VAN KONGO NAAR AMERIKA
Inhoud blog
  • VAN KONGO NAAR AMERIKA - DEEL VIER: AMERIKA - HOOFDSTUK 17; reis van Phoenix naar San Francisco - laatste dagen
  • VAN KONGO NAAR AMERIKA - DEEL VIER: AMERIKA - HOOFDSTUK 17; reis van Phoenix naar San Francisco - dag 9 tot 12
  • VAN KONGO NAAR AMERIKA - DEEL VIER: AMERIKA - HOOFDSTUK 17; reis van Phoenix naar San Francisco - dag 7 en 8
  • VAN KONGO NAAR AMERIKA - DEEL VIER: AMERIKA - HOOFDSTUK 17;- Reis van Phoenix naar San Francisco - dag 5 en 6

    Zoeken in blog


    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     


    Dagboeknotities over 30 jaar buitenland
    publicatie op blog van het boek van Kongo naar Amerika (2006) door Jozef Van Mullem
    09-08-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.VAN KONGO NAAR AMERIKA - DEEL TWEE: TUNESIE - HOOFDSTUK 6: MANOUBA - pleisterplaats

    DEEL TWEE:TUNESIE

     

    Hoofdstuk 6: Manouba

     

    home is where the heart is

     

               

                                Pleisterplaats

     

                Manouba was de pleisterplaats waar bijna zeven jaar lang (van 1967 tot 1973)de technische assistentie zijn huiselijke dimensie kreeg.  Een ruime en warme plek.  Manouba.  Een schelp, een coquille sainte Jacqueline,  waar het prettig toeven was.

                Een wit gestrekt gebouw ingebed in een decor van opgeschoten cipressen, mispelaren en laurieren en kleurige vlekken van mimosa en kerstrozen werd bereikt via een honderd meter lange ingangsdreef aan beide zijden geflankeerd door 21 volwassen palmbomen met ertussen hibiscus, veelkleurige oleander en pelargonium.  Het witte landhuis met breed terras was getooid met  een vlammende bougainvillea van beneden tot boven als een rode fez op  zijn kant.

                Dit groene decor was de uitverkoren woonplaats van honderden vogels van in de vroege ochtend bezig de omgeving op rumoerige stelten te zetten.  Ook de aanpalende boomgaard, vol sinaasappelbomen en één pompelmoesboom, waren het domein van de vogels. Pompelmoes is mannelijk zo kan hij overleven midden al de vrouwelijke sinaasappelbomen met hun bloesems die een parfum verspreiden dat zelfs Paverotti kon begeesteren want hij stopte het in flesjes.   In het late najaar, wanneer de bloesems in ooft zijn omgezet, verliezen de sinaasappelbomen als bij tover hun vruchten.  Ook de naast mijn kantoor ingeslapen kromme vijgeboom  was ieder jaar een zelfde lot beschoren.  In één nacht verdwijnen al zijn meestal nog niet rijpe vruchten. Alleen de pompelmoes bleef, omwille van de bittere smaak van zijn vruchten, gespaard. 

                Op het erf liggen overblijfsels van Romeinse origine.  Een elegante marmeren sarcofaag, drie afgebroken zuilen, enkele amforen, een  reusachtige  platte steen van een pletmolen en een enorm Corinthisch kapiteel.  Voorwerpen die door de bouwheren, de gebroeders Sourd, waren verzameld. 

                De tuin als een park was het speeldomein van Filip, Johan en Patricia en van Wapi, een nukkig ezeltje.  Als Indiaan of cowboy verkleed verbleven ze in hun boomhut, hun ‘kamp’, een ingewikkelde constructie hoog in de bomen, opgetrokken met de  overblijfsels van kratten en kisten waarin het uit België opgestuurde materiaal voor het Station Expérimentale de la Manouba, was verpakt.      

                Enkele jaren vóór  Tunesië de Franse protectie van zich afschudde bouwde de familie Sourd de villa als een klapstuk op een rijk en geslaagd leven als colon. Het tuinbouwbedrijf, officieel la ferme Dupleix, in de volksmond chez le roi de l’abricot werd in het verlengde van de officiële kolonisatie, die op het einde van de vorige eeuw vorm kreeg, opgericht.  Het bracht de kleine Europese boer, merendeels van Franse oorsprong, naar Tunesië. 

                Wanneer op 12 mei 1964 de nieuwe bewindvoerders met één pennentrek alle koloniale gronden inclusief bedrijfsgebouwen, vee, materiaal, voorraden en te velde staande gewassen naasten, waren de gebroeders Sourd eigenaars van een 250 ha groot  bevloeid tuinbouwbedrijf,

                Op de  vruchtbaar gemaakte grond werden olijven, druiven, tarwe en amandelen geteeld.  Vruchten die reeds in de chera  rond Carthago op het einde van de 4de eeuw  vóór Christus, werden geproduceerd. Ook artisjokken, meloenen en asperges waren dan al klassiekers.  Later werden vijgen, granaatappelen en peren door de Romeinen geïntroduceerd. 

                Al die teelten met hun moderne soorten vond men in 1964 op het bedrijf van  de gebroeders Sourd terug naast boomgaarden met  perelaars, pruimelaars, abrikoos- en perzikbomen, een grote wijngaard en uitgestrekte velden tomaat, aubergine en pepers in de zomer, artisjokken in de winter.

                In de onmiddellijke omgeving  van het woonhuis stond een usine de vinification, een wijnfabriek van behoorlijke afmetingen. Tijdens de vendange, wanneer mannen met hun voeten, in grote kuipen op het ritme van Arabische muziek, de druiventrossen tot een weinig smakelijk uitziende mostbrij kneusden en verpletterden, werd de hele omgeving beroerd door een doordringende geur van onvolmaakte wijn.          

                Van op het grote terras hadden we ‘une vue imprenable op een licht golvend groen-blauw gekleurd landschap door Bernlef verwoord:

    “U kent ze wel, die vage blauwe bergen waarnaar geen wegen voeren maar die toch bereikbaar lijken”.

                Niet ver weg de overblijfsels van een Romeinse aquaduct.  Die Romeinse waterleidingen zijn soliede constructies die de tand des tijds hebben getrotseerd.  Ze werden tot in de moderne tijd gebruikt voor de aanbreng, over grote afstanden, van zoetwater.  Vele werklui van het station hebben de zware grote blokken als steunpunt voor hun onderdak uitgekozen.  Ezels, kippen en honden stoeien er met de kinderen in een harmonie die alleen in zonnelanden te vinden is.      

                Het is evident dat we tijdens de eerste maanden in dit voor ons volstrekt nieuw  milieu  geconfronteerd  werden met  de klassieke ingrediënten van  aanpassing en integratie.   Toen we op 27  maart  1967 met de ganse familie onze intrek namen in het ruime huis, waren enkele kamers vol gestouwd met stoelen, tafels, enkele tapijten en ander meubilair.  Een paar dagen later komt een zekere mijnheer Zitouna, plaatselijk autoriteit, zomaar een tapijt en een aantal stoelen opeisen.  Niet gelijk welke stoelen maar juist  die stoelen  die Jacqueline voor eigen gebruik had uitgezocht. Doordat ze meteen en kordaat zei dat dit niet mogelijk was bleven we nadien van dergelijke verzoeken gespeend.

                De witte villa had veel charme en klasse.  De brede marmeren trap die in een elegante zwaai beneden met boven verbond   hoorde  thuis in een klassiek landhuis. Ze bood een supplementair voordeel.  Wanneer de nacht snikheet beloofde  te worden brachten we de bedden naar beneden en sliep  de ganse familie onder zijn marmeren koelte. De kamers waren  anders ruim genoeg en de overloop zo breed dat de kinderen er bij minder goed weer in konden voetballen.

                In vakantieland Tunesië zijn er ook minder clemente seizoenen. Tijdens de wintermaanden wordt men soms overvallen door een gure wind en korte hevige regens.  Verrassend ongezellig.  Om de koudere maanden op te vangen hadden de Sourds een update van een Romeins verwarmingssysteem geïnstalleerd.  Het opgepompte water werd via een met kolen verwarmde ketel door een circulatiepomp in leidingen die enkele centimeter onder de vloer lagen, gebracht.  Na onze intrek in het huis liet  het circulatiesysteem het na korte tijd afweten. Ondertussen hadden we kennis gemaakt met de nadelen van dergelijk systeem.  Bij onweer vielen we  gewoonlijk zonder electriciteit waardoor én waterpomp én circulatiepomp uitvielen.  Jacqueline heeft eens, alleen thuis en met een professor op bezoek, de ganse trammelant meegemaakt.  De elektriciteit was ingevolge een  avondlijk onweer uitgevallen zodat de verlichting en de pompen stilvielen.  De kolen in de ketel bleven evenwel rustig verder branden.  Slechts één reactie was mogelijk. Zo snel mogelijk de gloeiende massa kolen naar buiten brengen en op het plein voor de garage deponeren.

                Omdat het ondergrondse netwerk niet waterdicht was, hebben we  tijdens de zomer in de woonkamer een schouw gemetseld waardoor  we een ordinaire petroleum  kachel konden installeren.  Adieu Romeinse verwarming.



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail *
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)

    Archief per week
  • 10/08-16/08 2009
  • 03/08-09/08 2009

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!