15/8 Herovering - De citadel van Mijn Hart [1]

OLVrouw: Mijn kinderen,

Jullie Moeder spreekt tot jullie vanuit de Hemel – de Hemel waartoe Zij jullie roept, waarheen Zij jullie leidt, waaraan Zij jullie herinnert zodat jullie niet verdwalen, noch jullie hart bedroefd wordt door je alleen te voelen.[2]

Ik roep jullie naar Mijn Hart, naar de Toevlucht die de Vader voor jullie heeft geschapen voor deze tijden.

Kleine kinderen van Mijn Hart, [glimlach] met hoeveel Liefde kijk ik naar jullie, en ik dank jullie voor elk teken van jullie genegenheid, van jullie liefde voor Mij – hoeveel jullie Mij troosten.

Ik verzamel jullie offers van Liefde en verzoening en van eerherstel aan het Gewonde Hart van de Vader, en ik verenig ze met Mijn Offer en het Offer van Mijn Jezus.

Dank jullie, kinderen, voor deze offers van eerherstel in het licht van zoveel haat jegens Hem Die Liefde is.

Vooral op deze dag dank ik jullie, geliefde zonen van Mij, Priesters van Mijn Zoon – Ik ken jullie inspanningen; Ik zie jullie vernederingen en lijden; Ik zie Mijn Jezus op Zijn Troon in jullie harten en Ik verheug me in jullie trouw en Liefde.

En ik zie hoeveel uitputting en ontmoediging jullie met je meedragen – zo'n zwaar gewicht – bij het zien van de verwoesting van alles wat de Vader heeft geschapen.

Mijn kleine zonen, kom en herwin je kracht in Mijn Liefde, kom en breng Mij al het lijden van Mijn kinderen, kom en verenig je hart met het Mijne, en kom als kleine kinderen en rust op Mijn Hart.

Ik zegen jullie, Mijn zonen. Wees bemoedigd. Jullie werken niet alleen; jullie werken niet tevergeefs. Elk gebed, elk werk zal zijn vrucht dragen.

Blijf aan Mijn zijde, scheid je niet van Mij af, en ik zal jullie altijd leiden naar de Wil van de Vader, vooral wanneer de mist van duisternis en zonde dikker en afschuwelijker wordt. Laat Mij jullie leiden, en door Mijn Hand zullen jullie in staat zijn om Mijn kinderen te leiden, ze te voeden, ze te genezen.

IN PERSONA CHRISTI, zonen. Te allen tijde, in elke omstandigheid.

Jullie hebben Mij zoals Mijn Zoon Mij aan Zijn zijde had – te allen tijde.

IN PERSONA CHRISTI.

Hoeveel van jullie broeders zijn deze korte – maar essentiële – woorden vergeten in jullie Priesterlijk Leven. Zonder hen, zonen, is er geen Priesterschap. Alles in Jezus. Alles door Jezus. Alles met Jezus.

JEZUS, JEZUS, JEZUS.

Zijn Persoon. Zijn Hart. Zijn Lichaam en Zijn Bloed. Zijn Gezicht. Zijn Offer. Zijn Wonden. Zijn Naam. Zijn absolute Gehoorzaamheid aan de Wil van de Vader.

Dit zijn jullie “wapens” om de harten van Mijn kinderen die Wij aan jullie hebben toevertrouwd, te heroveren.

BLIJF IN HEM, zonen.

Jullie kennen de tijden, zonen. Jullie weten wat Wij hebben aangekondigd. Jullie kennen de gevolgen van zoveel beledigingen aan de Vader. Jullie kennen de macht van Onze vijand en van zijn leger, verspreid over de hele wereld en aanwezig op alle vlakken in jullie leven. Jullie kennen de vreselijke verwarring die er is en die alles omringt, en in het bijzonder Mijn Kerk.

Mijn zonen, wees waakzaam, zodat jullie Mijn kinderen waakzaam kunnen houden.

Wij hebben jullie gezegd dat de Petrusstoel en deze van de apostelen is overgenomen.

De Kerk wordt belegerd, zonen.

—

Omringd door de krachten van Satan, en als een stad waarvan de muren zijn neergehaald, is er geen veilige toevlucht behalve in de Citadel.

Mijn Hart is de Citadel, de Toren, het Bastion, waar een veilige toevlucht, vrede, Licht, troost is; waar de Waarheid schijnt zonder enige vermindering, waar de soldaten van Mijn Zoon worden gevormd en versterkt, klaar om uit te gaan en te vechten wanneer het Uur komt, wanneer de Trompet weerklinkt.

Ga binnen en neem met jullie mee, in jullie harten, al Mijn kinderen.

Kom, zonen, ga binnen in de Toevlucht die voor jullie werd voorbereid.

En net zoals na de dood van Mijn Zoon de apostelen en discipelen werden verspreid, zo zijn nu Mijn kinderen verspreid, vol angst en verwarring.

En net zoals in dat Uur – het Uur van Mijn Offer in pijn en in het verpletterende wachten en ik de verstrooide schapen van Mijn Zoon en degenen die geroepen waren om hun herders te zijn, om Mij heen riep en verzamelde, zo verzamel ik in dit geweldige Uur Mijn kinderen en Mijn Priesterzonen in Mijn Hart, om Mij heen, en ik geef jullie Licht, hoop en de zekerheid van de komst van Mijn Jezus en van Zijn Overwinning – de directe tussenkomst van de Vader om Zijn Schepping te vernieuwen en te heroveren.

En net zoals ik de Apostelen opnieuw om Mij heen verzamelde in gebed en smeekte om de komst van de Allerheiligste Geest van God – de Geest van Waarheid en van Licht – en dit voor te bereiden – zo verzamel ik nu opnieuw jullie, Mijn geliefde zonen, Mijn Priesters, zodat jullie met Mij om de nieuwe komst smeken – het nieuwe Pinksteren dat alles wat is, in zijn oorspronkelijke staat zal herstellen.

Blijf bij Mij in Vrede en Hoop.

Ik heb jullie bij Mij nodig, zonen, zodat Wij samen degenen die verstrooid zijn door verwarring en angst kunnen verzamelen en hen naar de kudde van Mijn Jezus kunnen brengen.

Ik zal jullie Licht geven in jullie specifieke situaties.

Ik kom tot jullie als de zonsopgang, [glimlach] na een lange stormachtige nacht.

Ieder van jullie is noodzakelijk voor Mij.

Ieder van jullie heeft Mijn specifieke Liefde.

Mijn Gezicht, Mijn Naam, Mijn Liefde, zijn jullie bescherming tegen elke aanval op jullie Priesterschap, op de kudde die aan jullie zorg is toevertrouwd.

Jullie Moeder begeleidt en zegent jullie. Jullie Koningin dankt jullie en roept jullie. Adem Mijn Liefde in, zodat jullie de helderheid van God in jullie hart kunnen hebben. Ik zegen jullie, zonen van Mijn Hart, en ik zegen Onze kleintjes die jullie hoeden.

Mijn kinderen – jullie allen:

Bid voor Mijn Priesters, bid voor jullie broeders die geroepen zijn tot zo'n offer en zo'n verantwoordelijkheid. [glimlach] Dank jullie, kinderen.

—

Zonen van Mij, die het Apostolisch Pallium [3] dragen, het is het Uur, zonen, om op te staan, zoals de H. Michaël – Mijn geliefde Aartsengel – deed: "Wie is als God!"

Sta op aan Mijn zijde, onder Mijn Mantel. Dat de kinderen van God jullie mogen zien en Mijn Zoon in jullie mogen herkennen. [4]

Het is Tijd, zonen.

Wees niet bang, ik sta aan jullie zijde.

En al jullie broeders die trouw de Waarheid hebben gedragen en verdedigd en ervoor zijn gestorven [5], sta op en vergezel jullie in geest in dit vreselijke Uur, waarin elk aspect van de Waarheid wordt veracht, verdraaid, aangevallen.

JULLIE ZIJN NIET ALLEEN.

Bij wie horen jullie?

Ontvang het Licht dat ik je geef, zodat je, als je ziet hoe ik zie, Mijn Hart kunt begrijpen en je kunt opstaan.

Ik weet, zonen, wat ik aan jullie vraag. [6]

Maar ik vraag het van jullie in de Naam van Mijn Jezus.

Ik vraag het aan jullie uit Liefde voor de Vader.

Ik vraag het an jullie in de Volheid van het Licht van de Allerheiligste Geest Die op jullie neerdaalde om jullie te zalven en van jullie heilige Altaren te maken voor het volmaakte Offer van Mijn Jezus.

IN PERSONA CHRISTI, Mijn zonen.

Ik begrijp je vragen, twijfels, onzekerheden voor de verwarring. En daarom kom ik naar jullie toe, daarom roep ik jullie op en spreek ik tot jullie, mijn kleintjes, daarom heeft jullie Moeder medelijden met jullie en helpt jullie te zien, met jullie ogen samen met Mij op te heffen en te zien hoe de Hemel ziet, en te zien wat er komt – zowel verschrikking als Hoop – en zo in staat te zijn om Onze kinderen in Mijn Hart te verzamelen, in de Heilige en Veilige Citadel.

Zonen, kijk naar Mij en wees niet bang. [7] [zachte glimlach]

Ik kijk naar jullie allen – Mijn kleine grote Leger – en jullie vervullen Mij met vreugde. Jullie antwoord op Mijn oproep, jullie gehoorzaamheid aan de Wil van de Vader, jullie Liefde en jullie liefdadigheid voor jullie broeders en zusters gehuld in duisternis.

Geef Mij jullie glimlach, Mijn kleine kinderen, want hoeveel zit er in deze glimlach die wordt aangeboden te midden van de grote strijd. [8] Ik ontvang ze allemaal.

Wees in Vrede, Mijn kleine kudde.

Ik zal jullie bij elke stap begeleiden.

Bedenk dat het Licht van God oneindig veel groter is dan de diepste duisternis. Prent deze Waarheid in jezelf en vergeet het niet.

Al het andere "licht" vervaagt, maar het Licht van God blijft levend, sterk, eeuwig, mooi.

Mooi, kinderen, je kunt het je niet voorstellen. [glimlach]

Ik breng je flitsen, kleine stralen, van dit oneindige Licht zodat je kunt overleven, maar de volheid van dit Licht - dat je op een dag volledig zal omhullen - zal je alles vergoeden, zal je genezen van alle wonden.

Vergeet niet dat dit Licht op je wacht. [glimlach]

Ik zegen jullie, Mijn kleintjes.

Ieder van jullie. Ik laat jullie Mijn Liefde en Mijn Licht achter: Mijn Jezus.

Zeg met Mij:

"Gezegend en geprezen zij op elk moment en op elke plaats, de Heilige Naam van Jezus. Zijn Allerheiligste Hart. Zijn Allerkostbaarste Bloed. En Zijn Kruis zij onze toevlucht en redding. Jezus, Jezus, Jezus."

Wees in vrede,

Blijf in mijn hart.

Jullie Moeder die zoveel van jullie houdt,

Maria, de Allerheiligste,

Koningin van Hemel en aarde,

En de toevlucht van alle kinderen van God.

Uitleg:

[1] Dit schrijven werd begonnen tijdens het openbare Heilige Uur op het feest van Maria Tenhemelopneming. Het werd voortgezet tijdens het Heilige Uur van de volgende dag en het werd die avond afgerond. Dit zijn dagen geweest van veel onderbrekingen en verplichtingen en van veel uitputting. Ik denk dat dit de reden is dat het in delen werd gedicteerd. Ik heb twee koppeltekens (- -) gebruikt om de verschillende delen aan te geven en te scheiden.

[2] Ik zag in dit schrijven dat ze blij was, neerkijkend op haar kinderen die op haar hebben gereageerd, die van haar houden. Zoveel tederheid. Ze is vaak verdrietig, maar bij deze gelegenheid zag ik een tedere vreugde, als een moeder die bewogen wordt door de liefde van haar kinderen.

[3] Het pallium is een liturgisch gewaad dat door de Heilige Stoel wordt verleend en uitsluitend door Aartsbisschoppen (metropolieten) wordt gedragen als teken van hun gezag over een kerkelijke provincie. Onze Lieve Vrouw spreekt hier rechtstreeks tot Aartsbisschoppen. Ik heb het gevoel dat zij hen vraagt ​​om als eersten op te staan, om de Priesters te steunen en in staat te stellen om ook op te staan.

[4] Er wordt tegenwoordig veel gezegd over “zijn als Jezus.” Vaak wordt het in een gedeeltelijke zin begrepen, bijvoorbeeld als liefdadig zijn voor de armen, of vechten voor gerechtigheid – wat goede, maar zeer beperkte manieren zijn om te zijn als Hij. (Een veel problematischer maar steeds gangbaarder begrip is het gevoel van het accepteren en zelfs vergoelijken van zonde vanuit een vals gevoel van liefdadigheid – een werkelijk vals gevoel van “zijn als Jezus.”) De essentie van “zijn als Jezus,” van Hem navolgen in Zijn Missie als Verlosser, is echter om exclusief te doen en te zeggen – zoals Hij Zelf deed – alles wat de Vader vraagt ​​om te zeggen en te doen.

[5] Toen zij deze woorden sprak, zag ik een groot aantal mannen die schilden droegen, heel stevig, en op deze schilden stonden de woorden van de Geloofsbelijdenis. Het is niet iets dat ik met mijn ogen zie, maar eerder een innerlijke waarneming waarvan ik niet weet hoe het wordt gecommuniceerd - het is niet via de zintuigen - maar het is niettemin echt.

[6] Zij sprak deze woorden heel ernstig en plechtig - alsof er een enorm panorama voor Haar opende en Zij alle gevolgen en het lijden zag dat dit opstaan ​​met zich meebrengt. Moeilijk om in woorden uit te drukken. En tegelijkertijd met een oneindig begrip en mededogen... korte maar heel volledige woorden.

[7] Hoeveel tederheid in deze woorden... als een liefkozing.

[8] De glimlach die geboren wordt uit vertrouwen, uit Geloof, uit de zekerheid van de Overwinning en uit de nabijheid van Hun Aanwezigheid en van Hun Liefde. De glimlach die naar de Hemel wordt gezonden te midden van pijn, angst, verwarring, die eenheid wordt met God, en die als een slag is voor de vijand, die alles doet wat hij kan om ons alleen naar onszelf te laten kijken en naar de duisternis waarmee hij ons probeert te omringen, zodat we in trots, angst, wanhoop kunnen vervallen. Daarom, wanneer Onze Lieve Vrouw ons vraagt ​​om naar Haar te glimlachen, is het om ons te helpen om naar de Hemel en naar het Licht te kijken. Wanneer we alleen naar onszelf kijken, naar de duisternis, houden we op met glimlachen en omhult de duisternis ons. En Zij helpt ons om dat grote gevaar te overwinnen door iets zo eenvoudigs als een glimlach. Indrukwekkend!