorger. Temperament speelt een rol in deel van het hechtingsgedrag.

    Door onderzoek met ‘strange situation’ soort hechting gepaard met diverse reacties.

    -          Veilig gehechte kinderen

    Exploratie en nabijheidzoekend gedrag in balans. Wel stress zichtbaar, maar kinderen laten zich snel troosten.

    -          Vermijdend gehechte kinderen

    Minimaliseren van nabijheidzoekend gedrag en kinderen tonen hun emoties weinig.

    -          Afwerend/ambivalent gehechte kinderen

    Maximaliseren van nabijheidzoekend gedrag. Aantrekken/afstoten strategie

    -          Gedesorganiseerd gehechte kinderen

    Chaotisch en angstig gedrag zonder coherente strategie

     

     

    Verslag door Janine van Sluyters


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)

    Reacties (0)
    Archief per week
  • 27/06-03/07 2011
  • 30/05-05/06 2011
  • 28/03-03/04 2011
  • 08/11-14/11 2010
  • 31/05-06/06 2010
  • 10/05-16/05 2010
  • 29/03-04/04 2010
  • 19/10-25/10 2009
  • 29/06-05/07 2009
  • 11/05-17/05 2009
  • 27/04-03/05 2009
  • 19/01-25/01 2009
  • 01/12-07/12 2008
  • 27/10-02/11 2008
  • 14/07-20/07 2008
  • 16/06-22/06 2008
  • 19/05-25/05 2008
  • 12/05-18/05 2008
  • 05/05-11/05 2008
  • 28/04-04/05 2008
  • 21/04-27/04 2008
  • 07/04-13/04 2008
  • 31/03-06/04 2008
  • 24/03-30/03 2008
    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Blog als favoriet !
    Willekeurig SeniorenNet Blogs
    zabrila_en_konstantijn
    blog.seniorennet.be/zabrila
    Mijn favorieten
  • seniorennet.be
  • Morpheus-Emotionele-Bevrijding
  • Nieuws De Morgen
  • Club Brugge tegen Fiorentina in halve finale: ‘La Viola' zet Tsjechische Plzen pas in verlengingen opzij
  • Over het afnemen van El Niño: ‘Er kunnen nog steeds hittegolven plaatsvinden, maar kans op extreme hitte wordt wat minder groot’
  • Live - NAVO en Argentinië in gesprek over mogelijke samenwerking • Man aangehouden voor plannen moordaanslag op Zelensky
  • ‘Ik was het beu te moeten slapen met oordoppen’: wanneer de stad moet wijken voor de randgemeentes
  • Regenellende veroorzaakt bouwvertraging: ‘Klanten zeiden weleens: kun je dan geen regenjas aandoen?’
  • Acid, Bart De Pauw en nu ook Dennis Burkas spelen in op onderbuiksentimenten. Dat is bijzonder kwalijk
  • El Niño is voorbij, maar heeft dat ook effect? ‘Kans op extreme hitte wat minder groot’
  • Live - Man aangehouden in Polen voor betrokkenheid bij plannen moordaanslag op Zelensky
  • Waarom steeds meer Gentenaars naar Lievegem uitwijken
  • Belgische artiesten roepen op om Israël te weren van Eurovisiesongfestival: ‘Waarom die dubbele moraal?’
    Bedankt voor uw bezoek!
    Dropbox

    Druk op onderstaande knop om je bestand naar mij te verzenden.

    Mailinglijst

    Geef je e-mail adres op en klik op onderstaande knop om je in te schrijven voor de mailinglist.



    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!