RONDEN VAN DE ZIEL IN DE HEILIGE EUCHARISTIE (LUISA PICCARRETA) (uit: comedivinewill.wordpress.com)

Openingsgebed

Mijn Heer, Jezus, Eeuwige Koning, in mijn nietigheid, in de Goddelijke Wil en in de Naam van de hele menselijke familie van de eerste tot de laatste mens van de toekomstige generaties, kom ik voor Uw Werkelijke Tegenwoordigheid in het Allerheiligste Sacrament van het Altaar, om U te aanbidden. (Vol. 12 - 9/1/1920).

Ik kniel neer voor de Heilige Hostie die de Gevangenis is van Uw Sacramentele Leven, “Ik kom om U te aanbidden, U te zegenen, U te danken voor allen. Ik kom om alle menselijke wilsuitingen van alle generaties, van de eerste tot de laatste mens, aan Uw Troon te binden, zodat allen Uw Hoogste Wil zouden erkennen, deze aanbidden, deze liefhebben en deze leven geven in hun ziel. (Vol. 17-10/5/1925).

Terwijl ik geknield blijf, en de Goddelijke Wil gezelschap houd, volg ik U in de Heilige handelingen die U deed in Uw Menselijkheid en Sacramentele Leven…

I. De Instelling van de Eucharistie

In mijn nietigheid, verlang ik om de Goddelijke Wil gezelschap te houden en betreed ik nu het Cenakel waar U en Uw Apostelen bijeen waren voor het Laatste Avondmaal…

Ik leg mijn Ik hou van U in naam van allen op Uw volmaakte handelingen van het nemen van het brood en de beker wijn in Uw Heilige Handen, die U voorbereidt om te consecreren in Uw Lichaam, Bloed, Ziel en Goddelijkheid.

Ik leg mijn Ik hou van U in naam van allen, op Uw Heilige handelingen van het danken van de Hemelse Vader die U altijd antwoordde, en van het vragen aan de Vader: om U toe te staan geïncarneerd te worden in elke Hostie, om U in elke Hostie te laten blijven, om het Leven van elk te Zijn. (Vgl. 4e Uur van het Lijden van Onze Heer).

Ik plaats mijn Ik hou van U, in naam van allen, op de wonderbaarlijke daden van de Vader en van de Heilige Geest om neer te dalen uit de Hemel, om met U, O Jezus, zich te verenigen en samen te werken en op Uw wonderbaarlijke daden van het uitspreken van de woorden van de FIAT van de Consecratie, samen met de FIAT van de Gezegende Moeder, in het scheppen, zodat brood en wijn getranssubstantieerd worden in Uw Lichaam, Bloed, Ziel en Goddelijkheid. (Vgl. 4e Uur van het Lijden van Onze Heer).

Ik plaats mijn Ik hou van U, in naam van allen, op elk van Uw Sacramentele Leven, mijn zoete Jezus, dat U hebt geschapen in elk geconsecreerd deeltje van de Hostie en in elke druppel van Uw Kostbaar Bloed dat in elke druppel van de geconsecreerde wijn zit. (Vgl. Vol. 11-20/8/1913).

In mijn nietigheid erken, ontvang en verspreid ik over allen de verdiensten van Uw wonderbaarlijke daden bij het instellen van de H. Eucharistie: onze voortdurende redding, leven, bescherming tegen vijanden, licht, kracht en hulp in alles; de verborgenheid, transformatie en voortdurende voltooiing; evenals de genaden, gaven, gunsten en licht voor het goede van de mens, om hem waardig te maken U te ontvangen. (Vgl. 4e uur van het lijden van onze Heer).

Ik aanvaard Uw eigen genoegdoening en herstel alle Priesterlijke handelingen: het consecreren van brood en wijn in Uw Lichaam, Bloed, Ziel en Goddelijkheid, gedaan in staat van doodzonde, met onreine handen en hoogmoedige harten; het uitspreken van de woorden van het FIAT van de Consecratie met bezoedelde lippen en zondige tongen; en het nalaten van de consecratie van hosties.

Ik voel smart voor alle zonden en overtredingen die aan mijn God werden gegeven. En voor elke zonde en overtreding, die ik in me verzamel, alle smarten voor alle zonden en overtredingen, roep ik in elke beweging van de mens: “Vergeving! Vergeving!” En opdat allen mijn smeekbede voor vergeving van alle zonden en overtredingen kunnen horen, druk ik het in het gerommel van de donder, zodat de smarten om mijn God te hebben beledigd kunnen weerklinken in alle harten. (Vgl. Vol. 17 - 10/5/1925).

Om de komst van het Koninkrijk te bespoedigen, geef ik alle genaden, zegeningen, verdiensten en voordelen die voortvloeien uit Uw wonderbaarlijke daad van de instelling van de Eucharistie terug aan Uw Schoot van Licht voorzien van het zegel van mijn Ik hou van U, in naam van allen, en samen als Eén stem, Eén wil, Eén hartslag, verklaren wij: "O Allerhoogste Wil, kom heersen op aarde, bekleed alle generaties, win en verover allen en stel het niet langer uit!”

II. Het ontvangen van Uzelf in de Heilige Communie

In mijn nietigheid, hou ik de Goddelijke Wil nog steeds gezelschap en ik kniel opnieuw voor het altaar in het Cenakel waar U, mijn Jezus, net klaar was met de consecratie van brood en wijn in Uw Lichaam, Bloed, Ziel en Goddelijkheid...

Ik plaats mijn Ik hou van U, in naam van allen, op Uw Heilige daad van het sacramenteel ontvangen van Uzelf tijdens de instelling van de Eucharistie, en geef de Vader de volle glorie van alle Communies van mensen. (Vgl. Vol. 11 - 13/11/1915).

Ik plaats mijn Ik hou van U, in naam van allen, op Uw wonderbaarlijke daad van de vermenigvuldiging van Uzelf in vele levens, voor zoveel mensen als er in de wereld bestaan; en op Uw volmaakte daad van de vermenigvuldiging van Uw pijn voor elke ziel alsof U alleen voor haar lijdt. (Vgl. Vol. 14 - 14/3/1922).

Ik plaats mijn Ik hou van U’s, in naam van allen, op Uw wonderbaarlijke daden van Uzelf aanwezig te stellen in alle Hosties die de sacramentele Consecratie zullen ontvangen tot het einde der tijden, en van Uzelf aanwezig te stellen in alle communicanten en in alle sacramentele Hosties, en in het ontvangen van Uzelf in elke Communie van elke mens. (Vgl. Vol. 12 - 1/1/1920).

In mijn nietigheid erken, ontvang en verspreid ik over allen, de woonplaats van elke Hostie in Uw Mensheid, het eerbetoon, lofprijzingen en Goddelijke zegeningen rondom elke Sacramentele Hostie, de juiste gesteltenis om U te ontvangen, Uw liefde dat al de liefde van mensen aan de Vader voor vormde, Uw liefdevolle strategieën die de meest verharde harten omvatten om ze te bekeren. (Vgl. Vol. 11 - 2/10/1916).

Door Uw eigen eerherstel in bezit te nemen, bied ik eerherstel voor de smart en wrede martelaarschap waarin Uw Sacramentele Leven is geplaatst; het gevoel van te verdrinken in Uw Liefde die niet kan afdalen in de mensenharten. Ik adem mijn smartelijk berouw in de wind, om mijn "Vergeving! Vergeving!" te vermengen met zijn sonore tonen zodat mijn smart voor al deze beledigingen in elk hart zou weerklinken. (Vgl. Vol. 17 - 10/5/1925).

In de wens om de vervulling van het Koninkrijk van de Goddelijke Wil te bespoedigen, geef ik aan de H. Drie-eenheid de verdiensten, voordelen, dienst van Uw Heilige handelingen terug door Uzelf te ontvangen bij de Heilige Communie en samen met Uw eigen FIAT's Hier ben Ik Vader, Ik kom om Uw Wil te vervullen en Niet Mijn Wil, maar de Uwe geschiede, belijden wij als Eén stem, Eén wil, Eén hartslag: "O Allerhoogste Wil, kom om op aarde te heersen, bekleed alle generaties, win en verover allen en stel het niet langer uit!"

III. Het verspreiden van Uzelf in de Heilige Communie

Versmolten in de FIAT, in mijn nietigheid, houd ik de Goddelijke Wil nog steeds gezelschap en ik sta nu in de rij voor de Heilige Communie, samen met alle mensen...

Ik plaats mijn Ik hou van U, in naam van allen, op Uw wonderbaarlijke daden van het binnentreden in de mens en Uw Sacramentele Bloed door zijn aderen laten stromen; het leven worden in elk van zijn hartslagen, van zijn gedachten, van zijn hele wezen. (Vgl. Vol. 15 - 27/3/1923).

In mijn nietigheid erken, ontvang en verspreid ik aan allen de verdiensten van Uw gebeden, dankzeggingen en al het andere dat nodig is om de Vader te verheerlijken en datgene aan te bieden wat mensen U, mijn Jezus, hadden moeten aanbieden: de genaden die nodig zijn om U te ontvangen, de ware vrucht van Uw Sacramentele Leven, en wedergeboorte van mensen als andere Jezussen; genaden, gaven, gunsten en licht die nodig zijn voor het welzijn van de mens en om hem waardig te maken U te ontvangen. (Vgl. Vol. 11- 24/2/1917).

Ik neem Uw eerherstel, en ik bied eerherstel aan voor het gebrek aan correcte gesteldheden om U te ontvangen bij de Heilige Communie, de pijn en bitterheid van de eenzaamheid die U voelt in de harten van mensen die U ontvangen in de Communie en toch niet deelnemen aan Uw Sacramentele Leven (Vgl. Vol. 11 - 8/9/1916); de afwezigheid van deugd, van liefde, van offer in deze harten; alle heiligschennissen en beledigingen begaan tegen Uw Menselijkheid ontvangen in de Heilige Eucharistie (Vgl. Vol. 11 - 13/11/1915); de kwade daden van hen die doen alsof ze U bij de hand nemen en dan de Heilige Hostie wegdragen om er godslasteringen, heiligschennissen, overtredingen en schandelijkheden op te plegen.

Ik omsluit mijn "Vergeving! Vergeving!" in elke druppel regen die in een onweersbui op aarde valt, zodat mijn afschuw en verdriet voor al deze afschuwelijke overtredingen de hele mensheid zou overspoelen.

In de wens om de vervulling van het Koninkrijk van de Goddelijke Wil te bespoedigen, keer ik terug naar Uw schoot van Licht, alle genaden, zegeningen, verdiensten en voordelen die voortvloeien uit Uw volmaakte daden van neerdaling in de mensenharten en het binnengaan in hun bloedbanen wanneer zij U ontvangen in de Heilige Communie, die voortvloeien uit Uw gebeden, dankzeggingen, de ware vrucht van Uw Sacramentele Leven en de wedergeboorte van mensen als andere Jezussen, aan de H. Drie-eenheid met het zegel van mijn Ik hou van U, in naam van allen en we belijden samen als Eén stem, Eén wil, Eén hartslag: "O Allerhoogste Wil, kom om op aarde te heersen, bekleed alle generaties, win en verover allen en stel het niet langer uit!"

IV. U deponeert Uw sacramentele leven in het Onbevlekte Hart van Maria

(Vgl. Vol. 21 - 16/4/1927)

Versmolten in de FIAT, in mijn nietigheid, hou ik de Goddelijke Wil nog steeds gezelschap en ik betreed het Onbevlekte Hart van de Koningin-Moeder...

Ik plaats mijn Ik hou van U in naam van allen, op Uw volmaakte daad van het deponeren van Uw Sacramentele Leven in het Hart van Uw Koningin-Moeder.

Ik plaats mijn Ik hou van U in naam van allen, op de volmaakte daad van de Koningin-Moeder om zichzelf aan te bieden om Uw daad van de instelling van de Eucharistie te ontvangen en Uw Sacramentele Leven te creëren.

Ik plaats mijn Ik hou van U in naam van allen, op de volmaakte daad van de Koningin-Moeder om U haar hartslagen, haar genegenheden, haar liefde, haar gedachten, alles van haarzelf te geven om U gezelschap te houden, verdedigd en omringd door liefde en bescherming.

In mijn nietigheid erken, ontvang en verspreid ik alle verdiensten van de hoogste inspanningen van de Koningin-Moeder om Uw Sacramentele Leven veilig te stellen vanwege Uw Goddelijkheid.

Ik neem Uw eigen eerherstel als het mijne en bied eerherstel voor alle heiligschennissen en beledigingen die tegen de Koningin-Moeder werden begaan, met name de weigering van sommigen om haar te erkennen en te vereren als Gods Moeder, Koningin van Hemel en Aarde, Middelares van Alle Genade, Middelares en Voorspreekster. In mijn nietigheid roep ik de woorden "Vergeving! Vergeving!" tot de Hemel, zodat allen mijn smeekbede om vergeving kunnen zien in de flitsen van bliksem, en mijn smart voor al deze beledigingen die als een bliksem inslaan en de verharde mensenharten die de Hemelse Koningin verwerpen, weer tot leven en rede brengen. (Vgl. Vol. 17 - 10/5/1925).

In de wens om de vervulling van het Koninkrijk van de Goddelijke Wil te bespoedigen, geef ik alle genaden, zegeningen, verdiensten en voordelen terug die voortvloeien uit Uw wonderbaarlijke daad van het deponeren van Uw Sacramentele Leven in het Onbevlekte Hart van Uw Koningin-Moeder, evenals al haar hartslagen, genegenheden, liefde en gedachten, aan de H. Drie-eenheid met het zegel van mijn Ik hou van ", en samen met de Koningin-Moeder, als Eén stem, Eén wil, Eén hartslag, roepen wij uit: "O Allerhoogste Wil, kom om op aarde te heersen, bekleed alle generaties, win en verover allen en stel het niet langer uit!"

V. Uw Heilige gesteltenis in de Tabernakels

Versmolten in de FIAT, in mijn nietigheid, hou ik de Goddelijke Wil nog steeds gezelschap en ik vlieg met de Hemelse Moeder om alle Tabernakels te bezoeken die in eeuwigheid bestaan...

Ik plaats mijn Ik hou van U’s, in naam van allen, op alle Tabernakels en op elke Sacramentele Hostie daarbinnen, op het gekreun van onuitsprekelijk smart door de Heilige Geest. (Vgl. Vol. 18 - 5/11/1925).

In mijn nietigheid erken, ontvang en verspreid ik op allen pijlen van Liefde die uit de borst van ieder van Uw Goddelijke Leven komen in elk deeltje van de Heilige Hostie, met stralend licht van oneindige goedheid en Wijsheid, genezende genade, zuiverende genade, vernieuwende en herstellende genade, met stralen van het Heilig Sacrament en een onzichtbare en Hemelse sluier van onvoorwaardelijke, allesomvattende, doordringende Liefde die elke vierkante centimeter ruimte in de Tabernakels en Aanbiddingskapellen vult.

Ik neem Uw eerherstel, en ik bied eerherstel aan voor de onuitsprekelijke smart, eenzaamheid, hongersnood van zielen, de afzondering en koelheid die U voelt in de Tabernakels en Aanbiddingskapellen die het minst of helemaal niet bezocht worden; voor de aanrakingen van onwaardige handen die de Tabernakels openen om de Heilige Hosties te nemen; voor de hardheid en koelheid van de bekers die de Heilige Hosties omsluiten en dragen; voor de gal van heiligschennis, van onverschilligheid, van koelheid die U in Uw Sacramentele Leven wordt gegeven; en voor de ongepaste kleding en het gebrek aan eerbied of respect van sommigen die de Aanbiddingskapellen bezoeken. (Vgl. Vol. 12 - 25/12/1920).

Ik stort mijn tranen van berouw uit in de immense oceaan, en versterk mijn "Vergeving! Vergeving!" met de woeste golven die naar de kusten razen om stenen harten te overspoelen met tranen van schaamte en berouw totdat de onophoudelijke beweging van de golven deze verharde harten openbreken om de vloed van genaden uit de zee van de Goddelijke Wil te ontvangen.

In de wens om de komst van het Koninkrijk te bespoedigen, geef ik aan Uw schoot van Licht terug: alle genaden, zegeningen, verdiensten en voordelen die voortvloeien uit Uw volmaakte handelingen van het gevangen blijven in het H. Sacrament in de stilte en afzondering van de Tabernakels, en aan de H. Drie-eenheid, met het zegel van mijn Ik hou van ", in naam van allen, en samen als Eén stem, Eén wil, Eén hartslag, roepen wijj: "O Allerhoogste Wil, kom om op aarde te heersen, bekleed alle generaties, win en verover allen en stel het niet langer uit!"

Eindgebed:

Nadat ik in mijn nietigheid mijn Ronden in de Eucharistie heb voltooid, bevind ik mij hier geknield vóór U, lieve Jezus, in het H. Sacrament van het Altaar. Met ontzag, liefde, dankbaarheid en berouw, werp ik mij nogmaals neer en verklaar:

“In elk moment, in elk uur, wil ik U liefhebben met heel mijn hart. In elke ademhaling zal ik U liefhebben. In elke hartslag zal ik uitroepen “Liefde, liefde!”. In elke beweging zal ik alleen Liefde omarmen. Alleen over Liefde wil ik spreken, alleen naar Liefde wil ik kijken, alleen naar Liefde wil ik luisteren, alleen aan Liefde wil ik denken. Alleen van Liefde wil ik branden, alleen van Liefde wil ik verteerd worden, alleen Liefde wil ik genieten, alleen Liefde wil ik tevreden stellen. Alleen van Liefde wil ik leven, en in Liefde wil ik sterven. Elk moment, elk uur, wil ik iedereen oproepen tot Liefde. Alleen en altijd samen met U en in U, mijn Jezus. En met Uw Hart en Liefde zal ik U liefhebben!” (Vol. 10 - 28/11/1920).

FIAT! FIAT! FIAT!