Michelangelo had het niet zo hoog op met het Vaticaan. Het kwam. zelfs tot een ruzie tussen de paus Julius II en de beeldhouwer. De paus had een immense grafkapel besteld bij Michelangelo. Hiervoor moest een veelheid aan beelden gemaakt worden, waaronder het bekende 'Mozes' beeld in het Vaticaan. Echter de paus zat krap bij kas en de betalingen bleven uit. Michelangelo had bestellingen van carrara marmer betaald en schreef herhaaldelijk hierover aan de paus. Uiteindelijk pakte Michelangelo de koffers en vluchtte naar Firenze. Enkele jaren later werd het geschil bijgelegd en vroeg de paus hem voor de fresco's in de sixtijnse kapel, waarvoor hij 3000 dukaten zou krijgen. De reden dat hij de opdracht kreeg, was omdat de paus en zijn raadgevende beeldhouwer Bramante dachten dat hij de mist zou ingaan. Michelangelo was een beeldhouwer, geen schilder. In die plafodschilderingen zitten diverse verwijzingen dat hij het niet zo hoog op had met de paus. Op de linkerfoto schiilderde hij Julius II als de profeet Zacherias, met achter hem twee engelen. De ene maakt met de hand een 'fica' gebaar achter zijn rug, wat vandaag bij ons iets is als een middelvinger opsteken. Ook heeft hij de paus afgebeeld als karikatuur in de scepter van Boaz heeft Boaz (foto midden). Maar wie het hardst te verduren kreeg was de ceremoniemeester van de paus, Biagio Martinelli da Cesena. Hij werd door Michelangelo in de hel geschilderd, terwijl een slang toehapt in zijn familiejuwelen (foto rechts). Toen de ceremoniemeester ging klagen bij de paus moet die gezegd hebben: 'Had je in het vagevuur gezeten, kon ik nog een woordje voor je doen. Maar in de hel heb ik niets te zeggen'... Tenandere: wat je vandaag ziet is anders dan toen. In 1564 werden alle figuren in de kapel 'aangekleed'. Voordien waren de figuren naakt. Ook hadden er nog meer figuren opgestaan dan nu als het aan Michelangelo lag. De Paus begon echter te zagen dat de schilderwerken maar bleven duren en daardoor begon Michelangelo de figuren groter te schilderen.
|