camper-reisverhalen Tineke was mijn overleden moeder, een droom van haar was om Camper-reizen te maken. Wij maken die droom nu waar. Daarom heet onze camper "Tineke"
23-08-2015
De Monte Grappa
De rit naar de top van de Monte Grappa (1775 meter) is duizelingwekkend: heel veel haarspeldbochten en nog honderden "gewone"bochten, maar van die aard dat je geen tegenliggers ziet komen. Gelukkig komen we enkel auto's tegen en geen grotere voertuigen......boven worden we begroet door een italiaan die zijn hand schudt van "amai hebben jullie dat gedaan"...
Op de top is er echter geen parkeerplaats voor Tineke, het is er erg druk: er is een monument voor de slachtoffers van WO 1,hier liggen veel Italianen en Oosternrijkers begraven. Je kan naar het schijnt ook Venetië zien liggen bij helder weer.
De afdaling aan de andere kant is iets minder spectaculair maar we krijgen toch nog mooie uitzichten. We rijden richting Arsiè.
's Morgens vroeg verlaten we het Garda-meer en rijden terug richting Dolomieten. Ons doel is Bassano del Grappa , ja inderdaad ...... grappa, gemaakt van druivenschillen en best pittig. De kleur van water (of gin, zoals je wil) en veel smaak!
Bassano is een charmant stadje met een autovrij centrum en een grote parking op wandelafstand. Het meest bekende plekje is de Ponte degli Alpini, een brug uit 1571 (wel enkele keren heropgebouwd, er is een klein museum waar je de verschillende maquettes kan bekijken). Op deze brug wordt naar hartelust geaperitiefd op zondagmorgen, misschien ook op andere momenten........ We moesten denken aan de Alte Brücke in Würzburg waar ze even veel drinken, maar daar doen ze het natuurlijk met wijn.
Tuurlijk vonden we een fijn restaurantje, beetje in een zijstraat , daar liggen meestal de beste ! En toen waren we klaar voor de beklimming van de Monte Grappa............
Na wat zoeken in de campergids, vinden we een parking voor campers in Salo. Het is een mix-parking, maar 's avonds verdwijnen de auto's van de dagjesmensen. We hebben "een beetje zicht" op het meer. De lawaaierige italiaanse baby's nemen we er bij , maar dit wordt één overnachting "dat weten we zeker". We drinken een frisse pint in de strandbar en genieten van het uitzicht. 's Avonds legt de schemering een sluier over al wat lelijk is en we vinden dat Salo toch best een mooi plaatsje is.........
We maken 's ochtends nog een mooie wandeling in de buurt van camping Valle Verde en stappen dan in ons "Tineke" en rijden richting Ora en dan Trento via de S12,daarna Riva del Garda. De eerste aanblik van het meer is mooi, we kiezen de westelijke oever om van noord naar zuid te rijden, dit zou de meest spectaculaire route zijn. Het is vooral bangelijk om met onze camper van 3,30 hoogte door de akelige donkere en grillig gevormde tunnels te rijden, vooral als je door tegenliggers gedwongen wordt om rechts te gaan. Tussen de vele tunnels door vangen we af een toe een glimp op van het meer maar we kunnen nergens stoppen.
"Niet voor herhaling vatbaar" zegt Jo. Ten zuiden van het meer wordt het vlakker en liggen tal van campings. De eerste camping die we bekijken, puilt uit van het volk, er is geen meter tussen twee tenten, er is lawaai, het is er heet en dor........kortom, dit doen we NIET.
Jammer dat we met onze camper niet overal kunnen stoppen, veel foto's zijn al rijdend gemaakt wat niet bevorderlijk is voor de kwaliteit. Geen enkele foto kan eigenlijk de schoonheid weergeven die we gezien hebben.
Na een ochtendlijke fietstocht langs het meer, gaan we weer de baan op, richting Cortina d'Ampezzo dat bekend is als ski-oord. De grillige vormen van de bergspitsen van de Dolomieten maken veel indruk. Na Cortina nemen we de R48 richting Predazzo, zo doen we twee passen : de Passo Falzarego en de Passo Pordoi. De haarspeldbochten zijn niet te tellen, maar de Italianen hebben ze genummerd !!! Alleen de "gewone" bochten tellen niet mee in de nummering, enkel de "echte" haarspeldbochten. In Predazzo overnachten we op camping "Valle Verde" , mooie rustige camping in een prachtige groene vallei........
Na enkele dagen verblijf op onze vaste camping in Itter, Oostenrijk, vertrekken we richting Italie. We gaan de Brenner over en in Bressanone verlaten we de autostrade richting Bruneck. Hier doen we een kleine verkenning van de stad en zoeken dan onze volgende camping op (Toblacher See) in Toblach (Duits) of Dobiacco (Italiaans).
De camping is volgens ons geen drie sterren waard betreffende de accomodatie, het uitzicht op het meer en een bijhorend behoorlijk restaurant maken wel wat goed.We hebben ook ontdekt dat we te lang geen heuvels meer gefietst hebben.
We houden halt in Bernkastel-Kues, een twee-delig stadje aan de Moezel, met een mooie camperparking (parking 2) op wandelafstand van het centrum. Autovrij centrum, gezellige straatjes, en natuurlijk wijnstubes.......
Daarna rijden we richting Karlsruhe en kiezen voor een overnachting in Bad Wildbad, een kuuroord in het Zwarte Woud, we gebruiken een parking voor campers naast een prachtig park dat bij het kuur-centrum hoort.
Eindelijk kunnen we wat langer weg dan enkele dagen! Tineke staat op zaterdag 1 augustus 2015 helemaal klaar om te vertrekken. De fietsendrager is nu ook gemonteerd, we moeten enkel nog de fietsen ophalen bij onze caravan in Oostenrijk.
We vertrekken zaterdag om 17.00 uur en rijden tot Sankt Vith waar Jo nog een klusje moet opknappen. We slapen heerlijk op de parking van De Boskar, waar we ons outdoor-souper genuttigd hebben samen met een lekkere Orval (bedankt Jan!).
Ons doel is het Garda-meer in Italie , waar we al velen over hoorden praten en dat we nu zelf willen zien. We willen echter niet meer dan 200 à 300 km per dag rijden, dus we zullen wat tijd nodig hebben. Op zondagmorgen nemen we de autostrade richting Trier, echter niet om de stad zelf te bezoeken, we gaan een stukje langs de Moezel rijden om de streek te bekijken . We willen immers ook eens een weekend naar dit gebied.