De Kunst van het Kijken
iconografie
Zoeken in blog

Mijn Boek
  • De Kunst van het Kijken
    Virtuele Musea
  • Artvee
  • Sixtijnse kapel online
  • Google Arts & Culture
  • Rijksmuseum Amsterdam
  • Musée d'Orsay Parijs
  • Basiliek Santa Maria Maggiore Rome
  • Santiago de Compostela
  • Mauritshuis
  • Brueghel in Kunsthistorisches Museum Wien
  • Rennes-le-Chateau
    Schilderijen
  • Bruegel:Volkstelling te Bethlehem
  • Van Eyck: schilderijen
  • Jeroen Bosch: Tuin der lusten
  • Bruegel: De Verkeerde Wereld (spreekwoorden)
  • Getijdenboek:'Les tres riches heures du Duc de Berry
  • Rembrandt: De Nachtwacht
  • Het verhaal van de Beethovenfries
  • De Leiden Collectie
    Symbolen
  • Symbolen rond bijgeloof
  • Symboliek Ikonen
  • Dodendansen
  • Heiligenkalender
  • Betekenis diverse symbolen
  • Metseltekens, bovenlichten, timpanen...
    10-01-2024
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Elisabeth Vigée-Lebrun: zelfportret met dochter Julie

    Maak u op voor een van de grootste vrouwelijke schilders uit de geschiedenis: Elisabeth Louise Vigée Le Brun (1755-1842).
    Ze werd geboren uit een begoede familie en bleek van jongsaf aan een geboren portrettiste. In haar leven zou ze overwegend portretten schilderen. Ze kreeg toegang tot het Hof en maakte er verschillende portretten, waaronder een 30-tal van koningin Marie-Antoinette en haar kinderen, vooraanstaande aristocraten en een drietal van Madame du Barry. Tot de periode van Terreur was ze nauw verbonden met het Hof en vergaarde ze een fortuin, waarvan haar man gretig gebruik maakte.

    Toen de Terreur begon en de koppen letterlijk begonnen te rollen, nam ze de vlucht naar Lyon, verkleed als arbeidster. Vandaar vertrok ze richting Italië. Van 1795 tot 1801 vertoefde ze aan het Russisch Hof en maakte ze verschillende portretten. Door haar vlucht had haar man intussen de echtscheiding aangevraagd en verkregen. Elisabeth zelf stond intussen op de lijst van emigranten, met andere woorden: ‘persona non grata’ in Frankrijk. Na haar verblijf in Rusland, reisde ze naar Duitsland. Kort daarna werd ze van de lijst geschrapt en keerde ze in 1802 terug naar Frankrijk, maar het nieuwe regime onder Napoleon leek haar niks. Ze was een overtuigde royaliste. Ze vestigde zich in 1809 in een landhuis in Louveciennes, waar ze acht maanden op het jaar verbleef en er beroemde kunstenaars ontving op haar artistieke salons.

    Toen Lodewijk XVIII aan de macht kwam, komen haar werken terug onder de belangstelling, maar daarna is ze als portrettiste vlug vergeten. Ze sterft aan een beroerte in haar landhuis op 87-jarige leeftijd. Elisabeth Vigée was misschien geen eenzijdige kunstenares doordat ze veel portretten schilderde, maar dat betekende niet dat ze niet vooruitstrevend was. Zo schilderde ze in 1783 een receptieschilderij om aangenomen te worden als historieschilder: ‘La Paix ramenant l’Abondance’. Ze had het aangedurfd om als vrouw naakten te schilderen (een naakte borst), wat toen louter voor mannelijke schilders was voorbehouden!

    Nog groter gemor had ze met haar eerste deelname aan de Salon met een portret van Marie-Antoinette. Ze had het lef om de koningin te presenteren in een katoenen mousseline, een stof die toen veelal werd gebruikt als onderjurk of als huisdecoratie. Na enkele dagen moest ze het schilderij terugnemen en vervangen door een schilderij met een conventioneel jurk. Het moge hieruit blijken dat ze een bijzondere band met Marie-Antoinette heeft gehad. Een ander schilderij dat ophef maakte is het zelfportret met haar dochter, welke hierbij is afgebeeld. De reden hiervoor was simpelweg omwille van de lach. Het was in die tijd not done om iemand te schilderen met een open mond. Zeker niet waarbij de tanden zichtbaar waren! Het reglement in die tijd zal wellicht verband gehouden hebben met de slechte tandhygiëne in die tijd.

    Haar oeuvre bestaat ongeveer uit 900(!) schilderijen, waarvan 660 portretten. In haar tijd kreeg ze kritiek van de mannelijke schilders van de Academie, omdat haar tekeningen niet zuiver en niet idealiserend waren. Elisabeth gaf dan ook meer de voorkeur aan kleur in haar schilderijen, waardoor ze automatisch meer naturel overkwamen en net daardoor geliefd werd als portretschilderes.

    Met dit indrukwekkend oeuvre en carrière, bekruipt me de vraag: waarom zijn er zo weinig vrouwelijke schilders in de geschiedenis?
    Daarvoor moeten we terug in de middeleeuwen…
    Ambachten, zoals het schildersvak, waren in de middeleeuwen verenigd in gilden. Vrouwen werden niet toegelaten tot een gilde. Bovendien moest men de cyclus doorlopen van leerling-gezel-meester. Als leerling ging je inwonen bij een schilder. Hij zorgde voor eten en onderdak en eventueel onderricht in lezen en schrijven. In ruil leerde je de stiel aan en werd je uiteraard als hulpje gebruikt. Dit kon enige jaren duren. Als je geslaagd werd bevonden kon je opklimmen tot gezel. In dit geval trok je verder in de leer en werd je betaald, maar wel amper genoeg om in je levensonderhoud te voorzien. Wilde je opklimmen tot meester, dan moest je een proefstuk afleggen: een meesterstuk. Bovenop moest je voor de titel meer dan een jaarloon betalen en een diner aanbieden aan het bestuur van de gilde. Dat resulteerde, dat veel schilders hun leven lang gezel moesten blijven, omdat ze gewoonweg het geld voor de titel van meester niet konden betalen. Hoewel velen wel de kunde hadden om een meester te zijn. Dat maakt dat veel grote schilders in de middeleeuwen en ook later, in hun atelier vaak zeer goede schilders in dienst hadden die nooit een naam kregen in de geschiedenis. Bovenop was de gilde een zeer gesloten gemeenschap, waarbij lidmaatschap zich soms beperkte door familiebanden. Desondanks waren er in de middeleeuwen enkele uitzonderingen, zoals de Vlaamse Levina Teerlinc en Catharina van Hemessen of de Italiaanse Sofonisba Anguissola en Artemisia Gentileschi. Maar dan nog waren ze meestal van rijke afkomst. Ook de Nederlandse Rachel Ruysch die indrukwekkende bloemenstillevens kon schilderen, was van begoede afkomst.Algemeen was het idee in het verleden dat vrouwen niet in staat waren tot artistieke kunst. Het duurde zelfs tot in de 19de eeuw eer artistieke opleidingen voor vrouwen mogelijk werden. En dat was dan nog door een privéleraar.
    Pas in het begin van de 20ste eeuw duiken de eerste vrouwelijke kunstschilders op, maar dan nog. Het grote probleem was vooral onderwijs en ook de sociale factor: het klassiek rollenpatroon van man-vrouw.





    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)

    Foto
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!
    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     

    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!