Reisverslagen

24-10-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Antalya Turkije 2006

ANTALYA - TURKIJE

17 – 24 OKTOBER 2006

-----------------------------------

Waarschijnlijk werd dit het laatste bezoek aan Antalya omdat we ook nog andere horizonten willen verkennen. Maar zoals het spreekwoord zegt: “Zeg nooit nooit”.

Zo eindigde mijn reisverslag over onze 3de reis naar Antalya, van 15 tot 26 april 2005. De aantrekkingskracht van het hotel Alp Pasa in de oude stadswijk Kaleici van Antalya is dermate groot dat we al vrij vlug besloten hebben nog maar eens de warme zon van Turkije op te zoeken.

Op 28 augustus 2006, in de namiddag, ontplofte een bom in de buurt van de Ataturklaan in Antalya. Met drie doden en een aantal gewonden voor gevolg. Daarvoor waren ook Istambul en Marmaris het doelwit van een bomaanslag. Duidelijk was dat de Koerdische PKK, de voor Turkije zo belangrijke toeristische industrie, een zware slag wou toebrengen. Uit ter plaatse ingewonnen informatie blijkt dat de toeristische sector slechts een korte tijd na de feiten een terugloop kende. Al vlug herstelde de situatie zich, net zoals nadat bekend werd dat er zich enkele gevallen van vogelpest in Turkije hadden voorgedaan.

Dinsdag 17 oktober 2006

02.30 u: we worden spontaan wakker, in feite veel te vroeg, dus kunnen we het wat langzaam aan doen. Gisterenavond zijn we reeds om 20 u gaan slapen zodat we nu goed uitgerust zijn.

03.45 u: Kristof en Joke komen ons ophalen om ons naar Zaventem te brengen.

Ca 04.40 u komen we aan in de vertrekhal van de luchthaven. We halen aan de Jetairbalie de traditionele tas op en daar vernemen we tevens dat we over een tiental minuten kunnen inchecken aan balie 9.10. Net nog tijd voor een sanitair bezoek. We krijgen op rij 24 de zetels D en E toegewezen. Eens in het vliegtuig zal blijken dat het de enige twee zetels zijn op de rij omdat die ter hoogte van de nooddeuren staan. Naast zetel E is er evenwel nog een speciale zetel (welke omgekeerd staat) dat door het cabinepersoneel gebruikt tijdens het opstijgen en landen. Het vliegtuig waarmee we zullen reizen is een airbus type 321 en heeft 2 x 3 zetels per rij. Er zullen 216 personen aan boord zijn en 7 bemanningsleden. De “gate” waar we moeten inschepen is B 15 en is dus vrij dicht bij de ingang gelegen. Vooraleer we de diverse controles passeren drinken en eten we nog een kleinigheid. Na de pascontrole passeren we de veiligheidscontrole. Dit keer zonder veel gepiep omdat ik vooraf mijn zakken heb leeg gemaakt en alles in de handbagage gestopt heb. Gate B 15 bereiken we na slechts een 5-tal minuten stappen. Na nog even wachten kunnen we om 6.30 u stipt in het vliegtuig stappen. Zoals voorzien zet het toestel zich in beweging om 7.05 u. Buiten is het nog donker. Het is fris weer maar droog. Veel van het buitengebeuren kunnen we niet zien omdat er in onze buurt slechts een piepklein rond raampje is. Volgens de kapitein zal de vlucht 3 u en 25 minuten duren.

Stipt om 11.30 u, lokale tijd (Europese tijd + 1 u), landen we op de luchthaven van Antalya maar het duurt nog zeker 10 minuten vooraleer het vliegtuig tot stilstand komt aan een “gate”. Eens uitgestapt is het nog even wachten op de valiezen. Een visum, dat we zelf moeten invullen, kost ons € 10 per persoon. Vervolgens passeren we de pascontrole en wordt het visum afgestempeld.

Eens buiten het luchthavengebouw vinden we tussen de talrijke standjes van de reisorganisatoren dat van Jetair. Daar verwijst men ons naar een klein busje dat het nummer 6 draagt achter de voorruit. Eens in het busje gestapt krijgen we een omslag met wat informatie in. Een 10-tal personen vullen het busje dat naar de oude wijk van Antalya Kaleici rijdt. Eens we aan de rand van de wijk zijn krijg ik de indruk dat de bestuurder wel wat omrijdt, tot ik later bemerk dat de meeste straten afgesloten zijn doormiddel van paaltjes die in het wegdek kunnen wegzinken. Waarschijnlijk is het de bedoeling om op die manier het verkeer uit de smalle straatjes weg te houden.

De eerste reizigers die ter plaatse zijn logeren in het hotel Talya. Buiten is het ongeveer 20 graden maar het voelt zwoel aan door de hoge luchtvochtigheid. In de buurt van ons hotel (Alp Pasa) moeten we nog een klein eindje straat te voet afleggen omdat het busje niet tot aan de ingang kan rijden wegens de paaltjes. Op de binnenkoer ontmoeten we een kelner die hier vorig jaar ook reeds werkte en die ons onmiddellijk herkende en begroette. Van hem vernemen we dat zijn collega Musti er ook nog werkt. We zullen hem in de loop van de namiddag terugzien. Door een sjouwer worden de koffers naar de eerste verdieping gebracht. Bij onze boeking hadden we er de voorkeur aan gegeven kamer Sinan Pasa te krijgen, zijnde de kamer die we in 2003 hadden. Vorig jaar hadden we de kamer er juist boven die net hetzelfde van inrichting is maar om wat minder trappen te moeten doen gaven we de voorkeur aan de kamer op de eerste verdieping.

Eens op de kamer schikken we de bagage in de kasten. Na een bord spagetti naar binnen gewerkt te hebben vangen we een uiltje.

Omstreeks 15.30 u gaan we naar de markt om enkele kleinigheden (fruit) te kopen en wisselen we in een wisselkantoor wat euro’s om in YTL (Yeni Turkish Lira = nieuwe Turkse lira). Sinds nieuwjaar 2006 is de oude munt niet meer gangbaar. Het is nog altijd beter te betalen in Lira’s omdat men anders voor het gemak als koers hanteert: 1 Euro voor 2 Turkse Lira’s, daar waar de officiële koers 1,84 YTL voor € 1 is. We moeten wel wat zoeken om ons geld gewisseld te krijgen want in de post en enkele banken waar ik navraag deed willen ze niet wisselen. In het hotel geld omwisselen is af te raden wegens de koers die ze daar hanteren en die waarschijnlijk nog dateert van jaren geleden. Uiteindelijk kan ik in een wisselkantoor terecht.

Na alles naar onze kamer te hebben gebracht en de waardevolle zaken in de kluis, die we huren, te hebben gestopt willen we een bezoek brengen aan Adamo, de uitbater van een terras aan de oude stadstoren boven de haven. Ondertussen is het beginnen regenen en gaat het van enkele druppels naar een gietende regen. We stellen vast dat een van onze plooibare paraplu’s kapot is. In een winkeltje op 100 meter van het hotel kopen we een nieuwe, na het gebruikelijk afbieden, voor € 2,5. Eens aan de uitbating van Adamo gekomen worden we zoals gebruikelijk naar binnen gelokt. Dit is echter niet moeilijk daar we toch van plan waren hier iets te drinken. We bestellen een groot glas vers geperst sinaasappelsap (3 ytl of € 1,5). We vragen tevens naar Adamo maar die is op dat ogenblik naar de tandarts. We wachten een tijd lang op hem en wanneer we er aan denken om op te stappen komt hij het hoekje om gestapt. Hij herkent ons onmiddellijk en wanneer we vertrekken beloven we hem regelmatig te komen opzoeken. Nog goed dat er een zeil gespannen is over het terras, dat normaal dient om wat schaduw te geven, anders zouden we kletsnat geweest zijn. Onder de gietende regen keren we terug naar het hotel om er een verfrissend bad te nemen.

Om 19.30 u gaan we avondmalen. Wegens de weersomstandigheden, het blijft maar regenen, wordt er binnen gegeten. Alles is in buffertvorm: de voorgerechten, de warme gerechten en de nagerechten. Ik had me voorgenomen eens te tellen hoeveel verschillende gerechten er aangeboden worden maar dit is een onmogelijke zaak wegens de grote verscheidenheid.

Om 21 u gaan we slapen. Het vroeg opstaan en de reis eisen hun tol. Om 2 u begint het te donderen en bliksemen, gepaard gaande met felle regenvlagen. De regen en het onweer zullen aanhouden tot in de nacht van woensdag op donderdag.

Woendag 18 oktober 2006

07.15 u: opstaan.

08.45 u: ontbijt.

Daar het nog steeds onophoudelijk regent komen de meeste hotelgasten laat ontbijten. Zonder kletsnat te worden kan men toch niet buiten. Wanneer we na het ontbijt, waarvoor we alle tijd nemen, terug op de kamer komen is deze reeds gepoetst. De verrassing is dat er met de twee grote en twee kleine handdoeken op het bed figuren zijn gemaakt in de vorm van een groot en een klein hart. Tijdens onze reis in 2003 had de vrouw van “Petoeke” ons van dergelijke figuren op het bed verteld. We hadden het toen niet geloofd omdat dit ons niet overkwam en omdat we sceptisch stonden over hetgeen ze zoal vertelde. Iedere dag dat we hier verblijven zullen we een andere figuur op het bed aantreffen.

Voor de rest van de voormiddag, tot 12.30 u, blijven we op de kamer. Het enige wat we kunnen doen is betere tijden afwachten. Onze vrees is groot dat dit weer langer dan één dag zal duren. We besluiten dan maar naar een Turks bad te gaan. Door de wirwar van kleine straatjes van Kaleici en het slechte weer vinden we het Turks bad, waar we vorig jaar waren, niet onmiddellijk terug. Wanneer ik navraag doe stuurt de man me naar een ander Turks bad. Uiteindelijk komen we terecht in het straatje Barbaros Mah. Kocatepe Sokis en in het nr. 32 vinden we het Turks bad SEFA HAMAMI. Reeds in 1450 was er sprake van dit badhuis. Volgens de Osmaanse archieven werd het toen gerestaureerd. Het heeft kenmerken van de Selschoeksche architectuur in zich en in de fundering zijn Romeinse archtectuurelementen aanwezig. In de jaren tachtig van de vorige eeuw (20ste eeuw) werd het badhuis gerestaureerd.

Het bestaat uit:

-een Apoditeryum (een kleedkamer)

-een Frigitaryum (een koude ruimte)

-een Tpitaryum (een droge halfwarme ruimte)

-een Kaldaryum (een vochtige ruimte)

-een sudatoryum (een stoombad)

-en een proeforriium (een warme ruimte)

Volgende prijzen worden er nu gehanteerd:

-voor het bad: 10 YTL

-voor de peeling: 5 YTL

-voor de zeepmassage: 6 YTL

-voor een oliemassage; 10 YTL

-voor alles samen: 30 YTL (of € 18)

Het enige verschil dat er is tussen dit bad en het andere waar we vroeger naar toe gingen is dat de oliemassage als laatste gegeven wordt. Dit is echter logischer want anders wordt de olie weggewassen door de zeepmassage.

Het valt ons op hoe netjes het hier is (het andere bad van vorig jaar was wel iets minder proper). In een gezamenlijk kleedhokje kunnen we ons omkleden. Op de deur van het hokje steekt een sleutel aan een rubberen ring die we aan onze pols kunnen hangen. Om 15 uur verlaten we de hamam. Het gehele bad nam twee uur in beslag (voor twee personen).

Op de terugweg naar het hotel kopen we bij een bakker enkele koeken die we onder de luifel van de bakkerswinkel opeten. Door de aanhoudende regen en de minder goede afwatering van de straten worden onze kleren vochtig en onze schoenen nat. Naast ons, onder de luifel, staat nog een koppel Vlamingen en een koppel Duitsers die iets naar binnen werken.

Voor de rest van de namiddag blijven we op de kamer tot 18 u. Om de tijd te doden gaan we in het restaurant iets drinken. Naast ons zit een koppel Nederlanders (die samen met ons arriveerden ) en aan een andere tafel drie Vlaamse vrouwen. Ook zij zitten zich te vervelen en beter weer af te wachten.

19.30 u: avondmaal

Om 21.15 u gaan we slapen. Buiten striemt de regen ongenadig verder, nu en dan begeleid van donder en bliksem. Aangezien de overloop van de trap naar de kamers niet afgesloten is kan de regen deels op de houten plankenvloer vallen. Het personeel moet regelmatig het water verwijderen met een trekker.

Om 2 u wordt ik wakker. Ik gluur even door een spleet van het gordijn en bemerkt tot mijn grote vreugde dat het opgehouden heeft met regenen en dat het gesloten wolkendek nu openingen vertoond waarin hier en daar een ster schittert.

Donderdag 19 oktober 2006

05.40 u: vanop de omliggende minaretten schalt uit de luidsprekers het eerste oproep van de dag voor het gebed. Het is nog steeds opgehouden met regenen. Wanneer ik om 7.15 u opsta zie in de verte zelf een flard zon door de wolken piepen.

Om 08.00u gaan we ontbijten. We doen het rustig aan. De hostess van Jetair is een half uur te laat op de afspraak. Ze had ons gisteren gebeld met de mededeling dat de afspraak van gisteren naar vandaag wordt verschoven. Ze is niet al te vriendelijk en het is haar aan te zien dat ze tot laat in de nacht op de luchthaven had gestaan om aankomende reizigers op te vangen. Veel van haar kunnen we niet leren. Het is ten slotte reeds ons 4de bezoek aan Antalya en dit hotel. Wel vernemen we terloops dat zondagavond de ramadan eindigt en op maandag het driedaagse seker bayram (suikerfeest) begint. Gedurende het suikerfeest zijn heel wat winkels gesloten. Het is zo een beetje zoals het kerstfeest bij ons. Ook het suikerfeest wordt meestal in familiekring gevierd.

Het enige interessepunt dat we vanuit Antalya nog niet aangedaan hebben zijn de opgravingen van Sagalassos Deze worden uitgevoerd door archeologen van de Leuvense universiteit. De enige dag dat er een excursie naar daar gaat is op dinsdag. Maar dinsdag vertrekken we terug naar huis. De hostess zegt nogal op een norse toon dat ze niet weet of de site op dit moment van het jaar nog toegankelijk is.

Na de ontmoeting met de hostess wandelen we tot aan de oude stadstoren boven de baai van Antalya. Onderweg informeer ik me over een taxirit naar Sagalassos. Die zou (zonder bieden) € 150 kosten. Daar het weinig waarschijnlijk is dat we de trip zullen ondernemen laat ik het afbieden achterwege. In de loop van de namiddag informeer ik me bij nog andere taxichauffeurs maar die kennen de site van Sagalassos niet en hebben alle moeite het terug te vinden op hun primitief kaartje. Als ik zeg dat de afstand naar daar 100 km is dan krijg ik als prijs € 100 te horen. Maar ik betwijfel of we voor die prijs daar zouden geraken.

Aan de oude toren vinden we Adamo en drinken op zijn terras elk een appelthee. Wanneer we vetrekken, en willen betalen, zegt hij dat het een rondje op de kosten van het huis is. Ondertussen is het weer prachtig geworden, hier en daar wat witte wolken met veel zon ertussen. De temperatuur stijgt op het middaguur snel naar 25 graden.

Na afscheid genomen te hebben van Adamo zakken we af naar beneden, naar het haventje van Antalya. Een van de eerste boten die we tegenkomen zal binnen enkele minuten vertrekken voor een tochtje van 45 minuten langsheen de kust. Dit kost ons € 5 per persoon. We varen mee. Eens we terug zijn zoeken we een boot die over enkele dagen, bij goed weer, naar het Ratteneiland wil varen. De eerste de beste boot waar we ons informeren is van de man waarmee we in 2005 naar de lagere Dudenwaterval, die uitstort in zee, gevaren hebben. Ik herken hem nog van toen en ik herinner mij dat hij mij toen vertelde dat hij nog een ‘lief’ had gehad in Eeklo. We spreken een bedrag af van € 30 voor ons beiden, lunch inbegrepen. We betalen € 10 voorschot, de vis voor het middagmaal moet de schipper ten slotte ook op voorhand betalen.

Op een terras aan de haven eten we een licht middagmaal (Lea: soep met brood en ik: een spagetti bolognese).

Om 14.30 u zijn we terug op de kamer om een middagdutje te doen. Om 15.30 u vertrekken we dan naar de winkelstraten en de overdekte markt. Lea is op zoek naar kleren als geschenk voor Marijke en William. Na een aantal standen op de markt te hebben afgelopen en de nationale sport van het afbieden beoefend te hebben, keren we terug naar het hotel met vijf kledingstukken. In de buurt van de ingang van het hotel zit er een schoenpoetser. Die vraagt mij of ik geen 10 stukken van een Euro kan omwisselen voor een biljet van 10 Euro. Dit is niet zo verwonderlijk want met biljetten kunnen ze terecht in de banken, met muntstukken niet. Ik tel even na en op het eerste zicht lijkt me alles in orde te zijn. We krijgen elk zelfs een klein speldje met een geluksoog opgespeld. Eens in het hotel kijk ik nog eens na en bemerk ik dat een van de muntstukken geen Euro is maar een Turkse Lyra, die maar de helft waard is, maar zeer goed lijkt op een Euro en even groot is. Ik keer terug bij de man die ondertussen stilaan zijn activiteiten aan het stopzetten is. Zonder veel problemen past hij mij het tekort bij. Was hier opzet in het spel?

Op de tweede verdieping van de achterbouw van het hotel was er tot vorig jaar een half open zitruimte. Een deel van de zitbank werd weggenomen en er werd een doorgang gemaakt naar een achterliggend zonneterras. Hier genieten we van een prachtige zonsondergang.

19.30 u: avondmaal. Na het ondergaan van de zon is het nog iets te fris om buiten te eten. Dus eten we in het restaurant. Wanneer het goed weer is staan alle gerechten buiten opgesteld onder een vooruitspringend deel van het gebouw. Enkel het nagerechten buffet staat binnen opgesteld.

Na het avondmaal wandelen we tot aan de oude stadstoren om op het terras van Adamo iets te drinken. Daar de terrasjes er op dit uur (20.45 u) wat leeg bijliggen kan Adamo tijd maken om met ons te praten. We vragen hem of de bomaanslag van enkele maanden geleden een weerslag had op het toerisme. Hij zegt dat kort na de aanslag er een tijdelijke inzinking heeft geweest maar dat de toeristische industrie zich vrij vlug herstelde. Het zelfde gebeurde toen bekend werd dat er zich gevallen van de vogelpest hadden voorgedaan in Turkije. De dag na de bomaanslag zorgde de overheid er voor dat de schade onmiddellijk hersteld werd. Wij hebben geen enkel spoor van schade kunnen terugvinden. De bom ontplofte op amper 150 meter in vogelvlucht van het hotel Alp Pasa.

Rond 21.30 u betalen we de rekening en gaan we slapen. Omstreeks 2 u in de nacht worden we wakker van een drietal luidruchtige vrouwenstemmen.

De ganse dag scheen de zon met hier en daar wat bewolking.

Vrijdag 20 oktober 2006

Wanneer de muezzins om 05.40 u kunnen kelen schrapen om de oproep tot het eerste gebed van de dag te doen, ben ik reeds klaar wakker. Ik doe nog een poging tot 07.15 u. Terwijl Lea nog bezig is in de badkamer neem ik een kijkje op het zonneterras een verdieping hoger. Ik geniet met volle teugen van een prachtige zonsopgang.

Het ontbijt gebruiken we buiten daar het juist warm genoeg is. Zoals gewoonlijk nemen we er onze tijd voor. Het is al 09.30 u als we terug naar onze kamer gaan om daarna te vertrekken naar de halte van de dolmus in de buurt van de building “Antalya 2000”. Deze staat aan de overzijde van de Hadrianuspoort aan de Ataturklaan. We zijn van plan nog eens het autobusstation (“autobus terminale” of “otogar”) te bezoeken dat gelegen is buiten het centrum van de stad. Van daar vertrekken in alle windrichting de bussen met verre bestemmingen over gans Turkije. Eigenlijk is het ons om de dolmusrit te doen. In 2003 deden we deze rit ook en in het terugkeren reden we door de wijken met krotwoningen. Wij willen eens zien of deze armenwijken nog bestaan. We betalen voor de rit 1 YTL (= 0,50 Eurocent) per persoon. Daarvoor kan je het niet laten. De rit naar het busstation is niet zo boeiend want we rijden door het stadscentrum met zijn tientallen appartementsgebouwen. Net zoals de vorige keer werden we bij het betreden van het gebouw door een veiligheidsagent elektronisch afgetast. Na even het gebouw en de er heersende drukte bekeken te hebben, tientallen busmaatschappijen hebben hier hun bureau en loket, nemen we de dolmus om terug te keren aan de halteplaats waar we uitgestapt zijn (aan de grote weg op ca 150 meter van het busstation). De meeste dolmussen zijn van het merk (Magirus?) Deutz. De terugweg loopt krisras door de achterbuurten van de stad. De vervallen huizen zijn meestal zeer eenvoudig opgetrokken of gemetst. De wegen die door die wijken lopen zijn zeer gebrekkig en de chauffeur moet tussen de putten door laveren. Rond 11.45 u stappen we uit aan de Ataturklaan.

De middaguren brengen we door op de binnenkoer aan het zwembad. Het is hier heerlijk rustig. Iedereen is blijkbaar op wandeling of excursie.

Omstreeks 14 u vetrekken we naar de Duddenwatervallen. De halteplaats van de dolmus bevindt zich niet al te ver van het begin van de Ataturklaan. Eerst stonden we aan de verkeerde halte maar daar we geen bussen zagen voorbijrijden met o.a. op het bord achter hun voorruit met de bestemming “D. selalesi” (=Dudenwaterval) valt onze “euro” en herinneren we ons dat we even de hoek moeten omlopen en een huizenblok verder. Ik vraag voor alle zekerheid aan een van de wachtende of we hier goed staan voor de watervallen. Hij zegt van ja maar dat we nog even moeten wachten. Enkele ogenblikken later geeft hij ons een seintje dat de dolmus in aantocht is. De rit naar de watervallen loopt door het centrum van de stad. Op dit uur is het zeer druk en vorderen we slechts langzaam. Het is vrijdag en winkeldag. Daar maandag het “seker bayram”, het suikerfeest, begint, is het extradruk want iedereen is op jacht naar cadeautjes die aan de familieleden gegeven worden ter gelegenheid van dit feest. De terminus van de dolmuslijn ligt nabij de ingang van de Dudenwaterval. Zoals gebruikelijk betaalden we 1 YTL per persoon voor de rit. De toegang tot de watervallen kost ons 3 YTL voor ons beiden. We bezoeken de site en nemen wat foto’s. Op een terras nabij de uitgang drinken we een appelthee en proeven we van een zoete Turkse snoep. In dit laatste zijn de Turken zeer bedreven.

Wanneer we aan de halte komen voor de terugrit komt net de dolmus aangereden. De terugrit naar Kaleici gaat stukken vlotter dan de heenrit. Wel maken we ons bedenkingen over de verkeersveiligheid. Zo hielden we ons hart vast toen de chauffeur van onze dolmus flagrant door het rode licht reed en dan nog het lef had om de voetgangers die de straat dwarsten op het zebrapad (en dus groen hadden) met een brede armzwaai duidelijk maakte dat ze moesten wachten tot hij voorbij was.

Eens uitgestapt lopen we enkele winkelstraatjes door en kopen we nog een geschenkje voor Marijke. Natuurlijk gepaard gaande met het gebruikelijke afbieden.

Het avondmaal gebruiken we buiten maar plots vallen er enkele regendruppels. Iedereen verhuist naar het restaurant binnen, waarschijnlijk denkend aan het weer van afgelopen woensdag. Het loopt echter niet zo’n vaart want de grond werd amper nat. Een kwartiertje later ziet de lucht er weer nagenoeg helder uit.

Na het avondmaal gaan we zoals gewoonlijk bij Adamo eens langs. We drinken elk een glas vers geperst appelsiensap. Lea denkt nog eventjes dat het opgelengd is met water, dit wegens de blekere kleur. Maar als we een dag later op een ander terras hetzelfde bestellen ziet het appelsiensap er uit als dat bij Adamo. De kleur van het sap van appelsienen kan nu eenmaal verschillen naar gelang de plaats van herkomst.

Zaterdag 21 oktober 2006

Zoals gebruikelijk worden we even wakker om 05.40 u door het gezang van de muezzins. Ik sta op om 7.15 u. Vanaf het zonneterras is er een mooie zonsopgang te zien. De bergen van het Taurusketen schitteren in de zon. De verderop gelegen toppen zijn bedekt met verse sneeuw. Het ontbijt gebruiken we zoals gewoonlijk buiten en omdat we ook nu niet gehaast zijn nemen we er onze tijd voor. De ochtendsfeer is fantastisch en wordt benadrukt door de zon die stilaan door haar stralen de binnenkoer laat opwarmen. Ook nu is de kamer reeds gepoetst na het ontbijt en zijn onze bedden versierd met een figuur gemaakt met de verse handdoeken. Iedere dag, zolang we hier zijn, wordt er een andere figuur gemaakt. Daar de meeste winkels morgen zullen gesloten zijn wegens het einde van de ramadan gaan we nu wat fruit kopen op de markt. In het winkeltje in de buurt van het hotel kopen we wat flesjes water voor op de kamer. Het water uit de kraan is in principe niet drinkbaar maar het gebruiken om je tanden te poetsen geeft geen problemen. Voor zes halve literflesjes betalen we 2,5 YTL.

De rest van de voormiddag brengen we door op de binnenkoer, onder een azuurblauwe hemel.

Om 13 u gaan we bij Adamo elk een spagetti en een salade eten. (€ 27). Na het bescheiden middagmaal maken we een kleine wandeling via het mooie stadspark en wisselen we in een zijstraat van de Ataturklaan € 50 om in Turkse Lira.

Vanaf de middag is het behoorlijk warm (28 a 30 graden) en brengen we de rest van de namiddag door aan het zwembad op de binnenkoer. Aan Musti tonen we de foto die we vorig jaar van hem gemaakt hebben. Je kan de obers geen groter plezier doen dan hen een balpen cadeau te geven. Dit laatste hebben we onthouden van vorige keren dat we hier waren.

Voor het avondeten maken we nog een kleine wandeling doorheen de straatjes van Kaleici. We helpen een groep Engelstaligen op weg naar de Hadrianuspoort. Door de wirwar van straatjes vonden ze de juiste weg niet meer terug.

Om 19.30 u: avondmaal.

Hoe verdienen sommige mensen hier hun dagelijks brood?

Het is soms onvoorstelbaar hoe sommigen hier in de grootstad Antalya een (bescheiden) inkomen verdienen.

Zo op het eerste zicht zijn zij die werken in openbare dienst veruit in de minderheid, waarschijnlijk wegens de lage lonen maar ook omdat zij tot de laatste lira moeten aangeven bij de belastingen.

De meesten oefenen een zelfstandig beroep uit of werken in privé-loondienst.

Een greep uit de zelfstandige beroepen die we tegenkwamen, vooral in Kaleici waar heel wat toeristen voorbijstappen die afkomstig zijn uit de zwemparadijzen buiten Antalya:

-ringvormige broodjes verkopen

-allerlei noten verkopen

-huurauto’s

-taxi’s die vervoer doen naar de toeristische trekpleisters

-boottochten organiseren langsheen de kust of naar het Ratteneiland

-winkels in alle maten – van piepkleine eenmanszaakjes tot luxueuze megawinkels

-schoenpoetsers

Het meest merkwaardige was een man die rondliep met een gewone personenweegschaal. Men kon er zich op wegen tegen betaling.

Bij de schoenpoetsers heb je twee soorten:

-de occasionele wiens materiaal is opgeborgen in een zelfgemaakte houten bak. Meestal zijn dit kinderen die wat drinkgeld willen bijverdienen. De anderen zijn in feite arme bedelaars.

De professionele schoenpoetsers beschikken over een met koper beslagen materiaalbak (soms zeer mooi) voorzien van een metalen voet waarop de te poetsen geschoeide voet moet geplaatst worden. Wanneer je je schoenen door deze laatsten laat poetsen blijven die dagenlang mooi. Nadat de schoenen zijn ingesmeerd met zwart (wit of bruin) schoenvet en opgeblonken zijn wordt er nog een laagje boenwas aangebracht. Zo blinken de schoenen als een spiegel.

Zondag 22 oktober 2006

Opstaan om 7 u. Ik doe een wandelingetje tot aan de oude stadstoren en het ernaast gelegen uitzichtspunt over de baai van Antalya. Het is hier nog stil en de zonsopgang is mooi.

08.30 u: we ontbijten buiten. We kunnen alle tijd nemen want we hebben slechts een afspraak in de haven om een boottocht te maken om kwart voor elf.

Om 10.15 u vertrekken we naar de haven voor een tocht van één uur varen tot aan het Ratteneiland. In totaal zal de tocht vijf a zes uur duren. De lunch is inbegrepen. Eens aan boord moeten we nog enkele minuten wachten op de kapitein want die is de vis gaan kopen voor het middagmaal. Stipt om 11 u vertrekken we. Buiten ons zijn er nog vier Schotten aan boord en een Duits koppel. Deze laatsten zijn afkomstig uit Erfurt (midden-Duitsland). Al vlug onspint zich een gesprek met hen en voor we het goed beseffen varen we het Ratteneiland voorbij en leggen we wat verder aan. Er is gelegenheid om te zwemmen in zee. Met z’n vijven (de twee jongste Schotten, de twee Duitsers en ik) zwemmen we van de boot naar de kust. Het water zou volgens de schipper 24 a 25 graden zijn, wat nog waar blijkt te zijn. De kennismaking met het strand is wat minder plezant omdat het een keienstrand is en het lopen op de kleine keitjes met blote voeten pijnlijk is. Na even gerust te hebben keren we terug naar de boot waar inmiddels de lunch klaar is. Er is vis, spaghetti en rauwe groenten. Het water is gratis, de andere dranken moeten betaald worden. Na de zwempartij smaakt het bescheiden maal dubbel zo goed. Na de maaltijd varen we wat terug en gaan we voor anker ter hoogte van het Ratteneiland. Tegen de toppen van het nabije Taurusgebergte komen stilaan donkere wolken kleven en gaat de zon zich verschuilen. Het blijft echter droog en zacht weer. De stad Antaya zelf baadt in het zonlicht. Er is niemand die weet waarom het eiland “Ratteneiland” genoemd wordt. Tussen het groen van het onbewoonde eiland kan nog een oude versterkingsmuur ontwaard worden. Ook hier is er kans om in zee te zwemmen. Enkel de twee jonge Schotten maken hiervan gebruik. Met ons zessen die aan boord blijven praten we wat met elkaar.

Rond 15.30 u lichten we het anker en zetten koers naar Antalya. We leggen aan in de oude haven van Kaleici om 17.00 u en nemen afscheid van de andere passagiers.

De rest van de avond verloopt zoals gebruikelijk.

Met het ondergaan van de zon komt een einde aan de ramadanmaand (27 dagen).

Maandag 23 oktober 2006

Om 5.40 u worden we zoals gebruikelijk gewekt door de oproep van de muezzins. Vandaag duurt de oproep meer dan dubbel zo lang en zetten alle muezzins uit de omgeving op hetzelfde ogenblik hun beste beentje voor. Vandaag begint “seker bayram” – het suikerfeest.

Om 08.30 u gaan we ontbijten (in open lucht). Daar waar er anders een 8-tal verschillende broodsoorten en cakes voorhanden zijn is er vandaag slechts een tweetal soorten voorzien. Op het einde van het ontbijt biedt de ober ons een snoepje aan en wat reukwater om de handen te verfrissen. Beiden staan klaar op een grote metalen schotel aan de ingang van de receptie. Iedereen die binnenkomt in het hotel krijgt dezelfde versnapering. Kinderen die op straat voor het hotel spelen worden door de poortwachter bevoorraad met wat suikergoed.

Na het ontbijt loop ik naar de Hadianuspoort en de Ataturklaan. De anders zo drukke laan ligt er vreemd verlaten bij. De winkels zijn nagenoeg allemaal gesloten. Op het einde van de laan vind ik een krantenkiosk waar enkel Turkse kranten te krijgen zijn. De rest van de dag brengen we hoofdzakelijk door op de binnenkoer.

Om 12.45 u maken we een korte wandeling doorheen het park. Een deel ervan is ingenomen door kraampjes die de vorm hebben van kleine houten huisjes. Op de Ataturklaan is er een McDonaldsrestaurant waar we een hamburger eten.

Rond 16 u gaan we afscheid nemen van Adamo die de hoop uitdrukt ons nog eens te mogen verwelkomen.

Een uur later zijn we terug in het hotel en wordt het tijd dat we de valiezen klaar maken.

Om 19.30 u gebruiken we voor de laatste keer het avondmaal in open lucht. Na de twee ons best gekende obers wat drinkgeld te hebben toegestopt en van hen afscheid te hebben genomen ga ik de rekening (de dranken, een spaghettimaaltijd en de huur van de kluis) betalen (met visakaart) in de receptie.

Op de kamer bel ik naar de receptionist met de vraag ons om 03.30 u te wekken.

Daar het morgen vroeg op te staan is gaan we om 20.45 u slapen.

Dinsdag 24 oktober 2006

Ik word spontaan wakker om half drie en blijf nog even liggen tot drie uur. Overslapen kon moeilijk want ik had niet minder dan drie wekkers: 1. de receptie, 2. een reiswekkertje, 3. mijn GSM. Daar we nog voldoende tijd hebben neem ik nog een bad en maak dan Lea wakker op het voorziene uur. Terwijl Lea een bad neemt breng ik de twee valiezen naar beneden aan de receptie. In de receptie zit de nachtportier en aan een tafel, in het half duister, een bejaarde Turkse hotelgast. De man, die ik gisteren reeds in het hotel opmerkte, begint een kort gesprek. Hij verblijft in een van de standaardkamertjes (die vrij klein zijn) en heeft last van astma en slapeloosheid. Hij zegt afkomstig te zijn van Marmaris en was hier reeds een 4-tal keer te gast in dit hotel. Hij drukt zich uit in correct Duits en vertelt dat hij 8 jaar in Duitsland verbleef. Daar begon hij met een winkel maar toen hij wat ouder werd gaf hij er de voorkeur aan terug naar Turkije te komen. Zijn kinderen bleven in Duitsland en zetten er de zaak verder. Eens de valiezen beneden kunnen we nog wat tot rust komen op de kamer om dan om 04.30 u naar de receptie te gaan. Een koppel Nederlanders die vorige week hier samen met ons toekwamen zit ook al te wachten op het busje samen met nog een derde koppel dat naar huis vertrekt. We zijn nog niet goed en wel beneden als de chauffeur van het busje ons komt verwittigen dat we kunnen vertrekken. We moeten wegens de verzinkpaaltjes tot aan de hoek te voet gaan omdat het busje niet dichter bij de ingang van Alp Pasa kan geraken.

Een laatste keer rijden we door de verlaten straatjes van Kaleici en stoppen even buiten de oude stadswijk aan het hotel Talya om de rest van de vakantiegangers te laten instappen. Alle plaatsen in het busje zijn ingenomen.

Om 05.00 u bereiken we de luchthaven.

Eerst passeren we de veiligheidscontrole van de bagage en personen.

Vervolgens checken we in maar door de grote drukte duurt dit tot 05.30 u.

Gauw eten en drinken we elk nog een koffie en een croissant wat ons de “democratische” prijs van € 10,30 kost.

Vervolgens passeren we de pascontrole en tevens worden de visums gecontroleerd. Bij mijn weten is dit de eerste keer dat onze visums gecontroleerd worden.

Bij het binnengaan van de wachtruimte aan de gate wordt nog maar eens een veiligheidscontrole gedaan.

Om 06.30 u mogen we instappen en wordt onze instapkaart en identiteitskaart nog maar eens gecontroleerd.

Toen we in het voorjaar op de luchthaven van Palermo (Sicilië) inscheepten was er nagenoeg geen controle. Toch wel schrijnend hoe sommige landen zorgeloos omspringen met de veiligheid.

Het vliegtuig waarmee we terugkeren is van het zelfde type van datgene waarmee we naar hier kwamen. Mogelijk is het zelfs hetzelfde toestel. Bij wonder hebben we dezelfde zetel van bij de heenreis nl. zetel 24 D en 24 E. Volgens de commandant zijn er 274 passagiers aan boord van de airbus. Op wat er buiten gebeurd hebben we weinig zicht wegens het piepklein raampje in onze buurt. We worden te Brussel verwacht om 09.50 u indien er zich geen vertraging voordoet. Het is er bewolkt met regenvlagen en een temperatuur van 15 graden. Dit wordt even wennen want deze morgen moest ik wegens de warmte het raam van onze kamer wagenwijd openzetten. Onderweg krijgen we te maken met wat turbulentie maar zonder veel erg. Wegens de drukte op de luchthaven van Zaventem lopen we wat vertraging op en moeten we in kringetjes vliegen. De piloot meldt laconiek dat we ons geen zorgen hoeven te maken want dat er nog voldoende brandstof voorhanden is. Uiteindelijk landen we om 10.10 u.

Eens buiten het vliegtuig bel ik met de GSM naar Marijke. Die is net aan het parkeren op een van de luchthavenparkings. Ze heeft onderweg naar hier in de file gestaan. Het duurt een tijdje vooraleer we onze valiezen van de rolband kunnen plukken. Na de pascontrole en de douane te zijn gepasseerd vinden we Marijke aan de uitgang. Samen gaan we iets eten in het restaurant van de luchthaven waarna we naar huis rijden.

Om 13 u zijn we thuis.

Deze reis had niet de bedoeling nieuwe zaken te ontdekken. In en om Antalya hebben we alle bezienswaardigheden reeds verkend. Wel leent het hotel Alp Pasa zich voor een uitrustende vakantie. En dit opzet slaagde volledig.

In totaal hebben we nu 7 vliegtuigreizen gemaakt, dus 14 vluchten (Zwitserland, Sicilië, Kreta en 4x Turkije).

24-10-2006 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
23-10-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Antalya Turkije 2006
Klik op de afbeelding om de link te volgen








De schoenenpoetser van de wijk Kaleici in Antalya

23-10-2006 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
05-10-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lourdes en de Pyreneeën

Lourdes en de Pyreneeën

10 – 23 september 2006

Zondag 10 september 2006

Kilometerstand: 1864 km.

04.00 u: opstaan. We nemen nog vlug een douche en laden de laatste spullen in de auto. Alles was gisteren rond de middag reeds klaar om te vertrekken. In de loop van de namiddag speelden we nog met het idee om die dag nog te vertrekken. De bagage moest echter nog in de auto geladen worden. Ik moest ook nog uitzien naar een Campanilehotel, even voor Parijs, en dit opbellen om te weten of er nog een kamer vrij was. Bij nader inzien was dit toch geen goed idee en besloten we dan maar op de oorspronkelijk geplande dag te vertrekken.

05.09 u: We vertrekken. Het is 15 graden en de lucht is wolkeloos.

05.40 u – 35 km: We verlaten de E 17 en rijden via de E 403 naar de grens.

05.57 u – 82 km: We passeren de grens België – Frankrijk. Een groep agenten van de Franse Police National doet controles aan de grens. Ze hebben vooral oog op wagens met een Franse nummerplaat. Wij mogen zonder stoppen doorrijden.

06.20 u – 128 km: Begin van de peage op de A 1.

07.04 u tot 07.27 u – 219 km: We houden een sanitaire stop aan een wegrestaurant. We verbruiken een koffie met een croissant.

07.34 u: De temperatuur is 12 graden en inmiddels is de zon opgekomen.

07.49 u – 255 km: Einde van de peage op de A 1 en betalen € 13,10.

Rond 08.00 u rijden we via de Porte De Bagnolet de Parijse péripherique op. Er is betrekkelijk weinig verkeer op deze anders zo drukke ringweg van Parijs (met opzet kozen we een zondag om te vertrekken). Een tiental minuten later verlaten we de périphérique en nemen de A 6 richting Lyon. Eens afgeslagen hebben we na enkele minuten de splitsing Lyon en Nevers/Bordeaux. Wij volgen de richting Bordeaux. Het is 08.35 u en 17 graden.

08.52 u tot 10.15 u – 356 km: Stoppen aan een tankstation nog voor we Orleans bereiken. We tanken voor € 30 diesel (€ 1,20 / liter). We maken van de gelegenheid gebruik om iets te drinken en blijven wat langer te pauzeren. We hebben trouwens tijd genoeg. Ondertussen is het behoorlijk warm geworden.

11.27 u: Sanitaire stop.

Aan de peage te Vierzon betalen we € 16,40. We merken op dat de graslanden er verdord bijliggen en het, in tegenstelling met bij ons, hier al een tijdje niet meer geregend heeft.

13.10 u – 688 km: Zonder problemen en via de soms bijna verlaten snelweg bereiken we het Campanilehotel te Limoge. In dit hotelketen is de receptie de ganse dag open, dit in tegenstelling met onder andere de Etap- en Premiere Classe hotels, die pas om 17 u een bemande receptie hebben. We krijgen kamer nr. 2 toegewezen. Het blijkt echter dat men nog volop bezig is de kamers te poetsen. De poetsploeg begint echter altijd met de hoogste kamernummers aan de achterzijde van het gebouw zodat we nog lang zullen moeten wachten wanneer onze kamer beschikbaar is. Om de tijd te doden drinken we een Ricard in het restaurant. De manager van het hotel heeft het door dat we maar al te lang zullen moeten wachten en stelt ons voor kamer 28 te geven, die zal vlugger klaar zijn. Op de parking wachten we tot kamer 28 klaar is. Men heeft blijkbaar een nieuw dienstmeisje in dienst genomen want haar oudere collega is de wanhoop nabij door het onhandig gedoe van haar jongere collega en de trage vooruitgang van het werk. Uiteindelijk heeft de geroutineerde poetsvrouw door dat we aan het wachten zijn op onze kamer. Totaal over haar toeren belt ze met een van de telefoons op de kamers naar de manager en die stelt voor dat we nog eens veranderen van kamer, namelijk kamer 35. Het nadeel van deze kamer is dat ze een verdieping hoger gelegen is, maar dit nemen we er graag bij, als we maar vlug onze kamer kunnen innemen. Eens we de goede magneetkaart, die toegang heeft tot de kamer, in ons bezit is, kunnen we eindelijk onze spullen naar de kamer brengen en een verfrissend bad nemen. De grootste valies laten we echter in de wagen omdat we die niet nodig hebben. Van de drie wagens die er op de parking staan is er één met Belgische nummerplaat, één met Nederlandse nummerplaat en één met een Deense nummerplaat. Terwijl we aan het wachten waren op de parking waren we getuige van enige spraakverwarring tussen de poetsvrouwen en het Deens echtpaar. Die wilden hun kamer niet verlaten op vraag van de poetsvrouwen (om de kamer te poetsen) omdat ze dachten dat ze uit de kamer gezet werden en omdat ze nog een nacht langer verbleven. Terwijl we de bagage naar de kamer aan het brengen zijn geraken we in gesprek met het Deens koppel waarvan de vrouw goed Duits spreekt. Zij zijn naar hier gekomen voor de tentoonstelling van Limosinekoeien. We hadden reeds in de buurt het geluid van luidsprekers gehoord. Zijzelf zijn in hun thuisland kwekers van dit bekende ras.

19.00 u: We gaan eten in het restaurant van Campanile en kiezen er voor het Special Buffet (2 x € 15,70) en een fles Chäteau Pargade (witte wijn - € 15). Het Special Buffet bestaat uit een voorgerechtenbuffet en een dessertbuffet.

21.30 u: We gaan slapen.

Maandag 11 september 2006

Toen we vijf jaar geleden op reis waren in de Vogezen werden de WTC-torens in New York het voorwerp van een aanslag. Circa 3000 mensen vonden er de dood.

06.45 u: Opstaan.

07.45 u: We gaan ontbijten.

10.00 u: We verlaten het hotel om een tube zalf te kopen wij een apotheek. Op de weg naar het centrum van Limoge vinden we die al vlug. Wanneer we terug bij het hotel aankomen is de poetsvrouw reeds bezig de kamers te poetsen. Ze houdt er echter een eigenaardige werkwijze op na, namelijk: van één verdieping ververst ze alle bedden en pakt dan vervolgens een ander deel van het poetswerk aan. Het is dus niet te verwonderen dat we nog een tijdje moeten wachten vooraleer we in onze kamer kunnen. Om 11.15 u is het dan eindelijk zo ver.

11.30 u: We rijden naar het centrum van Limoge en zonder vele problemen vinden we er een parkeergarage, aan de Place Aisne, waar we de auto achterlaten. Eerst verwonderen we er ons over dat het zeer kalm is in de stad maar al vlug merken we dat, zoals bij ons, veel winkels op maandag dicht zijn. De meeste eet- en drinkgelegenheden openen in de loop van de maandagnamiddag. We maken een wandeling langs de voornaamste straten van de stad. Een eigenlijk winkelcentrum heeft Limoge niet. De grote winkels liggen verspreid over het centrum van de stad.

De kerk St.-Michel de Lions stappen we binnen. Deze heeft prachtig gekleurde glasramen, die echter wel de kerk verduisteren, en een mooi altaar. Opmerkelijk is dat de pilaren van het schip zeer schuin staan (door het gewicht van het dak?). Een van de pilaren vertoont een ernstige horizontale breuk. Blijkbaar is dit geen probleem want de bezoekers mogen er gewoon langs passeren.

Na dit bezoek stappen we een Turkse zaak binnen waar we een sandwich met tonijn naar binnen werken. Inmiddels is de temperatuur goed gestegen en moet zowat rond 30 graden liggen. Van een bezoek aan de kathedraal van Limoge moeten we afzien daar dit gebouw tussen de middaguren gesloten is (het is 13 u en de kathedraal gaat pas open om 14.30 u). Tegenover het lyceum van de stad vinden we een geschikt terrasje om er een tijdje te verpozen. Niet ver daar vandaan bevindt zich de Sint-Pieterskerk die ook van die mooie gekleurde glasramen bezit.

Ons bezoek aan Limoge sluiten we af met een wandeling doorheen het Quartier des Boucheries, de vroegere beenhouwerswijk. Hier staan nog veel oude vakwerkhuizen en een mooie kapel. Eigenlijk is deze wijk de enige bezienswaardigheid die we hier gezien hebben.

Op weg naar de parkeergarage lessen we onze dorst op het terras van dezelfde Turkse zaak waar we deze middag gegeten hebben. Het is er zo zalig zitten en de temperatuur is zo weldoend dat we moeite hebben om rond 16.00 u de terugweg aan te vatten.

De parkeergarage kost ons € 5.50, bedrag dat kan betaald worden met creditkaart.

Zonder veel problemen vinden we de weg naar het hotel terug. We komen er aan om 17.00 u. na eerst nog eens binnengestapt te zijn in het naburig bloemencentrum.

In totaal hebben we 20 km gereden.

19.00 u: Avondmaal. Ook dit keer kiezen we voor het Buffet Special en een fles witte Bordeauxwijn.

22.00 u: We gaan slapen.

Dinsdag 12 september 2006

06.15 u: Opstaan.

Ik breng het meeste van de bagage naar de auto terwijl Lea het bad gebruikt, waarna het mijn beurt is.

07.00 u: Ontbijten.

Na het ontbijt brengen we de rest van de bagage naar de auto en ga ik afrekenen aan de receptie. Alles samen € 276 (2 overnachtingen, 4 x ontbijt, 4 x avondmaal en de dranken).

08.19 u: we vertrekken richting snelweg A 20. Het is 18 graden.

08.58 u – 45 km: We tanken € 29 diesel (€ 1,22/liter).

10.25 u to 11.10 u – 207 km: Sanitaire stop.

Peage Toulouse: We betalen € 2,30 u.

11.24 u – 232 km: We betalen aan de peage te Mantoban Nord € 10.50.

Peage te Muret: We betalen € 1,50.

12.40 u – 340 km: De eerste bergen van de Pyreneeën komen in zicht en zijn gehuld in een lichte nevel.

Peage te Tarbes: We betalen € 5.60.

Ter hoogte van Tarbes verlaten we de snelweg aan afrit 12 en rijden via de D 936 naar Pontacq en verder via Labatmale en Benejacq. Vanaf Gent tot aan Tarbes reden we bestendig op een autoweg of een snelweg. Te Benejacq wordt het hoog tijd om de inwendige mens wat te versterken. We stoppen op het marktplein om er iets te eten.

Even voorbij Benejacq slaan we linksaf en rijden via de D 938 en vervolgens via de D 937 door het dorpje Lestelle-Bétharram. De weg naar het hotel zoeken is een koud kunstje daar er op verschillende plaatsen borden van het hotel geplaatst zijn. Twee kilometer voorbij het dorp vinden we het hotel Le Vieux Logis. Het is dan 15.00 u en we hebben 480 km afgelegd.

Om het hotel te bereiken moet men op de weg naar Lourdes (D. 937) rechts afslaan naar de Grotte de Bétharram. De ingang van het domein van het hotel bestaat uit twee lange lage witte muren met de naam erop. Vanaf de ingang is het gebouw verscholen door groen en bomen. We parkeren de wagen op de ruime parking en bieden ons aan aan de receptie. We geven de voucher van JetAir af aan de bazin. We krijgen kamer 205 toegewezen, gelegen in het nieuwe gedeelte, op de 2de verdieping, met balkon en uitzicht op het zwembad.

Onze eerste reactie was er één van: “waar zijn we nu terecht gekomen”. Het kleine openluchtzwembad, dat normaal toegankelijk is tot half september, is afgedekt. De tweede ontnuchtering: bij het betreden van de kamer vragen we ons af waar we al onze spullen in onder zullen brengen. Naast het zeer ruime bed, beschikt de kamer over een groot bureau, twee stoelen, een rek om de valiezen op te plaatsen, twee tamelijk smalle kasten (een hangkast en een kast met boorden), een comfortabele badkamer en een afzonderlijk toilet. Al vlug komen we tot het besef dat de vermoeidheid van de reis ons parten speelt en eens we beginnen met de bagage in de kamer te schikken blijkt dat alles best meevalt. Later zal blijken dat het zwembad maar tijdelijk afgedekt is omdat de weersvoorspelllingen voor de komende dagen niet al te schitterend zijn.

Eens alles geschikt is rusten we wat uit en nemen een douche. We moeten uiteraard wennen aan een nieuwe situatie. De temperatuur schommelt tussen de 28 en de 30 graden. De luchtvochtigheid is tamelijk hoog. We maken met de wagen een kleine verkenning in de omgeving. Voor het avondmaal gebruiken we op het terras een aperitief.

19.30 u: Avondmaal. Hier vallen we van de ene verbazing in de andere. Het eten is van hoogstaande culinaire kwaliteit. De eerste teleurstelling is al lang vergeten.

Menu:

-Salade du terroir (met schijfjes gedroogde eendenborst en fijne paté)

-Röti de boeuf – tian de courgettes

-Chariot des fromages de France (kaaswagen)

-Oeuf à la neige (wit van ei tot sneeuw geklopt en overgoten met gesuikerde karamel, vanillesaus en een bolletje ijscreme

-wijn: Vin du pays des Cötes de Gascogne «blanc»

22.00 u: We gaan slapen. In de loop van de nacht moet ik het venster wagenwijd openzetten wegens de warmte.

Woensdag 13 september 2006

07.00 u: opstaan.

08.15 u: ontbijten.

We vertrekken richting Pau. Op enkele kilometer van het hotel af is er een Intermarche te Coarraze waar we enkele boodschappen doen. Onderweg tanken we 24,7 liter diesel voor € 29 (€ 1,29/liter). Daarna keren we terug naar het hotel om zoals daar net dezelfde richting uit te rijden, meer bepaald naar Nay. In dit kleine stadje bekijken we het Maison Carré.

12.00 u – 37 km: We verlaten Nay en rijden in de richting van ons hotel en Lourdes. We stoppen te Bétharram, een deelgemeente van Lestelle-Bétharram. Bétharram telt slechts enkele huizen met voor de rest een groot schoolgebouw en het klooster van “Les Peres de Bétharram”. Het is gelegen aan de snelstromende rivier Gave de Pau. De rivier heeft hier enkele vervallen (in de buurt van ons hotel doet men aan rafting). Wegens het middaguur is de kerk gesloten. Vanaf de kerk kan men de heuvel beklimmen. Langsheen de weg naar omhoog staan vrij grote kapellen die de staties van de kruisweg uitbeelden. Deze gebouwen hebben een merkwaardige architectuur. Eens men boven is eindigt de kruisweg op het hoogste punt met een verrijzeniskapel. Tegenover deze kapel staat een kalvarie waarachter een begraafplaats ligt van de paters. Deze laatste ligt er wat vervallen bij maar te zien aan enkele grafzerken wordt ze nog steeds gebruikt. De beklimming en de afdaling hebben ons deugd gedaan na die twee kilometerslange autoritten van de afgelopen dagen.

Om de weg te verkennen rijden we het hotel voorbij naar Lourdes. Zonder veel moeite geraken we tot in het hart van de stad en rijden we de basiliek voorbij. Het verkeer valt er best mee maar het is druk wat voetgangers betreft. De meeste komen trouwens naar hier met bus of trein (TGV). Naast het terrein van de basiliek en de grot zijn het vooral de vele prulariawinkeltjes en eetgelegenheden die de stad vullen. Na even de weg te hebben gezocht keren we terug naar het hotel. Het is 15.00 u als we daar aankomen en hoog tijd om wat achter de kiezen te steken. Net voor de toegangsweg naar het hotel is er een primitieve eetgelegenheid waar men snacks kan eten en sandwiches. Aan de andere kant van de weg staat een vervallen benzinestation dat gesloten is en blijkbaar eigendom is van de uitbater van de eetgelegenheid. We stappen het terras op. Binnen kan men niet zitten want daar is de vroegere herstelplaats voor auto’s. Om de bestelling te kunnen opgeven moet men op een bel drukken waarna de uitbater zich laat zien. Via de openstaande poort van de gewezen herstelplaats zie ik de uitbater en zijn vrouw zitten aan een grote tafel. In een aanbelandend plaatsje is de keuken ondergebracht. Deze primitieve toestanden komt men zowat overal in Frankrijk tegen want we zijn in het land van de uitersten. We bestellen voor elk een sandwich en een cola. We betalen hiervoor het veel te hoge bedrag van € 14. Gisteren betaalden we voor hetzelfde slechts € 8 ! Nadat we de rekening betaald hebben vervoegen we het hotel en genieten we van wat platte rust.

De rest van de namiddag brengen we door met nota’s te nemen voor dit verslag en het versturen van enkele zichtkaarten.

In de voormiddag was het bewolkt maar ca 23 graden. In de namiddag veel zon met wat wolken, gevolgd door een mooie zomeravond. We hebben vandaag 96 km gereden.

19.30 u: Avondmaal

Menu:

-Duo de cochon en éminecé

-Escalope de veau (kalfslapje) – Pommes forestières (dit zijn gebakken aardappeltjes gemengd met bospaddestoelen)

-Chariot de fromages de France

-Moelleux à la pistache (gebak en een bolletje ijs)

wijn: Junançon sec «blanc»

Donderdag 14 september 2006

07.30 u: Opstaan.

08.30 u: Ontbijten.

In de loop van denacht is het beginnen te regenen. Ook ’s morgens regent het nog en zal het voor het grootste deel van de dag blijven regenen. Het is 18 graden.

10.00 u: we vertrekken in de richting van Nay alwaar we het fois gras-museum willen bezoeken. Museum is een groot woord want zoals men kan verwachten is het hier meer te doen om de verkoop van het product. Enkel de film die er vertoond wordt is het interessantste van het museum. Normaal moet er voor het bezoek € 3,5 betaald worden (maar dan met inbegrip van een degustatie). Het enige aanwezige meisje vraagt ons echter niets. Wijzelf dringen uiteraard dan ook niet aan.

In Nay zelf kunnen we het Barretmuseum bezoeken. De streek behoort tot het Franse Baskenland en zoals bekend dragen veel Basken een barret, een soort van groot uitgevallen Alpenmuts. Aan de ingang van het museum maken we rechtsomkeer want ook hier is de documentaire waarde eerder twijfelachtig.

Van Nay rijden we in de richting van ons hotel en bemerken dat de kerk van Bétharram open is. Eens binnen blijkt de kerk een zeer rijk interieur te bezitten. De altaren zijn van boven tot onder bedekt met bladgoud. Het houten plafond onder het doksaal is beschilderd met portretten van geestelijken of heiligen. De muren zijn overladen met prachtige schilderijen. Op dit ogenblik is er een misdienst bezig.

12.00 u: aankomst aan het hotel. Tot 13.40 u genieten we van een platte rust waarna we vertrekken naar het centrum van het dorpje Lestelle. In het voorbijrijden heeft Lea een bar/café/restaurant, zoals er minstens in ieder dorp een is, opgemerkt. Zij heeft het vermoeden dat hier een gestikte gelegenheid is om een sandwich te eten. Eens we binnen zijn blijkt dat de aanduiding “restaurant” fel overdreven is want wij zouden het eerder onder de naam “kroeg” catalogeren. Een jonge man staat achter de toog. Aan een tafeltje in de kleine gelagzaal zit een slonzige jonge vrouw, met een vervelend doend kind op de arm, en behoort blijkbaar ook tot het meubilair van het café. Nadat we onze bestelling hebben opgegeven verschijnt vanuit de plaats achter het café een reus van een kerel, blijkbaar de baas van het etablissement, in ontbloot bovenlichaam. Te zien aan de foto’s die het café “sieren”, was of is de man een rugbyspeler. Zijn witte koksvest, die aan een van de stoelen in het café hangt, schiet hij aan. De vest heeft blijkbaar al een tijdje geen wasmachine gezien. We betalen voor twee sandwichen en twee cola’s € 9, 60.

Na dit weinig appetijtelijk intermezzo rijden we ons hotel voorbij om een bezoek te brengen aan de Grot van Bétharram. Ondertussen regent het nog steeds pijpenstelen. De grot ligt een 2-tal kilometer voorbij het hotel. Eerst plaatst men zijn wagen op de parking en gaat men aanschuiven in een wachtzaal tot wanneer de groep groot genoeg is. Van daar gaat het met een bus naar de ingang van de grot (ca 2 km verder). Onder leiding van een gids gaan we de grot binnen. De uitleg wordt (electronisch) in verschillende tallen gegeven, ook in het Nederlands. Het is een vrij grote grot en een van de mooiste die we ooit zagen. Onderweg moet er een 500-tal meter gevaren worden met een bark die door de gids smalend de Titanic genoemd wordt. Op het einde van het bezoek moet men instappen in een treintje die de bezoekers terugbrengt naar de parking. In het grote gebouw, een cafétaria, waar tevens prularia verkocht worden, drinken we iets en keren dan terug naar het hotel. Daar proberen we de modderspatten van onze schoenen en broeken te verwijderen. Het is dan 18.00 u.

Vandaag reden we ca 37 km.

19.30 u: Avondeten.

Menu:

-Cocktail de crevettes

-Jambon frais braisé au Madiran – Pätes fraiches

-Chariot de fromages de France

-Créme brulée à la vanille

Het menu staat op een gedateerd blad dat in een menukaartje steekt en ieder dag vervangen wordt. Zoals ik dit deed in Oostenrijk, neem ik dit blad iedere avond mee. Dit bespaart me het werk van het opschrijven van het dagmenu voor dit verslag. Hoewel men met dit blad niets meer kan aanvangen (de datum van die dag staat er op), wordt vanaf een bepaald ogenblik het menu door de ober meegenomen. Blijkbaar moet er hiervoor een of andere reden geweest zijn. Ik weet echter nog altijd niet waarom.

Vrijdag 15 september 2006

07.15 u: Opstaan.

08.15 u: Ontbijten.

09.23 u: We vertrekken naar Pau, meer bepaald om een bezoek te brengen aan een chocoladefabriek en het daarbij behorend museum “Feerie Gourmande”. Het is 13 graden. We komen er aan om 10.04 u – 32 km.

We kunnen wel het kleine museum bekijken en de verkoopzaal maar de productieafdeling, die waarschijnlijk veruit het interessantste deel is, kan op dit ogenblik niet bezocht worden omdat men het bedrijf aan het herschikken is. Een maat voor niets dus.

Deze morgen is het opgehouden met regenen en komt de zon regelmatig door de wolken piepen.

11.30 u – 72 km: Wij zijn terug in het hotel.

12.15 u: We vertrekken naar Lourdes om het stadje grondiger te bekijken.

12.31 u – 85 km: Aankomst te Lourdes. Daar we de omgeving reeds verkend hebben weten we al min of meer hoe we de stad moeten binnenrijden en waar er waarschijnlijk parkeerplaats te vinden is. Komende uit de richting van Lestelle- Bétharram rijden we in de buurt van Lourdes over de spoorwegovergang en slaan even verder rechts af om over de brug van de Gave de Pau te rijden. Een paar 100 meter verder slaan we links af en ongeveer 1 km verder komen we naast de basiliek uit. Daar vinden we een vrije parkeerplaats waarvoor we € 5 betalen voor 5 uur parkeren. Na 19 uur is het daar echter vrijparkeren. Achtereenvolgens bezoeken we de crypte, die zich op de middelste etage bevindt, en de bovenkerk, waarvan de Lourdeskerk te Oostakker een kopie is. Via de schuine helling van de zijwaartse bogen kan men naar het benedenplein afdalen. Halfweg krijg ik plots een hevige pijnscheut in de rug. Hiervan zal ik de twee volgende dagen nog wat last hebben maar dank zijn een goedwerkende zalf (Voltaren) verdwijnt stilaan de pijn.

Eens beneden gaan we iets eten in een straatje dat uitkomt op de bedevaartsite. Voor twee broodjes met worst en twee cola’s betalen we € 18,60. Zo worden de toeristen nog maar eens uitgemolken.

Na het bescheiden eetmaal bezoeken we de grot die te vinden is aan de rechterzijde van de basiliek. Het is dan al na het middaguur. Toen we hier aankwamen was het nog rustig maar nu komen steeds meer mensen naar de basiliek en de grot afgezakt. Aan de grot zelf is het even aanschuiven. We kopen een 4-tal kaarsen die we daarna laten branden op de daarvoor bestemde plaatsen.

Uiteindelijk bezoeken we de eigenlijke basiliek die op de onderste verdieping gelegen is. In feite heeft het complex drie kerken boveneen. De binnenzijde is versierd met prachtige mozaïeken. Bij het buitenkomen begint te druppelen. Vlug duiken we een patisserie binnen om iets te drinken. We zitten nog niet goed en wel neer of buiten barst een kleine wolkbreuk uit die echter na een 15-tal minuten ophoudt en waarna de zon terug door de wolken breekt. Het is tijd om terug te keren naar het hotel

15.40 u – 19 graden: Keren terug naar het hotel. Onderweg zien we nog een zijweg met een verwijzingsbord naar het klooster van Bethleëm. We volgen het smalle weggetje dat de bergen inloopt en komen uiteindelijk uit aan de gesloten poort van het klooster. We besluiten de paters maar niet te storen in hun bevreemdende rust en keren op onze stappen terug.

Eens aan het hotel volgen we een smal weggetje uit nieuwsgierigheid waar dit wel mag uitkomen. Blijkt dat we terechtkomen aan de reeds eerder bezochte kerk van Bétharram.

17.00 u – 108 km: aankomst in het hotel. Het weer is stukken beter dan gisteren doch tijdens het avondeten vallen er hevige regenbuien.

19.30 u: Avondmaal.

Menu:

-Feuilleté fantaisie (fois gras en fijne erwtjes in een koek van bladerdeeg)

-Thon à la basquaise (tonijn op Baskische wijze)

-Chariot des fromages de France

-Crëpe légère (wat men licht noemt!)

Zaterdag 16 september 2006

07.15 u: Opstaan.

08.35 u: Ontbijt.

Het regent terug pijpenstelen. We blijven na het ontbijt nog wat in het hotel, eerst in de lounge en wat later, als de kamer gepoetst is, op de kamer.

12.45 u: het regent nog steeds en het is amper 13 graden. We vertrekken richting Lourdes. Via deze stad en Argelés-Gazost. In de omgeving van Lourdes denken we de goede weg te volgen, de D 13, een kleine weg. We rijden achtereenvolgends door Ornex en Ségus. De smalle weg stijgt steeds verder en wegens de aanhoudende regen nemen we het zekere voor het onzekere en keren terug in de richting van Lourdes om daar een ander weg te zoeken. We komen echter in een voorstadje van Lourdes terecht waar we in een bar/café/restaurant iets eten. Dit keer in een behoorlijk etablissement.

Onder een gutsende regen lopen we nog een parfumwinkel binnen om een geschenkje voor Marijke te kopen. Terwijl we in de winkel zijn belt Marijke ons op onze GSM op. In België blijken de temperaturen tussen 28 en 30 graden te liggen. Ga dan maar eens naar het zuiden voor het goed weer!

We nemen een grotere weg naar Argelés-Gazost en verder tot Pierrefitte-Nestalas.

15.00u – 51 km: We bezoeken in Pierrefitte het tropisch aquarium. In een 60-tal aquariums zijn bontgekleurde vissen te zien. Op het einde van het bezoek is er nog een 20 minuten durende film te zien.

16.10 u: We verlaten het aquarium. Het regent nog steeds.

17.18 u – 95 km – 14 graden: Aankomst in het hotel.

Het hotel beschikt over een computer met een Internetverbinding die door de gasten vrij mag gebruikt worden. Vanaf nu raadpleeg ik dagelijks de websites met weersvoorspellingen zoals www.kmi.be (België), www.meteofrance.fr (Frankrijk), en www.zoover.nl (gans de wereld – voorspellingen op lange termijn – 14 dagen). Volgens de weersvoorspellingen zal het weer vanaf morgen stukken verbeteren en dit voor de rest van ons verblijf.

19.30 u: Avondmaal.

Menu:

-Sla met een warm geitenkaasje.

-Lamsbout met witte bonen (lokale specialiteit)

-Kaas

-Chocoladetaart met ijs (Lea vraagt ijs: een bol pistacheijs en een bol ijs van witte chocolade)

Zondag 17 september 2006

Kilometerstand 3402 km.

09.26 u – 13 graden: Na de gebruikelijke ochtendbezigheden vertrekken we voor een rondrit in de Pyreneeën.

09.58 u: We tanken in de omgeving van Lourdes 18,58 liter diesel voor € 21.

Reisweg: Lestelle-Bétharram – D 937 richting Lourdes. Te Lourdes rechtsaf via de N 21 tot Argelés-Gazost en daar rechtsaf de D 918 steeds blijven volgen via Aucun.

Eerst rijden we de col du Soulor op die een hoogte heeft van 1474 meter en een gemiddeld stijgingspercentage van 8 %. Net voorbij de top van de Soulor worden we even opgehouden door loslopende paarden die de weg versperren. Waarschijnlijk worden de dieren voedsel toegestopt door de voorbijrijdende toeristen. Daarom blijven de paarden midden op de weg staan om voedsel af te bedelen. Van de col du Soulor gaat het naar de col d’Aubisque.

11.29 u – 59 km: we bereiken de top van de Aubisque (1709 meter). Het is prachtig weer met hier en daar een wolkje en 12 graden.

12.23 u: Na een tijdlang genoten te hebben van het prachtig panorama dalen we langs de andere zijde de Aubisque af. We rijden het wintersportcentrum Eaux-Bonnes voorbij (nu een verlaten aanblik).

12.53 u tot 14.16 u – 76 km: we stoppen in het bergdorpje Laruns. Aan het plein zijn er een 6-tal restaurants maar in geen een blijken er belegde broodjes te krijgen. Een van de restaurants die binnenstapten had net bezoek gekregen van een grote groep wielertoeristen die de voorraad spagetti naar binnen hadden gewerkt zodat we ons heil in een ander restaurant moesten zoeken.

Na het middagmaal keren we terug naar de top van de col d’Aubisque waardoor we de berg eens van een andere zijde te zien krijgen. Op de top van de col du Soulor stoppen we en gaan iets drinken in een van de twee drankgelegenheden. Blijkt dat het terras vol zit met een bus Vlamingen waaronder Noël Blanchaert uit Drongen en zijn gezelschap. Op de Soulor slaan we linksaf en nemen de D 126. We blijven deze weg volgen tot het kruispunt net voor Asson. Daar slaan we rechtsaf om naar Lestelle-Bétharram te rijden.

16.48 u – 150 km – 24 graden: We zijn terug in het hotel. Het is prachtig weer.

19.30 u: Avondmaal.

Menu:

-Terrine de foie gras au naturel

-Longe de porc au caramel – petits pois à la française

-Chariot des fromages de France

-Coupe Vieux Logis

21.30 u: We gaan slapen

Maandag 18 september 2006

Kilometerstand 3551.

09.30 u – 15 graden. Het is bewolkt maar droog. Net als wij vertrekken krijgen we van Godelieve een sms-berichtje dat Cindy naar de kraamkliniek is.

We vertrekken richting Lourdes via de D 937 en slaan daar rechtsaf naar Argelès-Gazost. Daar nemen we de D 921 via Pierrefitte – Luz St-Saveur – de D 918 – Baréges.

11.29 u – 66 km – 9 graden: aankomst op de top van de col du Tourmalet (2115 m). We blijven er tot 12.06 u. Bij de afdaling krijgen een klein beetje mist. We volgen de D 918 tot St Marie de Campon.

12.36 u 85 km: St. Marie de Campon.

Tot 13.14 u – 89 km stoppen we hier om iets te eten in een bar/café/restaurant. Deze eetgelegenheid ligt op de aanloop naar de Aspin en ligt op een hoogte van 990 m).

In St. Marie de Campon slaan we rechtsaf, verder de D 918 volgen naar de col d’Aspin.

13.34 u – 96 km – 15 graden: aankomst op de top van de col d’Aspin. We genieten van het panorama. Een koppel, onderweg met een mobilhome, plukken wilde paddestoelen. Naar het schijnt zouden die zeer lekker zijn. Na een tiental minuten vertrekken we terug.

13.52 u: tijdens de afdaling van de Aspin krijgen we een sms-berichtje dat Mathias geboren is. Alles is goed gegaan.

Verder rijden we tot Arreau, daar linksaf en via de D 929 tot even voorbij Héches (Héchettes) – daar de eerstvolgende weg linksaf, via de D 26 langs Esparros, Laborde, Arrodets, Bulan, net voor Fréchendets-Batsere aan het y-vormig kruispunt linksaf de D 84 nemen tot Bagnères de Bigorre, daar rechtsaf via de D 935 en aan het y-vormig kruispunt de D 937 nemen naar Lourdes en daar vervolgens de richting naar Pau nemen tot Lestelle-Bétharram.

15.54 u – 92 km – 25 graden: aankomst in het hotel.

19.30 u: Avondeten

Menu:

-Fijne vis in een omhulsel van paprika

-eendenborst

-kaas

-warme appeltaart met een bolletje ijs.

Dinsdag 19 september 2006

Kilometerteller 3744.

07.15 u: Opstaan. Ik maak een wandelingetje in de omgeving. De hemel is blauw en de zonsopgang is prachtig.

08.15 u: Ontbijt. We spreken af met de bazin om het avondeten deze middag te mogen gebruiken omdat we deze avond naar Lourdes zouden willen gaan. Met veel plezier wordt ons dit toegestaan.

09.30 u – 11 graden: We vetrekken naar Nay want daar is het marktdag. De markt wordt gehouden op het plein voor, achter en naast het stadhuis. In hetzelfde gebouw van het stadhuis is tevens de overdekte markt ondergebracht. Zonder veel problemen vind ik een parkeerplaatsje op het plein achter het stadhuis, een deel dat niet ingenomen is door de markt. Op de markt worden er hoofdzakelijk kleren, groeten en fruit verkocht. Lea koopt er een bloes en een haarversiering. Eens we de markt gezien hebben zoeken we een vrij plaatsje op een terras aan de rand van de markt. Terwijl we iets drinken is het een plezier om, onder een stralende zon, het aan- en aflopen van de mensen in het oog te houden.

11.30 u: Het wordt stilaan tijd om de markt te verlaten en ons hotel op te zoeken. Onderweg tanken we € 22,03.

12.20u: Middagmaal:

Menu:

- Slaatje met langoustines

- Varkenskoteletten met puree

- (deze middag passen we voor de kaas)

- IJs peche melba

Na het middagmaal rusten we wat uit op de kamer tot 15.30 u. Sinds deze morgen kunnen we het zwembad gebruiken. Het dekzeil is opgerold. Het water heeft een temperatuur van ca 20 graden en wordt enkel verwarmd door de zonnestralen. Toch genieten we tussen 15.30 u tot 17.15 u van een plons in het zwembad. We korten zelfs onze volgende ritten wat in om nog even te kunnen zwemmen.

18.45 u: we vertrekken naar Lourdes voor de “kaarskensprocessie”. Het is slechts enkele minuten rijden via de weg die we reeds verkend hebben tot aan de basiliek. Naast het heiligdom zijn er zelfs een zestal parkeerplaatsen vrij. Na 19 u moet er trouwens geen parkeergeld meer betaald worden. Het is bevreemdend stil in de stad. We denken dat de processie inzake aantal deelnemers maar een povere bedoening zal worden. Tot ik plots bedenk dat de meeste groepen die zullen deelnemen aan de processie op dit moment nog aan tafel zitten. Trouwens: de processie start iedere avond, gans het jaar door, om 21 u. Eerst gaan we nog een kleinigheid eten in een zijstraat van de basiliek. Vervolgens gaan we naar de basiliek. In de bovenkerk zingt een Engels koor prachtige religieuze liederen. We blijven geboeid luisteren zodat we ons omstreeks 20.45 u moeten haasten om nog een plaatsje te bemachtigen aan de reling voor het heiligdom met uitzicht op het plein. Om 21.00 u stipt vertrekt het verlichte Mariabeeld, gevolgd door de talrijke bedevaarders. Het beeld wordt getorst door vier dragers. Eens het begin van de processie het plein voor de basiliek verlaat volgen de groepen die zich ter hoogte van de grot hadden opgesteld. De zachte zomeravond, de duisternis en de honderden brandende kaarsje geven een bijzondere, niet passend onder woorden te brengen, sfeer. Ondertussen worden op het plein en door de processiegangers bekende Marialiederen gezongen. Telkens het refrein “Ave Maria” aangeheven wordt gaat een zee van brandende kaarsje de hoogte in. De toeschouwers die het schouwspel vanachter de balustrade bekijken worden er emotioneel stil van. Vanaf het plein wordt dan de grote brede laan gevolgd tot men, amper nog zichtbaar vanaf onze standplaats, het verlichte Mariabeeld ziet afslaan om dan terug te keren naar het voorplein van de basiliek. Ondertussen verlaten nog steeds drommen mensen het plein. De kop van de processie is al terug aan het plein aangekomen wanneer de laatste het nog verlaten. Eens terug op het plein stelt iedereen zich op in brede rijen die de ganse breedte van het plein in beslag nemen. Precies om 22.00 u eindigt de processie. Het plein is dan volledig gevuld met flikkerende kaarsjes. Hoeveel mensen hier aanwezig zijn durf ik niet te schatten, het moeten er vele honderden zijn. Nog veel minder durf ik gissen hoeveel mensen hierlangs komen het jaar lang, laat staat hoe groot de mensenzee moet zijn die hier sinds het ontstaan naar toekwamen. Het bijwonen van dit gebeuren is een buitengewone fantastische ervaring zelfs al is men geen pilarenbijter. Met woorden kan men deze ervaring nagenoeg niet weergeven. Daarom zegt bijna iedere bedevaarder die ooit een te Lourdes was dat met “erbij” moet geweest zijn.

22.00 u: Het is al een tijdje pikdonker en het is wat fris met enkel onze zomerkledij aan. Aangezien we de weg ondertussen vrij goed kennen zijn de nagenoeg onverlichte wegen geen probleem.

22.30 u – 48 km: Aankomst in het hotel. We drinken in de bar nog een slaapmutsje.

Woensdag 20 september 2006-09-28

Kilometerteller: 3793

08.52u – 14 graden: We vertrekken op rondrit. Van Lestelle-Bétharram gaat het via de D 937 (richting Pau) en de D 35 via Bruges, Mifaget naar Louvie-Juzon. Onderweg komen we een groep herders met hun kudde schapen tegen. We moeten even wachten om de kudde door te laten. Een van de schapen heeft een, voor het dier, grote bel rond de hals hangen. Van Louvie-Juzon gaat het va de D 918 naar St Christau.

10.33 u – 48 km: rijden door St Christau. Vervolgens via de D 918 naar Arette.

10.59 u – 65 km: rijden door Arette. Van daar rijden we naar de top van de col de la Pierre St Martin (1765 m). Deze heeft een helling van 15 %.

11.48 u – 89 km – 18 graden: We passeren de Spaanse grens. Dit is de eerste keer dat wij het Spaans grondgebied betreden. Het is echter van korte duur want een kilometer voorbij de grens maken we rechtsomkeer.

12.34 u tot 13.23 u – 118 km – 25 graden: Via dezelfde weg komen we terug aan in Arette. Daar eten we iets. Vervolgens zijden we via de D 918 richting St. Christau en even voor dit stadje slaan we rechtsaf en volgen we de N 134 tot Escot. Langs de D 294 gaat het naar de tot van de col de Marie Blanque (1035 m – dit jaar waarschijnlijk voor de eerste keer in de Tour de France). Onderweg zien we op het wegdek de witgekalkte namen van renners die deelnamen aan de Ronde. Op een muur zien we zelfs nog staan: TOMmeke (=Tom Boonen).

Het hotel rijden we even voorbij om te gaan tanken. € 14,35 (€ 1,120/liter).

15.06 u – 192 km: terug in het hotel.

Een Antwerpse groep (3 koppels) zijn reeds lustig aan het plonzen in het zwembad. Het is dan ongeveer 30 graden, dus niet lang getalmd, vlug de zwembroek aan en het water in (tot 17.30 u).

19.30 u: Avondmaal.

Menu:

-Slaatje met kalfszwezeriken en worst (boudin)

-Faux-fillet met gebakken aardappeltjes en wilde paddestoelen.

-Kaas

-Aardbeiensabayon en aarbeiensorbert

Donderdag 21 september 2006

Kilometerstand 3786.

9.15 u – 24 graden. Door een vergetelheid besluiten we vandaag naar de Soulor te gaan. We hadden die col al enkele dagen geleden aangedaan. We krijgen er echter geen spijt van want we zien de col eens van de andere kant.

We vetrekken te Lestelle-Bétharram, richting Pau via de D 937 en de D 35 naar Bruges. Even verder linksaf volgen we de aanduiding naar de Soulor (D 126). Te Arthez-d’Asson is het nog 23 km naar de top van de Soulor. Tijdens het oprijden van de berg worden we met regelmatig tussenpozen ingehaald door old-timers met open dak (het weer is trouwens uitstekend met wat wolken). Wanneer die wagens ons voorbijrijden zwaaien de inzittenden naar ons. Tot we beseffen dat de grote meerderheid van de wagens voorzien zijn van een Belgische nummerplaat. Uiteraard hadden zij ook onze Belgische nummerplaat opgemerkt. Blijkbaar was er een treffen van old-timers op de top van de Aubisque (want zij reden op de top van de Soulor die richting uit.

10.19 u tot 11.00 u – 37 km: We zijn op de top van de Soulor.

Van de top gaat het dan naar beneden naar Aucun. We bekijken er, van buitenaf, het hotel dat onze tweede keuze was, nl. Le Picor. Op het eerste zicht blijken we een goede keuze gemaakt te hebben met Le Vieux Logis. Het hotel Le Picor is namelijk aan de weg naar de Soulor gelegen en is dus minder rustiger gelegen dan Le Vieux Logis.

Van Aucun gaat het dan naar de minderbekende col de Couraduque (1360 m).

11.38 u – 51 km: aankomst op de col de Couraduque. Daar moeten we even vragen naar de juiste weg wegens het ontbreken van wegwijzers. Onder de bomen ligt een meute poolhonden (huskies). Blijkbaar worden die hier getraind voor het trekken van sleeën. Van hieruit rijden we richting col de Spandelles (1378 m). Het eerste deel is een grintweg. Dit lijkt wel een beetje op Oostenrijk. Het tweede deel is een asfalt weg, wat smal maar goed bereidbaar. Trouwens bijna alle bergwegen zijn asfaltwegen die zich in goede staat bevinden. Uiteindelijk komen we uit op de D 126. Daar slaan we rechtsaf.

12.32 u tot 13.35 u – 71 km: Even verder stoppen we aan een pittoresk restaurant Le Moulin de Ferriere. Het is een oude watermolen waarvan het rad nog kan draaien (het binnenwerk werkt niet meer) Het terras is overvloedig versierd met bloemen en doet gezellig aan. We eten er iets en vervoegen daarna ons hotel.

14.10 u: aankomst aan het hotel.

Af en toe komt men op bergwegen volgende vermelding tegen: Barriere Canadienne. Dit is wat met in het Duits een “viehsperre” noemt. Dieren kunnen hier niet voorbij doordat ze anders met hun poten in de openingen van de rooster zouden blijven haperen. Het voordeel is dat het verkeer gewoon door kan.

Nog voor het avondmaal brengen we de bagage die we niet meer nodig hebben naar de wagen.

19.30 u: Avondmaal.

Menu:

-Gerookte zalm – met kaviaar – vermoedelijk platte kaas

-Varkensgebraad met boontjes

-Kaas

-Peer op bladerdeegkoekje met een sorbet van peren.

Na de maaltijd wil ik afrekenen maar de moeder van de uitbaatster, die even komt inspringen, vraagt om dit pas morgen te doen wegens de drukte op dit moment in het restaurant.

Beoordeling van het hotel Le Vieux Logis

Het hotel heeft 3 sterren. Het is gelegen in een groot domein met glooiende weilanden. De gebouwen van het hotel zijn verscholen achter de bomen en ander groen. Het oud gedeelte is minder geschikt wegens de kleine kamers. De kamers in het nieuw gedeelte zijn ruim en voldoen aan de eisen. Men kan echter ook terecht in een vijftal chalets die vlakbij het hotel gelegen zijn.

De keuken is van hoogstaande gastronomische kwaliteit. En gastronomie is hier geen synoniem van karigheid. Het vlees wordt in ruime hoeveelheid opgediend. Men moet al een goede eter zijn om alles naar binnen te werken. Toen we op een avond biefstuk kregen bedekte dit ongeveer ¾ van het bord.

En dan moeten we nog een bijzonder woordje doen over de gastvrouw. Die komt zeer spontaan over en doet alles wat kan om het haar gasten zo aangenaam mogelijk te maken. Zij is zo opgeruimd dat zij bij wijze van spreken op regendagen de zon kan doen schijnen.

Het hotel is een aanrader voor hen die op zoek zijn naar een rustige omgeving en lekker eten.

Vrijdag 22 september 2006-09-28

05.30 u: Opstaan. Deze nacht is het beginnen regenen al van voor 2 u. Rond 6 uur komt daar nog een bliksem en enkele donderslagen bij. Gelukkig dat we bijna alle bagage reeds gisteren naar de auto gebracht hebben want met de gietende regen zou dit vandaag maar een bedenkelijke operatie geweest zijn. Wel moet ik voor het ontbijt nog even naar de wagen om te wisselen van schoenen. Dit weer hadden we niet verwacht.

07.30 u: Ontbijten.

Na het ontbijt kan ik de rekening betalen. Het verblijf in half pension is reeds betaald via JetAir. Wij moeten nu enkel de dranken en een paar ander kleinigheden betalen. We doen nog even de kamer aan om de laatste spullen op te halen en bezorgen de sleutel aan de bazin. Niettegenstaande ze druk bezig is met andere gasten, laat ze alles vallen en komt ons een goede reis toewensen. Meteen duwt ze ons nog een fles wijn in de handen “om die op te drinken op de gezondheid van Mathias”. De afstand tussen de uitgang van het hotel en de wagen leggen we in looppas af wegens de gietende regen. Naast nog een paar andere tassen heb ik ook nog mijn tasje bij waarin onder andere mijn gsm zit. Vlug vlug stoppen we de resterende tassen in de auto en we vertrekken. Eens op de weg begin ik na te denken “of we alles wel mee hebben”. Ik bemerk dan dat mijn tasje met mijn gsm er niet bij is. Ik stop en keer terug naar het hotel. Op de parking kom ik een vriendelijke hotelgast tegen die mij zegt dat hij een tasje gevonden heeft op de parking waar onze auto stond. Hij heeft het inmiddels naar de receptie gebracht. Binnen komt de bazin me reeds tegen met het tasje in de hand. Ik bedank haar duizend keer en ook de eerlijke vinder.

Voor de tweede keer vertrekken we, nu definitief. Het tasje heeft wat in de regen gelegen en zo vlug als mogelijk halen we de gsm eruit want vocht is niet al te best voor dergelijke toestellen. Even verder blijkt het toestel het te laten afweten. We laten de gsm drogen in de wagen en pas uren later kan ik hem terug opstarten.

Kilometerstand: 4081 km.

07.49 u – 18 graden: we vertrekken. Het is een valse start en moeten nog even terugkeren.

08.44 u – 30 km: rijden via Lourdes te Tarbes de snelweg A64 op richting Toulouse.

Lestelle: we betalen € 5,60 peage

09.56 u – 148 km: Sanitaire stop te Garonne. Tanken er voor € 20 diesel (17,55 liter?)

15 km voor Toulouse betalen we € 1,50 peage.

10.54 u We rijden de peage binnen te Toulouse-Nord. Ik bemerk dat er een rood lampje randt op mijn dashbord. Al vlug blijkt (de boordcomputer geeft het aan) dat de achterklep niet goed dicht is. Bij de volgende stop komt dit in orde.

Montoban: betalen € 2,50 peage.

12.00 u – 302 km: het blijft steeds regenen en dit tot we ca 330 km gereden hebben.

12.28 u: we betalen € 10,50 peage.

12.33 u tot 13.06 u – 365 km: stop om iets te eten.

14.09 u – 484 km: we rijden Limoge voorbij.

14.50 u – 524 km: we tanken 21,7 liter diesel voor € 23,51.

Ca 85 km voor Orleans begint de peage waarvoor we op het einde € 5,20 betalen.

Het hotel Campanile ligt net voorbij afrit 1 van de A 71(en peage) Orleans – La Chapelle-St-Mesmin.

16.42 u – 732 km – 25 graden: Aankomst aan het Campanilehotel.

Bij het inchecken aan de receptie staat er een manspersoon voor ons. Wanneer die zich even omdraait herken ik de Nederlands cabaretier Freek De Jonghe. Die laat door de uitbater een ander Campanilehotel opbellen om te reserveren. Als zijn echte naam hoor ik hem vernoemen: “Vermeer”. Wanneer ik bij het buitenkomen even op de parking rondkijk naar de geparkeerde wagens zie ik dat er verschillende een Nederlandse nummerplaat hebben. Waarschijnlijk was een groep, samen met Freek De Jonghe, onderweg naar een of ander optreden.

19.00 u: Zoals gebruikelijk eten we die avond in het Campanilerestaurant het Buffet Special.

Zaterdag 23 september 2006

Kilometerstand 4817 km.

Na het ontbijt vertrekken we zo vlug als mogelijk. Voor het ontbijt heb ik de bagage naar de auto gebracht. Enkel die welke we nodig hadden heb ik gisterenavond uit de auto gehaald.

08.22 u – 17 graden: We vertrekken en nemen de vlakbij gelegen A 10 richting Parijs. Onmiddellijk rijden we een peagestrook binnen.

09.30 u – 75 km: Peage te St. Arnold. We betalen € 9.

09.23 u – 111 km: we zijn in Parijs. Het is de bedoeling dat we via de péripherique zouden rijden maar wanneer we de borden “Lille” volgen blijkt na een tijdje dat de op de “Francilienne” – de grote ringweg rond Parijs – zitten. Het verkeer verloopt vlot maar als men de Francilienne volgt moet men ca 40 km omrijden.

09.58 u – 156 km: We rijden de luchthaven Charles De Gaulle voorbij. Het is 21 graden.

10.32 u – 216 km: We tanken 22,12 liter voor € 25.

12.20 u – 310 km: Betalen € 13,10 peage tussen Parijs en Lille (Rijsel).

12.38 u – 343 km: Rijden Rijsel voorbij

12.45 u - 355 km: passeren de Frans-Belgische grens. Vanaf de grens rijden we op de E 42. Onmiddellijk na de grens misrijden we ons even zodat we op de snelweg naar Brussel rijden. We maken van de gelegenheid gebruik om in een Carestelrestaurant iets te eten. Daarna keren we even terug op onze stappen zodat we op de juiste snelweg terechtkomen naar Kortrijk en Gent.

13.29 u – 389 km: We rijden Kortrijk voorbij.

14.01 u – 440 km: We tanken te Drongen-Baarle 12,48 liter voor € 12,72.

Eindkilometerstand: 5266

In totaal hebben we op 14 dagen 3402 km gereden. Hiervoor verbruikten we 195,5 liter diesel en betaalden hiervoor € 235,60 (9504 fr). Dit is gemiddeld 5,7 liter per 100 km.

De peages kosten ons bij de heenreis: € 49,40 ( 1993 fr) en bij de terugreis: € 47,40 (1912 fr), samen: € 96,80 (3904 fr).

De totale kostprijs voor de verplaatsing (peage en diesel) is: € 332,4 (13.40

05-10-2006 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (0)
04-10-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Pyreneeën
Klik op de afbeelding om de link te volgen

04-10-2006 om 16:45 geschreven door David Maes


>> Reageer (1)
30-05-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Reis naar Sicilië - Italië 2006

SICILIË – ITALIË

29 april 2006 – 11 mei 2006

Wat vooraf ging

Op 11 april 2006 (bericht in de krant van 12 april) wordt maffiabaas Bernardo Provenzano aangehouden in zijn geboortestad Corleone (Midden-Sicilië). Hij had zich 43 jaar weten te verstoppen voor de gerechtelijke diensten. De krant van 13 april meldt dat Italië voor een maffiaoorlog vreest wanneer een nieuwe maffialeider de plaats wil innemen van de aangehouden Provenzano.

Op 13 april 2006 ontvangen we van het reisbureau Flash Travel te Drongen onze reisdocumenten.

Op donderdag 27 april 2006, twee dagen voor ons vertrek, gaat in de Nationale Luchthaven te Zaventem bij een veiligheidscontrole op een persoon het alarm af. Geen bijzonder feit, wat we zelf meerdere keren hebben ervaren. De man maakte echter rechtsomkeer en koos het hazenpad. Voor alle zekerheid werd een deel van de luchthaven afgesloten waardoor duizenden vertrekkende passagiers geblokkeerd zaten. 24 vluchten werden afgelast.

Zaterdag, 29 april 2006

05.15 u – we worden spontaan wakker niettegenstaande onze (elektrische) wekker maar om 05.30 u zou aflopen. Voor alle zekerheid, ingeval de stroom zou uitvallen, had ik ook het alarm van mijn GSM ingeschakeld. Na een verfrissende douche en nog enkele laatste voorbereidingen komt Kristof ons afhalen op 07.30 u. Godelieve en Lucien zijn reeds vooraf opgehaald.

07.30 u – we komen aan in Sint-Pietersstation en ik koop vier spoorkaartjes enkele reis naar Brussel Nationale Luchthaven (samen € 33,60).

De rechtstreekse trein vertrekt om 08.33 u. We zijn nog wat te vroeg en drinken in het stationsbuffet nog een koffie. Het is er nog rustig omdat het weekend is.

Op de trein zitten er heel wat reizigers die grote koffers bij zich hebben en dus duidelijk ook onderweg zijn naar de luchthaven.

Wij komen in de luchthaven aan om 09.56 u. Aan de balie van Thomas Cook halen we de gebruikelijke reistas af en worden we verwezen naar de incheckbalie 10.8. Wij zijn bij de eersten die inchecken maar krijgen 4 plaatsen op de 3de laatste rij van het vliegtuig. Later zal blijken dat dit gemakkelijker zetels zijn dan de voorgaande rijen die 2 x 3 zetels per rij tellen. De laatste rijen hebben slechts 2 x 2 zetels per rij. Het vliegtuig van de chartermaatschappij TNT is van het type B 737. Het toestel geeft meer beenruimte dan de nieuwere toestellen en zit dus gemakkelijk.

Na het inchecken nuttigen we nog iets en passeren we vervolgens de pascontrole. Wij zoeken de weg naar poort 48 (later gewijzigd naar poort 52). De veiligheidscontrole gaat gepaard met het nodige piepen van de alarmen. Blijkt zelfs dat vochtige doekjes die verpakt zijn in folie het alarm doen afgaan. Ieder van ons moet nog een bijkomende controle passeren omdat er wel iets in onze zakken zit dat het alarm laat afgaan. Uiteindelijk geraken we toch door de controle en stappen we in een tiental minuten naar poort 48 waar we wachten op het vliegtuig. Via de website van www.brusselsairport.be had ik kunnen achterhalen dat ons vliegtuig uit Palermo moest komen en dat de landing voorzien was om 12.05 u. Wijzelf zouden vertrekken om 13.05 u. Het toestel komt echter met 15 minuten vertraging aan en kan met het uitstappen van de passagiers, het uitladen van hun bagage, het voltanken van het vliegtuig en het inladen van onze bagage beginnen. Met een kleine vertraging op het voorziene schema kunnen we instappen. Terwijl we staan aan te schuiven, staan we in de buurt van een vrouw die waarschijnlijk een ganse knol look naar binnen heeft gewerkt want het mens verspreidt een degoutante geur. De zon schijnt reeds de ganse voermiddag maar de temperatuur is aan de frisse kant (12 graden).

Om 13.30 u gaan we de lucht in met 25 minuten vertraging op het voorziene schema. Volgens de gezagvoerder van het toestel zou het in Palermo 18 graden zijn en licht bewolkt. Tijdens de vlucht krijgen we te maken met wat lichte turbulentie en worden we verzocht onze gordels vast te maken.

Om 16 u precies landen we op de luchthaven van Palermo na een vlucht van twee en een half uur. De verplaatsing van het toestel naar het luchthavengebouw gebeurd met een bus. Bij het instappen misreken ik mij, struikel ik en kruip ik als het ware op handen en voeten de bus in, echter zonder veel erg. Na onze valiezen te hebben gerecupereerd treffen we de hostesses van Thomas Cook aan in de hal van de luchthaven. Zij begeleiden ons naar de klaarstaande bussen. Lea en Godelieve wijzen me op een ca 70 jaar oude man die een verpestende geur verspreid. Ik bemerk dan dat zijn broek al jaren de binnenkant van een wasmachine niet heeft gezien. Hij stapt op dezelfde bus als die welke wij moeten nemen. Blijkbaar waren wij niet de enigen die de kwalijk riekende man hadden opgemerkt want iedereen kroop vooraan in de bus en gelukkig was nog een kwart van de bus vrij en zette de man zich gans achteraan in zijn eentje.

Na iets minder dan een uur rijden, het is dan 18 u, bereiken we het hotel Torre Artale. Wij zijn de eerste van de bus die onze bestemming bereiken (in het terugkeren zullen we dan ook de laatste zijn die worden opgehaald). Onderweg naar hier kregen we wat lichte regen.

Aan de receptie krijgen we de sleutels voor kamer 112 (Godelieve en Lucien) en 114 (onze kamer). Kamer 112 is een kamer die loopt over twee verdiepingen met beneden een living en de badkamer en op de verdieping de slaapkamer. Het nadeel van deze kamer is dat wanneer men ’s nachts naar het toilet moet men de draaitrap af moet naar de badkamer. Langs de andere kant van de ruime hall ligt onze kamer. Het is een gewone kamer, met badkamer, die net gepast is van ruimte. Een van onze valiezen geraken we kwijt boven op de kast en de andere op de ijskast.

Na een opfrisbeurt zoeken we het restaurant op. In de gids van Thomas Cook stond dat we keuze hadden tussen buffet en een keuzemenu. Dit blijkt echter niet te kloppen wat het buffet betreft en nadat we dit laten navragen hebben door de hostess van Thomas Cook bij haar bezoek ’s anderendaags.

Avondmaal: we kiezen voor:

- asperges- en courgettensoep

- pladijs

- fruit als dessert

- wijn: witte Robinia (zoals gebruikelijk probeert de ober ons een duurdere wijn

aan te smeren)

In de bar drinken we nog elk een amaretto en bij de tweede ronde een amaretto, een grappa en twee rums.

Rond 22 uur gaan we slapen. Niettegenstaande het venster op een kier staat (alle vensters zijn hier voorzien van zonneblinden) is het stil in de kamer.

Zondag 30 april 2006

06.50 u: opstaan. Na de gebruikelijke ochtendrituelen wek ik Lea en doe daarna een kleine wandeling in en rond het hotel waarbij ik Lucien tegenkom die reeds een blokje om heeft gelopen. De zon schijnt volop en zal pas tegen de avond achter dreigende wolken verdwijnen.

08.00 u: we gaan ontbijten (de tijden van de maaltijden zijn: ontbijt tussen 7 u en 10 u, middagmaal tussen 12.30 u en 14.00 u en avondmaal tussen 19.30 u en 21.30u). Het ontbijtbuffet gaat door in een ander deel van het hotel dat meestal gebruikt wordt voor het avondmaal van de groepen die hier regelmatig aan en af gevoerd worden (hoofzakelijk Duitsers). Het bestaat uit een keuze van croissants, piccolo’s, cake, stukjes confituurtaart, verschillende soorten vlees en kaas, soms ook een soort van petitfours waaronder een model “sigarette Russe” die gevuld is met een bijzonder smakelijk creme die we ook nog op andere plaatsen in Sicilië tegenkwamen, fruitsappen (2 soorten), thee, koffie, warme melk en cacao, (later op de week ook yoghurt), gedroogde pruimen, ananas en perziken.

Na het ontbijt verkennen we het uitgebreide terrein van het hotel. Het was de vroegere residentie van de markies Artale van San Onofrio. Tussen de gebouwen die zich nagenoeg allen op het gelijkvloers bevinden staat heel wat groen. Vooral de reuzelpalmbomen zijn nadrukkelijk aanwezig. Het geheel doet mij denken aan een Spaanse of Mexicaanse haciënda. In het hoofgebouw is er ook een kleine maar mooi versierde huiskapel. Het hotel is uitgerust voor seminaries met grote groepen.

Om 10.30 u, volgens afspraak, komt de man van Avis met de huurwagen aangereden. Blijkt dat hij een wagen bij heeft uit een hogere categorie dan die welke we besteld hebben maar stelt ons gerust dat we hiervoor niet moeten bijbetalen. (waarschijnlijk was er geen wagen vrij uit de lagere categorie). Wel overtuigt hij ons om een bijkomende omniumverzekering te nemen met volledige dekking. We vinden het maar veiliger dit te doen. Volgens de man kost ons dit € 180 (te delen met twee) maar wanneer ik enkele dagen na onze thuiskomst de factuur in de brievenbus vind bemerk ik dat de verzekering € 167.22 kost + € 14.50 milieutoeslag + € 36.34 lokale taks samen dus € 218.06. Vooral de milieutaks in Sicilië is een lachertje, zoals verder uit dit verslag zal blijken.

Onder een stralende zon zitten we op het terras nabij de bar en wachten op de komst van de hostess van Thomas Cook om 12.45 u. Zij is ruimschoots op tijd. Zij geeft de gebruikelijke uitleg over de gebruiken en de streek. Wel is ze tevreden dat wij een wagen gehuurd hebben en een heuse voorbereiding gemaakt hebben om uitstappen te doen. Dit spaart haar heel wat tijd en moeite. Het probleem blijkt te zijn dat toeristen naar dit hotel komen zonder goed te weten waar ze terecht komen. Buiten het hotel is er op wandelafstand niets te vinden dat interessant is, een wagen is dus een noodzaak.

Godelieve heeft deze morgen reeds goed gebruik gemaakt van de zonnebrandcrème en die is wat in haar oog gelopen. Dit veroorzaakt een pijnlijke prikkeling die het oog doet tranen. We hopen dat het vlug overgaat.

Met de pas ontvangen auto gaan we op pad in de buurt om iets te eten. Een restaurantje aan het strand in de buurt van Trabia vinden we vlug. We eten er twee spagetti’s met vlees en twee spaghetti’s met zeevruchten. Deze met zeevruchten is zeer lekker. Na het eten voeren we Godelieve en Lucien terug naar het hotel omdat ze daar gemakkelijke haar oog kan spoelen met lopend water. Wijzelf rijden een eind langs de kustweg in de richting van Cefalu, rijden enkele stadjes binnen maar vinden nergens een stalletje of een winkel met fruit. Het is zondagnamiddag en alles is dus gesloten. Enkel de restaurants en andere eet- en drinkgelegenheden zijn open. Morgen is het 1 mei, dus ook dan zullen we tevergeefs zoeken naar fruit.

Omstreeks 17 u zijn we terug in het hotel en de prikkeling in het oog van Godelieve is reeds wat verminderd. We blijven nog wat napraten op het terras. De zon gaat echter schuilen achter de wolken maar het blijft droog (ca 18 graden).

19.30 u: avondmaal: -zuppo di verdure con riso (soep van groenten en rijst)

-Gamberoni alla griglia (reuzengarnalen (gamba’s) gegrild)

-gebak als dessert

Na nog even de bar te hebben aangedaan voor een slaapmutsje gaan we om 22 u slapen. Bij het naar onze kamer gaan komen we voorbij een zaal van het hoofdgebouw waarin een zondagmis wordt opgedragen. De Siciliaanse gezangen, begeleid op gitaar, strelen zodanig mijn oor, dat we nog een tijdlang blijven luisteren.

Maandag 1 mei 2006

In de loop van de nacht heb ik wat last gehad van een mug. Ik was reeds om 5 u wakker door het gebrom van het bloedzuigend diertje maar sta pas op om 6 u.

7.30 u: ontbijt.

9.30 u: start van onze eerste rondrit.

Vanaf het hotel rijden we via de verbindingsweg die onder de snelweg Palermo Catania/Messina doorloopt, naar de kustweg S11321. Daar slaan we rechtsaf richting Termini Imerese. Ter hoogte van dit weinig aantrekkelijk stadje slaan we rechts af en rijden het binnenland in. We volgen de S 285. Het eerste stadje dat we tegenkomen is Caccamo en ligt zoals de meeste Siciliaanse stadjes op een berghelling. Al vlug vinden we de juiste weg naar het kasteel dat toebehoorde aan het geslacht Chiaramonte. Na onze wagen te hebben geparkeerd vlak in de buurt, op waarschijnlijk de enige vrije parkeerplaats, brengen we een bezoek aan het kasteel. Het verwonderd mij dat we nergens een loket vinden waar we moeten betalen. Het is een prachtig kasteel met een prachtige meubilering en die niet te overdadig is. In een van de zalen staat een antiek houten kamertoilet. Lucien en Lea demonstreren die even voor de foto. Vanop het kasteel heeft men een prachtig panoramazicht op de omgeving. En de zon brengt het geheel in een vrolijke sfeer. Wanneer we ons via de lange stenen trap willen naar buiten begeven worden we vanuit een venster, wat hogerop, toegesproken door een dame. Uit haar gegesticuleer en haar Italiaans geratel kan ik opmaken dat we in het binnenkomen toch hadden moeten betalen maar daar we maar enkele woorden Italiaans kennen hadden we de tekst op een van de muren niet begrepen en die ons naar haar wat weggestoken bureau verwees om de toegang te betalen. Dus betalen we nu de € 4 per persoon bij het buitenkomen. Het is eens iets anders.

Eens buiten het kasteel lopen we een blokje om met de bedoeling de dom te bezoeken. Die is echter gesloten (wegens 1 mei?). Op weg naar onze wagen vinden we een bar/restaurant/pizzeria open. Hier is er gelegenheid om wat water te kopen. Men wil ons een enkele fles verkopen uit de ijskast maar ik wijs op een in plastiekfolio verpakt pak van 6 flessen. Ook Godelieve en Lucien kopen een pak. Dit om niet telkens tijdens onze uitstappen op jacht te moeten gaan naar drinkwater.

Ons bezoek aan Caccamo duurt van 10.30 u tot 11.30 u.

Nu volgen we een kronkelig weggetje tot Vicari waar we aankomen om 12.50 u . Het stadje heeft heel nauwe straatjes en het kost ons dan ook moeite om uit die wirwar, met meestal tweerichtingsverkeer, te geraken. Het is te zien dat ook hier 1 mei een feestdag is want heel wat inwoners zijn hun picknick in hun auto’s aan het laden. Voor de rest geeft het stadje een slaperige indruk. Nadat we enkele minuten hebben moeten wachten, daar we niet doorkonden omdat een familie de picknick druk aan het inladen was en het straatje amper breed genoeg om een personenwagen door te laten, verlaten we Vicari en volgen we S 121. Ter hoogte van Villafrati (13.30 u) stoppen we aan een bedrijvencentrum waartussen zich een restaurant bevindt (toevallig opgemerkt door Lea). Gebruikmakend van de internationale gebarentaal, enkele woorden Italiaans en wat andere talen kunnen we ons verstaanbaar maken. We bestellen er twee keer taglia (gesneden vlees) en twee keer filet met groene pepers, 3 x cola en een Heinekenbier (samen € 65). Het is hier gebruikelijk dat men in een restaurant caperti aanrekent, dit is een bepaald bedrag voor het gebruik van het bestek (meestal tussen de € 4,5 a € 5,20 voor vier personen).

Aan een stalletje onderweg, rijdend in de richting van Palermo, kopen we wat fruit (6-tal appels en 10-tal sinaasappelen - € 8). Een tiental minuten later moeten we een dringende sanitaire stop inlassen en stoppen daarvoor aan een tankstation. Hier tanken we de wagen vol (de tank was vol bij afgifte), zijnde €17 aan €1,230/liter diesel.

Na deze stop rijden we rechtstreeks richting Bagheria en laten vanaf Bolognetta de rest van de uitgestippelde trip voor een volgende keer, dit wegens het reeds gevorderde uur. Via Villabate en de snelweg A 19, die parallel loopt met de kunstweg, en de afrit Trabia, rijden we naar het hotel.

Om 16 u zijn we aan het hotel en hebben in totaal 138 km afgelegd. Tot aan het avondeten brengen we de tijd door op het terras van het hotel.

Avondmaal: - Rigatoni alla francescana (noedels met vleessaus, paddestoelen en

hesp).

of

Crema di asparagi (aspergecremesoep)

- Filetto di sogliola alla “mugnaia” (gepaneerde zeetong filet)

- dessert

In een restaurant bestaat een volledig menu gewoonlijk uit een antipasta (voorgerecht), een 1ste hoofdgerecht, een 2de hoofdgerecht en een dessert. Hier in het hotel hebben we half pension en kunnen we kiezen uit drie 1ste hoofdgerechten, drie 2de hoofdgerechten waaronder een vegetarisch en het dessert van de dag. Elk mag vrij kiezen, we hoeven dus niet alle vier hetzelfde te nemen. We vermelden enkel de gerechten die door ons werden verbruikt.

Vandaag zijn we juist 35 jaar getrouwd. Voor deze gelegenheid trakteren we bij de maaltijd op twee betere flessen witte wijn CORLEONE, afkomstig van het gelijknamig stadje een 20-tal km hier vandaan. We blijven nog lang napraten en eens de bodems van beide flessen in zicht waren drinken we nog een slaapmutsje in de bar.

De ganse dag was het uitstekend weer met slechts enkele wolkjes aan de lucht.

Om 22.30 u gaan we slapen.

Hotel Torre Artale

Het hotel is gelegen in een uitgestrekt domein. Het hoofdgebouw bestaat uit gelijkvloerse gebouwen die omheen een tweetal binnenkoeren en een tweetal binnentuinen geplaatst zijn. Het centrale deel, met een bordes met twee trappen, doet denken aan een haciënda. De kamers zijn bereikbaar via smalle gangen en straatjes die het geheel gezellig maken. In een boom van een van de binnentuintjes heeft een uil zijn vaste stek gevonden. Waarschijnlijk hebben de meeste kamers een verschillende vorm.

Wij hebben half pension en mogen voor het avondmaal kiezen uit het keuze menu. De maaltijden zijn uitstekend, niet overvloedig, maar voldoende. Het restaurant voor individuelen heeft muren uit grote natuurstenen (breuksteen) en een houten dak gelegd op houten dwarsbalken.

De ruime buffetzaal heeft een vierkante vorm en is rondom rond met glazen (deur)ramen afgesloten. Hier gebruiken de groepen hun avondmaal en iedereen het ontbijt.

De gebouwen zijn omgeven door bomen (vooral palmbomen en struiken). Wel zou een hovenier hier best een lange tijd nuttig kunnen doorbrengen want sommige hoeken van de tuinen kunnen wat opknapwerkjes gebruiken.

De bar bevindt zich in dezelfde ruimte als de receptie, gelegen net naast de grote inrijpoort met daarop in kapitale letters TORRE ARTALE.

Eens was het ganse complex de residentie van de markies van Artale.

Verspreid over een grote oppervlakte omheen het hotel staan tientallen vakantiewoningen. Wat hoger dan het hotel is het 50-meter zwembad gelegen. In deze tijd van het jaar zijn er nog maar weinig individuele toeristen en dus ook weinig gebruikers van het zwembad. De bustoeristen zijn overdag meestal op excursie en gebruiken dus het zwembad niet. Het zwembadcomplex is stilaan aan een restauratiebeurt toe. Tijdens de laatste dag van ons verblijf komt een groep de installaties inspecteren (ook het hotel zelf) wellicht met de bedoeling een bestek voor de herstelling op te maken.

Vanaf het zwembad (ook vanuit de benedentuin van het hotel) heeft men een prachtig zicht op de zee en de bergen onder een azuurblauwe lucht.

Een zaak is zeker. Wie hier verblijft en nog iets anders wil zien dan alleen het hotel doet er best aan een auto te huren. De dichtst bijzijnde “bewoonde” wereld is het kleine dorpje San Nicola d’Aren,a op ca 2,5 km.

Dinsdag 2 mei 2006

06.00 u: opstaan.

Na het ontbijt vertrekken we op uitstap om 9.10 u. Langsheen de kustweg S 113 en een deeltje snelweg, waarvoor we het fenomenale bedrag van € 0,80 moeten betalen (moet hiermee het personeel betaald worden?), komen we om 10.30 u aan in het stadje Cefalu (45 km). Het is er tamelijk druk maar aan het haventje vinden we al vlug een parkeerplaats binnen blauwe strepen. Dit wil zeggen dat er hier parkeergeld moet betaald worden aan een parkeerwachter (herkenbaar aan zijn blauw overgooiertje met “custode parcheggio’ erop) of ergens in een nabijgelegen winkel. Enkele meters van onze parkeerplaats staat een parkeerwachter ‘vermoeid’ tegen de betonnen muur geleund. Het algemene tarief in Sicilië is € 0,50 per uur en wij vragen maar meteen om 4 uur te parkeren. Uit de tas die op zijn mollige buik hangt, tovert hij 4 kaartjes naar boven en begint die op bepaalde plaatsen te doorprikken (de datum van vandaag, het begin- en het einduur – en dit zo 4 keer – een kaartje voor ieder uur). Het duurt zeker 5 minuten voor ik de gegeerde kaartjes in handen heb en die op het dashboard kan tentoonstellen. Wanneer ik mijn kaartje van het stadscentrum nakijk en ook even navraag doe aan een ober uit een bar, blijkt het dat we op de Piazza C. Colombo zijn, niet ver van de Piazza Garibaldi, waar we een korte wandeling aanvatten. Via de Corso Ruggero, de hoofdstraat van Cefalu, komen we aan de Piazza del Duomo (Domplein). Het bezoek aan de dom valt sterk tegen. Er wordt momenteel gerestaureerd en het reeds afgewerkte deel, de achterzijde van de kerk, heeft nog maar weinig van zijn oorspronkelijke versiering. Het mooiste deel is het koor en het linker zijaltaar. Op het plein buiten de dom zoeken we naar een toilet. In de bars is het een aanschuiven aan de toiletten. Terwijl Lea en Godelieve aanschuiven doe ik navraag bij een politeagent of er hier soms een openbaar toilet is. Hij verwijst ons naar een smal straatje links tegenover de dom en inderdaad op de hoek van het plein hangt tegen de muur een (klein) bordje met pijl. Een tiental meter in dit straatje is een openbaar (en relatief proper) toilet (tarief € 50). Na de sanitaire stop wandelen we de straat in recht tegenover de ingang van de dom en op het einde linksaf. Enkele meters verder vinden we de Arabische wasplaats. Hier kwamen vroeger de vrouwen de was doen. Na de wasplaats keren we terug op onze stappen en blijven rechtdoor de straat volgens alwaar we toegang vinden naar het kleine strand. Cefalu heeft een kleine haven met een havenmuur waarop men kan wandelen. Er liggen echter geen boten of bootjes in de haven. De huizen die langsheen het strand staan toornen hoog uit boven de begane grond. We hadden gehoopt dat er van hieruit boottochtjes zouden georganiseerd worden maar dit blijkt een ijdele hoop te zijn.

Om 12 u verlaten we de stad en rijden nog even langsheen de kust richting Messina om vervolgens aan de 1ste weg rechts af te slaan waarbij we de S 286 volgen. We rijden het binnenland in en al vlug zitten we middenin een mooi gebergte. De begroeiïng is sterk wisselend, de ene keer veel groen, bomen en struiken en de andere keer kale bergen of enkel begroeid met gras. Op dit moment bloeit de gele brem open. De randen van de wegen zijn bezaaid met deze prachtige geelkleurige bloemen. Soms zien we in de verte aangeplante velden met gele of rode bloemen. De gele zijn waarschijnlijk koolzaadplanten waaruit olie wordt gewonnen. Overal in Sicilië kom je ook de talrijke 15 a 20 cm lange muurhagedissen tegen (ook in de tuin van ons hotel) die vooral voorkomen in zuid- en midden-Europa. De beestjes zijn zeer schuw en verdwijnen al gauw in het struikgewas.

13.30 u: we komen aan te Castelbuono, na 75 km gereden te hebben. We parkeren onze auto in de buurt van het kasteel maar de rechts zittende passagiers moeten vooraf uitstappen wegens de zeer hoge boord langs de rand van de weg. Het kasteel in Arabisch – Normandische stijl uit de 14de eeuw en de in de nabijheid gelegen Chiesa Matrice Vecchia-kerk zijn gesloten wegens de middagpauze. Overal in Sicilië wordt er middagpauze gehouden tussen 13 u en 16 u. Winkels sluiten en ook de toeristische belangstellingspunten zijn dan dicht. Enkel in bars en eetgelegenheden kan men terecht. Het terras van de lokale bar in de buurt van het kasteel zit proppensvol met busreizigers. Na een 10-tal minuten zetten we onze rondrit verder. Via een bochtige bergweg bereiken we om 14.30 u (101 km) het stadje Geraci Siculo. Een deel van het stadje is nieuwbouw. Ook hier zijn de zeer smalle straten nagenoeg verlaten. In een bar, aan een pleintje, stappen we binnen. Aan de overzijde zitten een 5-tal oudere mannen op een bank hun tijd te doden. Hier maken we voor het eerst kennis met de lokale “panini’s – belegde broodjes. Deze worden meestal belegd met ham en mozzarellakaas en worden enkele minuten tussen een groot heet, soort van wafelijzer, gestopt. Daardoor smelt de kaas. 4 broodjes en 4 drankjes kosten samen € 15. Na ongeveer een uur vertrekken wij en houden aan de y-vormige splitsing rechts aan. We rijden vervolgens langs Petralia Soprana, Petralia Sottana, Piano Bataglia Mongerati en Collesano. Daar beslissen we de rest van de geplande rit niet te volgen, het rijden op kronkelige bergwegen vergt meer tijd dan gedacht, en rijden we in de richting van het aan de kust gelegen Campofelice di Roccela. Via de kustweg gaat het dan richting Palermo en het drukke Termini Imerese.

Aankomst aan het hotel om 18.10 u. Wij hebben 201 km gereden.

Avondmaal: - noedels in tomatensaus en paddestoelen

- vis met spinazie en een slaatje (dit laatste op ons verzoek)

- verse aardbeien

In de loop van de nacht krijgt Lea pijn in de keel. We dachten eerst dat de krokante koek van deze middag iets in haar keel geschonden had maar later blijkt het een heropflakkerende verkoudheid te zijn.

Woensdag 3 mei 2006

Het is 9.20 u wanneer we vertrekken aan het hotel. Wij hebben de bedoeling het afgebroken deel van de trip van 2 dagen geleden (in de buurt van Palermo) te rijden. Maar door het gebrek aan goede wegwijzers komen we zonder het te willen in de heksenketel van Palermo terecht. De verkeerschaos in de stad is onbeschrijfelijk. Nu weten we waarom bijna alle wagens schrammen en blutsen op hun koetswerk vertonen. Het zwaarste probleem is nog de talrijke scooters en bromfietsen die tussen soms bumper aan bumper rijdende wagens laveren. Een voordeel heeft het rijden in deze chaos wel: zware ongevallen door hoge snelheid gebeuren hier gewoonweg niet, alles blijft bij blutsen en builen. Na lang zoeken proberen we de juiste weg te vinden, waarbij we zelfs door het centrum van de stad rijden, en geraken dan uiteindelijk we op de snelweg richting Messina / Catania.

Om 12.50 u zijn we terug aan het hotel en hebben we toch nog 98 km gereden.

Na even onze kamer te hebben aangedaan rijden we vanaf het hotel wat landinwaarts om de omgeving te bekijken. We rijden tot het dorpje Vingtimiglia di Cisilia en keren dan terug. We passeren het hotel en een kilometer verder, richting kust, hadden we reeds een bar/restaurant/pizzeria gezien met een kleurrijke voorgevel en een mooi voortuintje. Wij besluiten hier een middagmaal te gebruiken. Hier leren we dat men bijna nergens in Sicilië overdag pizza’s kan krijgen in een restaurant of bar. Deze zijn pas verkrijgbaar ’s avonds en dan nog meestal vanaf 20 u. Wij bestellen Spaghetti con Ricci (normaal is dit gekrulde spaghetti maar hier krijgen we gewone spaghetti). De hoeveelheid was naar de schaarse kant, de saus was lekker maar de prijs aan de hoge kant (€ 10 per bord). Met alle dranken inbegrepen betalen we samen € 60,90. We nemen als dessert nog een ijsje. De uitbaters van dit restaurant profiteren er van om een veel te hoge prijs te vragen omdat het naburige hotel (ons hotel) ver afgelegen is van andere eetgelegenheden en dat de toeristen die over geen wagen beschikken quasi verplicht zijn naar hier te komen wanneer ze ’s middags iets achter de kiezen willen krijgen. Wij hebben voor de rest van ons verblijf dan ook het restaurant links laten liggen.

Na het middagmaal gaan we wat rusten op de kamer (wegens Lea haar verkoudheid) en brengen dan de rest van de namiddag door op het terras van het hotel.

Avondeten: - wortelsoep met croutons

- kalkoen

- ijstaart

Donderdag 4 mei 2006

06.20 u: opstaan. 07.30 u: ontbijt.

Omstreeks 9 u vertrekken we op uitstap in de buurt van Trabia. Vooraf tanken we aan een benzinestation in Trabia (€ 35 – 28,5 liter diesel aan € 1,250/liter). We rijden via het hotel, het stadje Vengtimiglia di Sicilia (9.45u – 27 km), Baucina, rechtsaf de S 121 naar Bolognetta, linksaf de S 118 volgen naar Corleone.

We stoppen even in Corleone van 11 u tot 11.30 u, de thuisstad van de aangehouden maffialeider. Vervolgens gaat het verder langs Campofiorito en Bisaquino naar Palazzo Adriano. Ter hoogte van deze stad stoppen we van 13.50 u tot 14.40 u (138 km). We hadden al gedacht geen eetgelegenheid meer te vinden maar plots doemde er een op langsheen de hoofdweg. Het restaurant is goed bezet met zowel werklieden in werkplunje als personen in een maatpak. Een menukaart kan men ons niet voorleggen en om het niet te moeilijk te maken bestellen we maar men ons vieren een spaghetti bolognese, een biertje en een grote fles cola. De spaghetti is uitstekend met veel vlees in de bolognesesaus en ruim voldoende. Hier kost een bord slechts een goede 4 euro. Samen betalen we met de dranken inbegrepen € 23, 50.

Ons volgend doel in het stadje Prizzi dat gelegen is op 1007 m en volgens de kaart een goed uitzicht geeft op de omgeving. Eens in het stadje zien we een bordje dat aangeeft dat er daar ook een kasteel is. Wij proberen deze richting te volgen maar de straatjes, die steeds smaller worden, lopen daarbij ook nog eens naar omhoog. Tot we ten slotte niet meer verder kunnen daar de straat in twee helften verdeeld wordt, een deel dat naar beneden loopt en een deel dat naar boven gaat. Er zit niet anders op dan even achteruit te rijden, in een uitstulping te wenden en dan terug naar beneden te rijden. We houden het bezoek aan de stad voor bekeken.

We vervolgen ons parcours langs Carcaciotto, Lercara, Vicari, Vilafrati, Baucina, Vingtimiglia di Sicilia.

We komen aan in het hotel om 17 u en na 227 km.

Zoals gebruikelijk brengen we de rest van de tijd, tot aan het avondmaal, door op het terras en genieten we van de ondergaande zon.

Avondeten: - Rigatoni ai funghi (noedels met champignonsaus)

- Calamari fritti (gebakken inktvisringen – zeer goed klaargemaakt!)

- vers fruit

Vrijdag 5 mei 2006

06.15 u opstaan.

Na het ontbijt vertrekken we naar Termini Imerese waar volgens inlichtingen, die we in de receptie van het hotel verkregen hebben, er vandaag markt zou zijn. We vertrekken om 9 u. Eens in het centrum van deze weinig aantrekkelijke stad vinden we op het eerste zicht niets dat op een markt gelijkt. Wij rijden wat rond in het centrum en vragen aan een groep mannen die aan een straatversmalling staan te praten maar de “mercato” (markt). Een van de mannen zegt dat het om de hoek is enkele honderd meter verder. Even verder zien we in de verte de kramen staan in de buurt van de haven. In een straat naar de haven wijst een semi-officiële parkeerwachter mij een plaats aan voor een grote ijzeren poort. Ik wijs nadrukkelijk naar de poort maar de man probeert me duidelijk te maken dat de poort niet meer gebruikt wordt. We parkeren dan maar voor de poort en ik kijk nog even door een spleet waarbij ik bemerk dat deze poort wel degelijk niet meer gebruikt wordt. De wachter zegt me tevens dat ik pas moet betalen wanneer ik terugkom. Ik heb er echter mijn twijfels over dat er hier parkeergeld moet betaald worden maar niet vertrouwd zijnde met de plaatselijke gebruiken zal ik toch maar het zekere voor het onzekere nemen.

De markt bestaat uit twee lange rijen kramen die op de weg naast de haven staan opgesteld. 80 % van de waren die er verkocht worden zijn kleren. De plaatselijke bevolking graait gretig in de hopen kleren. Wijzelf kopen een kleinigheid voor Marijke en William. Ook kopen we er wat sinaasappelen en kiwi’s. Daar het glas van mijn uurwerk het begeven heeft koop ik hier een nieuw uurwerk voor een spotprijs. Op andere plaatsen kan ik zelfs nog wat afdingen op de prijs maar de uurwerkverkoper blijft het been stijf houden.

Eens terug aan de wagen vraagt de parkeerwachter (?) mij € 5. Ik trek even wijd de ogen ongelovig open en vind de prijs wat aan de hoge kant. Al vlug veranderd de man van prijs en zegt dat € 2 genoeg is. Ik betaal hem die zonder echter zeker te zijn dat ik dit wel moest doen.

Terug in het hotel gaan we wat zonnebaden aan het 50-meterzwembad. Niet ver hier vandaan, richting Palermo, bevindt er zich een langgerekte bergrug. Regelmatig hangen er tegen de toppen wat wolken, vooral na de middag. Maar vanaf hier richting zee schijnt de zon volop. Op het middaguur heerst er een hoge U.V.-factor zodat zonnecrème zeker geen overbodige luxe is.

Vooraleer we de markt verlieten kochten we in een bar een drietal belegde broodjes (panini’s). Na het zwembad eten we onze broodjes op op een patio van het hotel. Dit doet er ons aan herinneren dat we ook nog voor iets te eten moeten zorgen voor woensdagmiddag, de voorlaatste dag van ons verblijf, omdat we onze wagen moeten inleveren om 09.30 u. Na onze broodjes binnengewerkt te hebben rijden we naar Trabiastad op verkenning om te kijken of we daar dan aan broodjes kunnen geraken. Dit blijkt geen geschikte locatie te zijn. Daar het dan 15 u is kunnen we hier ook niet tanken wegens de middagpauze. We zullen dit uitstellen tot morgen. Na deze verkenningstrip naar Trabia rijden we naar de bar in de buurt van het hotel en gaan er een ijsje eten. Terwijl wij een bad nemen zijn Godelieve en Lucien naar het zwembad gegaan maar bij hun terugkeer zit hun kamer zonder stroom. Ik vind al vlug de zekeringkast en schakel de gesprongen verliesstroomschakelaar terug in. Waarschijnlijk wordt dit probleem veroorzaakt door de ijskast. Door de stekker uit te trekken is het probleem opgelost.

Avondeten: - Rigatoni amatriciaba (noedels met tomaten spek en chilipeper)

of

Pennette marinara (pennenoedels met zeevruchten)

of

Zuppa di verdure (groentensoep)

- Filette di platessa al pane ‘Filicudiano’ (gepaneerde zeetongfilet)

- gebak

Zaterdag 6 mei 2006

06.15 u: opstaan. 7.30 u ontbijten.

08.30 u: we vertrekken voor een bezoek aan de Etnavulkaan. Op de snelweg, even na Termini Imerese, tanken we voor € 40. We rijden via de snelweg A19 richting Catania. Eens we in het binnenland zijn krijgen we te maken met een kortstondig buitje, net genoeg om eens onze voorruit te kuisen, want de ruitensproeier is leeg. We rijden over een bijna verlaten snelweg waarvan grote delen op pijlers werden gebouwd. Even voor Catania wisselen we van snelweg en volgen nu de A 18 richting Messina. Ik heb uitgerekend dat we aan de 4de uitrit de snelweg moeten verlaten. Dit blijkt nog te kloppen ook. We verlaten de snelweg te Gravina en rijden via de gewone weg richting Etna (meestal goed aangeduid). Na Nicolos komen we, via een stijgende weg die afgeboord is met uit lava gehakte stenen, aan in de Refugio Sapienza op 1910 meter hoogte. Hier zijn grote parkings die op dit tijdstip van het jaar nog grotendeels leeg zijn. Daarnaast zijn hier een tweetal eetgelegenheden en een 6 a 7-tal souvenirbarakjes. Van hier vertrekt de kabelbaan tot een hoogte van 2600 meter. Voor de prijs van € 45 krijg je de kabelbaan en de jeep die tot het hoogste toegelaten punt gaat, zijnde 2900 meter. De top van de Etna bevindt zich op 3340 meter en is zelden wolkenloos. Hoe hoger wij gaan, hoe kouder het wordt. Eens uitgestapt aan het bergstation van de kabellift stappen we over in de speciale busjeeps met hoge wielen die voorzien van extra veringen. Hoe meer we naar de top gaan hoe groter de lavabrokken worden met uitzondering van het eindpunt van de jeeps waarvan de bodem uit fijnverpulverde lava bestaat. Een aantal geoefende wandelaars zetten van hieruit hun tocht verder naar de top. Het is er behoorlijk koud, we schatten rond de -5 graden. De wind waait er stevig, reden genoeg om er niet al te lang te toeven. De uitleg die de gidsen geven is voor ons meestal niet verstaanbaar. Ook vandaag zit de top achter grijze wolken. Wanneer we de jeep terug opzoeken vallen er zelfs enige sneeuwvlokjes. De wegen langs waarheen de jeeps rijden zijn slechts provisorisch aangelegd en we worden onderweg goed door elkaar geschud. Betoverend zijn de rechte sneeuwwanden langs weerszijden van de weg.

Van de Etna zijn er 135 uitbarstingen bekend in de loop van de geschiedenis. De laatste had plaats in 1992. Vanaf 1983 werd een nieuwe techniek toegepast om de lavastroom om te leiden om enkele dorpjes te beschermen. Tijdens de uitbarsting van 1992 werd de nieuwe techniek nog verbeterd.

Eens terug aan de Refugio Sapienza betalen we de parkeerwachter. We zijn vrij van te geven wat we willen. Het is dan 13.30u.

In de grootste eetgelegenheid van de twee eten we een belegd broodje met hesp en mozzarellakaas.dat zoals gebruikelijk tussen een ijzer opgewarmd wordt. We betalen alles samen, drinken inbegrepen, € 25, 50.

14.20u: wij begeven ons op de terugweg. 17.00 u: aankomst aan het hotel. Aantal afgelegde kilometers: 433.

Voor we naar het restaurant gaan voor het avondmaal zijn we op het pleintje voor het bordes nog getuige van een huwelijksreceptie in open lucht. De bruidstaart wordt aangesneden en de champagne ontkurkt.

Buiten enkele regendruppels op de heenweg en ook op de terugweg (nagenoeg op dezelfde plaats) en de wolken rond de top van de Etna was het de ganse dag zonnig.

Avondeten: - Crema di aspergi (aspergenroomsoep)

- Casciotto di vitello all’arancia (gigot de veau met sinaasappelsaus)

of

Calamari Fritti (gefrituurde inktvisringen)

- ijstaart

Enkele Siciliaanse eigenaardigheden

-Meestal sluiten winkels en bedrijven de deuren tussen 13 en 16 u voor de middagpauze. Zelfs de meeste benzinepompen zijn gesloten. Wel blijven de eetgelegenheden open.

-Je kan hier enkel pizza’s krijgen ’s avonds en dan nog meestal na 20 u.

-De meeste benzinepompen worden bediend door een pompbediende aan wie je het verschuldigde bedrag betaald.

-Parkeren binnen een parkeervak van blauwe lijnen is onderhevig aan het betalen van parkeergeld. Het tarief is overal gelijk: 0,50 per uur. Parkeerbiljetten kan je kopen aan een parkeerwachter of in bepaalde winkels in de buurt van de parkeerplaats.

-Toiletten hebben meestal geen waterbakken, wel een hevel die je moet open en dicht draaien. Het water spoelt onder hoge druk het toilet door.

-Tijdens ons ganse verblijf hebben we niet een echte bakkerij gezien, noch een slagerij. Patisserie en andere bakkerijwaren zijn verkrijgbaar in de overal aanwezige bar/restaurants/pizzeria’s. Hier kan men tevens snacks krijgen en zelfs een gans menu. De belegde broodjes zijn doorgaans belegd met ham en mozzarellakaas, met soms enkele varianten.

-In de steden is het moeilijk om een parkeerplaats te vinden. Het rijgedrag van de Sicilianen moet men gewoon worden. Volle witte strepen en rode lichten worden wel eens genegeerd. Daarentegen tolereren ze dat jijzelf ook de regels niet al te nauw neemt en rijden op die manier anticiperend. Claxonneren doen ze niet om je op een fout te wijzen maar om zich te laten opmerken en je aandacht te trekken..

-Heel wat bewoners rijden met verouderde kleine voertuigen zoals bvb Fiat. Hier zie je nog regelmatig de zogenaamde Fiat “bolhoedjes” rondrijden. Die moeten minstens 40 jaar oud zijn. Ook wordt er veel gebruik gemaakt van driewielige voertuigjes met achteraan een laadbak. Deze zijn uitgerust met een motor van een bromfiets of moto. Deze voertuigjes hebben het voordeel dat ze gemakkelijk in de smalle straatjes van de steden kunnen.

-Op zondagnamiddag zijn de winkels potdicht. De nog streng katholieke Sicilianen respecteren de zondagsrust.

-Hier is er nog geen sprake van een politiehervorming. Men kent hier nog verschillende soorten politiediensten zoals de carabinieri, de gemeentelijke politie, enz.

-Het minste dat gezegd kan worden van de Sicilianen is dat ze aan de slordige kant zijn en weinig milieubewust. De straten langs de kust en in de kuststeden liggen vol met zwerfvuil. Je moet niet verwonderd zijn plots een lege plastiekfles of bananenschillen vanuit een open raam van een auto naar buiten te zien vliegen. Vuilnis verbranden in open lucht is hier nog een dagelijkse bezigheid. Vuilnis sorteren is er helemaal niet bij. Toen wij na onze thuiskomst de factuur ontvingen van een bijkomende verzekering voor de auto bemerkten we dat er een flinke som milieutaks was aangerekend. Van een contradictio in termis gesproken!

-Openbare toiletten in de steden zijn hier zeldzaam. In geval van nood stapt men een bar binnen en heeft men er zelfs geen probleem mee dat men gewoon vertrekt zonder iets te gebruiken.

Zondag 7 mei 2006

Om 8.45 u vertrekken we richting Bagheria (niet ver van Palermo) voor een bezoek aan de archeologische site van Solunto. We bezoeken de site en het museum. Vervolgens rijden we nog iets verder en drinken iets in het plaatsje Aspra. Om 12.45 u zijn we terug aan het hotel (70 km)

Om 13.30 u rijden we terug naar de kustweg en gaan we een “panini” eten in San Nicola l’Arena.

De rest van de namiddag brengen we door aan het zwembad. Zoals gebruikelijk komt er na de middag wat meer bewolking op maar de temperatuur blijft uitstekend. Na 17.45 u keren we terug naar het hotel en genieten we van de langzaam zakkende zon.

Avondeten: - Fusilli alla marinara (noedels met zeevruchten)

- Pesce spada alla bavarese (zwaardvis met aardappelen en

kappertjes)

- gebak

Inmiddels is de wijn Robinia bianco, die we het liefste dronken, uitgeput. Wij drinken deze avond Corvo bianco. Ik heb een trukje om de naam van de wijn te onthouden. Ik trek het etiket van de fles voorzichtig af en toon die de volgende avond aan de ober. De man begint onbedaarlijk te lachen wanneer ik iedere avond het etiket uit mijn borstzakje tover. De laatste avond was ik vergeten het etiket van een andere soort wijn af te trekken. Komt die ober toch niet breed lachend met het etiket opdagen en stopt dit in mijn handen.

Maandag 8 mei 2006

06.00 u: opstaan. Ik maak een wandeling in de tuin, zoals bijna iedere ochtend. Alle wolken zijn in de loop van de nacht verdwenen. De zonsopgang is mooi. De temperatuur is zacht en schommelt hier overdag steeds tussen de 19 en 22 graden. Vanop het terrein van het hotel is het zalig te genieten van het zachte ochtendlicht van de opkomende zon.

Bij mijn terugkomst in de kamer is er een elektriciteitsprobleem. Overal brandt de noodverlichting en in de kamers is er geen stroom. Ik ga dit even melden aan de receptie maar daar wist men er al van. Na enkele minuten is het probleem opgelost.

07.30 u: ontbijt.

08.20 u: we vertrekken voor een uitstap naar de zuidkant van het eiland, meer bepaald naar Agrigento. Via Vingtimiglia di Sicilia (een naam die klinkt als een gedicht), alwaar we € 41 tanken aan € 1,245 / liter, en Baucina rijden we rechtstreeks naar Agrigento via de S 121 en de S 189. We komen er aan om 11.30 u. Wij willen de uitgestrekte archeologische site van de Vallei der Tempels bezoeken. Wij vinden een aantal wegwijzers die de goede richting aanduiden maar hoe dichter we bij de stad zelf komen hoe minder we er nog zien. We rijden een grote parking op, waarop nogal wat bussen staan, en parkeren er ons even. Ik stap uit en naast ons staat er een wagen waarin de bestuurder nog aanwezig is. Ik vraag hem de weg naar de Valle dei Templi. De man stapt gewillig uit zijn wagen en begint in het Italiaans de weg uit te leggen. Daar hij een hevige stotteraar is en alle woorden zowat drie maal herhaalt, kan ik hem goed volgen. Blijkt dat we aan het volgende kruispunt rechtsaf moeten en dan nog een kilometer rijden om aan de parking aan de ingang van de site te komen. Net als wij vertrekken rijdt er een bus de parking af die blijkbaar zijn passagiers gaat opladen aan de uitgang. Wij volgen de bus en we bemerken dat ik de bereidwillige man wel goed begrepen had. We parkeren de wagen op de parking aan de ingang en betalen hiervoor € 2 (zogezegd om de ganse dag te parkeren). De toegang kost ons € 6 per persoon. Tot hier hebben we 130 km afgelegd. We bezoeken de uitgestrekte site waarop nog enkele tempels goed bewaard zijn gebleven. Ondertussen schijnt de zon overvloedig en is de temperatuur juist gepast. Twee van de tempels staan in de steigers wegens restauratie, wat een beetje storend is voor het zicht op de bouwwerken. De site wordt doorkruist daar een drukke weg. Je kan het eerste deel van de site gewoon verlaten, de drukke straat oversteken via het zebrapad waar twee verkeersagenten het verkeer regelen en dan langs de overkant het tweede deel binnengaan doormiddel van het kaartje dat je aan de ingang kocht en die je in de gleuf van het draaihekje moet stoppen om het te openen. Op dit tweede deel ligt nog een reusachtige telemon, een van de 14 die ooit de gevel van een tempel ondersteunden. Het is echter een kopie. Om terug te keren moeten we via dezelfde weg. Wij proberen met ons kaartje binnen te geraken op het eerste deel van de site en net op dat ogenblik weigert het draaihekje alle dienst. De bewaakster wordt verwittigd en die laat ons via een ander hekje binnen.

Bij het verlaten van de stad is het even zoeken om de juiste weg te nemen maar uiteindelijk komen we terug op de S 189 terecht.

Te Campofranco vinden we een geschikt restaurant en gebruiken we er elk een spaghetti bolognese, een biertje en een grote fles cola. We betalen hiervoor samen € 29,30. De 30 cent liet de uitbater vallen, wat hier blijkbaar gebruikelijk is.

Na 283 km komen we om 17 u aan in het hotel.

Avondeten: - Crema di asparagi (groene aspergensoep)

- Taglia di manzo al radicchio (rumsteak met witloof – wij vragen om er

wat friet bij te doen

- ijstaart

Dinsdag 9 mei 2006

Vertrekken om 08.50 u. We rijden via de snelweg tot voorbij Cafalu, betalen de baantaks van € 0,80 en rijden dan het binnenland in. Wegens een wegomlegging komen we terecht in Pollina. We volgen daarna de D 286 tot Castelbuono. De vorige keer dat we hier voorbij kwamen was het kasteel gesloten. Nu kunnen we het kasteel bezoeken (€ 2 per persoon). Het is er druk want het is de periode van de schoolreizen. Na het bezoek zetten we onze weg verder langs Geraci Siculo, Petralia Soprana, Petralia Sottana. Ter hoogte van dit stadje slaan we links af. We rijden via de S 120 langs Castellana Sicula. Even verder dwarsen we de snelweg A19 en rijden tot Caltavuturo. We rijden het stadje binnen en stoppen er om iets te eten. In een bar/restaurant/pizzeria eten we een stuk pizza. Dit is de enige gelegenheid waar we op dit uur van de dag aan een pizza konden geraken. De pizza”s worden opgewarmd in een microgolfoven, maar net iets te weinig naar mijn zin. Naast het stuk pizza, neem ik nog een gevulde koek, gevuld met een zeer lekkere typische crème die ik ook al in het hotel had geproefd in de “sigarette russe”. Na het verlaten van Caltavuturo nemen we de kortste weg naar de snelweg en het hotel. Onderweg tanken we vol voor € 35 (dit is onze laatste uitstap en morgen moeten we de wagen volgetankt afgeven) .

We komen aan in het hotel om 14 u en hebben 194 km afgelegd.

Tot 16 u blijven we aan het zwembad tot het plots hevig begint te waaien, maar het is een warme wind. Ook trekken er wat wolken samen tegen de nabijgelegen bergen. Daaruit vallen er die avond amper 3 regendruppels. Een prachtige, nooit geziene regenboog verschijnt aan de hemel en blijft minutenlang de hemel versieren. Pas is in het receptiegebouw een affiche opgehangen waarop voor het volgend weekend een folklorefeest wordt aangekondigd. Dit feest staat in het teken van de op Sicilië nog veel voorkomende vrucht de mispel. Van deze vrucht wordt meestal confituur gemaakt maar om die te oogsten moet de vrucht zeer rijp zijn. Vandaar het spreekwoord “zo vurt (rot) als nen mispel”.

Avondeten: - Zuppa di verdure (groentensoep)

of

Fusilli al pesto (noedels met pestosaus)

- Artista di maiale ai funghi (varkenssneetje met champignonsaus)

of

Ricciol con pomodorino e mentuccia (“adlerfisch” met tomaten en

“poleiminze”)

- gebakje

Woensdag 10 mei 2006

07.00 u opstaan. 08.00 u ontbijt.

Om 09.30 u geef ik de sleutel van de huurwagen af aan de receptie van het hotel. Ter plaatse hebben we tijdens ons verblijf op Sicilië met deze huurwagen 1791 km afgelegd.

Het is een prachtige dag en nagenoeg wolkeloos. Het wordt ca 23 graden. We brengen de voormiddag door aan het zwembad. Enkele dagen geleden hadden we aan de barman gevraagd om voor panini te zorgen voor deze middag daar we niet meer over een voertuig beschikken. Om 11. u komt de hostess van Thomas Cook langs en deelt ons mee wanneer we morgen zullen opgehaald worden aan het hotel. Dit is om 06.20 u. Er zal een lunchpakket klaarliggen aan de receptie. De vlucht zelf is voorzien om 10 u. Wij zullen echter eerst nog naar Catania vliegen. In totaal zal de reis vanaf Palermo tot Brussel vier en een half uur duren. Aan de hostess vertellen we onze, meestal positieve, ervaringen van onze reis. Na het vertrek van de hostess verorberen we de broodjes en brengen de rest van de namiddag door aan het zwembad onder een stralende zon. We hebben geluk want had het uitgerekend vandaag moeten regenen dan het een een lange saaie dag geweest. Nu is het een uitstekende meevaller.

Rond 16 uur gaan we naar de kamer om er zoo veel als mogelijk de valiezen klaar te maken. De grootste valies vullen we proppensvol zodat we deze reeds definitief kunnen afsluiten en er ruimte genoeg over is in de kleinere valies.

Tussen 18 en 19.30 u brengen we nog wat tijd door op het terras van de bar en de reisleider (io) trakteert met een apperitiefje.

Avondeten: - Pennette alla Marinara ( Macaroni op Marinarawijze)

- Entrecotte ai ferri (gegrilde entrecote)

- vers fruit

Na het avondeten gaan we naar de receptie om af te rekenen. We schatten dat we zowat een kleine € 200 samen moeten betalen aan dranken bij het eten (telkens een fles water en een fles wijn, met uitzondering van 11 mei toen we twee flessen wijn soldaat gemaakt hebben. De receptioniste zegt dat we € 96 moeten betalen. Na overleg met ons vieren komen we tot de slotsom dat dit niet klopt. Ik vraag nadrukkelijk aan de receptioniste om alles nog eens goed na te kijken ook daar we twee kamernummers hebben en de obers soms één en soms twee nummers op de rekening noteerden. Ze blijft bij haar standpunt dat de rekening klopt en zegt nog al lachend dat wanneer ik vrijwillig meer wil betalen dat gerust mag doen. De oorzaak van de fout moet wellicht gezocht worden in het feit dat er van computerprogramma gewisseld werd in de loop van de week en dat er iets is fout gelopen bij de overdracht. Zo betaalden we ongeveer € 100 (4000 BEF) te weinig. Maar daar treuren we niet om.

Met het oog op de reis van morgen gaan we niet al te laat slapen.

Donderdag 11 mei 2006

Ik sta op om 4.30 u. Na een douche en het nog resterende in de valies te hebben gestoken, brengen we de koffers naar de receptie en wachten daar op de komst van de bus. Bij de afgifte van onze kamersleutels krijgen we een lunchpakket dat echter aan de karige kant is, maar op dit uur hebben we toch nog niet veel trek. Het blijft echter wachten op de bus en wanneer die niet opdaagt bel ik het gsm-nummer van de hostess van Thomas Cook. Het is dan 6.45 u. Ze antwoord dat ze net aan het hotel aankomt. Ik heb nog maar pas mijn gsm afgesloten of de bus stopt voor de poort. Via Palermostad, waar we wat tijd verliezen door de verkeersdrukte, bereiken we om 08.10 u de luchthaven. Het inchecken neemt maar enkele minuten in beslag en het is eventjes zoeken naar de juiste poort (gate). Die bevindt zich op de eerste verdieping. De toiletten nabij ingang van de luchthaven zijn nog niet gepoetst en zijn een regelrechte ramp. Op de 1ste verdieping gaat het beter.

Inmiddels is het toestel, een Airbus 320, van Thomas Cook reeds aangekomen. De passagiers voor Palermo zijn bezig met uitstappen en van zodra dit achter de rug is kunnen wij instappen. Het vliegtuig, dat van Brussel komt, zit nog voor driekwart vol met mensen die naar Catania moeten. Het is dan 9.25 u. Op de vlucht naar Catania hebben we geen specifiek zetelnummer, we mogen de vrije plaatsen innemen. Pas vanaf Catania hebben we de zetels 26 E, 26 F, 29 E en 29 F.

Om 10 u stipt stijgen we op te Palermo. De vlucht naar Catania duurt ca 25 minuten. Het is helder weer en het toestel vliegt vrij laag zodat we een prachtig zicht hebben op het Siciliaanse landschap.

We komen aan te Catania om 10.25 u. Daar moeten alle passagiers het toestel verlaten, eerste diegenen die ter bestemming zijn en dan wij die naar de transitruimte gebracht worden. Daar kunnen we in een klein winkeltje iets te eten kopen. Na het bijtanken en het poetsen van het vliegtuig mogen we terug instappen.

Om 11.40 u stijgen we op voor een vlucht van twee en een half uur. We werpen een laatste blik op de besneeuwde top van de nabijgelegen Etna. De aankomst te Brussel is voorzien voor 14.10 u

Tijdens de vlucht is het zicht zeer goed. Vooral de besneeuwde Alpentoppen zijn prachtig. We vliegen over zuid-Italië, Boulogna, Rimini, de Oostenrijkse Alpen en Frankfurt.

Zoals voorzien landen we om 14.10 u te Brussel. Daar het een hele weg is vanaf het vliegtuig naar de aankomsthal, komen onze valiezen nagenoeg op hetzelfde tijdstip op de band terecht als wij daar aankomen.

In het station onder de luchthaven nemen we de trein van 15.04 u. Het is echter een stoptrein die pas om 16.27 u te Gent aankomt. Eens op de trein bel ik via de gsm Kristof op die ons aan het station komt ophalen. Het valt mij nu nog maar pas op dat de meeste perrons van het Sint-Pietersstation geen roltrap naar beneden hebben wat wel wat problemen geeft wanneer men twee zware reiskoffer bij zich heeft.

Even voor 17 u open ik onze voordeur. We zijn thuis.

Ons Siciliaans avontuur is voorbij.

30-05-2006 om 00:00 geschreven door David Maes


>> Reageer (2)
29-05-2006
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hotel Torre Artale - Trabia - Sicilië - Italië
Klik op de afbeelding om de link te volgen








Hotel Torre Artale - Trabia - Sicilîë

29-05-2006 om 17:44 geschreven door David Maes


>> Reageer (2)


Inhoud blog
  • NORMANDIË 1993 deel 2
  • NORMANDIË 1993 deel 1
  • NORMANDIË 1995 deel 2
  • NORMANDIË 1995 deel 1
  • NOORD-FRANKRIJK 1996 deel 2
  • NOORD-FRANKRIJK 1996 deel 1
  • ZEVENDAAGSE NAAR DE KASTELEN VAN DE LOIRE 1997 deel 2
  • ZEVENDAAGSE NAAR DE KASTELEN VAN DE LOIRE 1997 deel 1
  • BOURGONDIË 1998 deel 2
  • BOURGONDIË 1998 deel 1
  • MONSCHAU 1999 deel 2
  • MONSCHAU 1999 deel 1
  • PARIJS 2000
  • GROOTHERTOGDOM LUXEMBURG 2000
  • TURKIJE 2001 deel 3
  • TURKIJE 2001 deel 2
  • TURKIJE 2001 deel 1
  • PARIJS 2001
  • DE VOGEZEN 2001 deel 2
  • DE VOGEZEN 2001 deel 1
  • KEULEN CARNAVAL 2002
  • BRETAGNE 2002 deel 3
  • BRETAGNE 2002 deel 2
  • BRETAGNE 2002 deel 1
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2002 deel 3
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2002 deel 2
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2002 deel 1
  • TURKIJE 2003 deel 3
  • TURKIJE 2003 deel 2
  • TURKIJE 2003 deel 1
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2003 deel 3
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2003 deel 2
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2003 deel 1
  • KRETA 2004 deel 2
  • KRETA 2004 deel 1
  • HOUFFALIZE 2004
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 3
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 2
  • OOSTENRIJK GROSSARL 2004 deel 1
  • TURKIJE 2005 deel 3
  • TURKIJE 2005 deel 2
  • TURKIJE 2005 deel 1
  • VIERDAAGSE VAN DE IJZER 2005
  • GROSSARL 2005 deel 3
  • GROSSARL 2005 deel 2
  • GROSSARL 2005 deel 1
  • Hotel Torre Artale - Trabia - Sicilië - Italië
  • Reis naar Sicilië - Italië 2006
  • De Pyreneeën
  • Lourdes en de Pyreneeën
  • Antalya Turkije 2006
  • Antalya Turkije 2006
  • Grossglockner 3798 m
  • Sankt-Martin bei Lofer - Oostenrijk
  • Kas Turkije 207
  • Kas - Turkije 2007
  • Kusadasi Turkije 2008
  • Kusadasi Turkije 2008
  • Bernau - Zwarte Woud
  • Bernau - Zwarte Woud
  • Bornholm - Denemarken
  • Tenerife 2010
  • Antalya Turkije 2011
  • Malta 2011
  • Tenerife 2012
  • Nieuw
  • Welkom op deze blog
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Archief per jaar
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007
  • 2006
  • 2005
  • 2004
  • 2003
  • 2002
  • 2001
  • 2000
  • 1999
  • 1998
  • 1997
  • 1996
  • 1995
  • 1993
    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.

    Blog als favoriet !
    Gastenboek
  • solar
  • Op bezoek geweest
  • Lieve groetjes
  • Vrolijk pasen
  • xxx

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    T -->

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!