Deze keer een merkwaardig schilderij. Het onafgewerkt schilderij behoorde tot de inboedel van de schilder na diens dood. Het schilderij was onafgewerkt maar bleef blijkbaar zijn ganse leven in zijn bezit. Het werk is ongeveer 1,9m op 2,5m en moet dateren van rond 1850. De afmetingen wijzen erop dat Courbet het wou exposeren op de Salon, maar zich nadien bedacht heeft en een ander werk moet gestart hebben.
Na zijn dood werd het overschilderd en verkocht als 'La toilette de la mariee' (het kleden van de bruid). Echter jaren later, toen men het schilderij belichtte met röntgen, bleek Courbet een totaal andere scène te hebben geschilderd. In werkelijkheid was de dame in de stoel in het midden naakt. Haar armen hingen los naar beneden en haar hoofd hing op haar schouder. Ook de aanwezige vrouwen waren niet in het wit gekleed. Courbet schilderde de gebruiken bij het overlijden van iemand, in dit geval een vrouw: het wassen, het voorhouden van een spiegel voor de mond, de biddende aanwezigen, het dekken van de rouwtafel, het opmaken van het sterfbed. Vandaar dat de titel 'La toilette de la morte' vandaag ook gebruikt wordt voor het schilderij. Misschien bedacht de schilder zich daar het afbeelden van een dode naakte vrouw iets té choquerend zou zijn. In zijn hang naar realisme schildert Courbet deze scène zoals gebruikelijk op het platteland. Onderhuids zit ook zijn antiklerikale kritiek: het bidden gebeurt op de achtergrond door enkele aanwezigen en op het schilderij is geen priester te zien! Tot slot, voor zij die het interesseren, hierbij in bijlage een artikel dat ik vond over begrafenisrituelen in de 18de eeuw in onze streken.
|