Gangala-na-Bodio
Zowat 50 km in de richting van Faradje bevond zich Gangala-na-Bodio, het in 1938 opgerichte africhtingsstation voor olifanten, gelegen in het 500.000 ha grote Nationale Park van de Garamba dat later door de UNESCO “werelderfgoed” werd verklaard. In dit aan Soedan grenzende park vindt men nog enkele Afrikaanse specimen van de witte rhinoceros, een soort dat met uitsterven is bedreigd. Maar ook leeuwen, luipaarden, zwarte nijlpaarden, enorme kudden olifanten en…giraffen. Zowel het park als het station waren de toeristische trekpleister van de streek. De inwoners van Faradje en omgeving kwamen er heel veel.
Gangala-na-Bodio in 1927 opgericht, naar een idee van Leopold II om olifanten als trekdieren te gebruiken, komt 35 jaar later weer tot leven door een brief gestuurd naar de Ambassade in Washington D.C.door Eve Iversen uit San Pablo die mij schrijft: « I am a graduate student at the university of California, Davis. As part of my master thesis I am looking for information on the efforts to domesticate the African elephant in the Belgian Congo »
Het eerste station voor de africhting van olifanten werd in 1904 door Commandant Jules Laplume in opdracht van Leopold II opgericht te Api, gelegen langs de Uere, niet ver van Bili, de vroegere verblijfplaats van het opperhoofd van de Azande, een notoir tegenstander van de onafhankelijke Kongostaat maar die in 1896 door Chaltin tijdens de veldtocht tegen de Mahdisten, gedwongen werd het gezag van de kolonisators te aanvaarden.
Het boek Au Congo, Carnet de Campagne, Episodes et Impressions de 1889 à 1897 van een zekere Michaux, Commandant du 1er régiment de lanciers et membre honoraire de la Société Royale de Géographie beschrijft in detail de omstandigheden tijdens die veldtocht met als hoogtepunt de veldslag in Lusambo tegen Congo Lutete, de vroegere slaaf van sultan Tippo-Tip.
Jan-albert Goris in zijn boek Strangers should not whisper wijdde eveneens aan deze oorlog een stuk getiteld ‘Kabambary’ naar de plaats waar de Arabische slavenhandelaars op 24 januari 1894 definitief werden verslagen. Volgens Goris waren de ivoorhandel en de slavendrijverij innig met elkaar verbonden.
Roger Avermaete in zijn Nouvelle Histoire de Belgique ziet evenwel weinig verband tussen beide ... On a trouvé le travail forcé. Il consiste à receuillir l’ivoire et le caoutchouc au profit de l’Etat, ou de son souverain, ce qui est tout comme...Wat le caoutchouc betreft heb ik twijfels. Met deze uit Azië ingevoerde teelt werd, door een paar privé ondernemingen, pas na 1904 op ‘industriële’ voet gestart! Zoals ook het katoen dat rond dezelfde tijd werd geïntroduceerd.
Terug naar onze Afrikaanse olifanten met slagtanden. Leopold II was van mening dat ze voor tractie konden worden gebruikt. Meer bepaald omdat de dieren ongevoelig bleken voor de steken van de tseetseevlieg. Het observeren van die koninklijke mening liep echter niet van een leien dakje. Wanneer men na lang oefenen eindelijk de technieken om olifanten te vangen onder de knie had, moest worden uitgekeken naar een nieuw rekruteringsgebied, want rond Api waren de olifanten verdwenen. Het werd, 24 jaar later, in 1928, Gangala-na-Bodio.
Een paar maal hebben we kunnen meemaken hoe de olifanten met de mens vertrouwd werden gemaakt. Het gezamenlijke bad was één groot feest. De dieren werden ritmisch onder koorgezang afgewreven, tevens gevleid en vertroeteld met versnaperingen. Klaroengeschal beveelt liggen en opstaan.
In vergelijking met de Aziatische olifant, waarvan de domesticatie prehistorisch kan worden genoemd, is de africhting van de Afrikaanse olifant van recente datum. De domesticatie in de zin van “gewoon maken aan het leven en het voortplanten in de verblijven van de mens of in zijn nabijheid” (G. Saint-Hilaire) werd nooit volledig verwezenlijkt. Hoogstens is men erin geslaagd de olifanten te onderwerpen aan de heerschappij van de mens. Het initiële doel van de africhting werd daarbij min of meer gerealiseerd. De ‘gedresseerde’ olifanten konden zonder veel moeite lasten van twee tot drie ton trekken. Over het voortplanten in gevangenschap zijn de meningen van de experts evenwel verdeeld alhoewel er wordt beweerd dat er verschillende geboorten in Gangala-na-Bodio zouden zijn opgetekend.
Volgens moeilijk verifieerbare bronnen zouden er eind vorige eeuw nog enkele olifanten in Gangala-na-Bodio hebben verbleven en er waren plannen om in het raam van de rehabilitatie van het Garamba park, het station nieuw leven in te blazen. Jonge olifanten zouden worden gevangen en gedresseerd om zo samen met de oudere olifanten te worden gebruikt voor zogenoemde elephant-back safaris.
|