Mensen met een minimum aan kleding proberen op het droge te komen.
alleen maar water en nog eens water
Nu staat die boerderij er nog, maar straks is deze ingestort en verdwenen..
Waar sliepen wij ?
Als wij door het donker niet meer konden werken zochten wij een onderkomen om te rusten en te slapen, van het leger was niets te bekennen! We hadden nog geen eten gezien en op droge kleren rekende we helemaal niet. Je was door en door koud. We hadden net een gezin uit hun huis gehaald en met de boot naar de dijk gebracht vanwaar zij met vrachtwagens weggebracht werden, de dijk stond helemaal vol en het schoot maar niet op. Naderhand werden deze mensen met binnenvaartboten naar Rotterdam gebracht.
Het was in Oosterland waar wij net een gezin naar de dijk hadden gebracht. Het was een stevig huis waar wij ze uitgehaald haden. We zijn dit huis in gegaan en hebben daar gerust en geslapen. Het idiote was natuurlijk dat de bewoners op de dijk stonden en wij in hun bed kropen, de bedden waren nog warm. Gelukkig wisten zij dat niet, maar ja, het is gebeurd en ik kan er na 60 jaar ook niets meer aan veranderen.
Je vraag je wel af of er mensen zijn die dit willen geloven ? Daarom heb ik eigenlijk nooit over de watersnood gesproken. Het was tè erg !! het was krankzinnig.
We kregen ook nog een boot met een buitenboordmotor ! Maar dan moets-ie wel nog doen !!
Dit moet ik nog even kwijt !!
Toen de watersnood voorbij was, en alles weer een beetje normaal was, konden wij weer een weekendje naar huis. Ik probeerde dit liftend te doen want de rijksweg naar Breda lag bij ons voor de kazerne. vandaar weer naar Rotterdam.
De auto's met het kenteken K. reden allemaal door, er was er geen een die stopte! Ik dacht; 'lekkere mensen, daar heb je je rot voor gewerkt en je leven voor gewaagd, ze zijn nu nog te beroerd om je mee te nemen.
Ik begreep dit nog beter toen we 50 jaar later bij de herdenking met touringcars naar de overstroomde gebieden werden gebracht. Ik zat uiteraard in de bus die naar nieuw-Vossemeer reed. Onderweg zei de reisleider tegen ons dat wij niet moesten verwachten dat het publiek ons stonden op te wachten. "jullie moeten je voorbereiden dat er niemand op straat staat." De huidige bewoners hebben met de watersnood niets van doen.!!! Er werd in de bus druk gepraat over onze ervaringen met die Zeeuwen. De conclusie was dat : als je niet greformeerd was wilde men niets met je te maken hebben"Nou het klopte helemaal... toen wij Nieuw- Voddemeer binnenreden zag ik èèn mevrouw de was op hangen... Ik schatte haar een jaar of dertig. Die had die hele watersnood niet meegemaakt. Maar misschien hebben wij wel familie of zo van haar gered!! Ze vloog naar binnen en maakt zich hiermee volkomen belachelijk. Zeeuwen.... ik heb er mijn broek van vol !
Als commando ingezet als hulpverlener in de watersnood
18-10-2010
ramp op 31 januari 1953
Het is nu ruim 50 jaar geleden de grote delen van Zeeland door het water werd overspoeld. De dijken bleken niet bestand tegen een zeldzame combinatie van hoog water en een westerstorm . Mensen verdronken en tienduizenden stuks vee gingen verloren. De watersnood zou de grootste ramp worden die Nederland na de tweede wereldoorlog getroffen heeft.
De ramp zou de aanzet worden tot het bouwen van de Deltawerken want . . . . DIT MOCHT NOOIT MEER GEBEUREN !!!! (overgenomen krantenbericht)
Ik was er bij .... op zondagmorgen 1 februari werden alle soldaten die op verlof waren via de radio gesommeerd om direct terug te keren naar hun onderdeel. Ik was, samen met een maat thuis op de Havenstraat in Rotterdam, Wij zijn direct per trein vertrokken. We moesten wel over Utrecht naar Roosendaal want de spoorlijn naar de Moerdijkbrug was al weggespoeld. Wat zou ons de komende dagen te wachten staan ??
De Zeeuwse en Zuidhollandse eilanden en een deel van Noord Brabant werden door het zeewater overspoeld. Tienduizenden hectaren stonden onder water, water dat door eb en vloed altijd heen en weer stroomde en waar iedereen die er in terecht was gekomen verdronk. Na de ramp werden er 1835 doden geteld.
Wij werden direct na aankomst op de kazerne in ploegen van zes commando's ingedeeld. Er stonden legerauto's klaar om ons naar het rampgebied te brengen. Wat stond ons te wachten ? Op een dijk vlak langs het water van de overstroming werden wij afgezet. Het was Zondagmiddag 1 februari 1953. De boten waren al gebracht en met een aanvalssloep waar wij normaal mee oefenden gingen wij naar het dorp Vossemeer. Het was koud, Het stormde heel erg en we kwamen al peddelend maar moeilijk vooruit. In de dorpstraat zijn we begonnen. Het water stond tot aan de dakgoot van de huizen. De wind gierde en de hele srtaat lag vol met rommel. Er was een verschrikkelijke herrie. Mensen schreeuwde en huilde, vee lag al verdronken op straat en bonkte tegen de huizen aan, waar moesten we beginnen? Het zou de ergste ervaring uit mijn leven worden die ik op de dag van heden nog steeds niet verwerkt heb.
Je kan het haast niet geloven. Water heeft zoveel kracht, het spoelt gewoon huizen die in de stroom staan totaal weg. Je zag af en toe huizen bewegen terwijl de bewoners er nog in zaten. In het water dreef alles uit andere kapotte huizen, een onvoorstelbare rommel waar wij tussendoor moesten varen. Gelukkig zat er een ladder tussen !! Die namen wij mee in de boot. Bij een huis dreven wij per ongeluk tegen het raam van de eerste verdieping, de ruit vloog er, compleet met sponning spontaan uit, binnen zat een oude vrouw aan tafel, zij keek niet naar ons, zij zat met een tafelkleedje in haar armen geklemd, net of ze dat mee wilde nemen. Op tafel stond een klein kistje met een sleuteltje er op, er zat geld en papieren in. Ze heeft nooit geweten dat ze door ons uit haar huisje is gehaald. Toen we na een uurtje weer langs dat huisje k wamen was het huisje weg, het stond er niet meer !!
Een man stond tegen de ruit van zijn huis te bonken. Toen hij ons zag ging het raam open en vroeg hij ons om hem e n zijn dochterje mee te nemen. Dat deden wij.. Via de ladder konden wij het dochtertje aanpakken, dit meisje bleek dood te zijn. We hebben niets gezegd, vader in de boot gezet en de dochter in zijn armen gegeven.. hij sprak troostende woorden! We zijn naar de dijk gevaren en hebben onze 'geredden' daar afgegeven.. Wij moesten gelijk weer terug.
Een grote platte boot vol met geredde mensen op weg naar de dijk voor transport. Wij hadden opdracht om het hele dorp te evacueren. Er waren geen voorzieningen meer zoals water, verlichting, kachels, eten, verzorging van ouderen enz. dus iedereen moest weg.
Wij werden door plaatselijke bekenden naar een huis gestuurd waar een oude vrouw moest wonen. We zijn daar naar toe gegaan, we gingen vanuit de boot via de voordeur naar binnen, je moest dan wel door het water want de woning stond tot aan de deurstijl onder water.
Wij vonden beneden niets, dan maar de trap op en roepen maar geen gehoor, Bij terugkomst werd ons verzekerd dat zij er in MOEST zitten. "kijk eens in de bedstee"was het advies. Wisten wij veel, wij komen uit de stad en kenden geen bedstee's. Terug in de kamer vonden we twee kastdeuren, dat was dus de bedstee wij voelde in het water en inderdaad er lag iemand in dat bed. Doordat de dekens ingestopt waren bleef zij in bed liggen en kwam zij niet boven drijven. Eigenlijk mochten wij geen dode mensen meenemen maar deze mevrouw hebben we toch maar meegenomen.. Een nare ervaring.
Op een nacht vroeg onze commandant(ook een Zeeuw) of er vrijwilligers waren die mee wilde helpen om een paard dat in de grond vast zat te gaan bevrijden. Het was stikdonker, erg koud en het stormde. Maar ja, hij was een Zeeuw en kon dit niet aanzien! We hebben hem geholpen maar vergeten doe ik het nooit. De grond onder het paard werd weg gegraven en stro er voor in de plaats gedaan. Toen wij er voldoende stro onder hadden zei hij: "nu moet-ie mee gaan helpen anders wordt het niks!" Ik heb nog nooit van me leven een paard zo op zijn donder zien krijgen als toen. Hij sloeg hem met een stuk hout met alle kracht op z'n rug en kont, en maar schreeuwen tegen dat beest. In ware doodsangst begon hij te bewegen, wij trokken aan zijn halster en..... Hij kwam vrij, hij werd gered en stond na uren werken weer op de dijk.
Het was laag water, we konden in de dorpstraat lopen , nou ja.. er was een kruidenierswinkel in die straat. We zijn via de winkelruit naar binnen gegaan en hebben alles van de bovenste planken dat, wat je kon eten meegenomen. De ronde schaal met eieren die er stond hebben we afgegeven in de kroeg van de straat die zat tjokvol met mensen... allemaal zonder eten.
Twee weken gewerkt in het gebied van de watersnood. In Steenbergen kwamen er amphibievaartuigen met Duitse soldaten aan. Samen met ons moesten zij de polder in om te controleren of er nog mensen in de polder waren. Het werd niks.. Ze durfden amber te bewegen, als de dood zijn ze van water. Door de bureaucratie duurde het veel te lang voor wij dit opgelost hadden. Uiteindelijk.. de Duitsers naar huis en wij met de ducks de polder in. Dat ging heel wat vlugger. We hebben toen geslapen in het ruim van een binnenvaartschip. Daar lag een hele lading beschuit in een ook dozen met boter. De volgende morgen kwam het leger met een warme prak. Niemand had een bord of bestek biij zich. ik heb toen met mijn vingers en uit mijn groene baret gegeten, tja je moet wat!!
Na de verschrikkeleijke watersnoodramp die zuid-west Nederland in 1953 trof, bent u te hulp geschoten. Alleen of met anderen, impulsief of op verzoek. Fysiek of met geld en middelen. Mede aan u is het te danken dat mensen gered konden worden. Dat dijkgaten gedicht konden worden. Dat inwoners van de getroffen gbieden op verhaal konden komen in gastvrije gezinnen. Dat mensen na enige tijd terug konden keren naar hun herbouwde of schoongemaakte huizen. En dat het leven in zuid-west Nederland weer hervat kon worden.
De watersnoodramp is niet vergeten. Iedereen die dit heeft meegemaakt, herinnert zich lenvendig de verschrikkingen. Maar iedereen herinnert zich ook de hartverwarmde hulp, steun en inzet van u en vele anderen om die verschrikkingen te verzachten.
Op 1 februari jongstleden is de watersnoodramp voor de vijftigste maal herdacht. Dat gebeurde tijdens de Nationale Herdenking in Oude Tonge. In aanwezigheid van Hare Majesteit de Koningin. In 1953 telde het Nederlanse Rode Kruis 1835 slachtoffers. Ook later zijn er nog mensen bezweken aan de gevolgen van de ramp. Onder de slachtoffers waren ook hulpverleners die zijn verdronken of verongelukt.
Vijdtig jaar is een lange tijd. Vele hulpverleners van toen zijn niet meer omder ons. Op 18 september 2003 zijn deze helpers herdacht tijdens een bijeenkomst in Tholen, waarbij door de commissaris van de koningin van de provincie Zeeland, de heer W.T. van Gelder, diepgevoelde dank is uitgesproken voor de hulp die destijds is gegeven.
Namens het Nederlandse volk wil ik ook u bedanken voor uw inzet. Die inzet was van grote waarde. Om uitdrukking te geven aan deze dank, ontvangt u hierbij een klein symbolisch geschenk. U kunt het dragen om aan te geven, dat u een van degenen bent die vijftig jaar geleden in actie kwamen om mensen in grote nood te helpen. Daarnaast treft u het boekje Getroffen in woord en beeld aan, dat is gebaseerd op het dagboek en de pentekeningen van de inmiddels overleden kunstenaar en hulpverlener Pieter Kooistra
Het ga u goed. Met de meeste hoogachting: Jan Peter Balkeneinde, Minister-President.
( gekregen ): Waternoodster, "De Baton" , deze heeft model gestaan die hoort bij de watersnoodmedaille die is ingesteld door Koning Willem III in 1885 en is verleend bij de watersnoden van 1855, 1861, 1915 en 1926
We varen .. mar waar naar toe? ik weet het niet meer, het is lang gleden!
We moesten ook een nacht helpen met het dicht maken van een dijk, hard gewerkt met het sjouwen van zandzakken, maar bij de vloed spoelde alles de polder weer in .
haal op.. gelijk, haal op .. gelijk, zo hadden wij dat geleerd en nu kwam dat goed van pas .
God en de watersnood..
Wij kwamen bij een huis dat al op en neer ging op de kracht van de golven. Wij zette de ladder tegen de muur en zo kwamen wij voor het raam van de eerste verdieping. Binnen zat een gezin met vier kinderen. De vader deed het raam open. Ik zei dat zij op last van de burgermeester mee moesten naar een veilige plek. Nee, antwoordde hij, dat doen wij niet, dit is een straf van God.. dat moeten allen ondergaan het is zijn wil . . . ik ben met een maat naar binnen gegaan en hebben de kinderen beetgepakt en door het raam aan de maten in de boot gegeven. We waren boos!! De vader zei alleen maar psalmen op. hij reageerde nergens meer op, ik denk ook niet dat hij wist dat wij er waren, hij was apatisch! toen het hele gezin in de boot zat brachten wij ze naar een kerk in het dorp die hoger lag en droog was. De vader reageerde dat hij hier niet in mocht omdat het geen Gereformeer-de kerk was , we hebben ze beetgepakt en uit de boot gezet en verder schrijf ik hier niets over op.
Ook ik heb een nacht meegewerkt aan het dichten van een dijk. We liepen met alle commando's in een kring, eerst langs de vrachtwagen daar kreeg je een zak met zand op je rug en dan doorlopen naar het gat in de dijk. Het moest tijdens stilstaand water gebeuren maar toen het water opkwam spoelde alle zakken zo weer de polder in . Ongelooflijk wat een kracht water heeft.
Nog een ding wil ik kwijt: Ik kreeg over de ramp in Oosterland een boekje in handen "overal waar ik keek was water om mij heen!" heet het. Het is geschreven door een inwwoonster van Oosterland. Ze was in 1953 kind. Nu, als volwassene schrijft zij op bldz.100: "geef ons heden ons dagelijks brood.. en eens in de tien jaar watersnood!" We hebben er goed aan verdiend... Ik neem dat deze persoon heel erg kwalijk, wat een mentaliteit. Hebben we daarvoor een maat zien verdrinken??
Toen ik na de watersnood voor de kazerne stond te liften om naar Rotterdam te gaan, reden alle auto's met het kenteken K (die was van Zeeland) door. Tijdens de herdenking op het eiland Tholen in 2003, 50 jaar later, was ik er ook weer bij. Met touringcars werden wij naar het gebied gebracht waar wij gewerkt hadden. De hulpverleners die in Vossemeer hadden gewerkt werden gewaarschuwd dat de inwoners van Vossemeer deze herdenking zouden negeren en allemaal binnen zouden blijven. Toen wij in het dorp aankwamen was er niemand te zien...
WIJ WAREN NIET GEREFORMEERD....... WIJ WAREN DE COMMANDO'S UIT 1953 !!!
Tot slot: dit waren zomaar een paar belevenissen die in mijn geheugen zitten. 50 jaar na de ramp heb ik op de TV zitten kijken naar de reportages en door dit op te schrijven hopelijk een beetje verwerkt, maar dat lukt nog niet erg.
VRAAG: kan het nog een keer gebeuren ? De Deltawerken zijn klaar, om of dat voldoende zal zijn ????
Watersnoodster: Onderscheiding, verleend door Jan Peter Balkenende; Minister-President van Nederland op 18 september 2003 bij gelegenheid van de vijftig jarige herdenking van de watersnoodramp in Zeeland. Deze onderscheiding is ingesteld door Koning Willem III in 1855 en is verleend bij watersnoodrampen in: 1855, 1861, 1916 en 1926.
Over mijzelf
Ik ben Theo
Ik ben een man en woon in moordrecht (nederland) en mijn beroep is gepensioeneerd.
Ik ben geboren op 14/11/1932 en ben nu dus 92 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: compuer (blogs), fotograveren, Scrabben , Geschiedenis, archiveren, molens maken.
Ik ben thans 78 jaar,, dat merk ik dagelijks want oud worden is fijn... oud zijn is moeilijker. Wat je inlevert krijg je nooit meer terug. Daar moet je wel mee leren leven. maar ik hoop toch dat ik de 80 zal halen, moet kunnen hè... Theo
Nog een story..
Ik kreeg van de brandweermeester van Vossemeer een boekje toegestuurd omdat ik bij een herdenking bericht had dat ik niet zou komen. Ik kon dat toen nog niet aan. Het boekje hete "Er was niets dan water om mij heen!" Toen ik het zat te lezen las ik tot mijn stomme verbazing op bldz. 100: Heer, geef ons heden ons dagelijks brood... en een keer in de tien jaar watersnood, we hebben er goed aan verdiend!!. De schrijfster had belangen of was mede-eigenares van een woninginrichtingszaak, tja, die zal wel aan iedereen toen geleverd hebben. Het rampenfonds betaalde alles wel !! Wie snapt dat zo iemand dat zonder wroeging kan schrijven moet maar in mijn gastenboek in dit blog reageren. Ik ben blij dat ik anders in elkaar zit. Maar of hier 'zegen'op zal rusten betwijfel ik.
Als u aan mijn woorden twijfelt, roept u maar.... iedereen kan van mij een fotokopie van bldz. 100 krijgen.
Foto hierboven is van Koning Willem III, Deze koning heeft "de gouden ster" ingesteld voor mensen die zich tijdens watersnoden in het verleden (zie tekst boven) hebben ingezet. Bij de vijftigjarige herenking van de watersnaao van 1953 kreeg ik deze onderscheiding van de president der Nederlanden: Jan Peter Balkenende.