WEERSPREUKEN MAART.
Droogte en veel stof in maart, is de boer heel wat waard.
Stof in maart is goud waard.
Een droge maart is goud waard, als het in april maar regenen wil.
Een droge maartse wind, maakt de boeren goed gezind.
Droge maart brengt overal koren, maartse sneeuw is koren waard.
Maartse buien die beduien, dat de zomer aan komt kruien.
Nooit is maart zo zoet, of ‘t sneeuwt op de herder zijn hoed.
Daar is geen maart zo goed of het sneeuwt op de boer zijn hoed.
Een goede maart is niet veel waard.
Maart droog, mei nat, veel hooi en zaad zat.
Als maart is zacht in wil, verwacht men een koude april.
Als het weder is van goede zin, trekt de kou zijn steertje in.
Danst het lammetje in maart, april pakt het bij de staart.
Wat maart niet wil, doet april.
Een koekoeksroep ter helft van Meert is voor den boer een daalder weerd.
Muggendans in maart, voorspelt sterfte onder de schapen.
Zaai niet in maart te vroeg, d’r is nog tijd genoeg.
Wie grote bonen wil eten, moet maart niet vergeten.
Als maart aprilweer geven wil, zo zal geven maart weer de maand april.
Dondert het in de maand van maart, in mei dekt de sneeuw de aard.
Voor oude lieden heeft maart kwaad in hare staart.
01-03-2018 om 15:46
geschreven door julie (Arlette)
|