HAASTIG OPONTHOUD: BRIEVEN EN GESPREKKEN.

06-05-2007
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.OVER GOED EN KWAAD. (WEBSITE JAN VIS NEDERLAND)

xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" /> 

 

Beste Jan Vis ,creatief filosoof in Nederland,

 

VOORWOORD: Deze brief is een antwoord op de herhaalde opwerping van studenten als zouden “goed en kwaad niet bestaan”. Lieve studenten, jullie dwalen en in jullie postmodernistisch gedoe haspelen jullie alles door elkaar. Op die manier komen wij nergens. Ook de Nederlander Jan Vis behandelt dit moeilijke onderwerp en daarom adviseer ik jullie om eerst zijn creatieve filosofische verhandelingen te lezen, zodoende kunnen jullie de eigen dwalingen daarin herkennen. Ik beantwoord op zijn uitlatingen zodat mijn studenten aan zijn teksten kunnen refereren als een werkdocument. Deze brief is een pamflet a la Voltaire, die schitterende geest die ik zeer bewonder. Ik zal Vis scherp weerleggen opdat het duidelijk zou zijn wat ik te zeggen heb. Het gaat hierbij niet om Vis, het gaat om het lucratief amalgaam van postmodernistische ideetjes dat zo eigen is aan deze tijd. Blaas maar wat uit de darmen en u zal het ver brengen in deze tijden. Mijn betoog daarentegen is coherent en consistent, maar helaas ,eigenlijk… zeker weten doe ik het allemaal niet. Ik weet het niet. Hoogstens geloof en hoop ik om zo juist als  mogelijk dit moeilijke onderwerp benaderd te hebben ten behoeve van mijn studenten. Tenminste, zo duidelijk en zo coherent als enigszins mogelijk binnen mijn beperkte mogelijkheden.

 

 

Jan,

U laat nergens gras over groeien. Ik ben een slechte clown, maar U noemt zich een “creatief filosoof.” Het filosofisch  deelgebied dat u zo creatief bestrijkt wordt hier in de Zuidelijke Nederlanden weinig beoefend, meer bepaald: het is hier onbekend.

Waar haalt u trouwens het woord “creatief” vandaan want “creativiteit” is normaal niet voor menselijke wezens weggelegd, hoogstens is inventiviteit op begenadigde momenten voor mensen als u en ik haalbaar. En trouwens, met “creatieve filosofie” zijn er in loop der eeuwen nare dingen gebeurd, wist u dat? Geeft u ook eens een definitie en een voorbeeld van zogenaamde “creativiteit?” Wat moet ik mij bij “creatief filosoof” zoal voorstellen? Vergeet het, u bent geen creatief filosoof maar u wil als ik een slechte clown zijn, en daar is niets mis mee maar ook dit is voor u te hoog gegrepen. Ik refereer slechts aan enkele pagina’s van uw immense afvalberg aan “creatieve geschriften” en eerlijk gezegd Jan, krijg ik er nu nog buikpijn van. Mocht u foute champignons zijn toegedaan, verlies de moed niet want het busje komt zo, maar U blijft echter wel verantwoordelijk voor de verwarring die u bij anderen sticht. Nu ter zake.

 

 

 

1)      U stelt dat “alle mensen gelijk zijn” en u refereert aan de “terechte idealen van de Franse Revolutie: gelijkheid, broederlijkheid, vrijheid.” Bedoelt u met gelijkheid dan “met de grond gelijk”( Napoleon)? Hoe komt u erbij dat alle mensen gelijk zouden zijn? Zij zijn niet gelijk, maar alle mensen zijn wel gelijkwaardig. Alle mensen zonder onderscheid, en precies dat maakt het verschil.

Het valt zelfs te betwijfelen of alle mensen “broeders” zijn. Laten wij het in uw geval houden op cafékennissen want wat u zegt dat hoort thuis aan de cafétoog, tussen drinkebroers die de vrijheid nemen om er nog maar ééntje tot zich te nemen. Daarmee gezegd zijnde dat onze persoonlijke vrijheid ook haar beperkingen heeft. Schol!

    

       2)  U schrijft:” De realiteit is dat beweeglijkheid en starheid één zaak zijn en de

             realistische mens heeft die werkelijkheid begrepen.” Beste cafékennis, wat is een  realistische mens, en geeft u eens een definitie van”werkelijkheid”?

 

                                                                                                                                                        Voor creatieve filosofen zijn beweeglijkheid en starheid misschien één zaak maar normalerwijs zijn het twee zaken.

 Trouwens“beweeglijkheid” staat tegenover “on= niet- beweeglijkheid” en niet tegenover “starheid” zoals u abusievelijk schrijft. Wie onbeweeglijk is, die is daarom per definitie nog niet star. Vraag dat maar eens aan een jachtluipaard. In Tao spreekt men zelfs van “de  onbewogen beweger” en de acupunctuur  bestempelt energie als “een web zonder wever.” Beweeglijkheid en onbeweeglijkheid mogen dan wel twee verschillende begrippen zijn, maar ze zijn wel mekaars complementaire tegendelen zoals het mannelijke het vrouwelijke nodig heeft om mannelijk te kunnen zijn (en omgekeerd).  Er is geen “bewegen” zonder “niet bewegen”, maar er is wel starheid zonder beweging.  Bewegen en niet bewegen zijn mekaars tegendelen en een tegendeel kan pas volledig tegendeel zijn(/door/ in/ met/) het andere tegendeel. Zoiets noemt men dan complementariteit. Bewegen en niet bewegen zijn dus mekaars complementaire tegendelen.

Beweeglijkheid en starheid zijn dus niet één, zoals u abusievelijk schrijft; helemaal niet want zij hebben vrijwel niets met elkaar uitstaans.

Mocht het helpen: bijvoorbeeld, het woord volledig is samengesteld uit “vol” en “ledig” en dat zijn ook twee verschillende begrippen maar ze zijn toch mekaars tegendelen die enkel samen mekaar kunnen ver-vol-ledigen om uiteindelijk één volledig geheel te kunnen vormen. “Vol” en “ledig” zijn alweer mekaars complementaire tegendelen.

 

Laat dit alvast duidelijk zijn voor de realistische mens, beste Jan, want anders gaat u straks nog  beweren dat de Noord en de Zuidpool één zaak zijn en dat is brute pech voor de pinguïns want die zouden dan, binnen uw discours plots op de Noordpool terecht  komen.

 

Er zijn ook tegenpolen en die liggen aan weerskanten van, en op dezelfde gemeenschappelijke as. Deze as is een soort “ verbindende eenheidsas”. Tegenpolen kunnen echter nooit verenigd worden, zij kunnen hoogstens met elkaar verzoend worden. Tenminste: wij kunnen ons ermee verzoenen of wij kunnen proberen die tegenpolen te verzoenen. Maar niemand kan de Noordpool met de Zuidpool “verenigen” precies omdat het twee tegenpolen zijn. Het volstaat om vast te stellen dat ze altijd tegenover mekaar zullen liggen en dat ze mekaar in evenwicht houden. Daar moeten wij ons dan maar mee verzoenen. Zo zijn goed en kwaad ook mekaars tegenpolen, zij zullen altijd tegenover elkaar liggen en wij moeten ons verzoenen met zowel het goede als het kwade.  (Vraag is wel of wij ons moeten verzoenen met het kwade in ons of/en buiten ons, of/en met het bestaan van het kwade in ons of/ en buiten ons? Of met alle kwaad en met alle goed.) Wat nu precies goed of kwaad is, wel dat dienen wij uiteindelijk in eer en geweten en in het diepst van onszelf  uit te maken, wetende dat wij zelf verantwoordelijk en aanspreekbaar zijn voor onze beslissingen en onze handelingen. Wij  kunnen enkel proberen een goed mens te zijn, maar uiteindelijk zullen wij toch één pool moeten kiezen want gelijktijdig wandelend op twee wegen komen wij nooit op onze bestemming.

 

Anderzijds kunnen complementaire tegendelen wel verenigd worden. Die kunnen wij wel bewandelen op één en dezelfde weg. Volgt een praktisch en een hopelijk duidelijk voorbeeld: Man(yang) en vrouw(yin) zijn geen tegenpolen maar zij zijn wel mekaars complementaire tegendelen. Beide tegendelen kunnen dus wel “verenigd”worden. Beste Jan, uw moeder was één deel van het tegendeel en uw vader was het andere deel van het tegendeel. Helaas, voor uw vader volstond het niet om zich met uw moeder te verzoenen om een creatief filosoof als u tot leven te wekken. Neen, ze verenigden zich met elkaar en uit die vereniging ontstond als rijpe vrucht der vereniging de creatief filosoof die u later geworden bent. Yin moet zich immers met yang verenigen om iets creatiefs voort te brengen en de voortplanting is dan zowat het summum van menselijke creativiteit. Alhoewel… er altijd vragen daaromtrent onopgelost zullen blijven.

Tussen twee haakjes; bent u wis en waarachtig als creatief filosoof geboren of bent u gewoon normaal op de wereld gekomen?

 

Beweeglijkheid en onbeweeglijkheid zijn dus niet één, maar het zijn evenzeer mekaars complementaire tegendelen die dus verenigd kunnen worden.

 

Goed en kwaad zijn dan weer mekaars tegenpolen: zij liggen op dezelfde as maar gelukkig  kunnen zij, zoals de Noord- en de Zuidpool wel met mekaar verzoend worden. Ook zij zijn niet één want de Noordpool kan niet tegelijk de Zuidpool zijn en omgekeerd. Zo ook  kunnen wij niet tegelijkertijd goed en tegelijkertijd kwaad doen. Zelfs het goede dat wij aan onszelf doen ten koste van het kwaad aan een ander is daarom het goede nog niet.

Kwaad blijft kwaad en goed blijft goed, want als wij die duale logica verlaten dan kunnen wij alles goed praten en meteen alle ethiek overboord gooien. Dan geldt enkel nog de wet van de sterkste of de meest kwaadaardige en de vraag is of wij zulke wetten wensen. (Sommigen beweren dat deze wet al altijd gold.) Goed en kwaad kunnen enkel via de gemeenschappelijke as naar de andere pool gekeerd (bekeerd) worden zodat wij ons tenminste met het kwaad in onszelf kunnen verzoenen. Het kwaad zowel als het goede is dan een deel van ons zijn, maar zulk integreren is enkel voor heiligen weggelegd. Heiligen kunnen  kwaad met goed vergelden want  de Heilige is nu “heel” geworden, en dat betekend dat heiligen in de heelheid of in de eenheid zijn. Zij zijn licht en liefde geworden, zij zijn de banale dualiteit ontstegen.

Maar vermits (zoals u neerbuigend en satirisch schrijft) ”mensen te dom zouden zijn om het Goddelijk licht te zien” kunnen wij die eenheid inderdaad niet meteen te pakken krijgen.

Dat is helaas zo, maar mensen zijn echt niet zo dom als u het laat uitschijnen, dat heeft trouwens met domheid niets te maken. “Mensen” zijn enkel blind en ze horen niet goed en daarom snappen “mensen” als u en ik de eenheid niet “vol-ledig”.

Ikzelf snap er ook niet veel van, maar U begrijpt ongeveer helemaal niets van wat u  over de eenheid schrijft.en bovendien is uw taalgebruik zo schabouwelijk onnauwkeurig dat het licht uitvalt bij lezing  van uw creatieve geschriften. Sorry hè..

 

U schrijft: “God is het ultieme “één” en dat is “de absolute maat der dingen”. Snapt u dat zelf wel? Ik snap dat namelijk niet want niemand kan “de ultieme éénheid” rationeel snappen, wij kunnen daar enkel over “woordkakken” maar wat wij misschien wel kunnen snappen is “tweeheid”. Wij kunnen de yin en yang snappen als complementaire tegendelen die eigenlijk één geheel zouden moeten vormen, maar verder kunnen wij slechts  een zweem van eenheid vermoeden of ervaren, en dan nog heel uitzonderlijk… U doet net alsof u de eenheid tutoyeert, of u ze dagelijks  als een plakje Peijnenburg bij het ontbijt serveert.

Verder stelt u nog dat geloven een “onvolwassen fictie” is en verder “geen enkele denker is gelovig”. Vervolgens kijkt u neerbuigend vanuit uw Oer Hollandse hoogten naar “allen die geloven en zich keren tot het licht”.

Jan, de definitie van “geloven” is nu eenmaal niet dezelfde als die van “denken”. Geloven begint pas waar het denken spaak loopt en dat schijnt in uw geval bij de eerste denkactiviteit spaak te lopen.

Geloven is ook het complementaire tegendeel van denken en samen maken zij deel uit van onze transcendente functie die ons van dieren onderscheid. Onze transcendente functie is dan op haar beurt weeral het complementaire tegendeel van onze immanente functie die wij met alle dieren gemeen hebben. Dieren zijn immanent en zij hebben geen transcendente functie zoals wij mensen. Skepp bijvoorbeeld wil het geloof bewezen zien op rationele gronden ( het is wetenschappelijk bewezen dat God niet bestaat) maar geloven is niet hetzelfde als weten, in tegendeel, de definitie van geloven is precies dat wij “niet weten” en daarom geloven wij. Men gelooft altijd op niet rationele gronden.

Verder schrijft u: ” Als je nu eens kijkt om je heen dan is heel de samenleving doortrokken van opzien naar boven met als gevolg een ontzettend geworstel om zo hoog mogelijk te komen en de reactie is vertrappelen van een ander. En dit gedoe is niet van gisteren, maar het is kenmerkend voor de beschavingen die onvolwassen zijn”. Dat is nu eens een schoolvoorbeeld van onvolwassen onzin, maar ondanks uw tooglogica  is daar met veel goede wil iets van aan. Alhoewel ik persoonlijk van het tegenovergestelde overtuigd ben, namelijk dat men te veel naar beneden en niet genoeg of verkeerd naar boven  gekeken heeft.  waardoor men niet zag dat alles  eigenlijk één zou moeten zijn. (aarde en hemel zijn alweer mekaars complementaire tegendelen). Maar omdat ik mij niet kan indenken dat uzelf ooit naar boven maar voornamelijk naar beneden gekeken heeft, bent u zelf als geen geplaatst om alle menselijke onnozelheden door de eeuwen heen te begrijpen. “U redeneert namelijk “als een konijn op de plein” zou Wasseige zeggen.

Ach beste Jan, weet u, reeds na de lezing van één pagina van uw creatieve filosofie heb ik besloten om mij definitief naar boven te keren.“Iedereen vond dat de wereld gered moest worden” schrijft u. Welnu, ik vind dat niet want stel maar eens dat ik u zou redden. Stel dat wij ooit samen in de hemel zouden komen en dat ik eeuwigdurend naar uw gezever zou moeten luisteren. Stel u dat eens voor! De pluimen zouden na 1 minuut reeds in het rond vliegen want u zal het ook daar niet kunnen laten om  flink uw duit in uw zakje te doen.  Het belerende toontje waarop u de wereld wil verlichten met uw onzin waande ik in deze tijd uitgezongen. U betreurt het dat gelovigen( bijna debielen) nooit in discussie met u gaan. Daar kan ik inkomen.  Maar de reden daarvoor zou wel eens kunnen zijn: “Never argue with idiots. They drag you down to their level and then beat you with experience.”  U beledigt mensen. Gelukkig is het christelijke concept van vergeving eindeloos en dus voor herhaling vatbaar. Ik vergeef uw kilometers “creatieve filosofie” en dan te bedenken dat ik hier niet meer dan één website pagina van uw oeuvre heb trachten te ontkrachten. U zou het anders willen, maar u denkt gescheiden Cartesiaans en dat is uw goed recht. Sinds men niet meer in God gelooft is men bereid in letterlijk alles te geloven, maar als wij over onze essentiële vragen schrijven, dan betekent dit op zich reeds dat wij beperkt en onnozel zijn. Tenminste ik, maar waarom doet u zich voor alsof ook u niet onnozel en beperkt zou zijn?

En zie, mijn vriend, voor een vriend van Tao komt het erop aan om “Goddelijke” (hemelse) en intellectuele inzichten samen met rationele kennis te completeren. Dat wil zeggen dat geloven en weten geen tegenstellingen hoeven te zijn, maar zij zijn wel mekaars complementaire tegendelen. Tenminste, dat zouden zij kunnen zijn.

Mijn vriend, dat wil zeggen dat wij transcendente functies als geloven en weten die ikzelf “onze hemelse zolders van hoogmoed” noem, kunnen completeren met onze (aardse) kelders van onnozelheid (onze immanente functie) Zolders van hoogmoed en kelders van onnozelheid.

U veracht bovendien mensen en niet hun ideeën. U bent gevaarlijk. U hebt een roeping tot zeveraar en een missie tot woordkakker. Dit alles vergeef ik u, doe dus rustig verder en laten wij mekaar voortaan bekampen met rationele argumenten en elkaar vergeven op niet rationele gronden maar ik eis dan wel dat u met mij op mijn open blog nota bene in discussie gaat zoals u dat vroeg.   

 

 

Auteur: Walter Marsoul



Geef hier uw reactie door
Uw naam *
Uw e-mail *
URL
Titel *
Reactie *
  Persoonlijke gegevens onthouden?
(* = verplicht!)
Reacties op bericht (1)

19-04-2010
OVER GOED EN KWAAD. (WEBSITE JAN VIS NEDERLAND)
Goedemiddag Waar vind ik het artikel: OVER GOED EN KWAAD. Hartelijke groeten, Rob van Es

19-04-2010 om 17:04 geschreven door Rob van Es




Inhoud blog
  • EENHEID VERSUS DUALITEIT.
  • OVER GOED EN KWAAD. (WEBSITE JAN VIS NEDERLAND)
  • DE KRACHT VAN DE BRON.
    Gastenboek

    reakties welkom


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!