Ik wil erin blijven geloven, in mezelf, in mijn recht om voor mezelf te zorgen. Ik wil niet meer bang zijn voor al die addertjes onder het gras.
Niet meer gebukt gaan onder emotionele chantage of schuldgevoel, onzekerheid, angst.
Natuurlijk wil ik ze graag iets geven wat ze leuk vinden. Maar is het wel wat ze leuk vinden? En is er niets wat ze nog leuker vinden maar wordt hun keuze bepaald door de hare?
Moet ik me schuldig voelen dat ik het niet meer kan opbrengen om geld te geven aan spulletjes die ze al in grote hoeveelheid hebben of die onderhevig zijn aan mode en zo vlug in de vergeethoek belanden?
Toen ik een keer mee met haar ging om sintkadootjes te kopen schaamde ik me bijna voor de overvolle kar die ze meehad met bijna uitsluitend hele dure spullen.
Voordien konden we de kinderen nog eens verrassen maar er is bijna niets meer waar we dat mee kunnen doen... zoveel brengt ze mee en niet alleen op de feestdagen .
Wat zou ik graag iets duurzamer kopen of iets van eerlijke handel. En misschien ga ik dat ook doen, zo zijn er mogelijk andere kinderen die ook een deel van de koek krijgen.
Daar kunnen de kleintjes niets aan doen... want zo wordt het gestuurd... .
Ik voel me er waarlijk ellendig bij, bij altijd weer die druk, die stille dwang en dat overdadige kopen van speelgoed, van niet een brief voor de sint maar een half boek.
Waar is het spontane, het kunnen geven met je hart, en binnen je mogelijkheden, de eenvud van een briefje voor de sint in plaats van een ellenlange verlanglijst.
Al die valstrikken en addertjes.
Het werd een hachelijke onderneming in plaats van een fijne omdat ze ook met de scepter zwaait over zelfs aardig spullen, die ze leuk vinden.
Ze worden weggestopt. Ofwel krijgen ze even erna al eenzelfde speelgoed maar duurder, indrukwekkender... en wordt dat andere achteloos behandeld.
Ik word ziek van dergelijke wijze van handelen. En het maakt zoiets fijns als de feesten tot een hel.
Ik snak naar de gezellige eenvoud waar de kille berekening het overnam en alle warmte en blijheid verwoest.