19/10 Verschijning en boodschap van de H. Lucia van Syracuse - Marcos Tadeu Teixeira
H. Lucia: Mijn geliefde broeders, ik, Lucia van Syracuse zegen jullie vandaag met al mijn liefde.
Blijf elke dag de Rozenkrans bidden! Stop niet met het bidden van de Rozenkrans voor wat dan ook en ruil de boodschappen van de Heilige Moeder niet in voor wat dan ook.
Iedereen die de Heer of mij om genade vraagt voor de verdiensten van de film van Mijn leven gemaakt door onze geliefde Marcos, zal grote genaden ontvangen.
Blijf de Rozenkrans bidden die aan mij werd opgedragen door Mijn lieve Marcos, want door deze Rozenkrans zal ik jullie overladen met grote genaden en zullen jullie veel overwinningen behalen op de vijand in je leven.
Leef in heiligheid, zoek heiligheid, probeer koste wat het kost in heiligheid te leven.
Bid onophoudelijk, na elke val, elk probleem, sta op, leg de Rozenkrans in uw handen en blijf bidden. Verlies nooit de moed!
Ik ben bij jullie, ik zegen jullie, ik bescherm jullie, ik bewaar jullie en ik bedek jullie met mijn mantel van liefde.
Wees niet bang, want ik ben altijd dicht bij je. Ik spreid mijn handen elke dag over je uit om je te zegenen en je te begeleiden op het pad naar de Hemel en de ware liefde.
Ik zegen jullie allemaal met liefde: vanuit Syracuse, vanuit Catania en vanuit Jacareí.
Haar leven
De H. Lucia leefde in de tijd van de Christenvervolgingen door keizer Diocletianus (regeerde 284-305). Ze was de dochter van een Romeins burger in Syracuse, die haar vader op jonge leeftijd had verloren. Haar moeder, Eutychia, leed al vier jaar aan dysenterie. Beide vrouwen brachten een nacht biddend bij de tombe van de Christelijke H. Agatha door, de beschermheilige van Catania. Aan het einde van de nacht verscheen de Heilige voor Lucia in een visioen. De Heilige voorspelde Lucia daarin dat zij de glorie van Syracuse zou worden, zoals Agatha dat van Catania was. Ook was haar moeder terstond op wonderbaarlijke wijze genezen.
Eutychia regelde een heidense echtgenoot voor haar dochter, maar Lucia haalde haar moeder over het huwelijk niet door te laten gaan en de bruidsschat als aalmoezen onder de armen te verdelen. Lucia had Christus als bruidegom gekozen en wilde eeuwig maagd blijven. De beoogde echtgenoot kwam op de hoogte van het uitdelen van de bruidsschat. Hij gaf Lucia daarop als Christen aan bij de magistraat Paschasius. Deze verzocht haar een offer aan de keizer te brengen, wat ze weigerde.
Daarop werd ze veroordeeld tot tewerkstelling in een bordeel, maar op wonderbaarlijke wijze bleken de wachters haar niet te kunnen afvoeren, ook niet nadat men een ossenspan had ingezet. Later probeert men haar levend te verbranden, maar ook van de brandstapel leek zij geen last te hebben. Daarop werd ze met zwaardsteken om het leven gebracht. De fatale wonde zou zijn toegebracht door met een zwaard door haar hals te steken.
|