Tok tok tok tok in het kippenhok. Het hennetje legt daar een ei en dat ei dat is voor mij. Straks ga ik het pakken en het lekker bakken. Hennetje huil maar niet, onnodig is je verdriet. Morgen ben je heus weer blij, want dat leg je nog een ei.

Als de zon steeds hoger schijnt, de schaduw steeds verkleint, de randen beter afgelijnt. Ben je door de bloemen geanimeerd? of door de vogels geamuseerd? ’t is de lente... ze inspireert. Stop dan winter met bokken, de bloemen rijzen uit hun knollen. De lente is er op haar kousensokken, als broedsels in ‘t nestje rollen

Ik kende een klein konijn dat paashaas wilde zijn, maar het werd geboren met twee kleine oren. Dus ging het naar zijn oma die had een naaidiploma. Zij maakte voor hem vlug twee oren en een mandje op zijn rug. Zie je ooit dat dier met oren van katoen geef hem dan van mij een dikke zoen, want dat namaakhazenbeest is ooit mijn eigen konijn geweest

 

de hele lange winter heb ik uitgekeken naar de warmte van de zon die mij doet ontweken die mijn hart verwarmen zal en de mensen zal doen stralen als de eerste knopjes komen die de lente ook komt halen en de vogels die dan zingen in de warme lentelucht eitjes leggen in hun nestjes slaak ik een diepe zucht

De paashaas heeft weer veel te doen hij verft de eitjes rood en groen met een stipje hier en een streepje daar dat wordt prachtig reken maar  Zijn vriendje Pukkel komt erbij en zo verven zij dan allebei maar die domme Puk verfde zelfs zijn rug niemand kende hem meer terug

Paashaas Pluk heeft het o zo druk.                                            Eieren verven in mooie kleuren.                                        Tjonge, wat moet er veel gebeuren !                                                         Paashaas Pluk                                                     heeft het o zo druk.                                                   Wat is er aan de hand                                                Hij legt eieren in een mand                                                                                                                                                                                        Paashaas Pluk                                                     heeft het o zo druk.                                       Als alle klokken bim, bam, beieren,                                               verstopt hij vlug de eieren

Daar komt Pieter Paashaas aan voor het kippenhok blijft hij staan hij doet alle deurtjes open kan ik hier ook eitjes kopen? tok, tok, tok,tok, tok, tok alle kippetjes zijn op stok kukeleku, kukeleku alle eitjes zijn voor u

Paashaasje                      Haasje, haasje hupla hop,                      kleur je mooie eitjes op,                      breng ze rond met goede wensen:                      Vrolijk Paasfeest, beste mensen!

.

Eerst zat je in een eitje                                           daar binnen was het kaal                                           Toen groeide je een tijdje                                           en krak deed de eierschaal                                           Je stapte uit het dopje                                           en keek eens om je heen                                           je schudde met je kopje                                           daar stond je nu alleen                                          Je hebt een heel zacht lijfje                                         dat is helemaal van dons                                          En als je wilt blijf                                          je gezellig hier bij ons .

Ik loop buiten ik voel de zon schijnen op mijn gezicht Ik moet dansen...dat ben ik verplicht Ik voel me gelukkig op deze mooie dag Iedereen groet ik met een lach De mooie lindebloesems die ik ruik En ik zie nieuw leven in de struik Ook ruik ik de bloemen die vol zijn met geur De lente... ja de lente geeft mijn leven kleur.

Gelukkig In de maand maart of april doet de paashaas wat hij wil. Hij trekt door het hele land met eitjes in een grote mand. Overal stopt hij ze weg in het gras en in de heg. Als je straks een eitje vindt, ben je een gelukkig kind.

'k Zag twee hazen vlak voor pasen liggen in een weiland. Met een mandje vol met eitjes aan het verven met z'n beidjes. Kijk eens hier, kijk eens daar nu zijn alle eitjes klaar.

De lente en zomers gevoel waar in ik me zo goed voel al dat nieuwe leven mooi gezicht dat de natuur je weer in de lente zal geven vogels ,vinders bloemen keurrijk ja de lente is erg rijk al de nieuwe dingen die weer groeien je ziet ook de mensen op bloeien hebben een goed gemoed door de lente en al het mooie ja het is goed!!!!!

Zeg, kan dat wel kloppen? Ik zag een Paashaas eieren verstoppen? Hij had een mand bij zich, op zijn rug Vol met eieren; maar hij verstopte ze vlug De Paashaas verstopte ze overal, ook in de hoeken Dus ik denk, dat we maar snel moeten gaan zoeken

de paashaas van het grote bos die lag te denken op het mos hij dacht: ik vind het echt niet fijn een haasje met een ei te zijn want lekker rennen lukt me niet dat ei dat brengt me veel verdriet en weet je wat mijn wens zou zijn geen paashaas, maar een paaskonijn

 

Haasje Langoor niet meer zeuren, haasje langoor je moet gaan kleuren Alle eitjes, het zijn er veel moet je kleuren met paars en geel Een ei blauw een ei groen, alle eitjes moet je doen Want alle kindjes in het land willen een eitje uit jou mand.