ZINGEN IN CURAÇAO
Als je het hebt over de muziek op de Nederlandse Antillen in het algemeen en Curaçao in het bijzonder, ziet menigeen beelden voor zich van mensen in kleurige kleding die dansen op de klanken van een lokaal combo of steelband. Veel verder komt men meestal niet, terwijl er op muzikaal gebied heel wat te beleven valt. En dan praat ik niet over de dagelijkse live muziek in hotels en restaurants.
De Curaçaose muzikale geschiedenis is vooral het werk van een aantal lokale componisten van grofweg de laatste twee eeuwen, waarvan steeds de naam Palm generaties lang opduikt. Niets ten nadele overigens van de andere belangrijke componisten. De muziek bestaat vooral uit danzas, mazurkas, polkas, tumbas, tangos, pasillos, geschreven voor piano. Ook wel voor (kamer)orkest, maar dat werd veel minder vaak uitgevoerd. Daarom was het ook heel bijzonder dat wij, nauwelijks enkele dagen op het eiland, al een kamerconcert bijwoonden met alleen Antilliaanse muziek.
Over de muziek van de eilanden wil ik nog wel een keer wat meer schrijven. Voor mensen die mij kennen zal het niet vreemd zijn te vernemen dat ik ook hier weer ben gaan zingen. Bij het Curaçaose Bachkoor, dat met een heel bijzonder project bezig is. Een muziekstuk, dat ik al vele jaren ken, maar dat in Europa bijna altijd in een bewerkte versie wordt gezongen, omdat de Zuid-Amerikaanse ritmes de Europeaan niet liggen. Hier zingen we de Missa Criolla van de Argentijn Ariel Ramirez in de originele versie en begeleid door het Argentijnse combo CHEnsamble met de tenorsolist Javier Rodriguez.
Op de eerste foto de componist, op de andere foto de solist.
Behalve de Missa, zingen we van dezelfde componist een zestal kerstliederen. De uitvoering is dan ook wee dagen vóór Kerstmis.
Het is interessant om te weten dat tot in de zestiger jaren het in Argentinië verboden was een mis uit te voeren in de landstaal. Pas toen dat verbod werd opgeheven, schreef Ramirez in 1964 zijn Missa Criolla. Hij gebruikte daarbij niet alleen de taal maar ook de ritmes en instrumenten van de inheemse bevolking: de indianen (de oorspronkelijke bewoners) en de criollos (de nazaten van de immigranten).
Ik vind het een geweldige belevenis om aan deze productie mee te mogen doen en bovendien een reuze uitdaging om vooral de, voor ons stijve Nederlanders, moeilijke ritmes onder de knie te krijgen.
Eind december schrijf ik een verslag over het concert.
|